Samenvatting hoorcolleges zl 2.pdf - VETserieus.nl

Samenvatting hoorcolleges zl 2.pdf - VETserieus.nl Samenvatting hoorcolleges zl 2.pdf - VETserieus.nl

vetserieus.nl
from vetserieus.nl More from this publisher
26.09.2013 Views

www.VETserieus.nl Beste Student, De documenten op VETserieus.nl zijn alleen bedoeld als ondersteuning bij het studeren. De samenvattingen worden nagekeken door studenten tijdens het volgen van de lessen en waar nodig aangepast. Dit project heeft als doel foutloze samenvattingen te bieden die met hun tijd meegaan, ondanks dit streven is er altijd een kans dat er fouten in de documenten staan. Mocht je tijdens het lezen van de samenvatting fouten vinden kun je dat doorgeven via de contactpagina op de site of direct een mail sturen naar vetserieus@gmail.com De student is verantwoordelijk voor zijn of haar leermethode en voor het uiteindelijke resultaat. Allemaal veel succes met de voorbereidingen!! Hartelijke groet, VETserieus.nl 1

www.<strong>VETserieus</strong>.<strong>nl</strong><br />

Beste Student,<br />

De documenten op <strong>VETserieus</strong>.<strong>nl</strong> zijn alleen bedoeld als ondersteuning bij<br />

het studeren. De samenvattingen worden nagekeken door studenten tijdens<br />

het volgen van de lessen en waar nodig aangepast. Dit project heeft als doel<br />

foutloze samenvattingen te bieden die met hun tijd meegaan, ondanks dit<br />

streven is er altijd een kans dat er fouten in de documenten staan. Mocht je<br />

tijdens het lezen van de samenvatting fouten vinden kun je dat doorgeven<br />

via de contactpagina op de site of direct een mail sturen naar<br />

vetserieus@gmail.com<br />

De student is verantwoordelijk voor zijn of haar leermethode en voor het<br />

uiteindelijke resultaat. Allemaal veel succes met de voorbereidingen!!<br />

Hartelijke groet,<br />

<strong>VETserieus</strong>.<strong>nl</strong><br />

1


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

Hoorcollege 1 i<strong>nl</strong>eiding inspiratie<br />

Doel luchtwegen: transportroute tussen buitenwereld en het gasuitwisselend oppervlak<br />

Probleem luchtwegen: verkleining luchtwegdiameter<br />

Oorzaken lumenvernauwing:<br />

- In alle onderdelen voorste luchtwegen:<br />

o slijmvlieszwelling (ontstekingsreactie)<br />

o slijm / pus (irritatie / ontsteking)<br />

o ruimte-innemende processen (zelden)<br />

* tumor<br />

* hematoom<br />

* abces<br />

* vormverandering tgv lomp geweld<br />

- In de pharynx (‘slappe sok’, er zit namelijk geen kraakbeen om de pharynx)<br />

o samenvallen tgv neurogene dysfunctie (mn de n. vagus)<br />

o van buitenaf dichtgedrukt worden:<br />

* droes (paard)<br />

* luchtzakemphyseem / -tympanie (paard)<br />

* drench-abces (schaap)<br />

- In de larynx (ingewikkelde klep)<br />

o verlamming stemband<br />

* “cornage” (paard)<br />

* larynxparalyse (hond, mn bouvier)<br />

o ruimte-innemende ontstekingen<br />

* difterie (kalf, schaap)<br />

* arytenoid-chondritis (paard)<br />

- In trachea en bronchi (vervormbare buizen, van rond naar plat)<br />

o vormverandering trachearingen<br />

* aangeboren (kleine pony’s)<br />

* post-traumatisch (vechten, tracheotube)<br />

o bronchoconstrictie<br />

* acute infectie<br />

* astma / S.A.I.D.<br />

* C.O.P.D.<br />

o verlies radiale tractie elastische vezels worden vervangen door niet<br />

elastische<br />

Gevolgen lumenvernauwing:<br />

- Verminderd presteren<br />

o sneller moe worden<br />

o minder hard lopen<br />

o minder melk geven<br />

- Benauwdheid (zichtbaar)<br />

- Stridor (object dat veel luchtwervelingen veroorzaakt en/of ernstige<br />

lumenvernauwing hoorbare ademhaling)<br />

1


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

Parasympatisch met Ach bronchoconstrictie<br />

Sympatisch met adrenaline via β-receptor bronchodilatatie<br />

Bij een ontsteking kan er directe invloed zijn, dat gaan dat via de eigen<br />

receptoren of indirect via prikkeing van een zenuw of schade aan de βreceptor.<br />

Bronchoconstrictie is het samentrekken van gladde spiercellen rond de<br />

luchtwegen als reactie op:<br />

Vagale reflex op ontstekings-mediatoren<br />

Axonreflex op prikkeling C-fibers<br />

Directe invloed van de ontstekingsmediatoren<br />

In principe is lokale bronchoconstrictie een nuttige verdediging tegen binnendringers<br />

en/of omleiding van lucht naar gezonde longdelen (N.B. reservecapaciteit)<br />

Mechanische bronchodilatatie kun je bereiken via:<br />

Stimuleren β-receptor met β-sympaticomimeticum (bijv. clenbuterol)<br />

Blokkeren bronchoconstrictie mbv parasympaticolyticum (anticholinergicum)<br />

Remmen ontstekingsreactie (bijv. mbv prednisolon)<br />

Klinische bevindingen tgv afwijkende voorste luchtwegen<br />

Benauwdheid<br />

Niezen en proesten<br />

Vieze neus<br />

Stridor<br />

Hoesten<br />

Verscherpt ademen<br />

Ronchi<br />

De verschillende gezichten van ontsteking<br />

Ziektebeeld afhankelijk van samenspel tussen oorzaak ziekte en reactie van het<br />

afweerapparaat<br />

- virulentie infectieus agens<br />

- diersoortverschillen afweer<br />

- individuele verschillen (afweer, gedrag)<br />

1 ziekte bij meerdere individuen ziet er nooit helemaal hetzelfde uit<br />

Overeenkomsten en verschillen<br />

Dus ontsteking = ontsteking?? We nemen 4 voorbeelden, alle vier de aandoeningen<br />

hebben kenmerken van een ontsteking.<br />

Acute bronchitis<br />

Oorzaak: infectie voorste luchtwegen<br />

Gevolg: felle voorbijgaande reactie afweer (paar dagen)<br />

Bevindingen (alles voorbijgaand)<br />

- koorts<br />

- benauwdheid (lumenverkleining)<br />

2


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

- hoesten (mechanisch, chemisch)<br />

- ronchi (toename (afwijkend) slijm)<br />

- afwijkende longfunctie (bronchoconstrictie)<br />

Chronische bronchitis<br />

Oorzaak: mechanische en immunologische prikkeling door stof en/of slijm<br />

Gevolg: milde steriele ontstekingsreactie<br />

Bevindingen<br />

- soms hoesten/vieze neus<br />

- ronchi bij geforceerd ademen<br />

- normale longfunctie<br />

- geen koorts!!<br />

Astma / S.A.I.D. (small airway inflammatory disease)<br />

Oorzaak: overgevoeligheidsreactie op bestanddelen in stof<br />

Gevolg: voorbijgaande (minuten-uren) maar vaak felle steriele ontstekingsreactie<br />

