Verzakkingsoperaties met vaginale MESH (matjes) [104kb] - Tergooi
Verzakkingsoperaties met vaginale MESH (matjes) [104kb] - Tergooi
Verzakkingsoperaties met vaginale MESH (matjes) [104kb] - Tergooi
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Patiënteninformatie<br />
<strong>Verzakkingsoperaties</strong><br />
<strong>met</strong> <strong>vaginale</strong> <strong>MESH</strong><br />
(<strong>matjes</strong>)<br />
Informatie over de (reden van) operatie en<br />
eventuele, alternatieve mogelijkheden
Inhoudsopgave Bladzijde<br />
Algemeen 4<br />
2. Hoe voeren we de ingreep uit? 6<br />
3. Complicaties specifiek gerelateerd aan de ingreep<br />
<strong>met</strong> een vaginaal matje 7<br />
4. Na de operatie 9<br />
5. Zijn er alternatieve behandelingen mogelijk? 10<br />
6. Vragen en antwoorden <strong>vaginale</strong> implantaten (‘<strong>matjes</strong>’) 11<br />
7. Tot slot 16<br />
8. Vragen aan de arts en ruimte voor aantekeningen 16<br />
9. Verantwoording tekst 20<br />
3
<strong>Verzakkingsoperaties</strong> <strong>met</strong><br />
<strong>vaginale</strong> <strong>MESH</strong> (<strong>matjes</strong>)<br />
Informatie over de (reden van) operatie en eventuele,<br />
alternatieve mogelijkheden<br />
Algemeen<br />
Een verzakking van de vagina en/of baarmoeder is een veel voorkomende<br />
aandoening welke diverse klachten kan veroorzaken, zoals een drukkend<br />
gevoel in de vagina, een ‘bal’-gevoel, moeite <strong>met</strong> uitplassen of problemen<br />
<strong>met</strong> de ontlasting en rugpijn. Soms heeft een verzakking negatieve<br />
effecten op seksuele beleving. Een verzakking is in het algemeen geen<br />
levensbedreigende aandoening, maar diverse verzakkingsklachten<br />
kunnen de kwaliteit van leven negatief beïnvloeden. Eén van de<br />
behandelingsmogelijkheden voor een <strong>vaginale</strong> verzakking is een operatie.<br />
Ten minste elf procent van de vrouwen ondergaat gedurende haar leven<br />
een operatie vanwege een verzakking en/of urine-incontinentie. Een<br />
verzakking ontstaat als gevolg van een beschadiging aan of verzwakking<br />
van het ondersteunende/ophang weefsel van de baarmoeder en/of vagina.<br />
Bij een verzakkingsoperatie verstevigt de gynaecoloog dit ondersteunde<br />
weefsel weer. Het doel van de operatie is om uw klachten te verhelpen.<br />
Veel bekkenbodemklachten vinden hun oorzaak in een verzakking. Soms<br />
kunnen klachten, zoals bijvoorbeeld buikpijn, ook een andere oorsprong<br />
hebben.<br />
1. Waarom een verzakkingsoperatie <strong>met</strong> een implantaat (matje)?<br />
Klinisch wetenschappelijke onderzoeken laten zien dat een <strong>vaginale</strong><br />
verzakking kan terugkeren na een operatie waarbij het ondersteunende<br />
weefsel is verstevigd <strong>met</strong> eigen weefsel (conventionele of klassieke<br />
operatie). Dat risico is het grootst na een operatie voor een<br />
blaasverzakking en bedraagt ongeveer 20-30%.<br />
4
Andere risicofactoren zijn overgewicht, chronische longziekten zoals<br />
astma en beroepen waarbij zwaar wordt getild.<br />
U kunt een operatie <strong>met</strong> een vaginaal implantaat overwegen wanneer<br />
we bij u het risico op het terugkeren van de verzakking als verhoogd<br />
inschatten, of als er eerder een conventionele operatie is verricht en de<br />
verzakking is teruggekeerd. Het implantaat (matje) vervangt uw eigen<br />
(verzwakte) weefsel. Na een operatie <strong>met</strong> een vaginaal matje is de kans<br />
op terugkeer van dezelfde verzakking kleiner dan na een conventionele<br />
operatie. De effecten op de lange termijn zijn nog niet geheel bekend.<br />
Echter, er zijn problemen gemeld, niet alleen bij de zorgverleners maar<br />
ook via meldingen bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg. Sommige<br />
van deze klachten gaan over complicaties die het leven van de patiënten<br />
soms ernstig in negatieve zin beïnvloeden. De meldingen hebben geen<br />
