26.09.2013 Views

Fiksche moderne klappen voor Lolke Hervormd Berlikum in de ...

Fiksche moderne klappen voor Lolke Hervormd Berlikum in de ...

Fiksche moderne klappen voor Lolke Hervormd Berlikum in de ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Jacob van Sluis: <strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong> 1<br />

<strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong><br />

<strong>Hervormd</strong> <strong>Berlikum</strong> <strong>in</strong> <strong>de</strong> negentien<strong>de</strong> eeuw<br />

Inleid<strong>in</strong>g<br />

Jacob van Sluis<br />

De hervorm<strong>de</strong> gemeente <strong>in</strong> het Friese dorp <strong>Berlikum</strong> werd <strong>in</strong> <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> helft van <strong>de</strong><br />

negentien<strong>de</strong> eeuw opgeschrikt door twee conflicten – of g<strong>in</strong>g het om twee fasen b<strong>in</strong>nen<br />

één en hetzelf<strong>de</strong> conflict? In 1870 ontstond er strijd over een nieuw te benoemen<br />

predikant, gepaard gaand met heftige dorpsrellen, gevolgd door een perio<strong>de</strong> waar<strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

nieuwe predikant van <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> signatuur te maken kreeg met obstructie van <strong>de</strong> kant van<br />

<strong>de</strong> kerkenraad, overwegend van orthodoxe kleur. In 1887 splitste zich een ge<strong>de</strong>elte van<br />

<strong>de</strong> gemeente af en vorm<strong>de</strong> een plaatselijke gereformeer<strong>de</strong> kerk. Het eerste conflict is een<br />

lokaal <strong>voor</strong>beeld van een hoogoplopen<strong>de</strong> richt<strong>in</strong>genstrijd, het twee<strong>de</strong> was <strong>de</strong> plaatselijke<br />

uitwerk<strong>in</strong>g van Kuypers breed uitgedragen oproep om een doleren<strong>de</strong> gemeente te<br />

vormen.<br />

Het is gebruikelijk om <strong>de</strong> Doleantie te zien <strong>in</strong> het verleng<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />

richt<strong>in</strong>genstrijd die <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse <strong>Hervormd</strong>e Kerk vanaf het mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong><br />

negentien<strong>de</strong> eeuw teister<strong>de</strong>, als een reactie op <strong>de</strong> overheersen<strong>de</strong> vrijz<strong>in</strong>nigheid van <strong>de</strong><br />

<strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> richt<strong>in</strong>g. Een <strong>de</strong>rgelijke causale samenhang tussen <strong>de</strong> richt<strong>in</strong>genstrijd en <strong>de</strong><br />

erop volgen<strong>de</strong> kerkscheur<strong>in</strong>g is bij<strong>voor</strong>beeld gemaakt door Hendrik Algra <strong>in</strong> zijn<br />

populaire Het won<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> 19e eeuw: Van vrije kerken en kle<strong>in</strong>e luy<strong>de</strong>n, <strong>in</strong> 1966<br />

verschenen. 1 De vrijz<strong>in</strong>nigheid van het mo<strong>de</strong>rnisme werd <strong>de</strong> facto door <strong>de</strong> kerkelijke<br />

organisatie door <strong>de</strong> syno<strong>de</strong>s “beschermd”, aldus Algra, en ontlokte verzet van orthodoxe<br />

zij<strong>de</strong>, uitmon<strong>de</strong>nd <strong>in</strong> <strong>de</strong> Doleantie. Algra beg<strong>in</strong>t het hoofdstuk waar<strong>in</strong> hij het<br />

mo<strong>de</strong>rnisme beschrijft met <strong>de</strong> constater<strong>in</strong>g: “<strong>de</strong> Doleantie [was] het verzet van <strong>de</strong><br />

gemeente <strong>de</strong>s Heren tegen een kerkbestuur, dat dit optre<strong>de</strong>n van het mo<strong>de</strong>rnisme door<br />

consequente handhav<strong>in</strong>g <strong>de</strong>r zgn. leervrijheid mogelijk maakte en bescherm<strong>de</strong> en het<br />

verzet en <strong>de</strong> afweermid<strong>de</strong>len <strong>de</strong>r gemeente met <strong>de</strong> reglementenbun<strong>de</strong>ls onmogelijk<br />

trachtte te maken”. Herhaal<strong>de</strong>lijk illustreert Algra <strong>de</strong>ze samenhang met <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n uit<br />

Friesland. Weliswaar verwijst Algra niet naar het <strong>de</strong> situatie <strong>in</strong> <strong>Berlikum</strong>, maar hij,<br />

1 H. Algra, Het won<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> 19e eeuw; Van vrije kerken en kle<strong>in</strong>e luy<strong>de</strong>n, vier<strong>de</strong>, herziene en<br />

uitgebrei<strong>de</strong> druk, Franeker: Wever, 1976, hoofdstuk 23, i.h.b. p. 291.


Jacob van Sluis: <strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong> 2<br />

congeniaal als hij was met <strong>de</strong> be- [167] zwaar<strong>de</strong>n, 2 zou zeker <strong>de</strong> orthodoxe meer<strong>de</strong>rheid<br />

te <strong>Berlikum</strong> naar dit “won<strong>de</strong>r” toegerekend hebben. Algra was niet <strong>de</strong> enige die een<br />

causaal verband leg<strong>de</strong> tussen richt<strong>in</strong>genstrijd en Doleantie. Want was het niet Kuyper<br />

zelf die zich <strong>in</strong> zijn eerste gemeente van het mo<strong>de</strong>rnisme afwend<strong>de</strong> en gaan<strong>de</strong>weg steeds<br />

strijdvaardiger ertegen optrad?<br />

Vanwege <strong>de</strong> rijkdom aan archiefmateriaal kan aan <strong>de</strong> hand van <strong>de</strong> casus-<br />

<strong>Berlikum</strong> <strong>de</strong>ze these van samenhang getoetst wor<strong>de</strong>n. 3 Gaat het hier <strong>in</strong><strong>de</strong>rdaad om twee<br />

samenhangen<strong>de</strong> conflicten, met samenhangen<strong>de</strong> of i<strong>de</strong>ntieke groeper<strong>in</strong>gen? Werd <strong>de</strong><br />

i<strong>de</strong>ntiteit van <strong>de</strong> jonge gereformeer<strong>de</strong> kerk <strong>in</strong><strong>de</strong>rdaad – antithetisch – me<strong>de</strong> bepaald door<br />

<strong>de</strong> strijdbare <strong>voor</strong>geschie<strong>de</strong>nis? Wat kan ons een <strong>de</strong>rgelijk exempel van lokale<br />

geschiedschrijv<strong>in</strong>g leren?<br />

De <strong>voor</strong>fase<br />

Afgaan<strong>de</strong> op het oudst bewaard gebleven boek met kerkenraadsacta van <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong><br />

gemeente <strong>in</strong> <strong>Berlikum</strong>, aangelegd <strong>in</strong> 1816, was er hier <strong>in</strong> <strong>de</strong> eerste helft van <strong>de</strong><br />

negentien<strong>de</strong> eeuw een vredig gemeenteleven. On<strong>de</strong>r ds. Gerhard van <strong>de</strong>r Tuuk,<br />

<strong>voor</strong>ganger van 1809 tot aan zijn overlij<strong>de</strong>n <strong>in</strong> 1845, 4 zijn <strong>de</strong> verslagen rout<strong>in</strong>eus en<br />

wordt er slechts <strong>in</strong>ci<strong>de</strong>nteel meld<strong>in</strong>g gemaakt van een tuchtgeval. De Afscheid<strong>in</strong>g, die <strong>in</strong><br />

het nabijgelegen Beetgum <strong>in</strong> 1842 een eigen gemeente <strong>de</strong>ed ontstaan, vond <strong>in</strong> <strong>Berlikum</strong><br />

we<strong>in</strong>ig weerklank, althans <strong>de</strong> kerkenraadnotulen en het lidmatenboek maken geen<br />

meld<strong>in</strong>g van afvalligen. 5<br />

On<strong>de</strong>r ds. M.L. <strong>de</strong> Boer, een vertegenwoordiger van <strong>de</strong> Gron<strong>in</strong>ger evangelische<br />

richt<strong>in</strong>g, veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong> er aanvankelijk we<strong>in</strong>ig. 6 Maar <strong>in</strong> zijn laatste jaren kreeg De Boer –<br />

hij overleed onverwachts op 27 maart 1870 – te maken met polarisatie b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong><br />

gemeente. In 1861 was het nog pais en vree, want toen verklaar<strong>de</strong> <strong>de</strong> [168] kerkenraad<br />

op een <strong>de</strong>sbetreffen<strong>de</strong> vraag van het classicaal bestuur dat er “gene noodzakelijkheid<br />

2 Zie <strong>voor</strong> Hendrik Algra (1896-1982) het door G.R. Zon<strong>de</strong>rgeld geschreven lemma <strong>in</strong><br />

Biografisch lexicon <strong>voor</strong> <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis van het Ne<strong>de</strong>rlandse protestantisme, V, Kampen: Kok,<br />

2001, 14-16.<br />

3 Deze bijdrage is gebaseerd op twee uitvoeriger artikelen van mijn hand, bei<strong>de</strong> verschenen <strong>in</strong> het<br />

jaarboek De vrije Fries, t.w. ‘Recht boven leer; Tweespalt <strong>in</strong> hervormd <strong>Berlikum</strong>, 1871-1880’, jg.<br />

79 (1999) 105-128, en ‘Van richt<strong>in</strong>genstrijd naar Doleantie; An<strong>de</strong>rmaal tweespalt <strong>in</strong> hervormd<br />

<strong>Berlikum</strong>’, jg. 81 (2001) 53-66.<br />

4 Zie het door A. <strong>de</strong> Groot geschreven lemma over hem <strong>in</strong> het Biografisch lexicon, IV, 1998,<br />

432-433. Van <strong>de</strong>r Tuuk behoor<strong>de</strong> tot <strong>de</strong> oud-liberale richt<strong>in</strong>g: R. Klooster, Gron<strong>in</strong>ger<br />

godgeleerdheid <strong>in</strong> Friesland 1830-1872, Ljouwert: Fryske Aka<strong>de</strong>my, 2001, 78, 325.<br />

5 R. Dijkstra, In en rondom <strong>de</strong> kerk. Jubileumboek 1834-1984 Geref. Kerk Beetgum (z.a.). – Ook<br />

hier<strong>in</strong> komen tot ca. 1871 (i.h.b. p. 57) nauwelijks namen van <strong>Berlikum</strong>ers <strong>voor</strong>.<br />

6 Mart<strong>in</strong>us Lambertus <strong>de</strong> Boer, geboren te Go<strong>in</strong>ga 30 juli 1812 als zoon van ds. Lambert Martens<br />

<strong>de</strong> Boer (1787-1844), was predikant achtereenvolgens te M<strong>in</strong>nertsga 1836, Hallum 1842 en laatst<br />

vanaf 1846 te <strong>Berlikum</strong>. Zie <strong>voor</strong> hem: Klooster, Gron<strong>in</strong>ger godgeleerdheid, reg. en 362.