Bevindingen:<br />

- aanvalsgewijs hoesten en benauwdheid en ronchi<br />

- intermitterend afwijkende longfunctie<br />

- geen koorts!!<br />

- Een individuele patiënt toont zelden alle beschreven symptomen / afwijkingen bij<br />

zijn/haar ziekte<br />

- Overeenkomsten / veel voorkomende verschijnselen voeren naar een Ddx<br />

- Vervolgonderzoek voert naar een definitieve diagnose<br />

Vervolgonderzoek luchtwegen:<br />

Endoscopie<br />

Longfunctie-onderzoek<br />

Röntgenfoto / echo<br />

Transtracheale / broncho-alveolaire spoeling<br />

Medicatie<br />

CT / MRI<br />

Longbiopsie<br />

Dus:<br />

Hoe erger de lumenverkleining, des te groter is het probleem<br />

Meerdere factoren die bijdragen aan lumenvernauwing<br />

Belangrijke rol voor ontsteking<br />

Ziektes ‘gedragen zich verschillend’<br />

Benauwdheids-diagnostiek: zoek plaats en uitgebreidheid vernauwing<br />

Therapie: bestrijdt de factoren die vernauwing veroorzaken<br />

3


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

Hoorcollege 2 reactiepatronen voorste luchtwegen (2008)<br />

Voorste luchtwegen:<br />

Neus<br />

Sinus<br />

Larynx<br />

Luchtzakken<br />

De cellen die zich hier bevinden zijn:<br />

Trilhaarcellen (als NH4 stijgt, daalt het aantal trilhaarcellen)<br />

slijmbekercellen<br />

basale cellen<br />

neuroendocriene cellen<br />

Normaal gecilieerd epitheel bestaat uit een grote hoeveelheid kubische cellen met<br />

ontelbare cilia en het is goed doorbloed. Als het nasale epitheel blootgesteld wordt aan<br />

lucht met een irriterend gas (zoals hydrogen sulfide) zie je:<br />

Op dag 1<br />

* een loslating van de epitheelcellen van elkaar<br />

* afschilfering van gecilieerde cellen van het basaalmembraan af.<br />

(deze laesies zie je bij virale infecties of mechanische schade aan de mucosa)<br />

* degeneratie<br />

* necrose<br />

Op dag 2<br />

* herstel<br />

* wederom gecilieerde cellen<br />

* mitose<br />

* celdifferentiatie<br />

Op dag 10<br />

* hersteld epitheel<br />

* normale functie<br />

Ontsteking:<br />

catharale ontsteking (catharaal = sereus op slijmvliezen) (1st neutrofielen)<br />

(muco) purulente ontsteking<br />

Fibrinonecrotische ontsteking (ook wel pseudomembraneus genoemd)<br />

Ethmoidaal hematoom (= bloedgezwel) paard neusbloeding, benauwd<br />

Amyloidose (= afzetting van gestructureerde fibrillaire eiwitsubstantie) veel<br />

reuscellen, benauwd<br />

Purulente rhinitis de nasale mucosa is bedekt met een geel-wit exsudaat.<br />

Fibrineuze rhinitis de nasale mucosa is bedekt met gele membranen bestaande uit<br />

fibrinonecrotisch exsudaat. Als je dit weg zou halen, zou je eronder meerdere ulcera zien.<br />

Fibrinonecrotische sinusitis de nasale concha is vernietigd door chronische<br />

granulomateuze ontsteking. Het exsudaat wat er nog is, is geel-groen en granulair.<br />

4


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

Atrofische rhinitis:<br />

- bordetella bronchiseptica pasteurella multocida toxin<br />

- osteoclasten activatie<br />

- osteoblasten remming<br />

- bot resorptie<br />

Larynxoedeem kan voorkomen bij een anafylactische shock en kan soms ontstaan na of<br />

tijdens de narcose<br />

Cornage: de n. recurrens werkt niet meer, hierdoor werkt de linker m. cricoarythenoideus<br />

niet meer normaal en kan de stemspleet niet helemaal meer open.<br />

Luchtzakemfyseem kan voorkomen door een bacterie of schimmel. De n. hypoglossus en<br />

a. carotis interna lopen over de luchtzak de schimmel gaat in het bloedvat a. carotis<br />

zitten.<br />

Hoorcollege 2 pathologie voorste luchtwegen<br />

De voorste luchtwegen:<br />

1. Beperkt algemeen reactiepatroon (neus, sinussen)<br />

2. soorten aandoeningen<br />

3. larynx en luchtzakken<br />

4. trachea<br />

1. algemeen reactiepatroon vlw<br />

Restloos genezen<br />

Fibrosering: Basaalmembraan ↓ : granulatie fibrosering<br />

Chronisch: hyperplasie slijmbekercellen<br />

Squameuze metaplasie<br />

Neoplasie<br />

Complicaties…. Van rhinitis/sinusitis<br />

o Bronchitis<br />

o Pneumonie<br />

o Meningitis<br />

o Osteomyelitits/ destructie van conchae<br />

o Otitis media/ interna<br />

o Secundaire bacteriele infectie na primiair virus<br />

o Neoplasie<br />

2. soorten aandoeningen<br />

Circulatie stoornissen (hematoom)<br />

Metabool (amyloidose neus)<br />

Ontsteking (rhinitis, sinusitis, laryngitits, pharyngitis, tracheitis)<br />

o Benoemd naar soort exsudaat (mengvormen mogelijk)<br />

Sereus<br />

Catarrhaal (mucus, enkele pmk’s)<br />

5


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

Purulent (veel pmk’s)<br />

Fibrineus – necrotiserend<br />

Granulomateus (mq’s)<br />

o Enkele voorbeelden:<br />

Rund: purulente rhinitis / fibrineuze rhinitis<br />

Hond: epistaxis (neusbloeding)<br />

Biggen: atrofische rhinitis<br />

Etiologie: Bordetella bronchiseptica, Pasteurella<br />

multocida toxine<br />

Pathogenese: osteoclasten activatie, osteoblasten<br />

remming<br />

vogels: kanariepox (difterisch membraan = fibrineusnecrotiserende<br />

pharyngitis/ laryngitits)<br />

Neoplasie<br />

o Hond: adenocarcinoom<br />

o Schaap: massa in neus en sinus retrovirus type II <br />

aantasting olfactorisch epitheel.<br />

3. larynx en luchtzakken<br />

Anomalien<br />

Degeneratie<br />

Circulatiestoornis: glottis oedeem<br />

Ontsteking: larynxdifterie<br />

o Fucobacterium necrophorum (complicatie: embolie, pneumonie,<br />

leverabcesssen)<br />

o Laryngeale hemiplegie (NL = cornage) degeneratie<br />

o Luchtzak: streptococcus equi (droes)<br />

o Luchtzak: aspergillus bij vogels<br />

4. trachea<br />

ontwikkelingsstoornissen<br />

o hypoplasie<br />

o tracheacollaps<br />

tracheitis<br />

o reactiepatroon als neus<br />

o etiologie v<strong>nl</strong> viraal<br />

o exsudaat (catarrhaal, purulent, fibrineus, granulomateus)<br />

obstructie<br />

Hoorcollege 3 reactiepatronen diepere luchtwegen (2008)<br />

Diepere luchtwegen:<br />

Bronchioli respiratorii<br />

Ductus alveolaris<br />

Sacculi alveolaris<br />

Alveolen<br />

6


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

Bronchilus ee<strong>nl</strong>agig kubisch epitheel,<br />

trilhaar- en claracellen, circulaire spierlaag,<br />

geen klieren en geen kraakbeen<br />

Alveolen epitheellaag bestaande uit type<br />

I en type II cellen, basaalmembraan,<br />

interstitium<br />

Alveolair lumen enkele alveolaire<br />

macrofagen opruimreactie en<br />

immuunrespons<br />

Atelectase betekent gebrekkige of het geheel ontbreken van de ontplooiing van de<br />

alveoli. (vaak door obstructie)<br />

Emfyseem is verlies van longblaasjes door enzymatisch (elastase-)proteolytische<br />

invloeden waardoor verminderde gaswisseling en vernauwing van de kleinere<br />

luchtwegen optreedt.<br />

Pneumonie<br />

Exsudatieve pneumonie<br />

Interstitiele pneumonie<br />

Bij beide epithelisatie: type I cel type II cel<br />

Exsudatieve pneumonie:<br />

sereuze pneumonie<br />

catarrale / purulente pneumonie<br />

fibrineuze pneumonie<br />

haemorrhagische pneumonie<br />

gangreneuze pneumonie<br />

Interstitiële pneumonie:<br />

overgevoeligheidsreactie type III<br />

virusinfectie<br />

toxische stoffen<br />

primair proliferatief (zwoegerziekte schaap)<br />

hoorcollege 3 pathologie diepe luchtwegen<br />

De diepe luchtwegen: bronchi, bronchioli, alveoli, pleura, pleurale/ thoracale holte<br />