directe relatie <strong>met</strong> één bepaald merk implantaat, maar het is ons bekend<br />
dat de oudere typen implantaten meer complicaties hebben gegeven dan<br />
de nieuwere typen. Internationaal gezien gebruiken we implantaten voor<br />
meerdere aandoeningen succesvol en de betrokken toezichthoudende<br />
instellingen hebben geen reden gezien om de bekkenbodem <strong>matjes</strong> van<br />
de markt te halen. De techniek (<strong>vaginale</strong> manier van inbrengen) kent<br />
haar eigen complicaties die we, maar ook door de Inspectie voor de<br />
Gezondheid, nauwlettend in de gaten houden.<br />
Er zijn diverse soorten implantaten, welke te verdelen zijn in biologische<br />
oplosbare (lossen op in de loop van de tijd) en onoplosbare kunststof<br />
<strong>matjes</strong> (blijven permanent in het lichaam). De onoplosbare kunststof<br />
<strong>matjes</strong> (polypropyleen) blijken effectief te zijn en de informatie in deze<br />
folder beperkt zich tot het gebruik van dit materiaal.<br />
5
- Links: blaasverzakking<br />
- Rechts: matje tussen blaas en vagina<br />
(Bron IUGA (international Urogynaecological Association)).<br />
2. Hoe voeren we de ingreep uit?<br />
We voeren de operatie vaginaal uit. We maken een incisie (snede) in<br />
de vagina, waarna we het <strong>vaginale</strong> slijmvlies <strong>met</strong> het ondersteunende<br />
bindweefsel van het onderliggende orgaan (blaas, baarmoeder of darm,<br />
afhankelijk van het verzakte orgaan) scheiden. Het matje plaatsen we<br />
vervolgens onder het slijmvlies en ondersteunende bindweefsel van de<br />
vagina. We gebruiken diverse technieken om het matje te positioneren. Dit<br />
varieert van fixatie-‘armpjes’welke via kleine incisies in de liezen of de<br />
bil naar buiten komen tot speciale fixatie-‘ankertjes’die we fixeren in het<br />
kleine bekken.<br />
In Nederland is in een Kwaliteitsstandpunt van de Nederlandse<br />
Vereniging voor Obstetrie & Gynaecologie/NVOG vastgelegd (Nota:<br />
Gebruik van kunststofmateriaal bij <strong>vaginale</strong> prolapschirurgie) dat<br />
operaties <strong>met</strong> een vaginaal matje alléén worden uitgevoerd door<br />
specialisten die hierin voldoende getraind zijn en hun vaardigheden<br />
onderhouden. Uw arts is ook verplicht om in een landelijk register te<br />
6
egistreren welk implantaat (matje) u krijgt. Mocht u bezwaar hebben<br />
tegen het feit dat uw gegevens geregistreerd worden, meld dit dan aan<br />
uw behandelende arts. Voor de ingreep moet uw arts u uitleggen wat de<br />
procedure precies inhoudt, wat de voordelen en risico’s op complicaties<br />
van de ingreep zijn en welke alternatieven er mogelijk zijn.<br />
3. Complicaties specifiek gerelateerd aan de ingreep <strong>met</strong> een vaginaal<br />
matje<br />
Na elke verzakkingsoperatie kunnen er complicaties optreden. Echter<br />
na het gebruik van een vaginaal matje kunnen er specifieke complicaties<br />
optreden.<br />
- Blootliggen van het matje in de vagina (exposure), hetgeen zonder<br />
klachten kan optreden, maar ook gepaard kan gaan <strong>met</strong> afscheiding<br />
of bloedverlies, en/of pijn bij u of uw partner tijdens seksuele<br />
gemeenschap kan geven. Een exposure komt voor in vijf tot tien<br />
procent van de operaties. Risicofactoren voor het krijgen van een<br />
exposure zijn roken, overgewicht en minder ervaring van degene die de<br />
operatie verricht. In het algemeen is een exposure goed te behandelen<br />
<strong>met</strong> <strong>vaginale</strong> hormooncrème en/of het (operatief) verwijderen van een<br />
deel van het matje.<br />
- Infectie van het implantaat (<strong>met</strong> de huidige materialen zéér zeldzaam).<br />
- Vaginale pijn bij seksuele gemeenschap. Dit blijkt na elf tot vijftien<br />
procent van de operaties <strong>met</strong> een matje op te kunnen treden. Deze<br />
complicatie treedt in een vergelijkbaar percentage op na een operatie<br />
zonder een matje.<br />