Jacob van Sluis: <strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong> 3<br />

bestaat om bijzon<strong>de</strong>re scholen op te rigten” en dat er evenm<strong>in</strong> behoefte was aan<br />

aanvullend bijzon<strong>de</strong>r godsdienston<strong>de</strong>rwijs; 7 <strong>in</strong> 1868 echter was <strong>de</strong> christelijke school<br />

een feit. Daartussen<strong>in</strong> zijn er <strong>de</strong> eerste tekenen van een kerkelijke polarisatie. In oktober<br />

1865 wordt <strong>de</strong> Hulpvereenig<strong>in</strong>g <strong>Berlikum</strong> <strong>voor</strong> Christelijk Nationaal Schoolon<strong>de</strong>rwijs<br />

opgericht. Deze verenig<strong>in</strong>g vond haar aanhang <strong>voor</strong>al <strong>in</strong> <strong>de</strong> kr<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> “Vrien<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r<br />

Waarheid”, een réveilbeweg<strong>in</strong>g b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong> <strong>Hervormd</strong>e Kerk, die <strong>in</strong> 1864 al een<br />

jongel<strong>in</strong>gsverenig<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>Berlikum</strong> had opgericht: dit was <strong>de</strong> gebruikelijke weg die <strong>de</strong><br />

Waarheidsvrien<strong>de</strong>n bewan<strong>de</strong>l<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> zuivere leer te verkondigen <strong>in</strong> een gemeente<br />

met een <strong>in</strong> hun ogen te vrijz<strong>in</strong>nige predikant. 8 De uitwerk<strong>in</strong>g van dit alles b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong><br />

gemeente zelf bleek <strong>in</strong> 1866, toen twee vrouwelijke <strong>in</strong>gezetenen een attestatie van goed<br />

gedrag van <strong>de</strong> kerkenraad vroegen om daarmee <strong>in</strong> Sexbierum bij een orthodoxe<br />

predikant belij<strong>de</strong>nis van geloof af te leggen, om re<strong>de</strong>n “dat zij zich niet kunnen<br />

vereenigen met <strong>de</strong> predik<strong>in</strong>g van <strong>de</strong>n leeraar <strong>de</strong>r <strong>Hervormd</strong>e Gemeente te <strong>Berlikum</strong>, dat<br />

zij juist om die re<strong>de</strong>n el<strong>de</strong>rs wenschen aangenomen te wor<strong>de</strong>n tot Lidmaten van onze<br />

<strong>Hervormd</strong>e Kerk”. De kerkenraad weiger<strong>de</strong> een <strong>de</strong>rgelijke attestatie af te geven, maar<br />

werd uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijk door het bestuur van <strong>de</strong> classis Leeuwar<strong>de</strong>n daartoe gedwongen. Het<br />

resultaat was een wel bijzon<strong>de</strong>r zure formuler<strong>in</strong>g dat <strong>de</strong> betrokkenen “niets kan wor<strong>de</strong>n<br />

ten laste gelegd (zooveel althans bij <strong>de</strong>n Kerkeraad bekend is)”. 9 Net zo <strong>de</strong><strong>de</strong>n <strong>in</strong> <strong>de</strong>ze<br />

jaren enkele <strong>Berlikum</strong>ers belij<strong>de</strong>nis te Sexbierum en te Hilaard. 10 Later zou <strong>de</strong><br />

kerkenraad zelf nog dankbaar gebruik maken van <strong>de</strong>ze mogelijkheid om <strong>de</strong> eigen<br />

predikant rechts te passeren, zo zullen we zien. Het beg<strong>in</strong> van <strong>de</strong> richt<strong>in</strong>genstrijd laat<br />

zich dus <strong>in</strong> <strong>Berlikum</strong> tamelijk exact dateren: <strong>in</strong> het mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> jaren 1860, nota bene<br />

zon<strong>de</strong>r dat daarbij sprake was van een wissel<strong>in</strong>g van predikant.<br />

Predikantsverkiez<strong>in</strong>g via het floreenstelsel<br />

Na het overlij<strong>de</strong>n van ds. De Boer werd <strong>de</strong> procedure <strong>in</strong> gang gezet om te komen tot <strong>de</strong><br />

beroep<strong>in</strong>g van een nieuwe predikant. Deze procedure verliep b<strong>in</strong>nen het z.g. floreenstelsel,<br />

dat van oudsher stemrecht en belast<strong>in</strong>gplicht aan grondbezit kop- [169] pel<strong>de</strong>. 11 Het stelsel<br />

7 Archief hervorm<strong>de</strong> gemeente <strong>Berlikum</strong>, aldaar bewaard (hierna afgekort: AHB),<br />

Kerkenraadnotulen d.d. 14 aug. 1861.<br />

8 Over het beg<strong>in</strong> van het christelijk on<strong>de</strong>rwijs <strong>in</strong> <strong>Berlikum</strong>: F. Visser, 125 Jaar christelijk<br />

on<strong>de</strong>rwijs <strong>in</strong> <strong>Berlikum</strong>, Oosterend: Van <strong>de</strong>r Eems, 1993, 8-9. Voorts: J.W. Ou<strong>de</strong>ndag,<br />

‘Prov<strong>in</strong>ciale Friesche Vereenig<strong>in</strong>g van Vrien<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r Waarheid (1854-1890)’, <strong>in</strong>: It beaken 42<br />

(1980), 35-85.<br />

9 AHB, kerkenraadnotulen d.d. 20 mei en 5 okt. 1866.<br />

10 AHB, Lidmatenboek: 1866 Sexbierum 6; 1867 Hilaard 2 en Sexbierum 2. De meesten <strong>de</strong><strong>de</strong>n<br />

echter te <strong>Berlikum</strong> belij<strong>de</strong>nis.<br />

11 Voor een overzicht van het collatierecht en <strong>de</strong> opheff<strong>in</strong>g ervan, zie D. Bos, In dienst van het<br />

Kon<strong>in</strong>krijk; Beroepsontwikkel<strong>in</strong>g van hervorm<strong>de</strong> predikanten <strong>in</strong> negentien<strong>de</strong>-eeuws Ne<strong>de</strong>rland,<br />

Amsterdam: Bert Bakker, 1999, 308-322; daar<strong>in</strong> over het Friese floreenstelsel, 310-311 en 318-<br />

319. Een recent overzicht van het floreenstelsel biedt Klooster, Gron<strong>in</strong>ger godgeleerdheid,


Jacob van Sluis: <strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong> 4<br />

bleef met <strong>de</strong> nodige wijzig<strong>in</strong>gen bestaan <strong>in</strong> <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Republiek. Na <strong>de</strong> Franse tijd,<br />

tij<strong>de</strong>ns het Kon<strong>in</strong>krijk, g<strong>in</strong>g het floreenregister steeds m<strong>in</strong><strong>de</strong>r gel<strong>de</strong>n als basis <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />

belast<strong>in</strong>g<strong>in</strong>n<strong>in</strong>g. Het recht om predikanten te benoemen, het collatierecht, bleef op het<br />

platteland echter <strong>voor</strong>alsnog <strong>voor</strong>behou<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> floreenplichtigen. De grondwets-<br />

herzien<strong>in</strong>g van 1848 werd b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong> kerk omgewerkt tot een regel<strong>in</strong>g, die het recht tot<br />

beroepen van <strong>de</strong> predikanten – heel <strong>de</strong>mocratisch en <strong>in</strong> <strong>de</strong> geest van <strong>de</strong> nieuwe grondwet –<br />

bij <strong>de</strong> gemeente zelf leg<strong>de</strong>. Maar met <strong>de</strong> <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van het kerkelijk stemrecht <strong>voor</strong> alle<br />

mannelijke lidmaten (met uitzon<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> be<strong>de</strong>el<strong>de</strong>n) maakte men we<strong>in</strong>ig haast: eerst <strong>in</strong><br />

1867 werd het b<strong>in</strong>nen het ka<strong>de</strong>r van het Reglement geformuleerd, maar nog zon<strong>de</strong>r dat <strong>de</strong><br />

verkiez<strong>in</strong>g door <strong>de</strong> floreengerechtig<strong>de</strong>n opgeheven werd. Uiteraard lever<strong>de</strong> dit een juridi-<br />

sche schemertoestand op, die officieel per 1 januari 1875 e<strong>in</strong>dig<strong>de</strong> (toen werd het recht van<br />

<strong>de</strong> floreenplichtigen om een predikant te benoemen <strong>in</strong>getrokken), maar die nog nawerkte tot<br />

1881 (toen een laatste procedure na een uitspraak van <strong>de</strong> Hoge Raad beslist werd).<br />

Ontdaan van het staatstoezicht en <strong>in</strong> een juridisch vacuüm kon het floreenstelsel na<br />

1848 tot een splijtzwam wor<strong>de</strong>n. Met <strong>de</strong> formele scheid<strong>in</strong>g van kerk en staat viel <strong>de</strong><br />

<strong>in</strong>terventie van <strong>de</strong> overheid weg, waardoor <strong>de</strong> locale verhoud<strong>in</strong>gen met alle spann<strong>in</strong>gen van<br />

dien zich <strong>in</strong> volle kracht kon<strong>de</strong>n laten gel<strong>de</strong>n. Daarbij kwam dat door <strong>de</strong> geest van het<br />

liberalisme en dankzij <strong>de</strong> doorwerk<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> meer <strong>de</strong>mocratische <strong>in</strong>tentie van <strong>de</strong> grondwet<br />

van 1848 op termijn het besef van <strong>de</strong> eigen rechtspositie groei<strong>de</strong>, ook bij <strong>de</strong> lagere lagen<br />

van <strong>de</strong> bevolk<strong>in</strong>g.<br />

Concreet beteken<strong>de</strong> het <strong>in</strong> <strong>de</strong>ze jaren van overgang dat er plaatselijk twee kerkelijke<br />

organen tegenover elkaar kwamen te staan. Het ou<strong>de</strong> floreenstelsel leg<strong>de</strong> het recht om een<br />

nieuwe predikant te benoemen bij <strong>de</strong> grondbezitters vertegenwoordigd door <strong>de</strong><br />

kerkvoog<strong>de</strong>n, terwijl volgens het nieuwe kiesstelsel dat recht aan <strong>de</strong> gemeente zelf, i.c. aan<br />

<strong>de</strong> kerkenraad toekwam. Bei<strong>de</strong> organen had<strong>de</strong>n natuurlijk niet <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> opdracht of<br />

belangen, en hun achterban viel ook niet samen. Grondbezitters behoor<strong>de</strong>n tot een an<strong>de</strong>re<br />

sociale laag dan het meren<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> gemeente en bovendien kon<strong>de</strong>n ze el<strong>de</strong>rs woonachtig<br />

zijn: men sprak dan van buitenflorenen. In een confrontatie tussen kerkvoogdij en<br />

kerkenraad kon<strong>de</strong>n dus op <strong>de</strong> achtergrond allerlei an<strong>de</strong>re maatschappelijke tegenstell<strong>in</strong>gen<br />

doorwerken. Het floreenstelsel was een zaak van het platteland. In <strong>de</strong> Friese ste<strong>de</strong>n, waar <strong>de</strong><br />

magistraat <strong>voor</strong>dien <strong>in</strong> laatste <strong>in</strong>stantie het recht op <strong>de</strong> predikantsverkiez<strong>in</strong>g had<br />

uitgeoefend, kon an<strong>de</strong>rs dan op het platteland het algemeen kerkelijk kiesrecht <strong>in</strong> 1867 wel<br />

wor<strong>de</strong>n <strong>in</strong>gevoerd. Het ongenoegen over <strong>de</strong> floreenstrijd vanaf 1867 zal dus ongetwijfeld<br />

ge- [170] voed zijn doordat <strong>de</strong> kerkelijke gemeentes <strong>in</strong> <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>n wel <strong>de</strong> vrijheid had<strong>de</strong>n<br />

verkregen om hun predikanten te kiezen. Op het platteland kon overigens <strong>de</strong> situatie enorm<br />

verschillen, waardoor ook hier rechtsongelijkheid ontstond. In 1861 had <strong>de</strong> kon<strong>in</strong>g afstand<br />

hoofdstuk 8.