1. Beperkt algemeen reactiepatroon<br />

Luchtaanvoerend deel<br />

Respiratoir deel<br />

2. soorten aandoeningen<br />

3. pleura & thoracale holte<br />

7


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

1. algemeen reactiepatroon<br />

bronchiën<br />

o Restloos genezen<br />

o Fibrosering: basaalmembraan ↓ : granulatie fibrosering<br />

(chronische bronchitis)<br />

o Syncytiale cellen<br />

o Chronisch: hyperplasie slijmbekercellen (goblet cells)<br />

o Squameuze metaplasie<br />

o Neoplasie<br />

o Bronchiectasie = permanente dilatatie bronchus lumen door:<br />

exsudaat in lumen wand verdikt<br />

(partiële) destructie wand<br />

Dus: pmk’s proteolytische enzymen destructie<br />

wand dilatatie<br />

respiratoir deel<br />

o teveel lucht<br />

emfyseem: ventielwerking door partiële bronchiale<br />

obstructie (Rund heel gevoelig, want geen poriën in de<br />

wandjes tussen alveoli scheurt makkelijk)<br />

alveolair<br />

interstitieel<br />

subpleuraal<br />

bulleus<br />

mediastinaal (kan naar t hele lijf)<br />

subcutaan<br />

o geen lucht<br />

atelectase (druk beeld, geen ontstekingscellen)<br />

foetaal / congenitaal<br />

compressie<br />

obstructie<br />

o teveel bloed<br />

hyperemie en oedeem<br />

oorzaken:<br />

endotheliale permeabiliteit ↑ (DIS, pneumonie)<br />

hydrostatische druk ↑<br />

hypoalbuminemie<br />

stuwing<br />

postmortaal / hypostase<br />

o teveel cellen<br />

tumor<br />

ontsteking<br />

8


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

Dus even samenvattend:<br />

- bronchiën<br />

restloos genezen<br />

o degeneratie<br />

o necrose<br />

o proliferatie<br />

o celdifferentiatie<br />

granulatie, fibrosering<br />

o littekenweefsel<br />

proliferatie epitheel<br />

o syncytia<br />

o hyperplasie<br />

o metaplasie<br />

o neoplasie<br />

bronchiectasie<br />

- alveoli<br />

emfyseem<br />

o alveolair<br />

o interstitieel<br />

atelectase<br />

o foetaal<br />

o compressie<br />

o obstructie<br />

hyperemie, oedeem<br />

2. soorten aandoeningen<br />

circulatoir<br />

o stuwing (passief)<br />

o hyperemie (actief)<br />

o bloeding<br />

o tromboembolie<br />

o infarct<br />

metabool<br />

o puimstee<strong>nl</strong>ong: Nierfalen excretie P ↓ hyperfosfatemie <br />

neerslaan Ca-P; Voorkeurslocalisaties: long, maag, nier<br />

ontsteking = pneumonie<br />

o type (bronchopneumonie, interstitieel, embolisch, granulomateus)<br />

onderscheid op basis van morfologie (praktische uitvoering<br />

bij sectie: vorm, grootte, kleur, consistentie, sneevlakte)<br />

verspreidingspatroon<br />

consistentie<br />

kleur<br />

type exsudaat<br />

o verspreidingspatroon<br />

normaal<br />

cranioventraal met geaccentueerde lobuli<br />

9


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

cranioventraal met fibrineuze pleuritis<br />

interstitieel diffuus met ribafdrukken<br />

multifocaal (embolisch)<br />

multifocaal (granulomateus) zoonotisch van belang<br />

o aanvoerroutes<br />

aerogeen<br />

hematogeen<br />

per continuitatem (‘scherp in’)<br />

o exsudaat<br />

catarrhaal<br />

purulent (“suppurative”)<br />

fibrineus<br />

hemorrhagisch – necrotiserend<br />

(pyo)granulomateus<br />

o stadium<br />

acuut<br />

subacuut<br />

chronisch<br />

neoplasie<br />

Acuut catarrhaal exsudaat:<br />

- hyperemie<br />

- oedeem<br />

- pmk’s in alveoli<br />

- geen verval<br />

Chronisch catarrhaal exsudaat:<br />

- minder hyperemie<br />

- oedeem<br />

- enkele pmk’s in alveoli<br />

- geen verval<br />

Purulent exsudaat:<br />

- hyperemie en oedeem<br />

- pmk’s in alveoli<br />

- weefselverval<br />

Fibrineus exsudaat:<br />

- hyperemie septa<br />

- fibrine in alveoli<br />

- rood, stevig, verdikt (‘rode hepatisatie’)<br />

3. pleura en thoracale holte<br />

anomalie<br />

degeneratie<br />

circulatoire aandoeningen<br />

10


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

pleuritis<br />

neoplasie<br />

thoracale holte gevuld met:<br />

- lucht<br />

pneumothorax<br />

- vocht<br />

liquothorax<br />

o hydrothorax<br />

o hemothorax<br />

o chylothorax<br />

o pyothorax<br />

Hoorcollege 4 infectieuze respiratoire aandoeningen (bij varkens)<br />

Wat zijn respiratoire aandoeningen bij varkens?<br />

o Niezen<br />

o Hoesten<br />

o Ooguitvloeiing<br />

o Neusuitvloeiing<br />

o Versnelde / geforceerde ademhaling<br />

o Apathie<br />

o Koorts<br />

Bacteriële verwekkers:<br />

Actinobacillus pleuropneumoniae (APP)<br />

Mycoplasma hyopneumoniae<br />

Pasteurella multocida<br />

Haemophilus parasuis<br />

Bordetella bronchiseptica<br />

Streptococcus suis<br />

Actinobacillus pyogenes<br />

Mycoplasma hyorhinis<br />

Bacteriën zijn niet de belangrijkste primaire verwekkers van luchtweg aandoeningen<br />

Meestal conditioneel pathogeen: beschadigingen door milieu of andere pathogenen<br />