- Verlittekening van de vagina als gevolg van krimp van het matje. De<br />
kans hierop ligt tussen de drie en vijf procent. In sommige gevallen<br />
ontstaat er door deze verlittekening chronische pijn.<br />
- Sommige vrouwen krijgen direct na de operatie pijn in de billen of<br />
liezen, dit gaat vaak vanzelf weer binnen een paar dagen/weken over.<br />
Deze complicaties kunnen vrij snel na de operatie ontstaan, maar soms<br />
ook pas een jaar na de operatie. Soms is het nodig de complicatie te<br />
7
herstellen <strong>met</strong> één of soms meerdere heroperaties (zoals het verwijderen<br />
van (een deel) van het implantaat). Ondanks deze heroperaties lukt het in<br />
zeldzame gevallen niet om de pijnklachten geheel te verhelpen.<br />
Naast de complicaties die specifiek bij het gebruik van een vaginaal matje<br />
voorkomen kunnen er ook algemene complicaties optreden.<br />
- Bij iedere operatie (dus ook bij operaties zonder matje) bestaat de kans<br />
op trombose, een verstopping van een bloedvat door een bloedpropje.<br />
Om dit te voorkomen, krijgt u waarschijnlijk tijdens de opname in<br />
het ziekenhuis iedere dag een injectie in de huid van de buik of het<br />
bovenbeen.<br />
- Daarnaast krijgt u tijdens de operatie meestal antibiotica om een<br />
infectie te voorkomen.<br />
- Soms kan er een blaasontsteking optreden.<br />
- Andere risico’s zijn een nabloeding en/of een beschadiging van de<br />
blaas of de darm. Sommige vrouwen krijgen na de operatie opnieuw<br />
een verzakking.<br />
- Het is ook mogelijk dat de operatie helpt tegen uw klachten, maar dat<br />
u er andere klachten voor in de plaats krijgt. Een klein aantal vrouwen<br />
krijgt bijvoorbeeld last van ongewenst urineverlies (incontinentie) na<br />
een operatie voor een verzakking.<br />
Na de introductie van de <strong>vaginale</strong> <strong>matjes</strong> in 2002 is deze techniek<br />
veelvuldig toegepast, <strong>met</strong> name in het buitenland. Er bleken meer<br />
complicaties op te treden dan verwacht. Dit heeft mede geleid tot<br />
een veiligheidsdocument door de Amerikaanse FDA (Food and Drug<br />
Administration) in 2008 en 2011. Sinds de introductie in Nederland, in<br />
2005, zijn de operatie technieken en de materialen sterk verbeterd. Het<br />
risico op complicaties is hierdoor gedaald. Ook is er een overeenkomst<br />
(consensus) bereikt over de indicaties wanneer wel en niet een vaginaal<br />
matje zou kunnen worden toegepast. Hierdoor worden alleen <strong>matjes</strong><br />
geplaatst bij vrouwen <strong>met</strong> een verhoogd risico op terugkeer van de<br />
verzakking. Zie ook: Nota gebruik van kunststofmateriaal bij <strong>vaginale</strong><br />
prolaps chirurgie.<br />
8
4. Na de operatie<br />
Na de operatie kunt u <strong>met</strong> betrekking tot uw herstel in de eerste<br />
weken na de operatie hetzelfde verwachten als na een conventionele<br />
verzakkingsoperatie.<br />
Na de operatie in het ziekenhuis<br />
Na de operatie blijft u waarschijnlijk een paar dagen in het ziekenhuis.<br />
U kunt dan pijn in de onderbuik en schaamstreek hebben. Vraagt u<br />
gerust om pijnstillers als u hier veel last van heeft. Verder kunt u een<br />
tampon in de vagina hebben die een eventuele bloeding moet stoppen.<br />
De verpleegkundige verwijdert die tampon weer op de ochtend na de<br />
operatie. U kunt ook een slangetje in de plasbuis hebben om de urine uit<br />
de blaas af te voeren. Dit is een blaaskatheter. Deze moet soms een aantal<br />
dagen blijven zitten. Als u na het verwijderen van de katheter niet <strong>met</strong>een<br />
zelf kunt plassen, krijgt u opnieuw een katheter. Soms ontstaat er een<br />
blaasontsteking. Dan krijgt u een kuur <strong>met</strong> een antibioticum. De eerste<br />
dagen na de operatie zijn vaak pijnlijk. U krijgt pijnstillers als dat nodig<br />
is.<br />
Na de operatie weer thuis<br />
Een operatie is belastend voor uw lichaam. Het duurt een tijd voordat<br />