Jacob van Sluis: <strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong> 5<br />

gedaan van al zijn collatierechten en daardoor kregen over het gehele land verspreid 124<br />

hervorm<strong>de</strong> gemeenten het recht op vrije beroep<strong>in</strong>g. El<strong>de</strong>rs echter bleef het collatierecht of<br />

het floreenstelsel gehandhaafd en daar heeft men zich ongetwijfeld <strong>in</strong> een achtergestel<strong>de</strong><br />

positie gevoeld. Dit besef van rechtsongelijkheid kon met <strong>de</strong> jaren alleen maar groeien.<br />

Ook te <strong>Berlikum</strong> behoor<strong>de</strong>n niet alle floreenlichtigen tot <strong>de</strong> kerkelijke gemeente. Zo<br />

waren er <strong>in</strong>gezeten uit <strong>de</strong> buurgemeente Het Bildt, boeren die nabij <strong>Berlikum</strong> land bezaten.<br />

In totaal was zo'n <strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> stemmen <strong>in</strong> het bezit van zulke buitenflorenen. Niet<br />

ie<strong>de</strong>r van hen was zo verstandig als L. Reitsma uit Rauwerd, die nog <strong>voor</strong> <strong>de</strong> stemm<strong>in</strong>g<br />

vrijwillig van zijn stemrecht afzag: “Mijne meen<strong>in</strong>g is, dat buitenflorenen een predikant niet<br />

mogen opdr<strong>in</strong>gen”. An<strong>de</strong>re buitenfloreenplichtigen hebben wellicht gemeend dat ze niet<br />

<strong>voor</strong> hun verantwoor<strong>de</strong>lijkheid moesten vluchten, of dat stemmen hun juridisch recht en<br />

morele plicht was. Of mogelijk wer<strong>de</strong>n ze gedreven door een uit <strong>de</strong> Verlicht<strong>in</strong>g<br />

<strong>voor</strong>tkomend i<strong>de</strong>aal van opvoed<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> ongeletter<strong>de</strong> massa, tegen vormen van – <strong>in</strong> hun<br />

ogen – orthodoxe dweperij.<br />

Als consulent <strong>voor</strong> <strong>de</strong>, zoals gezegd, s<strong>in</strong>ds 1870 vacante gemeente werd benoemd<br />

ds. J.I. Swijghuisen Reigersberg van het nabijgelegen Wier. De samenwerk<strong>in</strong>g met <strong>de</strong><br />

kerkenraad was aanvankelijk goed, althans er is niets <strong>in</strong> <strong>de</strong> kerkenraadnotulen over <strong>de</strong><br />

perio<strong>de</strong> <strong>voor</strong> het ontbran<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> strijd dat wijst op een slechte samenwerk<strong>in</strong>g tussen<br />

kerkenraad en zijn <strong>voor</strong>zitter. Op <strong>de</strong> eerste verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g on<strong>de</strong>r leid<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> consulent, op 3<br />

april 1870, werd besloten het archief van kerkenraad en diaconie <strong>in</strong> bewar<strong>in</strong>g te geven aan<br />

een ou<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g (<strong>de</strong> teruggave aan <strong>de</strong> predikant zou nog een strijdpunt wor<strong>de</strong>n, zo zullen we<br />

zien).<br />

Een eerste teken van het komen<strong>de</strong> conflict is dat een van <strong>de</strong> kerkvoog<strong>de</strong>n op 18<br />

<strong>de</strong>cember 1870 aan <strong>de</strong> kerkenraad weiger<strong>de</strong> <strong>in</strong>zage te verlenen <strong>in</strong> het door <strong>de</strong> burgerlijke<br />

gemeente verstrekte afschrift van het floreencohier: <strong>de</strong> kerkenraad moest zelf maar bij <strong>de</strong><br />

burgerlijke gemeente zo'n afschrift aanvragen. In het verslag van <strong>de</strong> gemeenschappelijke<br />

verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van kerkenraad en floreenplichtigen op 31 januari 1871 blijkt dat <strong>de</strong><br />

tegenstell<strong>in</strong>g verdiept is en het juridische gesteggel voert al <strong>de</strong> boventoon. Zowel <strong>de</strong><br />

kerkvoog<strong>de</strong>n (namens <strong>de</strong> floreenplichtigen) als <strong>de</strong> kerkenraad had<strong>de</strong>n een “klokkenist”<br />

gestuurd om <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g door “klokklippen” bijeen te roepen, wat tot een eerste<br />

confrontatie leid<strong>de</strong>. Omdat <strong>de</strong> door <strong>de</strong> kerkenraad gezon<strong>de</strong>n klokkenlui<strong>de</strong>r geen schriftelijk<br />

bewijs kon overleggen, kweet <strong>de</strong>gene die door <strong>de</strong> kerkvoogdij daartoe gelast was zich van<br />

<strong>de</strong>ze taak, “nadat hij eerst <strong>de</strong> noodige <strong>voor</strong>zorgen genomen had dat men hem niet <strong>in</strong> <strong>de</strong>n<br />

toren opsloot”. De verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g werd bijgewoond door <strong>de</strong> consulent. Hoewel <strong>de</strong> stemm<strong>in</strong>g<br />

al da<strong>de</strong>lijk grimmig was, wist Swijghuisen toch het ijs wat te breken door “zeer<br />

vermakelijk” het formele <strong>de</strong>el [171] af te han<strong>de</strong>len, door bij<strong>voor</strong>beeld “het radbraken van<br />

een naam” of het oplezen “<strong>in</strong> een toon […] die geheel <strong>in</strong> tegenstell<strong>in</strong>g was met het stuk”:


Jacob van Sluis: <strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong> 6<br />

“Dit alles <strong>de</strong>ed ons het vervelen<strong>de</strong> van 't hooren van groot hon<strong>de</strong>rd biljetten en 50<br />

procuraties allen <strong>in</strong> optima forma m<strong>in</strong><strong>de</strong>r gevoelen.” De uitslag luid<strong>de</strong> 63 biljetten met 148<br />

stemmen <strong>voor</strong> het uitbrengen van een beroep op ds. Kruyf, en 40 biljetten met 159 stemmen<br />

<strong>voor</strong> ds. Wijt. Opmerkelijk is dus dat een m<strong>in</strong><strong>de</strong>rheid aan eigenaars (40 tegenover 63) een<br />

meer<strong>de</strong>rheid aan stemmen bezat (159 contra 148), want naarmate een eigenaar meer land<br />

bezat kon hij ook meer stemmen uitbrengen.<br />

Daarmee zou <strong>de</strong> zaak afgedaan zijn, ware het niet dat er maar liefst <strong>de</strong>rtien<br />

schriftelijke protesten wer<strong>de</strong>n geformuleerd. Deze beston<strong>de</strong>n <strong>in</strong> hoofdzaak uit het juridisch<br />

wraken van <strong>de</strong> stemmen van <strong>de</strong> tegenpartij. Want het was dui<strong>de</strong>lijk dat er zich twee facties<br />

had<strong>de</strong>n gevormd. Aan <strong>de</strong> ene kant stond <strong>de</strong> partij <strong>de</strong>r confessionelen, tot wie <strong>de</strong><br />

meer<strong>de</strong>rheid <strong>de</strong>r kerkenraad behoor<strong>de</strong> en waarvan diaken Hacquebart zich als<br />

woordvoer<strong>de</strong>r ontpopte. 12 Zij had<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> ds. E.F. Kruyf van Hilaard gestemd, orthodox<br />

maar irenisch gez<strong>in</strong>d, 13 en die men <strong>in</strong> <strong>Berlikum</strong> had leren kennen als feestre<strong>de</strong>naar bij <strong>de</strong><br />

open<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> plaatselijke christelijke school op 15 <strong>de</strong>cember 1868. 14 We hebben al<br />

gezien dat enkele <strong>in</strong>gezetenen uit <strong>Berlikum</strong> naar Hilaard waren gegaan om bij hem<br />

belij<strong>de</strong>nis van geloof af te leggen. De confessionelen leg<strong>de</strong>n zich echter niet bij hun verlies<br />

neer: verreweg <strong>de</strong> meeste van <strong>de</strong> geuite protesten waren door hen <strong>in</strong>gediend. Het g<strong>in</strong>g nu<br />

om <strong>de</strong>tails, waarbij vermeen<strong>de</strong> fouten <strong>in</strong> <strong>de</strong> notatie van het stemce<strong>de</strong>l wer<strong>de</strong>n uitgebuit. Aan<br />

<strong>de</strong> an<strong>de</strong>re kant ston<strong>de</strong>n <strong>de</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong>n, te weten <strong>de</strong> meer<strong>de</strong>rheid van <strong>de</strong> floreenplichtigen, die<br />

<strong>voor</strong> ds. M. Wijt van Beetsterzwaag 15 had<strong>de</strong>n gestemd. Buiten verzamel<strong>de</strong> zich het volk,<br />

vol goe<strong>de</strong> moed, want: “Algemeen is hier het gevoelen dat door <strong>de</strong> wijsheid en<br />

wetgeleerdheid van Jan G. Hacquebart <strong>de</strong> liberalen zullen vallen”. 16<br />

[172]<br />

12 Volgens <strong>de</strong> correspon<strong>de</strong>nt van <strong>de</strong> Franeker Courant (3 aug. 1871), zelf orthodox, kozen niet<br />

alleen <strong>de</strong> orthodoxen, maar ook <strong>de</strong> ‘liberalen’ <strong>voor</strong> ds. Kruyf, tegenover <strong>de</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong>n <strong>voor</strong> ds.<br />