Virussen varken:<br />

Influenza<br />

PRRSV<br />

PI 3<br />

Reo/rhino/adeno<br />

Ziekte van Aujeszky<br />

Klassieke varkenspest<br />

PRCV<br />

Virussen rund:<br />

PI 3<br />

Reo/Rhino/adeno<br />

BHV<br />

OHV2<br />

BVD<br />

BRSV<br />

11


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

Virussen hond:<br />

PI 3<br />

Reo/rhino/adeno<br />

Canine herpesvirus<br />

Coronavirus<br />

Virussen kat:<br />

PI 3<br />

Reo/rhino/adeno<br />

Feline herpesvirus<br />

Feline calicivirus<br />

Cowpox<br />

Virussen konijn:<br />

Paramyxovirus<br />

Virussen kip:<br />

Herpes (infectieuze laryngo<br />

tracheitis)<br />

Paramyxovirus (new castle<br />

disease)<br />

Coronavirus (infectieuze<br />

bronchitis)<br />

Virussen paard:<br />

Adeno/reo/rhino<br />

EHV1 en EHV4<br />

EHV2<br />

Influenza<br />

Mycoplasma hyopneumoniae<br />

Kleine bacterie<br />

Beperkte hoeveelheid genetisch materiaal (genoom gesequenced)<br />

Hecht aan cilia van de trilhaarcellen van de respiratietractus<br />

Enzootische pneumonie<br />

Effect op mucocilliaire apparaat<br />

o Ciliostasis<br />

o verlies van cilia<br />

o rol in secundaire bacteriële infecties<br />

Pathogenese:<br />

o trage kolonisatie en vermeerdering in het varken<br />

o 2 weken+ tot zichtbare leasies<br />

o 4 weken tot maximale pneumonie<br />

o 4-6 weken voordat serum antilichamen meetbaar worden in ELISA<br />

o 8 weken tot kweek positief<br />

Symptomen<br />

o (droge) hoest<br />

o koorts bij secundaire infectie (meestal geen)<br />

o geeft minimale klinische verschijnselen indien enige agens<br />

o lange incubatietijd (weken – maanden)<br />

Wat betreft de afweer, mycoplasma:<br />

Moduleert het vermogen van respiratie tractus om te reageren op andere<br />

pathogenen<br />

Niet-specifieke activatie van lymfocyten<br />

membraan bevat mitogene componenten<br />

Macrofagen<br />

Attractie<br />

onderdrukking van hun functie<br />

Effecten op repiratoire immuunsysteem:<br />

12


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

influx van lymfocyten – niet-specifiek<br />

polyclonale activatie van B-cellen<br />

productie van proinflammatoire cytokines (TNF, IL-1)<br />

productie van Th2 cytokines ? (IL-10)<br />

mycoplasma, ontsnappen aan immuniteit:<br />

mucosaal pathogeen (localisatie)<br />

oppervlakte eiwitten<br />

genen worden aan en uitgeschakeld<br />

oppervlakte lipoproteïnen variëren in lengte en compositie<br />

mix van genen tot expressie<br />

constante verandering oppervlakte<br />

Influenza:<br />

Paramyxovirus<br />

3 typen, A, B en C<br />

Influenza A subtypen: op basis van manteleiwitten<br />

- H = haemagglutinine (1-16)<br />

- N = neuramidase (1-9)<br />

Genetisch materiaal:<br />

- positief strengs RNA<br />

- geen polymerase<br />

- 8 fragmenten RNA (8 segmenten)<br />

Aviaire influenze stammen<br />

- Hoog pathogeen (H5, H7)<br />

- Laag pathogeen<br />

Symptomen:<br />

- hoge koorts (tot 42)<br />

- apatische biggen<br />

- blijven liggen, kruipen op elkaar<br />

- snelle verspreiding door de stal<br />

- 3-6 dagen later herstel<br />

- hoge morbiditeit<br />

- lage mortaliteit<br />

Pathogenese / verspreiding<br />

- Aerosolen<br />

- indirect (varken – mens – varken)<br />

- geen viraemie<br />

- vermeerdering in bronchie en bronchioli<br />

- lysis van de geïnfecteerde cellen<br />

- productie pro-inflammatoire cytokines<br />

aviair virus (zoals spaanse griep)<br />

antigene drift (mutatie) mens<br />

antigene shift pandemisch virus<br />

13


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

Influenza, ontsnappen aan<br />

immuniteit:<br />

antigene drift<br />

antigene shift<br />

geen viraemie<br />

hit and run<br />

Diagnose respiratoire<br />

virussen:<br />

Waar zit het virus<br />

eige<strong>nl</strong>ijk<br />

Welke dieren ga ik<br />

monsteren<br />

Welke (lab-)<br />

techieken ga ik<br />

toepassen<br />

Rol van maternale<br />

immuniteit<br />

Infectieuze Tracheobronchitis: Kennelhoest<br />

- verschijnselen<br />

Incubatietijd 3-10 dagen (eerder 3 dan 10)<br />

Virus vermeerdert in slijmvliezen: droge, harde soms paroxysmale hoest<br />

Hoesten gevolgd door kokhalzen<br />

Hoesten op te wekken door druk op trachea<br />

Soms sereuze tot muco-purulente neusuitvloeiing.<br />

Soms systemische verschijnselen: koorts, anorexie<br />

Complicatie: bronchopneumonie<br />

- Etiologie (multifactorieel; crowding gevoelige dieren, stress, klimaat)<br />

Can.Parainfluenzavirus<br />

(in vaccin)<br />

CAV-2<br />

CDV<br />

Herpesvirus<br />

Reovirus 1,2,3<br />

coronavirus<br />

Bord. Bronchiseptica (in<br />

vaccin)<br />

Streptococcen spp.<br />

Pasteurella spp.<br />

Pseudomonas<br />

Mycoplasma<br />

- Pathogenese<br />

Infectie via direct contact/ aerosol/indirect<br />

Bb hecht dmv fimbriae en membraaneiwitten aan de ciliën van epitheel<br />

trachea en bronchien.<br />

Productie verschillende toxinen (o.a adenylaatcyclase) leidt o.a. tot<br />

- Beschadiging cilien<br />

- Ciliostasis<br />

- Verminderde fagocyterende functies<br />

- Preventie en vaccinatie (piv en bord. Bronch)<br />

Lokaal: IgA<br />

14


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

Pups al vanaf 4 weken, want geen interferentie maternale Ab’s<br />

Kan neusuitvloeiing en hoesten, want levend virus/bacterie<br />

Niesziekte bij de kat:<br />

- etiologie<br />

Virussen<br />

- Feline Rhinotracheitis virus (Herpesvirus)<br />

- Feline Calicivirus<br />

- Reovirus<br />

- cowpox<br />

Mycoplasma<br />

- felis<br />

- gatae<br />

Chlamydiae<br />

- Chlamydophila felis<br />

Bacteriën<br />

- Bordetella bronchiseptica<br />

- Staphylococcus<br />

- Streptococcus<br />

- Pasteurella multocida<br />

- Escherichia coli<br />

symptoom herpesvirus calicivirus chlamydia bordetella<br />

Sloom +++ + + +<br />

Niezen +++ + + ++<br />

Conjunctivitis ++ ++ +++ -<br />

Speekselen ++ - - -<br />

Ooguitvloeiing +++ ++ +++ (+)<br />

Neusuitvloeiing +++ ++ + ++<br />

Ulcera mond + +++ - -<br />

Hoesten (+) - - ++<br />

Pneumonie (+) + +/- +<br />

Kreupelheid - ++ - -<br />

Virussen hechten aan celreceptoren, soms krijg je daar dan secundair een bacteriële<br />

infectie bovenop; bacteriele superinfectie:<br />

- reactie op virus infectie: zwelling (oedemateus) epitheel obstructie <br />

verminderde functie<br />

- destructie van het epitheel (varierend per virus)<br />

(90% van de bacteriele infecties luchtwegen begint met een virusinfecties)<br />

Afweer van de luchtwegen door:<br />

- Mucus<br />

- ciliaire bewegingen omhoog<br />

- IgA en Interferon productie<br />

- BALT<br />

15


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

- T-cellen<br />

Transmissie respiratoire virussen:<br />

- Neus inhaleert 12.000 liter lucht per dag (mens)<br />

- Niezen geeft aerosolen van 100-2000 µM<br />

Uittreesnelheid 30 m/s<br />

Bereik 1-2 meter direct veel verder in de lucht<br />

- Hoesten: materiaal uit oropharynx en diepere luchtwegen<br />

Uittreesnelheid 250 m/s<br />

- Direct contact of ventilatiesystemen zijn ook prima verspreidingsmogelijkheden<br />