u zich weer helemaal goed voelt. Dit valt vaak tegen; veel vrouwen<br />
verwachten dat ze snel weer de ‘oude’ zijn. Maar u kunt misschien minder<br />
aan dan u gewend bent. Luister goed naar de signalen van uw lichaam en<br />
ga niet te snel weer te veel doen. Uw lichaam heeft tijd en rust nodig om<br />
helemaal te herstellen. Na een verzakkingsoperatie duurt dit minstens<br />
zes weken. U mag in deze periode geen zware dingen tillen of ander zwaar<br />
werk doen. Overleg <strong>met</strong> uw arts wanneer u weer mag autorijden. Dit is<br />
vaak na twee weken.<br />
Let op de volgende punten:<br />
- belt u uw gynaecoloog of het ziekenhuis als u koorts krijgt of als de<br />
pijn erger wordt;<br />
9
- het is belangrijk dat u niet veel hoeft te persen voor de ontlasting. Eet<br />
daarom vezelrijk en drink minstens anderhalve liter vocht per dag.<br />
Wanneer dat nodig is, kunt u laxerende middelen krijgen;<br />
- na de operatie is vaginaal bloedverlies en afscheiding normaal. Na<br />
ongeveer zes weken moet dit over zijn. Belt u uw gynaecoloog of het<br />
ziekenhuis als het langer duurt;<br />
- hechtingen in de schede lossen vanzelf op. Restjes van de hechtingen<br />
kunnen via de vagina naar buiten komen. Dat is normaal en kan tot<br />
ruim zes weken na de operatie gebeuren;<br />
- de eerste weken na de operatie kunt u beter geen seks hebben. De wand<br />
van de vagina kan daardoor beschadigen. Na ongeveer zes weken is<br />
de wand meestal voldoende hersteld. De gynaecoloog controleert en<br />
bespreekt dit eerst <strong>met</strong> u.<br />
Na de operatie krijgt u een afspraak voor controle bij de gynaecoloog<br />
op de polikliniek. Dit is meestal zes weken na de operatie (of na het<br />
ontslag uit het ziekenhuis). U blijft in elk geval tot één jaar na de operatie<br />
onder controle van uw behandelende arts. Krijgt u klachten van pijn,<br />
bloedverlies of afscheiding, neemt dan contact op <strong>met</strong> uw behandelende<br />
gynaecoloog.<br />
5. Zijn er alternatieve behandelingen mogelijk?<br />
Het is mogelijk om de verzakking niet te behandelen. Als de klachten<br />
voor u acceptabel zijn, is het niet noodzakelijk om de verzakking te<br />
behandelen. U kunt een pessarium laten plaatsen, waarmee u een<br />
operatie kunt voorkomen of uitstellen (zie ook de folder ‘Pessarium bij<br />
verzakking en incontinentie’). Bij geringe of matige verzakking kunnen<br />
bekkenbodemoefeningen soms helpen uw klachten te verminderen (zie<br />
ook folder ‘Bekkenfysiotherapie’). Alternatieve operatiemogelijkheden<br />
betreffen een conventionele operatie via de vagina zonder matje of<br />
een buikoperatie <strong>met</strong> gebruik van een kunststof matje. U kunt al deze<br />
alternatieven <strong>met</strong> uw gynaecoloog bespreken.<br />
10
6. Vragen en antwoorden <strong>vaginale</strong> implantaten (‘<strong>matjes</strong>’)<br />
Waarom worden verzakkingsoperaties <strong>met</strong> een vaginaal implantaat<br />
(matje) verricht?<br />
Bij verzakkingsoperaties zonder een implantaat opereren we <strong>met</strong><br />
bestaand/eigen steunweefsel. De kans dat de verzakking terug komt na<br />
deze operatie is 20-30 procent. Dat komt omdat het eigen steunweefsel<br />
niet van goede kwaliteit is. Bij verzakkingsoperaties <strong>met</strong> een vaginaal<br />
implantaat maakt het lichaam nieuw steunweefsel. De kans dat de<br />
verzakking terugkomt na gebruik van een implantaat is kleiner dan na<br />
een traditionele, d.w.z. <strong>met</strong> eigen steunweefsel, uitgevoerde operatie.<br />
Zijn de ‘<strong>matjes</strong>’effectief in de behandeling van de verzakking en de<br />
klachten die daar soms mee gepaard gaan?<br />
Het doel van de operatie is om uw klachten zo goed mogelijk te<br />
verhelpen. Uit Nederlands en buitenlands onderzoek blijkt dat<br />
een verzakkingsoperatie <strong>met</strong> een vaginaal matje effectief is om de<br />
verzakking te behandelen. De kans op terugkeer van de verzakking of<br />