Wijt. Vermoe<strong>de</strong>lijk wor<strong>de</strong>n met liberalen bedoeld <strong>de</strong> gematigd orthodoxen: een evangelische<br />

meer<strong>de</strong>rheid <strong>in</strong> lijn met <strong>de</strong> overle<strong>de</strong>n ds. De Boer – vrien<strong>de</strong>lijke me<strong>de</strong><strong>de</strong>l<strong>in</strong>g van R. Klooster.<br />

Eenvoudigheidshalve, en omdat <strong>in</strong> <strong>de</strong> kerkenraadacta niets blijkt van een afzon<strong>de</strong>rlijke, <strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />

factie van liberalen, spreek ik van confessionelen vs. <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong>n. Zie ook noot 19 hieron<strong>de</strong>r.<br />

13 A. <strong>de</strong> Groot, ‘Kruyf, Ernst Fre<strong>de</strong>rik’, <strong>in</strong>: Biografisch lexicon, IV (1998), 269.<br />

14 A. Algra, ‘<strong>Berlikum</strong>’, <strong>in</strong>: De historie gaat door eigen dorp, II, Leeuwar<strong>de</strong>n: Friesch Dagblad,<br />

[1956], 165-183, i.h.b. 179; Visser, On<strong>de</strong>rwijs, 17. Opmerkelijk is dus dat <strong>de</strong> eigen predikant, ds.<br />

De Boer, <strong>de</strong>ze feestre<strong>de</strong> niet uitsprak.<br />

15 M. Wijt-Posthuma, Her<strong>in</strong>ner<strong>in</strong>gen aan <strong>de</strong> opkomst van <strong>de</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> richt<strong>in</strong>g op het platteland<br />

<strong>in</strong> Friesland, Amsterdam: Van Holkema & Warendorf, [1906]. Zie <strong>voor</strong> hem tevens: H.J. Busé,<br />

‘Het mo<strong>de</strong>rnisme <strong>in</strong> Friesland omstreeks 1870’, <strong>in</strong>: Ne<strong>de</strong>rlandsch archief <strong>voor</strong> kerkgeschie<strong>de</strong>nis<br />

n.s. 17 (1919) 81-114, i.h.b. 105.<br />

16 Gemeente-archief Menalduma<strong>de</strong>el te Menaldum (GAM), dossier 802, verslag opgemaakt door<br />

schoolmeester tevens koster J. Groenewold.


Jacob van Sluis: <strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong> 7<br />

Oproer <strong>in</strong> het dorp<br />

Na <strong>de</strong> stemm<strong>in</strong>g van 31 januari, waaruit dus een benoem<strong>in</strong>g volg<strong>de</strong>, had <strong>de</strong> kerkenraad<br />

ertoe moeten overgaan om ds. Wijt te beroepen. Het reglement bood niet <strong>de</strong> mogelijkheid<br />

om <strong>de</strong> eigen kandidaat, tegen <strong>de</strong> meer<strong>de</strong>rheid van <strong>de</strong> floreenplichtigen <strong>in</strong>, te beroepen. Veel<br />

meer dan lijdzaam verzet was niet mogelijk. Men kon weigeren mee te werken, daarmee<br />

een signaal afgevend aan <strong>de</strong> betreffen<strong>de</strong> predikant. De kerkenraad weiger<strong>de</strong> dan een<br />

beroep<strong>in</strong>gsbrief uit te doen gaan, zodat <strong>de</strong>ze taak vervuld moest wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> hogere<br />

verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g; het classicaal bestuur schreef <strong>in</strong> zo'n geval <strong>de</strong> beroep<strong>in</strong>gsbrief, “doen<strong>de</strong> wat<br />

<strong>de</strong>s kerkeraads is”, zoals <strong>de</strong> standaardformuler<strong>in</strong>g luid<strong>de</strong>.<br />

Op woensdag 15 februari wer<strong>de</strong>n alle protesten die geuit waren om stemmen te<br />

wraken, tij<strong>de</strong>ns een buitengewone verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> classis Leeuwar<strong>de</strong>n behan<strong>de</strong>ld en<br />

uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijk afgewezen. De beroep<strong>in</strong>g van ds. Wijt werd dus rechtsgeldig verklaard. Voor<br />

<strong>de</strong> confessionele partij, met haar hooggestem<strong>de</strong> verwacht<strong>in</strong>gen, was dit een bittere<br />

teleurstell<strong>in</strong>g. Allerlei geruchten <strong>de</strong><strong>de</strong>n na afloop <strong>de</strong> ron<strong>de</strong>: biljetten zou<strong>de</strong>n vernietigd zijn,<br />

papieren verwisseld, <strong>de</strong> vice-consulent omgekocht. Die avond en die nacht brak er een<br />

oproer uit. Er werd geschonken en gedronken, geschol<strong>de</strong>n en gedreigd, geslagen en bij twee<br />

kerkvoog<strong>de</strong>n thuis wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> ruiten <strong>in</strong>geslagen. Aan ene <strong>Lolke</strong> wer<strong>de</strong>n “fiksche <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong><br />

<strong>klappen</strong>” uitge<strong>de</strong>eld. De veldwachter sprak van “een groot oproer”; “Parijs <strong>in</strong> het kle<strong>in</strong>” zei<br />

een an<strong>de</strong>r, refererend aan <strong>de</strong> commune-opstand daar. “Als dom<strong>in</strong>ee Wijt beroepen wordt,<br />

dan zal <strong>in</strong> <strong>Berlikum</strong> het bloed door <strong>de</strong> straten stroomen!”, riep een aanhanger van <strong>de</strong><br />

orthodoxen strijdvaardig. Het dorp was ver<strong>de</strong>eld “<strong>in</strong> Kruiffianen en Wijtianen”. Op<br />

zondagavond 12 maart was er “<strong>in</strong> <strong>de</strong> herberg bij Kroes” we<strong>de</strong>rom “eene uitbarst<strong>in</strong>g”. De<br />

veldwachters kwamen <strong>in</strong> actie, raddraaiers wer<strong>de</strong>n opgepakt en getuigenissen verzameld. Er<br />

wer<strong>de</strong>n lange lijsten opgesteld van da<strong>de</strong>rs en getuigen: <strong>de</strong> hele gemeenschap werd zo m<strong>in</strong> of<br />

meer <strong>in</strong> het conflict betrokken. 17 De burgemeester van Menalduma<strong>de</strong>el leg<strong>de</strong> <strong>de</strong> zaak <strong>voor</strong><br />

aan <strong>de</strong> officier van justitie. Die aarzel<strong>de</strong>, omdat “op het vroegere en doorgaan<strong>de</strong><br />

levensgedrag van <strong>de</strong> […] vermel<strong>de</strong> personen we<strong>in</strong>ig valt aan te merken” en omdat ze spijt<br />

betuig<strong>de</strong>n. Maar <strong>de</strong> burgemeester bleef kordaat: “In het belang van <strong>de</strong> openbare or<strong>de</strong>, acht<br />

ik mij verplicht ongunstig te adviseren op hun verzoek tot bekom<strong>in</strong>g van gratie van straf”. 18<br />

Volgens Swijghuisen Reigersberg zijn uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijk “vijf belhamers [sic] veroor<strong>de</strong>eld […]<br />

tot eenige weeken gevangenis straf”. 19 [173]<br />

Inmid<strong>de</strong>ls had <strong>de</strong> kerkenraad tegen <strong>de</strong> stemm<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> floreenplichtigen ook<br />

17 Deze zijn verzameld <strong>in</strong> GAM, dossier 802, waaruit ook <strong>de</strong> meeste citaten <strong>in</strong> <strong>de</strong>ze al<strong>in</strong>ea<br />

stammen. Voorts: Franeker Courant, 19 febr. 1871.<br />

18 GAM, <strong>in</strong>v.nr. 189, afschriften verzon<strong>de</strong>n stukken van <strong>de</strong> burgemeester, 18 juli 1871.<br />

19 AHB, eigenhandige <strong>in</strong>schrijv<strong>in</strong>g <strong>in</strong> ‘Naamlijst van Predikanten die se<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> Hervorm<strong>in</strong>g te<br />

<strong>Berlikum</strong> hebben gestaan’. Swijghuisen spreekt <strong>in</strong> dit korte verslag van <strong>de</strong> affaire enkel van<br />

“confessionelen” tegenover “<strong>mo<strong>de</strong>rne</strong>n”, en niet van bijv. “orthodoxen” en (een enkele maal<br />

uitgezon<strong>de</strong>rd) “liberalen”. Ik heb zijn aanduid<strong>in</strong>g <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>Berlikum</strong>er partijen overgenomen.


Jacob van Sluis: <strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong> 8<br />

beroep aangetekend bij het prov<strong>in</strong>ciaal kerkbestuur, het hoogste kerkelijke college <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

prov<strong>in</strong>cie. Dit <strong>de</strong>ed op 14 maart 1871 uitspraak: <strong>de</strong> stemm<strong>in</strong>g van 31 januari werd nietig<br />

verklaard wegens gebrek aan het <strong>in</strong> acht nemen van sommige formaliteiten <strong>in</strong> het proces<br />

verbaal. Bovendien werd <strong>de</strong> kerkenraad gelast een nieuwe oproep<strong>in</strong>g van floreenplichtigen<br />

uit te schrijven “volgens het bestaan<strong>de</strong> Reglement”, waarmee echter naar vermogen<br />

gedraald werd. Uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijk vond <strong>de</strong> nieuwe stemm<strong>in</strong>g van floreengerechtig<strong>de</strong>n plaats op<br />

woensdag 31 mei, met een we<strong>in</strong>ig verrassen<strong>de</strong> uitslag: 39 biljetten met 150 stemmen <strong>voor</strong><br />

ds. Wijt tegenover 58 biljetten met 128 stemmen <strong>voor</strong> ds. Kruyf. Even <strong>voor</strong>spelbaar was dat<br />

<strong>de</strong> orthodoxe partij tegen 35 stemmen op Wijt uitgebracht protest aanteken<strong>de</strong> en dat <strong>de</strong><br />

kerkenraad hangen<strong>de</strong> dit beroep bleef weigeren om een beroep<strong>in</strong>gsbrief op te stellen. Ook<br />

dit protest werd afgewezen en daarmee was e<strong>in</strong><strong>de</strong>lijk <strong>de</strong> weg <strong>voor</strong> het classicaal bestuur<br />

vrijgemaakt om Wijt te beroepen: op 18 juli kreeg <strong>de</strong> kerkenraad te horen dat zulks<br />

geschied was en twee dagen later bevestig<strong>de</strong> Wijt <strong>de</strong> ontvangst van <strong>de</strong> beroep<strong>in</strong>gsbrief, hem<br />

toegezon<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> classis “doen<strong>de</strong> wat <strong>de</strong>s kerkeraads is”.<br />