voor specifieke virussen<br />

Hoorcollege 5 parasitaire luchtweginfecties<br />

Rund:<br />

dictyocaulus viviparus<br />

ascaris suum<br />

schaap/geit:<br />

dictyocaulus filiaria<br />

muellerius capillaris<br />

Paard:<br />

Varken:<br />

Kip:<br />

dictyocaulus arnfieldi<br />

(longworm ezel)<br />

parascaris equorum<br />

strongyloides westeri<br />

metastrongylus spp<br />

(alleen wild zwijn)<br />

ascaris suum<br />

strongyloides ransomi<br />

cryptosporidium baileyi<br />

Hond:<br />

Kat:<br />

Echte longwormen:<br />

dictyocaulus spp directe cyclus<br />

muellerius capillaris tussengastheer slak<br />

metastrongylus spp tussengastheer regenworm<br />

crenosoma vulpis tussengastheer slak<br />

filaroides osleri tussengastheer slak<br />

syngamus trachea<br />

(gaapworm)<br />

crenosoma vulpis *<br />

filaroides osleri *<br />

capillaria aerophila *<br />

dirofilaria immitis<br />

(hartworm) **<br />

angiostrongylus vasorum<br />

(hartworm) *<br />

toxocara canis<br />

* meestal import uit<br />

gematigde gebieden<br />

** import uit zuid europa,<br />

VS, (sub)tropen<br />

aulurostrongylus<br />

abstrusus<br />

toxocara cati<br />

16


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

angiostrongylus vasorum tussengastheer slak<br />

Andere nematoden:<br />

spoelwormen directe cyclus<br />

capillaria aerophila directe cyclus<br />

dirofilaria immitis tussengastheer mug<br />

syngamus trachea direct of via invertebraten<br />

Protozoa<br />

cryptosporidium baileyi directe cyclus<br />

rund: Dictyocaulosis:<br />

- uitbraken 2 e helft weideseizoen<br />

- L3 op wei binnen week via Pilobolus<br />

- Overleving in wei kort – overwintering?<br />

- PPP 3-4 weken<br />

- Incubatietijd minimaal 2 weken<br />

- Snelle opbouw immuniteit<br />

- dragers zeer belangrijk – enkele lage uitscheiders<br />

- ziekte meestal > 8 weken na primaire infectie<br />

- verhoogde incidentie in melkkoeien<br />

- diagnose berust op klinisch beeld + anamnese<br />

- faecesonderziek zeer gevoelig bij primaire infecties (1 eierleggend vrouwtje)<br />

- serologie; ELISA met specifiek adult worm eiwit, zeer specifiek en gevoelig;<br />

positief tot enkele maanden na verdwijnen volwassen wormen<br />

- longlavages (onvolwassen stadia)<br />

- diagnose bij volwassen koeien vaak zeer moeilijk<br />

- noodzakelijk gevoelige dieren elke week te verweiden naar schoon land; na 6<br />

weken kunnen ze weer terug op het eerste stuk. Het bezwaar hiertegen is dat ze<br />

maagdarmwormziekte krijgen, dus eige<strong>nl</strong>ijk zijn er geen praktische<br />

beweidingsmaatregelen mogelijk<br />

- er is een vaccin met ca. 1000 bestraalde larven<br />

o op stal 2 doses met 4 weken interval<br />

o 2 weken na 2 e dosis gaan dieren naar buiten<br />

o natuurlijke booster nodig voor verdere weerstand<br />

o vaccinatie geeft geen levenslange bescherming, maar is vooralsnog de<br />

meest zekere wijze waarop dieren in het eerste weideseizoen beschermd<br />

kunnen worden<br />

- alle voor nematoden beschikbare anthelmintica zijn effectief, de macrocyclische<br />

lactonen hebben ook een residueel effect van minstens een maand<br />

o bolussen en 0-8/0-6/0-10 systemen met macrocyclische lactonen<br />

beschermen meestal hele eerste weideseizoen.<br />

o immuniteitsopbouw is niet gegarandeerd<br />

- belangrijk: waakzaamheid en behandelen: voor de preventie van maagdarmworm-<br />

en longworminfecties in het eerste weideseizoen bestaat een flow-schema, waarin<br />

17


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

op basis van het beweidingsmanagement het meest optimale advies kan worden<br />

gevonden.<br />

Schaap/geit: Dictyocaulosis:<br />

- veroorzaakt door d. filaria<br />

- minder ernstig dan bij rund<br />

- prevalentie infecties laag<br />

- overdracht moeder/kind – ziekte bij lammeren, maar dit is incidenteel<br />

- ook hier waarschij<strong>nl</strong>ijk rol pilobolus<br />

schaap/geit: Muelleriosis:<br />

- muellerius capillaris veroorzaker<br />

- indirecte cyclus –L1 in slak – L3 – met slak (of na desintegratie slak) opgenomen<br />

- migratie als bij dictyocaulus spp, maar volwassen wormen in interstitium<br />

- ppp ca. 6 weken<br />

- hoge prevalentie<br />

- zeer weinig pathogeen<br />

- vinden L1 bij faecesonderzoek zegt dus niets<br />

Paard: Dictyocaulus arnfieldi longworm ezel<br />

- ezels volstrekt tolerant en vaak besmet. Onze proefezel is dat al minstens 15 jaar<br />

- paarden slechts aangepaste gastheer, soms ziek, maar lang niet altijd uitscheider<br />

L1<br />

- paarden dus niet met ezels in de wei<br />

Bij het paard zijn spoelwormen en strongyloides westeri migrerende wormen door de<br />

longen en zijn dus een mogelijke oorzaak van respiratoire problemen<br />

varken:<br />

- spoelworminfecties eventueel als mogelijke oorzaak hoesten biggen als gevolg<br />

van migratieroute parasiet<br />

- anamnese moet dan aanwijzingen geven dat wormbestrijding niet adequaat is.<br />

- strongyloides ransomi theoretisch ook mogelijk; bij intensieve bedrijven komt<br />

parasiet niet voor<br />

- metastrongylus spp in Nederland alleen bij wilde zwijnen<br />

kip:<br />

- cryptosporidium baileyi, epitheelcellen digestietractus, bursa en<br />

respiratieapparaat<br />

- 3 schizontengeneraties; ppp 3-9 dagen; patente periode 4-30 dagen; na primaire<br />

infectie immuun<br />

- verhoogde mortaliteit, lethargie, depressie, hoesten, snuiven, ademnood,<br />

gewichtsverlies, diarree, weerstandsdaling<br />

- preventie door strenge mechanisme ontsmetting<br />

- syngamus trachea – gaapwormziekte, meestal wilde vogels – fazantenfok<br />

18


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

hond:<br />

- toxocare canis – tracheale migratie<br />

- enkele zeldzame aandoeningen:<br />

o crenosoma vulpis<br />

o capillaria aerophila (vaak samen met vorige)<br />

o filaroides osleri<br />

o filaroides milksi<br />

o filaroides hirthi<br />

o angiostrongylus vasorum<br />

o dirofilaria immitis (hartworm) In endemische gebieden zeer belangrijke<br />

pathogen bij hond en kat. Import uit zuid Europa, VS, tropen/subtropen<br />

kat:<br />

- toxocara cati, tracheale migratie<br />

- longworm bij katten komt mogelijk vaker voor dan men denkt. Rekening hiermee<br />