verzakkingsklachten (zonder dat er al een verzakking zichtbaar is) na een<br />
operatie <strong>met</strong> een matje is veel kleiner dan na een operatie zonder matje.<br />
Bij een verzakking komen ook andere klachten voor zoals problemen <strong>met</strong><br />
ontlasting, problemen <strong>met</strong> plassen en vormen van ongewild urineverlies,<br />
balgevoel en problemen bij het vrijen. Ook op deze klachten zien we<br />
overwegend een positief effect van operatieve correctie.<br />
Zijn de ‘<strong>matjes</strong>’ eigenlijk wel veilig?<br />
In 1997 is de TVT ( polypropyleen-bandje tegen ongewild urineverlies )<br />
geïntroduceerd. Het succes <strong>met</strong> dit onoplosbare bandje heeft geleid tot<br />
introductie van het zogenoemde Bekkenbodem matje (ProliftTM Ethicon<br />
WH&U) in 2002. De Franse TVM (Tension free Vaginal Mesh) Groep was<br />
de eerste, die deze techniek systematisch toepaste en daarover heeft<br />
gepubliceerd. In dezelfde tijd hebben andere firma’s soortgelijke <strong>matjes</strong><br />
op de markt gebracht (BARD, AMS, Boston Scientific etc.) en is het<br />
matje veelvuldig toegepast, vooral in het buitenland. Er bleken echter<br />
11
meer complicaties op te treden dan verwacht. Dit heeft mede geleid<br />
tot een veiligheidsdocument van de Amerikaanse FDA (Food and Drug<br />
Administration) in 2008 en 2011. Sinds de introductie van de <strong>vaginale</strong><br />
<strong>matjes</strong>, in Nederland in 2005, zijn de operatietechnieken en materialen<br />
aanzienlijk verbeterd. Hoewel de risico’s op complicaties na deze<br />
innovaties/verbeteringen zijn verminderd, laten diverse Nederlandse<br />
en buitenlandse onderzoeken zien dat er bij het gebruik van <strong>vaginale</strong><br />
‘<strong>matjes</strong>’ specifieke complicaties kunnen optreden.<br />
1. Blootliggen van het matje in de vagina (exposure). Dit hoeft geen<br />
verschijnselen te geven maar kan ook oorzaak zijn van klachten van<br />
toegenomen afscheiding/bloedverlies en/of pijn bij u of uw partner<br />
tijdens seksuele gemeenschap. Een exposure komt na operatie voor<br />
bij ongeveer vijf tot negentien procent ( gemiddeld tien procent)<br />
van de patiënten. In het algemeen is een exposure goed en zonder<br />
restverschijnselen te behandelen <strong>met</strong> <strong>vaginale</strong> hormoon crème en/of<br />
het (operatief) verwijderen van een deel van het matje. Dit laatste kan<br />
vaak poliklinisch plaatsvinden, soms moet dit op de operatiekamer<br />
gebeuren.<br />
2. Infectie van het implantaat (<strong>met</strong> de huidige materialen zeer zeldzaam).<br />
Bij een geringe infectie kunnen er antibiotica worden gegeven. Bij zeer<br />
ernstige infecties moet het matje verwijderd worden.<br />
3. Vaginale pijn bij seksuele gemeenschap. Dit treedt op na elf tot vijftien<br />
procent van de operaties.<br />
4. Verlittekening van de vagina als gevolg van krimp van het matje. De<br />
kans hierop ligt tussen de drie en vijf procent. In sommige gevallen<br />
ontstaat er door deze verlittekening chronische pijn (minder dan één<br />
procent). De ernst van de pijn is soms heel fors en beperkend voor<br />
patiënten.<br />
5. Een zeldzame, maar mogelijk ernstige, complicatie is dat tijdens de<br />
operatie naburige organen worden beschadigd. Schade aan naburige<br />
organen kan optreden bij elke vorm van chirurgie. De kans hierop is<br />
ongeveer één procent . Over het algemeen onderkennen we dit tijdens<br />
de operatie en heeft het, na tijdig herstel, geen langetermijngevolgen.<br />
12
Sommige complicaties kunnen vrij snel na de operatie ontstaan,<br />
maar ook pas na langere tijd. Soms is het nodig de complicatie te<br />
herstellen <strong>met</strong> één of meerdere heroperaties (zoals het verwijderen<br />
van (een deel)van het implantaat). In een recent groot onderzoek uit<br />
Scandinavië werd een risico van drie procent gerapporteerd dat een<br />
patiënt een hersteloperatie moet ondergaan vanwege een probleem<br />