Wijt bracht twee oriënteren<strong>de</strong> bezoeken aan <strong>Berlikum</strong>. Nieuwe rellen kon<strong>de</strong>n niet<br />

uitblijven. Volgens het verslag van Swijghuisen Reigersberg werd hij “<strong>voor</strong>al <strong>de</strong> twee<strong>de</strong><br />

keer door het grouw bespot, beleedigd en bedreigd”. De anonieme correspon<strong>de</strong>nt van <strong>de</strong><br />

Franeker Courant, zelf orthodox gez<strong>in</strong>d, schreef met afschuw over een volksgericht:<br />

“Als <strong>in</strong> het jaar onzes Heeren 1871 <strong>de</strong>n 10 Augustus op klaarlichten dag een vreem<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

van onbesproken gedrag, wordt geschol<strong>de</strong>n, gevloekt, met vuisten gedreigd, met handgeklap<br />

oms<strong>in</strong>geld, met geschreeuw achtervolgd, met paar<strong>de</strong>vijgen gegooid, niet door kwajongens,<br />

neen door volwassen menschen, door vrouwen zelfs, 1 Cor. 14:34-35; als bejaar<strong>de</strong> lie<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />

tong uitsteken en lange neuzen maken, en an<strong>de</strong>re hunne k<strong>in</strong><strong>de</strong>ren prijzen als ze zich dapper<br />

geweerd hebben met schreeuwen en schel<strong>de</strong>n, zie als <strong>de</strong> ware leer nu zulke vruchten afwerpt,<br />

dan wil ik er althans <strong>voor</strong>eerst maar geen geld om verrij<strong>de</strong>n, Matth. 12:33-37; 1 Cor.13:1-7.”<br />

Wijt was een huis aan <strong>de</strong> Kruisstraat b<strong>in</strong>nengevlucht, daar <strong>in</strong> een gesloten wagen gezet en<br />

zo op een draf het dorp uitgevoerd. 20 Bovendien <strong>de</strong>ed zich het ongehoor<strong>de</strong> feit <strong>voor</strong> dat<br />

hem <strong>in</strong> juli een petitie aangebo<strong>de</strong>n werd, on<strong>de</strong>rtekend door 542 personen waaron<strong>de</strong>r 167<br />

lidmaten, met <strong>de</strong> dr<strong>in</strong>gen<strong>de</strong> oproep om <strong>voor</strong> het beroep te bedanken. Voorts werd erop<br />

gewezen dat <strong>de</strong> meer<strong>de</strong>rheid van stemmen waarmee hij verkozen is, te niet gedaan werd<br />

door enkele tientallen gewraakte stemmen. 21 Er [174] werd tevens een advertentie met<br />

<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> strekk<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>de</strong> Leeuwar<strong>de</strong>r Courant geplaatst. 22 Door dit petitionnement of<br />

vanwege <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rvon<strong>de</strong>n bedreig<strong>in</strong>gen, <strong>in</strong> ie<strong>de</strong>r geval heeft Wijt <strong>de</strong> eer aan zichzelf<br />

gehou<strong>de</strong>n. Op 18 augustus schreef hij zowel aan <strong>de</strong> kerkenraad en als aan het classicale<br />

20 Franeker Courant, 14 sept. 1871; Algra, Historie, 175.<br />

21 Twee concepten van <strong>de</strong>ze brief, zon<strong>de</strong>r na<strong>de</strong>re <strong>in</strong>vull<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> datum, bev<strong>in</strong><strong>de</strong>n zich <strong>in</strong>:<br />

AHB, dossier stukken 1871-1872.<br />

22 Leeuwar<strong>de</strong>r Courant, 11 aug. 1871; <strong>in</strong> <strong>de</strong> Franeker Courant van 16 aug. werd <strong>in</strong>direct


Jacob van Sluis: <strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong> 9<br />

bestuur dat hij <strong>voor</strong> het beroep bedankte, zon<strong>de</strong>r ver<strong>de</strong>re opgaaf van re<strong>de</strong>nen. Enkele<br />

maan<strong>de</strong>n later, op 21 november, meld<strong>de</strong> Kruyf, buiten <strong>de</strong> zaak-<strong>Berlikum</strong> om en pro forma,<br />

dat hij een beroep naar <strong>de</strong> Gel<strong>de</strong>rse gemeente Velp had aangenomen. Ook Kruyf onttrok<br />

zich dus <strong>de</strong>f<strong>in</strong>itief aan het <strong>Berlikum</strong>er strijdtoneel, gesteld dat hij ooit een reële kandidaat is<br />

geweest.<br />

Er moest dus opnieuw een verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van floreengerechtig<strong>de</strong>n bijeenkomen om<br />

een predikant te kiezen. De kerkenraad wist uitstel te bewerken, om uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijk te besluiten<br />

dat men aan <strong>de</strong>ze procedure niet wenste mee te werken. Op 15 februari 1872 kwam <strong>de</strong>ze<br />

verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g alsnog bijeen, daartoe opgeroepen door <strong>de</strong> classis en <strong>voor</strong>gezeten door <strong>de</strong><br />

consulent. Er heerste nu een sfeer die een vlotte werkwijze toestond, want <strong>de</strong> confessionele<br />

stemgerechtig<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> kerkenraad boycotten <strong>de</strong> stemm<strong>in</strong>g. “De <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> partij had<br />

<strong>in</strong>tusschen <strong>de</strong>n consulent J.I. Sw.R. predikant te Wier, <strong>de</strong> candidatuur aangebo<strong>de</strong>n die <strong>de</strong>ze<br />

had aangenomen”, aldus het eigenhandig verslag van Swijghuisen Reigersberg. Alle<br />

stemmen, te weten 45 biljetten met 175 stemmen, wer<strong>de</strong>n op hem uitgebracht en geen van<br />

<strong>de</strong> aanwezigen teken<strong>de</strong> protest aan tegen <strong>de</strong> uitgebrachte stemmen. De han<strong>de</strong>lswijze van <strong>de</strong><br />

predikant is opmerkelijk: als geen an<strong>de</strong>r ken<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> situatie <strong>in</strong> <strong>Berlikum</strong> en toch stem<strong>de</strong> hij<br />

<strong>in</strong> met zijn kandidatuur. Blijkbaar had hij voldoen<strong>de</strong> vertrouwen <strong>in</strong> eigen kunnen om <strong>de</strong><br />

tegenstell<strong>in</strong>gen te overbruggen. Hoe het ook zij, hij kreeg meer stemmen dan ds. Wijt <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

bei<strong>de</strong> eer<strong>de</strong>re verkiez<strong>in</strong>gen. Onmid<strong>de</strong>llijk werd een beroepbrief opgesteld en reeds op 17<br />

februari antwoord<strong>de</strong> Swijghuisen het beroep te zullen aannemen. Voor <strong>de</strong><br />

kerkenraadsverga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van 18 februari liet hij, nog als consulent, echter weten “dat hij<br />

bepaald verh<strong>in</strong><strong>de</strong>rd werd om <strong>de</strong>ze verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g bij te wonen en toch gaarne zag dat <strong>de</strong>ze<br />

verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g doorg<strong>in</strong>g ten e<strong>in</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> gebruikelijke Censura morum te hou<strong>de</strong>n”; waarschijnlijk<br />

heeft Swijghuisen met zijn afwezigheid <strong>de</strong> verslagen kerkenraad niet <strong>in</strong> verlegenheid willen<br />

brengen, en heeft hij gehoopt dat <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g zich bij <strong>de</strong> voldongen feiten zou<br />

neerleggen. Dat laatste was echter ij<strong>de</strong>le hoop, zo zou blijken. De procedure werd echter<br />

gewoon afgehan<strong>de</strong>ld. Met <strong>de</strong> bevestig<strong>in</strong>g van Swijghuisen tot predikant op 28 april was <strong>de</strong><br />

gemeente <strong>Berlikum</strong> officieel niet meer vacant. [175]<br />

Her<strong>de</strong>r <strong>voor</strong> een onwillige kud<strong>de</strong><br />

De strijd g<strong>in</strong>g nu een volgen<strong>de</strong> fase <strong>in</strong>. Met <strong>de</strong> kennisgev<strong>in</strong>g van Swijghuisen dat hij <strong>de</strong><br />

beroep<strong>in</strong>g had aangenomen op tafel, besloot <strong>de</strong> kerkenraad nog op <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van 18<br />

februari met algemene stemmen “dat <strong>de</strong>ze beroep<strong>in</strong>g onwettig is geschied”. Het nieuwe<br />

strijdpunt werd <strong>de</strong> overdracht van het archief aan <strong>de</strong> predikant, hetgeen na diens bevestig<strong>in</strong>g<br />

had moeten geschie<strong>de</strong>n. Op <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van het classicaal bestuur van 29 mei 1872<br />

werd een brief van Swijghuisen Reigersberg behan<strong>de</strong>ld, waar<strong>in</strong> <strong>de</strong>ze meld<strong>de</strong> dat <strong>de</strong><br />

kerkenraad weiger<strong>de</strong> het archief aan hem over te dragen. In <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> maan<strong>de</strong>n negeer<strong>de</strong>


Jacob van Sluis: <strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong> 10<br />

<strong>de</strong> kerkenraad <strong>de</strong> predikant naar vermogen en daarmee stokte het gemeenteleven: er kon<br />

geen avondmaal gevierd wor<strong>de</strong>n, zitten<strong>de</strong> kerkenraadsle<strong>de</strong>n kon<strong>de</strong>n niet aftre<strong>de</strong>n en er kon<br />

geen kiescollege wor<strong>de</strong>n samengesteld tot verkiez<strong>in</strong>g van nieuwe ou<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>gen en diakenen.<br />

Eerst <strong>in</strong> januari 1873, on<strong>de</strong>r zware druk van <strong>de</strong> classis die zelfs dreig<strong>de</strong> <strong>de</strong> kerkenraad uit<br />

het ambt te ontzetten, g<strong>in</strong>g men overstag en werd het archief aan <strong>de</strong> predikant<br />

overgedragen.<br />

Tot aan zijn overlij<strong>de</strong>n, <strong>in</strong> 1880, bleef Swijghuisen Reigerberg predikant te<br />

<strong>Berlikum</strong> en <strong>de</strong> relatie met <strong>de</strong> kerkenraad bleef uiterst moeizaam. Naar aanleid<strong>in</strong>g van <strong>de</strong><br />

eerste kerkvisitatie na zijn aanstell<strong>in</strong>g, op 6 mei 1873, staat er genoteerd <strong>in</strong> <strong>de</strong> notulen van<br />

<strong>de</strong> kerkenraad: “Door <strong>de</strong>n diaken J. Hacquebart wordt nog <strong>de</strong> opmerk<strong>in</strong>g gemaakt dat <strong>de</strong><br />

predikant slechts bij 1/3 <strong>de</strong>el <strong>de</strong>r gemeente her<strong>de</strong>rlijk bezoek doet.” Een <strong>voor</strong> ons<br />

cryptische opmerk<strong>in</strong>g: is het een verwijt aan <strong>de</strong> predikant of is hij domweg bij <strong>de</strong><br />

meer<strong>de</strong>rheid van <strong>de</strong> gemeente niet welkom? Vanaf 1870 hebben belij<strong>de</strong>niscatechisanten uit<br />

