Rondkomen in Leiden, 1850-2000 - Historische vereniging Oud ...
Rondkomen in Leiden, 1850-2000 - Historische vereniging Oud ...
Rondkomen in Leiden, 1850-2000 - Historische vereniging Oud ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
RONDKOMEN IN LEIDEN<br />
MOREEL TEKORT<br />
Voor de negentiende-ceuwer waren armoede en armen volstrekt normale<br />
begrippen en men kwam zelden tot bespiegel<strong>in</strong>gen over def<strong>in</strong>ities, alleen<br />
over wie er wel of geen recht op bedel<strong>in</strong>g had. Hoogstens bracht men (toen<br />
al) naar voren dat het <strong>in</strong> Nederland allemaal niet zo erg was, omdat het<br />
elders veelerger was. Sociale zekerheid waseenvoudig armenzorg en armoedebestrijd<strong>in</strong>g.<br />
Het begrip 'armen' besloeg ook nog een grote, betrekkelijk amorfe groep<br />
en betrof eigenlijk iedereen onder het niveau van de middenstand en de<br />
geschoolde meesterknecht, voor zover deze tenm<strong>in</strong>ste volledig <strong>in</strong> hun behoeften<br />
konden voorzien. Gehandicapten, ouderen, werklozen, ongeschoolde<br />
fabrieksarbeiders en sjouwerlieden, ze werden allemaal tot die groep gerekend<br />
. Van al die mensen kon men verwachten dat ze op een ofandere wijze<br />
wel eens of zelfs vaak een beroep zouden moeten doen op de bedel<strong>in</strong>g. Het<br />
voornaamste onderscheid dat men maakte, was die tussen 'gewone' armen<br />
en de pauvres honteux, de 'schaamarrnen', mensen uit de midden- en hogere<br />
groepen die tot armoede waren vervallen en die via geheime, hogere bedel<strong>in</strong>gen<br />
m<strong>in</strong> of meer b<strong>in</strong>nen de eigen stand werden gehouden.<br />
De armenzorg zelf was vooral gebaseerd op een mengsel van godsdienstig<br />
gedreven filantropie, de wens de eigen (religieuze) groep bijeen te houden<br />
en de angst voor de dreig<strong>in</strong>g die van die armen uitg<strong>in</strong>g: de angst voor<br />
misdaad, opstand, rellen en besmettelijke ziekten, wat Bram de Swaan aanduidt<br />
met de "vier ruiters van de stedelijke apocalyps"." Daarbij voegde<br />
zich, beg<strong>in</strong>nend <strong>in</strong> de achttiende eeuw, maar vooral <strong>in</strong> de loop van de<br />
negentiende eeuw, het element van de potentiële bruikbaarheid: hun economische<br />
belang. Armen waren een last, maar zouden, mits goed aangepakt<br />
en opgevoed, ook kunnen bijdragen aan de maatschappelijke rijkdom.<br />
Armoede werd <strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie gezien als een blijk van goddelijke voorzienigheid<br />
(ofzelfs voorbeschikk<strong>in</strong>g) ofals het gevolg van een moreel tekort.<br />
In de negentiende eeuw groeide echter ook het besefvan dat sociale groepen<br />
afhankelijker van elkaar waren, dan men eerder geneigd was te geloven.<br />
Daardoor g<strong>in</strong>g de maatschappelijke bovenlaag zich ook meer betrokken<br />
voelen. "<br />
Een eerste spoor hiervan zien we terug <strong>in</strong> geschriften van de Leidse<br />
fabrikantenzoon Samuel Ie Poole, onder meer wanneer hij een beroep doet<br />
109