houden bij verschijnselen van niesziekte<br />

- aelurostrongylus abstrusus<br />

Zelfstudievragen:<br />

Welke parasitaire oorzaken voor problemen met het respiratieapparaat zijn aan te geven<br />

bij de volgende gastheren? Geef hierbij ook aan hoe belangrijk (frequent voorkomen,<br />

ernst ziekte) het is:<br />

- Rund: dictyocaulose ****, ascarose *<br />

- Schaap: dictyocaulose ***, Muelleriose *<br />

- Geit: zie schaap<br />

- Varken: ascarose **, Strongyloidose *, metastrongylose<br />

- Paard: dictyocaulose **, parascarose *, strongyloidose *<br />

- Kip: cryptosporidiose **, syngamose *<br />

- Hond: crenosomose *, filaroidose *, capillariose *, toxocarose **,<br />

diriofilariose*, angiostrongylose *<br />

- Kat: aelurostrongylose **, toxocariose *<br />

Hoe kunnen honden besmet raken met de verschillende agentia die respiratoire<br />

problemen kunnen veroorzaken:<br />

crenosoma filaroides (mogelijk ook direct) en angiostrongylus via opname<br />

slakken<br />

capillaria aerophila via opname ei + L1<br />

toxocara canis opname ei + L3 en congenital (opname via melk en via<br />

transportgastheer leidt niet tot respiratoire problemen)<br />

dirofilaria immitus: L3 via bloedmaaltijd steekmug<br />

Wat hoort verder bij de anamnese van D. immitis en A. vasorum?<br />

Respiratoire problemen zijn minder belangrijk dan de cardiovasculaire problemen. D.<br />

immitis impliceert import uit meditarrane gebied, de VS, Canada of (sub)tropen.<br />

19


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

Waarom treden uitbraken met longwormziekte bij het rund slechts bij uitzondering voor<br />

juli op?<br />

Primaire infectie bij onbesmette dieren laag, dus pas op zijn vroegst 8 weken na het naar<br />

buiten gaan ziekte<br />

Laag besmette dragers zijn in het voorjaar de belangrijkste bron voor de opbouw van<br />

longwormbesmetting bij het rund. Waarom zijn de dragers er juist in het voorjaar?<br />

Ontwikkeling van geinhibeerde larven in voorjaar<br />

Waarom spelen ze zo’n grote rol terwijl bij maagdarmwormen overwintering van L3 op<br />

de wei veel belangrijker is?<br />

Overleving L3 kort, dus overwintering op wei niet gegarandeerd.<br />

Hoe stelt u de diagnose ‘longwormziekte’ bij het rund?<br />

Op basis van de klinische verschijnselen (hoesten in wei + geen temp. Verhoging),<br />

gekoppeld aan een anamnese die waarschij<strong>nl</strong>ijk maakt dat longworminfecties kunnen zijn<br />

opgenomen<br />

Hoe kunt u deze diagnose bevestigen?<br />

L1 in faeces (Baermann) of eieren in het sputum in combinatie met verschijnselen geven<br />

vrijwel zeker causaal verband aan. Specifieke ELISA (ceditest), lavages (alleen in zeer<br />

bijzondere gevallen), postmortaal<br />

Wanneer gaat u de diagnose bevestigen?<br />

Alleen als er gerede twijfel is aan de klinische diagnose<br />

Waarom is de diagnose bij volwassen koeien vaak moeilijk?<br />

Zowel parasitologisch als serologisch onderzoek kan negatief zijn.<br />

Hoorcollege 6 oogheelkunde (geen webversie…)<br />

Bij onderzoek van het oog begin je altijd met de traanproductie, want met al je andere<br />

onderzoeken kun je deze beïnvloeden. Het oog onderzoek je verder van buiten naar<br />

binnen.<br />

Intra-oculaire conjunctivitis, bijvoorbeeld door lensluxatie lens tegen iris uveitis<br />

Plaatje van een oog met behoorlijk rode conjunctiva, en duidelijke adertjes:<br />

- roodheid conjunctiva<br />

- cornea-oedeem<br />

- geen corneadefectien<br />

- glaucoom! Dit is verhoogde tensie, je hebt de gouden 3 dagen om de druk te<br />

verlagen.<br />

Kat met conjunctivitis, denk aan niesziekte.<br />

20


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

Duitse herder, membrana nicitcans duidelijk naar voren, sterk gezwollen en rood. Geen<br />

enopthalmus. Dit kan een proces achter het oog zijn. In dit geval myositis van de<br />

kauwspieren.<br />

Kat met conjunctivitis neonatorum<br />

Vaak staphylococcen. Dan de oogleden openen, acetyl-cysteine en AB-oogzalf toedienen.<br />

Rund met moraxella bovis, vooral in de zomer door overdracht van vliegen.<br />

conjunctivitis en corneaulcera.<br />

Rund met mycoplasma bloedvaten in de cornea<br />

Bij het paard zie je soms afzetting van vliegeneieren in het oog. Bij de hond zijn dit<br />

volwassen wormpjes.<br />

Bij een follikulaire conjunctivitis zijn de lymfefollikels in de membrana nicticans goed<br />

zichtbaar door chronische irritatie.<br />

Shirmer tear test<br />

- hond 13 – 23 (


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

Ten gevolge van afwijkingen in de groei:<br />

excessief<br />

aorta en pulmonaal stenose (teveel groei)<br />

ectopisch<br />

transpositie (op verkeerde plaats)<br />

- linker of rechter coronair arterie uit de truncus pulmonalis<br />

afwezig<br />

atriumseptumdefect (foramen primum defect)<br />

ventrikelseptum defect<br />

dextropositie van de aorta<br />

gemeenschappelijk atrioventriculair kanaal<br />

geen aorta- of pulmonaalkleppen<br />

Ten gevolge van afwijkingen in regressie:<br />

excessief<br />

atriumseptum defect (foramen ovale type)<br />

ectopisch<br />

rechter aortaboog<br />

interruptie van de aortaboog<br />

afwezig<br />

open ductus botalli<br />

linker vena cava cranialis<br />

dubbele aortaboog<br />

Pericard<br />

- niet inflammatoir<br />

o hydropericard<br />

stuwing<br />

hypoproteinemie<br />

toxinemie (endotheel beschadigingen)<br />

o hemopericard<br />

opeens dood: hemangiosarcoom in harte-oor<br />

weken/maanden: ‘scherp in’<br />

22


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

- pericarditis<br />

o oorzaak vrijwel altijd infectieus (meestal bacterieel)<br />

o hematogeen<br />

o exsudaat<br />

serofibrineus<br />

purulent<br />

o op zichzelf of polyserositis<br />

Myocard<br />

Afwijkingen in de grootte (en gewicht) van het hart<br />

Vorm:<br />

- ventrikelwand dikker zonder toename van diameter van het lumen <br />

concentrisch (drukbelasting)<br />

- ventrikelwand dikker met toename van diameter van het lumen excentrisch<br />

(volumebelasting)<br />

Afwijkingen myocard:<br />

- degeneratie / necrose<br />

o moerbeihartziekte (varken)<br />

o acute myocard degeneratie en necrose<br />

- myocarditis, meestal in kader van systemische ziekten (bacterieel, viraal,<br />

protozoair, parasitair) of als reactie op degeneratieve veranderingen.<br />

o Bijv. parvovirus enteritis hond (basofiele insluitlichaampjes)<br />

Cardiopyopathie<br />

Sterke dilatatie linker atrium, stuwingsverschijnselen. Verschijnselen kat: benauwd,<br />

verminderd uithoudingsvermogen, vocht in de buik, cyanotische slijmvliezen.<br />