<strong>Berlikum</strong> <strong>in</strong> gemeenten el<strong>de</strong>rs belij<strong>de</strong>nis van geloof gedaan, omdat een belij<strong>de</strong>nis on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />

hoe<strong>de</strong> van een mo<strong>de</strong>rn predikant door confessionelen op zijn zachtst gezegd werd<br />

gewantrouwd. In een pog<strong>in</strong>g dit patroon te doorbreken vroeg Swijghuisen op 3 september<br />

1874 aan <strong>de</strong> kerkenraad of twee ou<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>gen aanwezig willen zijn bij <strong>de</strong> aannem<strong>in</strong>g van zes<br />

lidmaten, hetgeen geweigerd werd; dit tafereel herhaal<strong>de</strong> zich <strong>in</strong> het jaar daarop. En zo<br />

ontstond <strong>de</strong> praktijk dat zowel <strong>de</strong> dom<strong>in</strong>ee als <strong>de</strong> kerkenraad <strong>de</strong> <strong>Berlikum</strong>er lidmaten via <strong>de</strong><br />

omweg van een belij<strong>de</strong>nisdienst bij geestverwante predikanten <strong>in</strong> naburige standplaatsen <strong>de</strong><br />

eigen gemeente b<strong>in</strong>nensluizen. Swijghuisen dirigeer<strong>de</strong> zijn belij<strong>de</strong>niscatechisanten naar zijn<br />

ou<strong>de</strong> standplaats Wier, <strong>de</strong> kerkenraad naar Harl<strong>in</strong>gen, Menaldum, Sexbierum en<br />

M<strong>in</strong>nertsga. Het g<strong>in</strong>g soms om aanzienlijke groepen: 26 personen g<strong>in</strong>gen op 17 november<br />

1872 naar Wier, 41 personen <strong>de</strong> week daarop naar Harl<strong>in</strong>gen. In al <strong>de</strong>ze jaren, tussen 1869<br />

en 1882, wer<strong>de</strong>n er geen lidmaten rechtstreeks <strong>in</strong> <strong>de</strong> eigen gemeente opgenomen. Dom<strong>in</strong>ee<br />

volhard<strong>de</strong> <strong>voor</strong>ts <strong>in</strong> zijn weiger<strong>in</strong>g om <strong>de</strong> zondagse dienst te openen met een bijbellez<strong>in</strong>g,<br />

maar wil<strong>de</strong> <strong>de</strong>sgevraagd wel het gebruik her<strong>in</strong>voeren om <strong>de</strong> kerkenraadsverga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g elke<br />

keer te openen met gebed: dit pas <strong>in</strong> 1875, <strong>in</strong> <strong>de</strong> jaren daar<strong>voor</strong> had hij dat dus blijkbaar<br />

nooit gedaan! Bij <strong>de</strong> kerkvisitatie van dat jaar staat genoteerd dat “slechts een ge- [176] r<strong>in</strong>g<br />

ge<strong>de</strong>elte <strong>de</strong>r jeugd van het catechetisch on<strong>de</strong>rwijs gebruik maakt – niet uit gebrek aan ijver<br />

van wegen <strong>de</strong>n predikant – maar wegens verschil van richt<strong>in</strong>g” en dat bijgevolg “het zeer<br />

wenschelijk ja! noodzakelijk mag genoemd wor<strong>de</strong>n dat een catechiseermeester, die aan <strong>de</strong><br />

behoeften van velen kon voldoen, werd benoemd”. 23 Dit betekent dus dat <strong>de</strong> gemeente haar<br />

<strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> predikant openlijk rechts wenste te passeren. Met enig (moreel) recht van spreken,<br />

want <strong>in</strong> 1876 constateer<strong>de</strong> een ou<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g dat hij “op <strong>de</strong>n Hemelvaartsdag [sic] tot zijn<br />

23 AHB, Notulen kerkenraad d.d. 6 mei 1875; cf. Visser, On<strong>de</strong>rwijs, 25. Over <strong>de</strong> aanstell<strong>in</strong>g <strong>in</strong><br />

<strong>de</strong>ze jaren van catechiseermeesters en evangelisten als alternatieve <strong>voor</strong>gangers, zie: Bos, Dienst,<br />

321.


Jacob van Sluis: <strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong> 11<br />

leedwezen had moeten vernemen dat <strong>de</strong> lichamelijke opstand<strong>in</strong>g <strong>de</strong>s Heeren door <strong>de</strong>n<br />

predikant was ontkend”. 24 Het was dui<strong>de</strong>lijk dat Swijghuisen <strong>voor</strong> <strong>de</strong> confessionele<br />

meer<strong>de</strong>rheid van zijn gemeente niet heeft willen buigen. Toen hij op zondag 4 maart 1877<br />

niet <strong>in</strong> <strong>de</strong> eigen gemeente kon <strong>voor</strong>gaan, stel<strong>de</strong> hij dat hij aan het <strong>voor</strong>stel om “een or-<br />

thodox predikant <strong>voor</strong> <strong>de</strong> gemeente te doen optre<strong>de</strong>n” niet kon voldoen, omdat hij hier<strong>in</strong><br />

ontwaar<strong>de</strong> “pog<strong>in</strong>gen […] om hem en zijne geestverwanten uit <strong>de</strong> kerk te verdrijven”. 25 In<br />

<strong>de</strong> w<strong>in</strong>ter van 1878/79 moest Swijghuisen herhaal<strong>de</strong>lijk “wegens ongesteldheid” op <strong>de</strong><br />

kerkenraadsverga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen verstek laten gaan, <strong>in</strong> <strong>de</strong> zomermaan<strong>de</strong>n was hij zodanig<br />

opgeknapt dat hij <strong>de</strong> ochtenddiensten weer kon waarnemen. Op 10 maart 1880 overleed hij,<br />

nog maar 39 jaar oud.<br />

Het gebeuren <strong>in</strong> <strong>Berlikum</strong> was <strong>voor</strong> Friesland niet uniek. In <strong>de</strong>ze perio<strong>de</strong> voltrok<br />

zich een vrijwel i<strong>de</strong>ntiek conflict <strong>in</strong> het dorp Oosterend (Eastere<strong>in</strong>). Daar stond <strong>de</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong><br />

predikant J.F.L. Muller, verkozen door <strong>de</strong> floreenplichtigen, tegenover <strong>de</strong> confessioneel<br />

gez<strong>in</strong><strong>de</strong> kerkenraad. Ook hier kon<strong>de</strong>n geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> jaren van Muller, van 1874-1882, <strong>de</strong><br />

nieuwe lidmaten, 92 <strong>in</strong> totaal, alleen via <strong>de</strong> buitenweg van een belij<strong>de</strong>nisdienst el<strong>de</strong>rs <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

eigen gemeente wor<strong>de</strong>n opgenomen. 26<br />

Herstel<strong>de</strong> eendracht<br />

Uit het <strong>voor</strong>afgaan<strong>de</strong> mag dui<strong>de</strong>lijk zijn dat <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> gemeente te <strong>Berlikum</strong> <strong>in</strong><br />

enkele <strong>de</strong>cennia van karakter veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong>. De liberale predikanten Van <strong>de</strong>r Tuuk en De<br />

Boer kon<strong>de</strong>n hier probleemloos werken, totdat <strong>in</strong> het mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> jaren 1860 zich <strong>de</strong><br />

richt<strong>in</strong>genstrijd aandient. Met problemen rond <strong>de</strong> vacature ontstaan door het overlij<strong>de</strong>n<br />

van ds. De Boer en <strong>de</strong> uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijke vervull<strong>in</strong>g ervan <strong>in</strong> <strong>de</strong> persoon van ds. Swijghuisen<br />

Reigersberg, blijkt dat <strong>de</strong> kerkelijke gemeente <strong>in</strong>mid<strong>de</strong>ls overwegend orthodox gez<strong>in</strong>d<br />

was. Een volksopstand en <strong>de</strong> boycot van [177] <strong>de</strong> geparachuteer<strong>de</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> dom<strong>in</strong>ee<br />

maken dui<strong>de</strong>lijk dat <strong>de</strong>ze confessionele omslag een breed draagvlak had. Dit wordt<br />

bevestigd door <strong>de</strong> respons die het nationale volkspetitionnement uit 1878 <strong>voor</strong><br />

christelijk lager on<strong>de</strong>rwijs <strong>in</strong> <strong>Berlikum</strong> verwierf. Dit was een lan<strong>de</strong>lijk <strong>in</strong>itiatief van<br />

orthodoxe zij<strong>de</strong> om <strong>de</strong> kon<strong>in</strong>g te bewegen een <strong>voor</strong> het christelijk on<strong>de</strong>rwijs na<strong>de</strong>lige<br />

wetgev<strong>in</strong>g niet te on<strong>de</strong>rtekenen: tevergeefs, want een <strong>de</strong>rgelijk smeekschrift vroeg<br />

b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong> nieuwe parlementaire constitutie aan <strong>de</strong> kon<strong>in</strong>g iets onmogelijks. Hoe dan<br />

ook, <strong>de</strong> bewaard gebleven lijsten met plaatselijk verzamel<strong>de</strong> handteken<strong>in</strong>gen vormen nu<br />

een waar<strong>de</strong>volle bron <strong>voor</strong> lokale kerkgeschiedschrijv<strong>in</strong>g. En zo blijkt dat te <strong>Berlikum</strong><br />

624 volwassenen dit petitionnement steun<strong>de</strong>n, hetgeen toch een fors <strong>de</strong>el van <strong>de</strong>ze<br />

24 AHB, Notulen kerkenraad d.d. 26 mei 1876.<br />

25 AHB, Notulen kerkenraad d.d. 23 februari 1877.<br />

26 M.L. <strong>de</strong> Boer e.a., Eastere<strong>in</strong>, Eastere<strong>in</strong>: Van <strong>de</strong>r Eems, 1995, 409-411.