<strong>met</strong> het implantaat. Ondanks deze heroperaties lukt het niet altijd<br />
om de pijnklachten geheel te verhelpen. Gezien deze specifieke<br />
complicaties is het dus belangrijk dat de indicatie voor de operatie<br />
weloverwogen en goed is. Er is (internationale) consensus bereikt<br />
over de indicaties wanneer wel en niet een vaginaal matje kan<br />
worden toegepast. Op dit moment worden <strong>matjes</strong> alleen geplaatst<br />
bij vrouwen <strong>met</strong> een verhoogd risico op terugkeer van de verzakking,<br />
bij patiënten waarbij de verzakking is teruggekomen na eerdere<br />
operatie of bij vrouwen die als proefpersoon vrijwillig deelnemen aan<br />
wetenschappelijk onderzoek. Wetenschappelijk onderzoek wordt door<br />
medische ethische commissies alleen toegestaan als er potentieel<br />
voor de patiënt gezondheidwinst te behalen valt. Het vermoeden<br />
dat toevoeging van een kunststof matje bijvoorbeeld leidt tot een<br />
duurzamer operatieresultaat en daarmee het risico van een heroperatie<br />
verlaagt, is daar een voorbeeld van. Sinds de toepassing van de <strong>matjes</strong><br />
in Nederland zijn er een aantal studies in verschillende ziekenhuizen<br />
gestart naar de effectiviteit en veiligheid van de <strong>vaginale</strong> <strong>matjes</strong>.<br />
Hieruit blijkt dat de <strong>matjes</strong> op korte termijn veilig en effectief lijken te<br />
zijn. Complicaties kwamen in deze studies wel voor, maar de ernstige<br />
complicaties zoals chronische pijn werden zelden gezien.<br />
Heeft de beroepsgroep van de Nederlandse gynaecologen een richtlijn<br />
voor deze vorm van chirurgie?<br />
De beroepsvereniging voor gynaecologen heeft een Nota opgesteld <strong>met</strong><br />
eisen en aanbevelingen voor de toepassing van kunststof <strong>matjes</strong>. Er worden<br />
eisen gesteld aan het minimaal aantal ingrepen per centrum per jaar<br />
en kwaliteitseisen gedefinieerd waaraan gynaecologen en ziekenhuizen<br />
13
moeten voldoen. Alleen getrainde gynaecologen mogen de ingreep uitvoeren<br />
en er is een wetenschappelijke commissie die beoordeelt welke <strong>matjes</strong><br />
veilig zijn. Daarnaast is er een verplichte registratie gestart van alle<br />
ingrepen waarbij <strong>vaginale</strong> meshes worden gebruikt. Dit alles is vastgelegd<br />
in de Nota ‘Gebruik van kunststofmateriaal bij <strong>vaginale</strong> prolaps chirurgie’<br />
(http://nvog-documenten.nl/richtlijn/item/pagina.php?richtlijn_id=924).<br />
Is de toepassing van dit materiaal nieuw in de geneeskunde?<br />
Nee, gebruik van implantaten in het lichaam bestaat al tientallen jaren.<br />
Voorbeelden zijn de standaard toepassing van kunststofmateriaal bij<br />
operaties voor liesbreuken, buikwandbreuken en ernstige(r) verzakkingen<br />
waarbij een matje wordt ingehecht via de buikholte. Bij operaties voor<br />
ongewenst urineverlies bij inspanning (‘stressincontinentie) wordt<br />
hetzelfde materiaal al meer dan ‘vijftien jaar vaginaal toegepast <strong>met</strong> hoge<br />
succespercentages (85-90 procent) en een laag complicatierisico (kleiner<br />
dan één procent). Er is dus uitgebreide ervaring <strong>met</strong> het gebruik van<br />
kunststof materiaal op andere gebieden.<br />
Bij mij is een vaginaal implantaat (‘matje’) geplaatst. Is het nodig dat<br />
deze gecontroleerd of verwijderd worden?<br />
Als u geen last of klachten zoals pijn, afscheiding, bloedverlies heeft<br />
dan hoeft uw implantaat niet verwijderd of gecontroleerd te worden.<br />
Wanneer u zich ongerust maakt, kunt u vanzelfsprekend een afspraak<br />
maken bij uw gynaecoloog voor een extra controle. Natuurlijk moet u<br />
ook contact opnemen als u één van de genoemde klachten in de toekomst<br />
ervaart. Vanaf 1 december 2012 is het een gebruik (Nota: gebruik van<br />
kunststofmateriaal bij <strong>vaginale</strong> prolaps chirurgie) dat de gynaecoloog u<br />