Wervelingen in het hart beschadiging bloedplaatjes trombus verlamde<br />

achterpoten.<br />

- Primaire cardiomyopathieen: myocard aandoeningen vaak zonder duidelijke<br />

oorzaak (idiopathisch)<br />

o hypertrofische vorm (kat, hond, rat en varken)<br />

o gedilateerde (congestieve) vorm (kat, hond, hamster, kalkoen, varken en<br />

rund)<br />

o restrictieve vorm (kat)<br />

- Secundaire cardiomyopathieen: Specifieke hartspier aandoeningen (bijv.<br />

myocarditis, spierdystrofie, nutritionele myopathieën e.d.)<br />

Endocard<br />

- degeneratieve veranderingen<br />

o calcificatie<br />

o endocardiose (klepfibrose knobbelige verdikking bij kleppen <br />

sluiting niet optimaal bloed terug naar linker atrium bindweefselstrengen:<br />

jet-lesions in het linker atrium)<br />

23


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

- ontstekingen (endocarditis)<br />

o lokalisatie<br />

vavulair<br />

parietaal / muraal<br />

chordiaal<br />

o oorzaak:<br />

meestal bacterieel<br />

parasitair<br />

uremie (necrotiserende endocarditis)<br />

o mogelijke gevolgen endocarditis (effecten o.a. afhanke<strong>nl</strong>ijk van de<br />

lokalisatie v/d endocarditis)<br />

stenose stuwing longen/lever<br />

insufficiëntie<br />

thrombo-emboli<br />

Vaten<br />

- degeneratie<br />

o arteriosclerose: chronische arteriële<br />

afwijkingen die niet berusten op<br />

ontstekingen<br />

o calcinosis<br />

bijv. metastatische calcificatie van<br />

de arteria carotis in het kader van<br />

uremie<br />

- ontstekingen (vasculitis): komt bij veel<br />

ontstekingen voor. Speelt een belangrijke rol in de pathogenese van een aantal<br />

aandoeningen, zoals bijvoorbeeld bij FIP (feline infectieuze peritonitis)<br />

o arteritis<br />

o phlebitis<br />

o lymfangitis<br />

Hoorcollege 8 verminderd presteren door circulatoire oorzaken<br />

De taken van het circulatiestelsel:<br />

1. normale arteriële bloeddruk<br />

2. normale “flow” naar de periferie (weefselperfusie)<br />

3. normale veneuze- en capillairdruk<br />

In rust is er een vagotonus. Inspanning of bloeddrukdaling geeft een signaal via de<br />

baroreceptoren in de a. carotis en de aortaboog sympathicotonus<br />

Let op: bij gezonde honden in rust is er een sinus aritmie.<br />

De weg naar congestief linker hartfalen ( cardiaal longoedeem )<br />

- dalende contractiliteit door dilaterende cardiomyopathie (DCM)<br />

- bloeddrukdaling wordt geregistreerd door baroreceptoren in de aortaboog en sinus<br />

caroticus<br />

24


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

- de bloeddrukdaling wordt gecorrigeerd (door<br />

sympathicotonus) vanuit de vasomotor<br />

centrum in medulla oblongata het<br />

sympatische zenuwstelsel wordt<br />

onmiddellijk geactiveerd vasoconstrictie<br />

bloeddrukstijging<br />

- door vasoconstrictie (is stijgende nabelasting) daalt het slagvolume waardoor de<br />

weefselperfusie gaat dalen sensor in de nieren: macula densa renine-afgifte<br />

vanuit de nieren renine maakt van angiotensinogeen angiotensine I en dan<br />

angiotensine II (angiotensine II veroorzaakt vasoconstrictie)<br />

- Angiotensine II stimuleert arginine-vasopressine (ADH) afgifte vanuit de<br />

hypofyse ADH zorgt voor het vasthouden van water via de nieren.<br />

- Angiotensine II stimuleert aldosteron secretie vanuit de bijnieren aldosteron<br />

zorgt voor het vasthouden van natrium en daarmee water via de nieren<br />

- Het stijgende plasmavolume verbetert de ventrikelvulling (= grotere<br />

voorbelasting)<br />

- Voorbelasting ↑ slagvolume ↑ (door ↑<br />

contractiliteit)<br />

- (het hormonale systeem (RAAS) zorgt<br />

voor lange termijn effecten)<br />

- Bloeddrukstijging wordt geregistreerd<br />

door baroreceptoren in de aortaboog en sinus caroticus parasympathicotonus<br />

wordt hersteld<br />

Een geringe stijging van de veneuze druk geeft geen klachten. Bij progressieve ziekte<br />

volgt een verdere daling van de contractiliteit, RAAS blijft actief. Het gevolg van deze<br />

chronisch verhoogde voorbelasting (= volumebelasting) is excentrische hypertrofie<br />

(dilatatie) van het linkerventrikel.<br />

Tijdens diastole zijn het linker atrium en ventrikel een gezamelijke ruimte, dus druk in<br />

het linker atrium = druk in het linker ventrikel. Gevolg van drukverhoging in het linker<br />

25


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

atrium dilatatie van het linker atrium. Het linker atrium en de vv. pulmonales hebben<br />

dezelfde druk, dus hoge druk in het linker atrium = hoge druk in de vv. pulmonales<br />

Wanneer de druk in de vv. pulmonales te hoog wordt: longoedeem congestief linker<br />

hartfalen. Plasmavolume bij optreden van cardiaal longoedeem is 130%! “dankzij” het<br />

renine-angiotensine-aldosteron systeem.<br />

Het linker ventrikel lumen kan niet eindeloos groter worden weer bloeddrukdaling<br />

Bloeddrukdaling wordt geregistreerd door baroreceptoren in de aortaboog en sinus<br />

caroticus Sympathicotonus. De sympathische zenuwstelsel wordt chronisch<br />

geactiveerd Bloeddrukstijging door vasoconstrictie door sympathicotonus.<br />

Continue sympathicotonus sinus tachycardie<br />

Gevolg van atrium dilatatie atriumfibrillatie. Atriumfibrillatie door atriumdilatatie <br />

geen gecoördineerde atriumcontractie meer Verdere daling van het slagvolume <br />

onvoldoende ventrikelvulling en te korte vullingstijd Dilaterende cardiomyopathie:<br />

Congestief hartfalen met hypotensie<br />

De verschijnselen van congestief linker hartfalen:<br />

- cardiaal longoedeem<br />

- tachycardie<br />

- polsuitval<br />

- auscultatie bij atriumfibrillatie: chaos<br />

- auscultatie: bijgeruis<br />

- de definitieve diagnose van longoedeem stel je met behulp van een thoraxfoto:<br />

interstitiele en alveolaire tekening<br />

- op foto / echo is het linkeratrium vergroot<br />

- behandeling: furosemide toedienen (= diuretica) Het plasmavolume moet immers<br />

dalen zodat de druk in het linkeratrium<br />

daalt.<br />

- Behandeling: zuurstof geven<br />

- Behandeling: absoluut geen infuus<br />

geven!!<br />

- Chronische behandeling: spironolacton;<br />

kalium-sparend diureticum (aldosteronreceptor<br />

antagonist)<br />

- Chronische behandeling: ACE-remmer;<br />

tegen het geactiveerde RAAS<br />

- Chronische behandeling: digoxine;<br />

negatief chronotroop (direkte vagus prikkeling)<br />

- Chronische behandeling: pimobendan; inodilator (= positief inotroop door “Casensitizing”<br />

