'Het is ons een eer en een genoegen' - Vrije Universiteit Amsterdam
'Het is ons een eer en een genoegen' - Vrije Universiteit Amsterdam
'Het is ons een eer en een genoegen' - Vrije Universiteit Amsterdam
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
inleiding<br />
<strong>eer</strong>st in haar bestaan vier eredoctorat<strong>en</strong> uit te reik<strong>en</strong>, drie in de theologie<br />
<strong>en</strong> één in de recht<strong>en</strong>.<br />
De s<strong>en</strong>aat had anno 1880 al <strong>e<strong>en</strong></strong> eredoctoraat will<strong>en</strong> uitreik<strong>en</strong> <strong>en</strong> wel<br />
aan de Duitse theoloog Paul Geyser (1824-1882). Geyser had in Duitsland<br />
stof do<strong>en</strong> opwaai<strong>en</strong> door zich te ker<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> het liberale theolog<strong>is</strong>che<br />
klimaat van zijn dag<strong>en</strong>. Als vicar<strong>is</strong> in Chur hadd<strong>en</strong> zijn orthodoxe<br />
prek<strong>en</strong> zoveel opschudding veroorzaakt dat hij niet m<strong>eer</strong> tot de kansel<br />
werd toegelat<strong>en</strong>. In 1861 nam hij <strong>e<strong>en</strong></strong> beroep aan naar Elberfeld, waar<br />
zijn prediking opnieuw storm<strong>en</strong> veroorzaakt<strong>en</strong>. Hij kwam er in contact<br />
met zijn Nederlandse geestverwant<strong>en</strong>, die hem geregeld bezocht<strong>en</strong>.<br />
Geyser toonde zich <strong>en</strong>thousiast over de oprichting van de <strong>Vrije</strong><br />
<strong>Universiteit</strong>, waar g<strong>e<strong>en</strong></strong> liberale geest zou waai<strong>en</strong> <strong>en</strong> de gereform<strong>eer</strong>de<br />
theologie voluit aan bod zou kom<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> hem aangebod<strong>en</strong> professoraat<br />
weigerde hij echter. Overwog<strong>en</strong> werd Geyser <strong>e<strong>en</strong></strong> eredoctoraat aan<br />
te bied<strong>en</strong>. Kuyper toonde zich hiervan op maandag 1 november 1880<br />
<strong>e<strong>en</strong></strong> voorstander in de overtuiging dat de <strong>Vrije</strong> <strong>Universiteit</strong> het eredoctoraat<br />
aan Geyser gebruikte om zijn ‘recht’ op <strong>e<strong>en</strong></strong> plaats onder de universitaire<br />
zon op te e<strong>is</strong><strong>en</strong>. Geyser zou door <strong>e<strong>en</strong></strong> eredoctoraat gesterkt<br />
word<strong>en</strong> in zijn strijd teg<strong>en</strong> ‘invloed<strong>en</strong> in Duitschland die zijn werk bemoeilijk<strong>en</strong>’.<br />
Maar het feest ging niet door: L. W. C. Keuch<strong>en</strong>ius (1822-1893) had<br />
zich <strong>eer</strong>der die curator<strong>en</strong>vergadering al afgevraagd ‘of het niet wat<br />
vreemd <strong>is</strong>, zoolang nog niet één stud<strong>en</strong>t langs d<strong>en</strong> gewon<strong>en</strong> weg <strong>is</strong><br />
gecandid<strong>eer</strong>d, nu reeds honor<strong>is</strong> causa te candid<strong>eer</strong><strong>en</strong>’. Hij kreeg bijval<br />
van zijn collega’s De Savornin Lohman <strong>en</strong> Van Beeck Calko<strong>en</strong>. Ook<br />
Rutgers was g<strong>e<strong>en</strong></strong> voorstander van <strong>e<strong>en</strong></strong> uitreiking aan Geyser, maar<br />
dan om inhoudelijke red<strong>en</strong><strong>en</strong>: <strong>e<strong>en</strong></strong> doctoraat in de theologie kwam in<br />
Duitsland veel minder voor <strong>en</strong> had zoveel hoger betek<strong>en</strong><strong>is</strong> dan in Nederland.<br />
Om die red<strong>en</strong> maande Rutgers tot kalmte in deze: hij betwijfelde<br />
of er in deze wel ‘haast in de zaak’ was. 8<br />
Daarmee was de kous af. Het zou nog bijna vijftig jaar dur<strong>en</strong> voordat<br />
het eredoctoraat aan de <strong>Vrije</strong> <strong>Universiteit</strong> opnieuw op de ag<strong>en</strong>da<br />
kwam. Bij beraadslaging<strong>en</strong> over het goud<strong>en</strong> jubileum in 1930 circul<strong>eer</strong>d<strong>en</strong><br />
allerlei voorstell<strong>en</strong>: de h<strong>is</strong>toricus A. Goslinga was <strong>e<strong>en</strong></strong> <strong>en</strong>thousiast<br />
voorstander van <strong>e<strong>en</strong></strong> prijsvraag; de letterkundige J. Wille bepleitte<br />
<strong>e<strong>en</strong></strong> ged<strong>en</strong>kboek <strong>en</strong> hoogleraar theologie H. H. Kuyper de toek<strong>en</strong>ning<br />
van eredoctorat<strong>en</strong>. Alle drie de voorstell<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> door<br />
de comm<strong>is</strong>sie die het jubileum organ<strong>is</strong><strong>eer</strong>de. De comm<strong>is</strong>sie beval aan<br />
15