ook een jaar na de operatie onderzoekt en de anatomische bevindingen en<br />
eventuele klachten en complicaties registreert in het landelijke register.<br />
Ik heb klachten (pijn, bloedverlies, forse afscheiding of andere<br />
problemen), wat moet ik nu doen?<br />
Maak in dit geval een afspraak <strong>met</strong> uw gynaecoloog.<br />
14
Hoe weet ik nu of mijn vaginaal implantaat (‘matje’) goed zit?<br />
Als u geen klachten ervaart kunt u ervan uitgaan dat uw <strong>vaginale</strong> implantaat<br />
(‘matje’) goed zit. De meest voorkomende complicatie is dat na de operatie<br />
het implantaat gedeeltelijk zichtbaar/voelbaar is. Een aantal patiënten,<br />
ongeveer drie procent, moet daarvoor een nieuwe operatie ondergaan.<br />
In bijna alle gevallen is deze operatie minder ingrijpend dan de operatie<br />
waarbij het implantaat is geplaatst en daarmee goed op te lossen.<br />
Er zijn mensen bij wie het ‘matje’ grote problemen heeft veroorzaakt.<br />
Kan dit bij mij ook gebeuren?<br />
Ernstige problemen zijn relatief zeldzaam. Echter, wanneer deze<br />
voorkomen, ontstaan ze meestal in het eerste jaar na het plaatsen.<br />
Vaak is zelfs in de eerste maanden na de operatie al duidelijk dat de<br />
wondgenezing niet optimaal verloopt. U hoeft zich geen zorgen te maken<br />
dat problemen <strong>met</strong> het matje door u niet worden opgemerkt. U krijgt dan<br />
namelijk klachten. Als u een jaar na de operatie nog geen klachten <strong>met</strong> het<br />
matje heeft ondervonden, dan is de kans heel klein dat dit later alsnog<br />
gaat gebeuren.<br />
Hoe is het in Nederland eigenlijk geregeld <strong>met</strong> de wettelijke eisen m.b.t.<br />
<strong>matjes</strong>/medische hulpmiddelen?<br />
Er is Europese regelgeving <strong>met</strong> betrekking tot toelating van medische<br />
hulpmiddelen, waartoe ook de <strong>vaginale</strong> implantaten behoren. De<br />
Nederlandse gynaecologen gebruiken geen <strong>matjes</strong> die niet voldoen aan de<br />
Europese regelgeving. Meer informatie hierover kunt u vinden op de site<br />
van de IGZ, via bijgevoegde link (http://www.igz.nl/actueel/veelgesteldevragen/vragen_over_bekkenbodem<strong>matjes</strong>/).<br />
Bij mij is een incontinentie operatie verricht <strong>met</strong> een bandje. Is dit<br />
hetzelfde?<br />
Nee, dat is iets heel anders. Sinds ongeveer vijftien jaar is er een bandje<br />
beschikbaar dat gebruikt wordt bij inspanningsincontinentie. Deze<br />
bandjes hebben, afhankelijk van de exacte operatiewijze, verschillende<br />
15
namen waarvan TVT, TVT-O en TOT de meest voorkomende zijn. Deze<br />
bandjes zijn van hetzelfde kunststof gemaakt als de eerder genoemde<br />
<strong>matjes</strong> voor verzakkingen. Deze bandjes hebben een uitstekend effect<br />
op de inspanningsincontinentie en hebben minimale risico’s. Dit maakt<br />
dat deze bandjes de voorkeursbehandeling zijn geworden voor de<br />
behandeling van inspanningsincontinentie.<br />
Bij mij is een implantaat geplaatst via de buik. Is dit hetzelfde?<br />
Nee, dat is niet hetzelfde. Sinds tientallen jaren wordt voor ernstige en<br />
vaak terugkerende verzakkingen een mat ingebracht ter ophanging van de<br />
aangedane organen. Deze ingreep heet een abdominale sacrocolpopexie<br />
en is effectief in de behandeling van een terugkerende baarmoeder-/<br />
vaginatopverzakking.<br />
Bij mij is een oplosbaar matje geplaatst. Is dit hetzelfde?<br />
Nee, dat is niet waar de discussie over gaat. Er zijn diverse soorten<br />
implantaten, welke zijn te verdelen in biologische, oplosbare (lossen op in<br />
de loop van de tijd) en onoplosbare kunststof <strong>matjes</strong> (blijven permanent<br />
in het lichaam). De onoplosbare kunststof <strong>matjes</strong> (polypropyleen) blijken<br />
effectiever te zijn dan de oplosbare <strong>matjes</strong>.<br />
7. Tot slot<br />
De gynaecologen van <strong>Tergooi</strong>ziekenhuizen hopen u <strong>met</strong> deze brochure<br />