Jacob van Sluis: <strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong> 12<br />

kle<strong>in</strong>e gemeenschap moet zijn geweest. 27<br />

Het confessionele karakter van <strong>de</strong> kerkenraad en <strong>de</strong> gemeente blijkt ook uit <strong>de</strong><br />

goe<strong>de</strong> samenwerk<strong>in</strong>g met <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> predikanten, van orthodoxe signatuur. De nieuwe<br />

predikant kon volgens <strong>de</strong> nieuwe reguler<strong>in</strong>g wor<strong>de</strong>n gekozen en beroepen; we<strong>de</strong>rom met<br />

enige moeilijkhe<strong>de</strong>n, maar die kwamen niet <strong>voor</strong>t uit het floreenstelsel en vermoe<strong>de</strong>lijk<br />

evenm<strong>in</strong> uit <strong>de</strong> richt<strong>in</strong>genstrijd, maar uit onwetendheid over <strong>de</strong> nieuwe procedure.<br />

Aanvankelijk werd beroepen dr. A.J.Th. Jonker, die bedankte, en vervolgens H.<br />

Hoekstra, die dit beroep aannam. Tussen hem en <strong>de</strong> kerkenraad vond een goe<strong>de</strong><br />

samenwerk<strong>in</strong>g plaats. 28 Na Hoekstra kwam <strong>in</strong> 1886 G. Nijhuis, 29 die hier tot 1890 stond:<br />

<strong>in</strong> <strong>de</strong>ze jaren voltrok zich te <strong>Berlikum</strong> een afsplits<strong>in</strong>g van een doleren<strong>de</strong> gemeente.<br />

De Doleantie<br />

De Doleantie voltrok zich te <strong>Berlikum</strong> uiterst geor<strong>de</strong>nd. 30 Aanleid<strong>in</strong>g <strong>voor</strong> <strong>de</strong> eerste<br />

verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g op 3 januari 1887 was het komen<strong>de</strong> Gereformeerd Congres te [178]<br />

Amsterdam op 11-14 januari. 31 “Gelijk <strong>in</strong> ons geheele land, heeft <strong>de</strong> beweg<strong>in</strong>g op<br />

Kerkelijk gebied, ook <strong>in</strong> <strong>de</strong>ze gemeente belangstellen<strong>de</strong> personen”. Echter, afgaan<strong>de</strong> op <strong>de</strong><br />

notulen was er b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> kerkenraad <strong>in</strong> het geheel geen belangstell<strong>in</strong>g. Twee<br />

personen, “E. Kool en L. Runia alhier”, namen het <strong>voor</strong>touw, schijnbaar op eigen <strong>in</strong>itiatief<br />

en <strong>in</strong> ie<strong>de</strong>r geval buiten <strong>de</strong> kerkenraad om. “Er werd besloten <strong>in</strong> <strong>de</strong> loop <strong>de</strong>r week eene<br />

verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g te hou<strong>de</strong>n met eenige lidmaten <strong>de</strong>r Herv. Gemeente alhier, van wien men hope<br />

heeft, dat zij <strong>in</strong> <strong>de</strong>ze zaak met ons gelijk staan, ten e<strong>in</strong><strong>de</strong> gezamentlijk te beraadslagen, wat<br />

wij hebben te verrichten naar <strong>de</strong>n woor<strong>de</strong> Gods, en <strong>de</strong> formulieren van eenigheid als<br />

belij<strong>de</strong>nis <strong>de</strong>r kerk onzer va<strong>de</strong>ren, ook <strong>in</strong> <strong>de</strong>ze gemeente”. Reeds op 6 januari 1887 kwam<br />

27 De lijsten met handteken<strong>in</strong>gen bev<strong>in</strong><strong>de</strong>n zich <strong>in</strong> het Algemeen Rijksarchief te Den Haag.<br />

28 Zie <strong>voor</strong> Hendrik Hoekstra (1852-1915) het artikel over hem <strong>in</strong> Biografisch woor<strong>de</strong>nboek van<br />

protestantse godgeleer<strong>de</strong>n <strong>in</strong> Ne<strong>de</strong>rland, IV, 87-90. In zijn volgen<strong>de</strong> standplaats Utrecht zou<br />

Hoekstra met <strong>de</strong> Doleantie meegaan en hij zou een <strong>voor</strong>aanstaan<strong>de</strong> positie <strong>in</strong>nemen b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong><br />

Gereformeer<strong>de</strong> Kerken <strong>in</strong> Ne<strong>de</strong>rland.<br />

29 Gerhardus Nijhuis (1848-1905) was hervormd predikant achtereenvolgens te Goudriaan 1873,<br />

Langerak 1875, Bergschenhoek 1877, Hoogeveen 1880, Genemui<strong>de</strong>n 1883, <strong>Berlikum</strong> 1886,<br />

Veenendaal 1890 en laatst te Renkum-Heelsum vanaf 1901. Hij was een van <strong>de</strong> eerste<br />

bestuursle<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Gereformeer<strong>de</strong> Zend<strong>in</strong>gsbond, waarvan <strong>de</strong> meeste le<strong>de</strong>n congeniaal waren<br />

met <strong>de</strong> iets later opgerichte Gereformeer<strong>de</strong> Bond; zie Th. van <strong>de</strong>r End & H. van 't Veld (red.),<br />

Met het Woord <strong>in</strong> <strong>de</strong> wereld; De Gereformeer<strong>de</strong> Zend<strong>in</strong>gsbond van 1901-2001, Zoetermeer:<br />

Boekencentrum, 2001; hier<strong>in</strong> Nijhuis genoemd op 16, 21, 32 (met foto), A6. – Met dank aan dr.<br />

B.J. Wiegeraad.<br />

30 Aanwezig <strong>in</strong> het archief van <strong>de</strong> Gereformeer<strong>de</strong> Kerk <strong>Berlikum</strong>, aldaar bewaard. De citaten uit<br />

<strong>de</strong>ze al<strong>in</strong>ae zijn hieraan ontleend. Zie <strong>voor</strong>ts het ge<strong>de</strong>nkboek: F. Visser, 100 Jaar Gereformeer<strong>de</strong><br />

Kerk van <strong>Berlikum</strong> 1887-1987, [z.a.].<br />

31 Voor het Gereformeerd Kerkelijk Congres: D. Ded<strong>de</strong>ns, ‘Het Doleantiekerkrecht en <strong>de</strong><br />

Afgeschei<strong>de</strong>nen’, <strong>in</strong>: D. Ded<strong>de</strong>ns & J. Kamphuis (red.), Doleantie – we<strong>de</strong>rkeer; Opstellen over<br />

<strong>de</strong> Doleantie van 1886, Haarlem: Vijlbrief, 1986, 57-150, m.n. 83-86.


Jacob van Sluis: <strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong> 13<br />

een groep van 20 manslidmaten bijeen. Runia hield een lang betoog over <strong>de</strong> <strong>de</strong>plorabele<br />

toestand van <strong>de</strong> va<strong>de</strong>rlandse kerk, e<strong>in</strong>digend met <strong>de</strong> suggestie om gehoor te geven aan <strong>de</strong><br />

uitnodig<strong>in</strong>g om vanuit <strong>Berlikum</strong> ook een afvaardig<strong>in</strong>g van twee personen naar het Congres<br />

te zen<strong>de</strong>n. De verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g kiest daartoe Runia en Kool. Op 18 januari brengen zij verslag<br />

uit, “dat het juk <strong>de</strong>r synodale organisatie moet wor<strong>de</strong>n afgeworpen”. Op een volgen<strong>de</strong><br />

verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g, 2 maart, gaat een lijst rond die door 32 personen wordt on<strong>de</strong>rtekend.<br />

Vervolgens wordt <strong>de</strong> procedure <strong>in</strong>gezet zoals die door het Congres is uitgestippeld. De<br />

hervorm<strong>de</strong> kerkenraad krijgt een adres toegezon<strong>de</strong>n “volgens Mo<strong>de</strong>l J van <strong>de</strong> <strong>in</strong>structie<br />

van het congres”, die, zo blijkt op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g op 16 maart, enkel <strong>voor</strong><br />

kennisgev<strong>in</strong>g is aangenomen. Er wordt besloten tot overleg met “Ds. J.C. Sikkel te<br />

Hijlaard, onzen Mo<strong>de</strong>rator”, 32 te verrichten we<strong>de</strong>rom door Runia en Kool. Zij brengen op<br />

30 maart verslag uit, waarop an<strong>de</strong>rmaal een brief aan <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> kerkenraad uitgaat, nu<br />

volgens concept van ds. Sikkel en waarop we<strong>de</strong>rom niet wordt gereageerd. Zo gaat het<br />

proces ver<strong>de</strong>r, geheel volgens het boekje en <strong>in</strong> strak overleg met Sikkel, totdat op 7<br />

augustus <strong>de</strong> eerste “verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van Gereformeer<strong>de</strong> Belij<strong>de</strong>rs <strong>in</strong> <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rduitsche<br />

<strong>Hervormd</strong>e Gemeente te <strong>Berlikum</strong>” bijeenkomt o.l.v. Sikkel. Deze verklaart dat hij “op<br />

verzoek van <strong>de</strong> broe<strong>de</strong>ren namens <strong>de</strong> Kerk van Hylaard als Consulent <strong>de</strong>r Ned[erduitsch]<br />

Herv[orm<strong>de</strong>] Gemeente te <strong>Berlikum</strong> optreedt om <strong>de</strong> Reformatie <strong>de</strong>r Kerk te <strong>Berlikum</strong> op<br />

<strong>de</strong>n grondslag <strong>de</strong>r belij<strong>de</strong>nis van die Kerk, te lei<strong>de</strong>n”. Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong>ze verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g wordt <strong>de</strong><br />

eerste kerkenraad gekozen, on<strong>de</strong>r wie <strong>de</strong> reeds meermalen genoem<strong>de</strong> Runia en Kool. Zij<br />

wor<strong>de</strong>n op 14 augustus 1887 <strong>in</strong> <strong>de</strong> eerste openbare godsdienstoefen<strong>in</strong>g door Sikkel <strong>in</strong> hun<br />

ambt bevestigd. Opmerkelijk is, gezien vanuit <strong>de</strong> lokale <strong>voor</strong>geschie<strong>de</strong>nis, dat er <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

archiefstukken van <strong>de</strong> nieuwe gere- [179] formeer<strong>de</strong> gemeente geen enkele verwijz<strong>in</strong>g<br />

wordt gemaakt naar <strong>de</strong> eer<strong>de</strong>re lokale controverse: <strong>de</strong> Doleantie te <strong>Berlikum</strong> verloopt<br />

geheel volgens <strong>de</strong> procedure zoals die centraal vanuit “Amsterdam” was opgesteld.<br />

In Hilaard had ds. Sikkel <strong>de</strong> eigen gemeente bekwaam tot <strong>de</strong> Doleantie geleid. Hier<br />

verklaar<strong>de</strong> op 6 januari 1887 zich <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> kerkenraad dat men zich <strong>voor</strong>taan voeg<strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Dordtse kerkor<strong>de</strong> “on<strong>de</strong>r uitdrukkelijke verklar<strong>in</strong>g, dat hierme<strong>de</strong> geene<br />

afscheid<strong>in</strong>g bedoeld is van <strong>de</strong> plaatselijke <strong>Hervormd</strong>e Gemeente te Hijlaard”. De voltallige<br />

kerkenraad en <strong>de</strong> kerkvoog<strong>de</strong>n g<strong>in</strong>gen mee, maar bij een consultatie van <strong>de</strong> lidmaten,<br />

waren er naast <strong>de</strong> 34 <strong>voor</strong>stemmers toch nog zes die tegenstem<strong>de</strong>n. Uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijk moest <strong>de</strong><br />

doleren<strong>de</strong> gemeente ook hier <strong>de</strong> archivalia en alle kerkelijke bezitt<strong>in</strong>gen overdragen aan <strong>de</strong><br />

sterk uitgedun<strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> gemeente. Vanaf maart 1887 verliepen <strong>de</strong> gebeurtenissen hier<br />

<strong>in</strong> een uiterst grimmige sfeer, die ook <strong>de</strong> lan<strong>de</strong>lijke dagbla<strong>de</strong>n haal<strong>de</strong>. Het optre<strong>de</strong>n van<br />

32 Zie <strong>voor</strong> Johannes Cornelis Sikkel (1855-1920) het door P.L. Schram geschreven lemma <strong>in</strong><br />

Biografisch lexicon, I, 342-343. Voorts: C. Smits, ‘De zuivere lijn van J.C. Sikkel (1855-1920)’,<br />

<strong>in</strong>: D. Ded<strong>de</strong>ns & J. Kamphuis (red.), Doleantie – we<strong>de</strong>rkeer; Opstellen over <strong>de</strong> Doleantie van<br />

1886, Haarlem: Vijlbrief, 1986, 241-263.