+ vasodilatator)<br />

26


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

Congestief rechter hartfalen<br />

stuwing van de vv jugularis<br />

ascitis<br />

Ten gevolge van:<br />

- ernstige tricuspidalisklepinsufficiëntie t.g.v.<br />

klepdysplasie drukverhoging rechter atrium <br />

dilatatie rechter atrium volumebelasting van het<br />

rechter ventrikel excentrische hypertrofie van het<br />

rechter ventrikel<br />

behandeling: diuretica + ACE-remmer<br />

- harttamponade t.g.v. pericardovervulling druk<br />

pericard > druk rechter atrium bloeddrukdaling<br />

wordt geregistreerd door baroreceptoren in de<br />

aortaboog en sinus caroticus correctie bloeddrukdaling door sympathicotonus<br />

Behandeling: pericardiocentesis.<br />

Linker ventrikel functie wordt bepaald door:<br />

1. Voorbelasting (“preload”)<br />

2. Nabelasting (“afterload”)<br />

3. Contractiliteit (inotropie)<br />

4. Relaxatie (lusitropie)<br />

5. Frequentie (chronotropie) en regelmaat<br />

Voorbelasting (preload)<br />

De voorbelasting is het eind-diastolisch volume: vóór ventrikel contractie<br />

De voorbelasting kan te laag zijn door:<br />

- dehydratie (braken, diarree)<br />

- harttamponade (pericardovervulling)<br />

- atriumfibrillatie (atriumcontractie 33% bijdrage aan het ventrikelvolume)<br />

- tachycardie (te korte vullingstijd polsuitval)<br />

Voorbelasting te hoog door:<br />

- bradycardie (te lange vullingstijd)<br />

- hypervolemie (tgv infuus)<br />

- ernstige tricuspid.- of pulm.-klep insufficiëntie (excentrische hypertrofie van het<br />

RV en dilatatie van het RA)<br />

- ernstige mitralis- of aortaklep insufficiëntie (excentrische hypertrofie van het LV<br />

en dilatatie van het LA)<br />

- ernstige mitralisklepinsufficiëntie (volumebelasting van het linker ventrikel)<br />

- persisterende ductus arteriosus (volumebelasting van het linker ventrikel)<br />

Nabelasting (afterload)<br />

De nabelasting is de weerstand tijdens de systole<br />

De nabelasting kan te hoog zijn door:<br />

- aortastenose<br />

- hypertensie<br />

27


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

Door chronische drukbelasting op een ventrikel kan deze concentrisch hypertrofieeren.<br />

Bijv. door aorta- of pulmonalisstenose. Daardoor is er onvoldoende myocardperfusie<br />

van de gehypertrofeerde hartspier wat leidt tot myocard ischemie, infarct en fibrose.<br />

Er ontstaat een Ventriculaire extrasystole (VES). Kenmerken van een VES:<br />

- bizarre QRS configuratie<br />

- te breed QRS<br />

- geen bijbehorende P-top voor de QRS<br />

- grote T-top met tegengestelde polariteit t.o.v. QRS<br />

Veel VES’en achter elkaar: ventriculaire tachycardie onvoldoende vullingstijd<br />

(300/min, hond) Van ventriculaire tachycardie makkelijk ventrikel fibrillatie <br />

terminaal ritme<br />

Contractiliteit (inotropie)<br />

Te laag bij dilaterende cardiomyopathie<br />

Relaxatie (lusitropie)<br />

Abnormale relaxatie bij hypertrofische cardiomyopathie. Gevolg: verhoging van linker<br />

atrium druk waardoor dilatatie cardiaal longoedeem (= congestief linker hartfalen)<br />

Frequentie (chronotropie) en regelmaat<br />

flauwte als sinus arrest minstens 6 seconden duurt<br />

Hartauscultatie bij de eerste enting! Bijgeruis? Direct doorsturen naar een cardioloog!<br />

Hoorcollege 9 Aandoeningen van het hart bij LH<br />

Hartfalen<br />

varken met acuut hartfalen<br />

het varken is door genetische predispositie bijzonder gevoelig voor cardiovasculaire<br />

stress.<br />

Congenitale afwijkingen<br />

kalf en big met congenitale afwijkingen<br />

- VSD (ventrikel septum defect)<br />

- ductus Botalli persistens<br />

- tetralogie van Fallot<br />

Arritmieën<br />

koe met arritmieën<br />

- atriumfibrillatie, dit is anders dan bij de overige diersoorten.<br />

o digestiestoornis (elektrolyten-inbalans)<br />

o pols 100-140<br />

o onregelmatige inequale pols<br />

o wisselende harttonen<br />

28


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

- ventriculaire extrasystolen<br />

o ectopisch focus in myocard – lokale myocarditis<br />

o nu en dan ‘extra’ compensatoire pauze<br />

o endocarditis bicuspidalis<br />

Endocarditis<br />

koe met endocarditis<br />

- Gewoo<strong>nl</strong>ijk RAV, soms (ook) LAV primair ontstekingsproces.<br />

- A. pyogenes of F. necrophorum<br />

- emboli / trombi in de circulatie endocarditis valvularis<br />

o klep-insufficientie<br />

o trombo-embolische metastasen<br />

Endocarditis koe algemeen:<br />

- vermagert<br />

- dor haarkleed<br />

- intermitterend kreupel<br />

- hectische temperatuur<br />

- chronisch recividerend process, reageert op EB, maar het komt terug<br />

klep-insufficientie:<br />

- hartzwakte<br />

- tachycardie<br />

- systolisch bijgeruis<br />

- hypervolemie<br />

- veneuze stuwing (leverstuwing)<br />

- venepols<br />

- gewoo<strong>nl</strong>ijk geen oedemen<br />

Trombo-embolische metastasen:<br />

- metastatische pneumonie<br />

- metastatische nefritis<br />

- locomotie<br />

- myocard<br />

Prognose: progressief proces, prognose ongunstig<br />

Varken met endocarditis<br />

meestal dood gevonden of toevalsbevinding bij slacht<br />

erysipelothrix rhusiopathiae (vlekziekte)<br />

metastatisch (staartbijten) door a. pyogenes en andere.<br />

29


Ziekteleer 2 <strong>hoorcolleges</strong><br />

Pericarditis<br />

Koe met pericarditis<br />

Bij het rund ‘altijd’ traumatische pericarditis, door traumatische reticuloperitonitis,<br />

acuut proces, vaak in enkele dagen dood:<br />

overvulling met vocht<br />

fibrinevorming<br />

gasvorming<br />

bindweefselvorming<br />

Acuut: (behalve ‘scherp’ symptomen)<br />

hoge pols<br />

hoge koorts<br />

veneuze hypertensie<br />

veel oedeem in kossum<br />

harttonen slecht of niet te horen<br />

klotsgeluiden (‘bruits de glou-glou)<br />

‘horizontale’ demping<br />

Chronisch: (behalve evt. ‘scherp’ symptomen)<br />

hoge pols<br />

veneuze hypertensie<br />

oedeem in kossum<br />

harttonen slecht of niet te horen<br />

‘ bruits de glou-glou’ minder uitgesproken<br />

‘horizontale’ demping<br />

Geen koorts<br />

Minder ziek<br />

Varken met pericarditis<br />

Begint als fibrineuze pericarditis, wordt chronisch adhesief, toevalsbevinding bij<br />

slacht of sectie<br />

Haemophilus suis, mycoplasma hyorhinis, actinobacillus pleuropneumoniae (in<br />

combinatie met pleuritis en pneumonie)<br />

30

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!