voldoende informatie te hebben gegeven voor een weloverwogen keuze.<br />
Heeft u nog aanvullende vragen of opmerkingen, belt u dan <strong>met</strong> de polikliniek<br />
Gynaecologie zowel voor locatie Blaricum als locatie Hilversum,<br />
T 088 753 11 30<br />
8. Vragen aan de arts en ruimte voor aantekeningen<br />
In onderstaande ruimte kunt de antwoorden op noodzakelijke en nadere<br />
vragen van of aan de arts en/of uw aantekeningen plaatsen.<br />
16
Vragen die u kunt/moet stellen aan uw arts<br />
Naast de informatie die u kunt lezen in de voorlichtingsfolders, zou u<br />
de volgende vragen moeten bespreken <strong>met</strong> uw gynaecoloog voordat u<br />
akkoord gaat <strong>met</strong> een operatie.<br />
- Waarom adviseert u in mijn specifieke geval een operatie <strong>met</strong> een matje<br />
of juist een klassieke operatie zonder matje?<br />
- Wat zijn de alternatieven?<br />
- Hoe groot is de kans op succes bij het gebruik van een matje en bij<br />
alternatieve ingrepen zoals een klassieke verzakkingsoperatie?<br />
- Wat zijn de voor - en nadelen van het gebruik van een matje, inclusief<br />
de complicaties/bijwerkingen en wat zijn de voor- en nadelen van<br />
alternatieven zoals bij klassieke verzakkingsoperaties?<br />
- Welke seksuele problemen kunnen optreden na een verzakkingsoperatie<br />
<strong>met</strong> een matje en welke na een klassieke verzakkingsoperatie?<br />
17
- Hoeveel ervaring heeft u <strong>met</strong> het gebruik van deze <strong>matjes</strong>?<br />
- Hoe zijn de resultaten bij de vrouwen die u heeft geopereerd?<br />
- Hoeveel ervaring heeft u <strong>met</strong> het oplossen van complicaties die kunnen<br />
optreden bij operaties <strong>met</strong> een matje?<br />
- Wat als de operatie <strong>met</strong> een matje mijn probleem niet oplost?<br />
- Welke alternatieve behandelingen zijn er beschikbaar?<br />
- Wat kan ik voelen na de operatie en hoe lang kan dat duren?<br />
18
- Als ik een complicatie krijg die <strong>met</strong> het matje samenhangt, kan het<br />
matje dan worden verwijderd en wat zijn de consequenties hiervan?<br />
Nadere vragen en/of aantekeningen<br />
19
9. Verantwoording tekst<br />
Auteurs: Werkgroep Bekkenbodem © 2012 NVOG<br />
Het copyright en de verantwoordelijkheid voor deze folder berusten bij<br />
de Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (NVOG) in<br />
Utrecht. Leden van de NVOG mogen deze folder, mits integraal, onverkort<br />
en <strong>met</strong> bronvermelding, zonder toestemming vermenigvuldigen. Folders<br />
en brochures van de NVOG behandelen verschillende verloskundige<br />
en gynaecologische klachten, aandoeningen, onderzoeken en<br />
behandelingen. Zo krijgt u een beeld van wat u normaliter aan zorg en<br />
voorlichting kunt verwachten. Wij hopen dat u <strong>met</strong> deze informatie<br />
weloverwogen beslissingen kunt nemen. Soms geeft de gynaecoloog<br />
u andere informatie of adviezen, bijvoorbeeld omdat uw situatie<br />
anders is of omdat men in het ziekenhuis andere procedures volgt.<br />
Schriftelijke voorlichting is altijd een aanvulling op het gesprek <strong>met</strong><br />
de gynaecoloog. Daarom is de NVOG niet juridisch aansprakelijk voor<br />
eventuele tekortkomingen van deze folder. Wel heeft de Commissie<br />
Communicatie van de NVOG zeer veel aandacht besteed aan de inhoud.<br />
Dit betekent dat er geen belangrijke fouten in deze folder staan, en dat<br />
de meerderheid van de Nederlandse gynaecologen het eens is <strong>met</strong> de<br />
inhoud. Andere folders en brochures op het gebied van de verloskunde,<br />
gynaecologie en voortplantingsgeneeskunde kunt u vinden op de<br />
website van de NVOG: www.nvog.nl, rubriek voorlichting.<br />
20
Ruimte voor aantekeningen<br />
21
<strong>Tergooi</strong>ziekenhuizen<br />
Blaricum – Hilversum – Weesp<br />
T 088 753 17 53<br />
www.tergooiziekenhuizen.nl<br />
© <strong>Tergooi</strong>ziekenhuizen<br />
750297 18032013
www.tergooiziekenhuizen.nl