Jacob van Sluis: <strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong> 14<br />

Sikkel was, getuige een aantal <strong>voor</strong>vallen en ook naar het oor<strong>de</strong>el van dorpsgenoten, “wel<br />

wat te fel en te persoonlijk”, door bij<strong>voor</strong>beeld aarzelen<strong>de</strong> gemeentele<strong>de</strong>n en vervangen<strong>de</strong><br />

r<strong>in</strong>gpredikanten als on<strong>de</strong>r “<strong>de</strong>n a<strong>de</strong>m <strong>de</strong>s satans” af te schil<strong>de</strong>ren. 33 Vergeleken met <strong>de</strong><br />

situatie <strong>in</strong> Hilaard en met <strong>de</strong> eer<strong>de</strong>re gebeurtenissen <strong>in</strong> eigen dorp verliep <strong>de</strong> Doleantie <strong>in</strong><br />

<strong>Berlikum</strong> uiterst vreedzaam en gediscipl<strong>in</strong>eerd.<br />

Opmerkelijk genoeg negeer<strong>de</strong> <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> kerkenraad te <strong>Berlikum</strong> <strong>de</strong><br />

bovenbeschreven plaatselijke gebeurtenissen aanvankelijk geheel. Pas na <strong>de</strong> <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g<br />

van <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rduitsch gereformeer<strong>de</strong> gemeente komt men <strong>in</strong> beweg<strong>in</strong>g, maar dan wel<br />

uiterst daadkrachtig. Op <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van 26 augustus 1887 behan<strong>de</strong>lt <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong><br />

kerkenraad twee <strong>in</strong>gekomen brieven. De eerste is afkomstig van verontruste lidmaten<br />

van <strong>de</strong> eigen hervorm<strong>de</strong> gemeente, die pleiten <strong>voor</strong> zekerheidsmaatregelen rond<br />

kerkgoe<strong>de</strong>ren. De notulen merken daarover op dat <strong>de</strong>ze zaken al on<strong>de</strong>rhands besproken<br />

zijn – blijkbaar had men achter <strong>de</strong> schermen, en waarschijnlijk ook <strong>in</strong> overleg met <strong>de</strong><br />

kerkvoogdij, wel geanticipeerd op wat komen g<strong>in</strong>g – en daarom werd besloten <strong>in</strong><br />

afwacht<strong>in</strong>g van ver<strong>de</strong>re gebeurtenissen “dit stuk zoolang ter zij<strong>de</strong>” te leggen. De twee<strong>de</strong><br />

<strong>in</strong>gezon<strong>de</strong>n brief was afkomstig van <strong>de</strong> gereformeer<strong>de</strong> kerkenraad en gericht tot <strong>de</strong><br />

kerkvoog<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> uitnodig<strong>in</strong>g om <strong>de</strong> kerkgoe<strong>de</strong>ren rechtstreeks on<strong>de</strong>r hun beheer van<br />

<strong>de</strong> gemeente te stellen. In feite weerspiegelt <strong>de</strong>ze brief een fundamenteel verschil van<br />

<strong>in</strong>zicht over het beheer van <strong>de</strong> kerkelijke goe<strong>de</strong>ren. In tegenstell<strong>in</strong>g tot het hervorm<strong>de</strong><br />

kerkrecht dat lokaal bestuur en beheer scheid<strong>de</strong> en bij on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n colleges leg<strong>de</strong>, te<br />

weten kerkenraad en kerkvoogdij, wensten <strong>de</strong> gereformeer<strong>de</strong>n dat bei<strong>de</strong> bevoegdhe<strong>de</strong>n<br />

on<strong>de</strong>r het gezag van <strong>de</strong> kerkenraad zou<strong>de</strong>n vallen. Gelet op <strong>de</strong> eigen kerkrechterlijke<br />

status kon <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> kerkenraad niet an<strong>de</strong>rs doen dan <strong>de</strong>ze [180] twee<strong>de</strong> brief <strong>voor</strong><br />

kennisgev<strong>in</strong>g aannemen, en ongetwijfeld zullen <strong>de</strong> gereformeer<strong>de</strong> briefschrijvers juist<br />

met het oog op dat onvermogen hun aanman<strong>in</strong>g hebben opgesteld. Bleef dus <strong>de</strong><br />

hervorm<strong>de</strong> kerkenraad passief tegenover alle <strong>in</strong>itiatieven van <strong>de</strong> doleren<strong>de</strong>n, <strong>in</strong> reactie<br />

trok men het <strong>in</strong>itiatief tot zich door het opstellen van diverse brieven met<br />

tuchtmaatregelen. Aan <strong>de</strong> vijf die zitt<strong>in</strong>g hebben genomen <strong>in</strong> <strong>de</strong> gereformeer<strong>de</strong><br />

kerkenraad wordt gemeld dat zij hierom uit hun lidmaatschap ontzet wer<strong>de</strong>n. Eveneens<br />

ontzet wor<strong>de</strong>n twee lidmaten die “hunne K<strong>in</strong><strong>de</strong>ren had<strong>de</strong>n laten doopen <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

vereenig<strong>in</strong>g <strong>de</strong>r dooleren<strong>de</strong>n”. Tenslotte stuurt men een “circulaire” aan “personen van<br />

welke men kan vermoe<strong>de</strong>n dat zij zich van <strong>de</strong> Kerk had<strong>de</strong>n afgeschei<strong>de</strong>n”, met <strong>de</strong> vraag<br />

om een “biljet” terug te zen<strong>de</strong>n, want an<strong>de</strong>rs “dat u door uw stilzwijgen bekent U van <strong>de</strong><br />

33 Zie <strong>voor</strong> <strong>de</strong> gebeurtenissen aldaar, met daar<strong>in</strong> opgenomen het eigenhandig verslag van Sikkel:<br />

O. Faber, Uit <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong> bijna 100-jarige Gereformeer<strong>de</strong> Kerk van Hijlaard, [z.a.,<br />

1985].


Jacob van Sluis: <strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong> 15<br />

Ned. Herv. Kerk te hebben afgeschei<strong>de</strong>n”: 28 manslidmaten. 34 Een opmerkelijke actie,<br />

want met een <strong>de</strong>rgelijk verzoek om een aanhankelijkheidsverklar<strong>in</strong>g wordt <strong>in</strong> feite <strong>de</strong><br />

bewijslast omgedraaid. Op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> kerkenraad blijkt<br />

dat één van <strong>de</strong> 28 zelf schriftelijk bedankt heeft, dat twee biljetten terug ontvangen zijn<br />

en over <strong>de</strong> 23 an<strong>de</strong>ren wor<strong>de</strong>n tuchtmaatregelen uitgesproken, “een sachte berisp<strong>in</strong>g” of<br />

een schors<strong>in</strong>g <strong>voor</strong> onbepaal<strong>de</strong> tijd. Daarna vermel<strong>de</strong>n <strong>de</strong> notulen van <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong><br />

kerkenraad zo goed als niets meer over <strong>de</strong> “doleren<strong>de</strong>n”, zodat bei<strong>de</strong> kerkelijke<br />

gemeenschappen volslagen geschei<strong>de</strong>n wegen gaan bewan<strong>de</strong>len.<br />

De vergelijk<strong>in</strong>g<br />

Laten we, ter afrond<strong>in</strong>g, <strong>de</strong> gebeurtenissen te <strong>Berlikum</strong> rond het conflict <strong>in</strong> <strong>de</strong> jaren<br />

1870 eens vergelijken met die rond het ontstaan van <strong>de</strong> doleren<strong>de</strong> gemeente aldaar. Het<br />

eerste wat dan opvalt is, dat <strong>in</strong> <strong>de</strong> jaren <strong>voor</strong>afgaand aan 1886-1887 <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong><br />

kerkenraad al helemaal “om” is en dat er, zo mogen we aannemen, al geduren<strong>de</strong> enkele<br />

jaren <strong>in</strong> <strong>de</strong> zondagse preken orthodoxe opvatt<strong>in</strong>gen wer<strong>de</strong>n verkondigd. De hervorm<strong>de</strong><br />

gemeente kon, nu het floreenstelsel <strong>de</strong>f<strong>in</strong>itief tot het verle<strong>de</strong>n behoor<strong>de</strong>, <strong>in</strong> vrijheid naar<br />

eigen confessionele snit een predikant kiezen. Over een naijlen<strong>de</strong> richt<strong>in</strong>genstrijd b<strong>in</strong>nen<br />

<strong>de</strong> gemeente wordt na het overlij<strong>de</strong>n van ds. Swijghuisen Reigersberg niets meer<br />

vernomen.<br />

Een twee<strong>de</strong> punt dat mij bij het lezen van <strong>de</strong> archiefstukken opviel is dat enkele<br />

belangrijke kerkenraadsle<strong>de</strong>n uit <strong>de</strong> jaren 1870, die <strong>in</strong> <strong>de</strong> strijd rond het beroep en het<br />

functioneren van ds. Swijghuisen <strong>voor</strong>op liepen, niet met <strong>de</strong> Doleantie meeg<strong>in</strong>gen.<br />

Diaken en later kerkvoogd Jan Hacquebart (1826-1890) bij<strong>voor</strong>beeld, toch<br />

kerkrechterlijk goed on<strong>de</strong>rlegd en als timmerman veelvuldig [181] werkzaam <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />

Christelijk Gereformeer<strong>de</strong> Gemeente te Beetgum, behoort niet tot <strong>de</strong> eerste<br />

sympathisanten van <strong>de</strong> Doleantie en komt ook niet <strong>voor</strong> <strong>in</strong> het eerste lidmatenboek van<br />

<strong>de</strong> Gereformeer<strong>de</strong> Gemeente te <strong>Berlikum</strong>. Een an<strong>de</strong>re <strong>voor</strong>man van het eerste uur, Klaas<br />

Teakes Lautenbach (1818-1903), die meer<strong>de</strong>re malen <strong>in</strong> het eerste conflict op <strong>de</strong><br />

<strong>voor</strong>grond trad, en <strong>de</strong> latere veelvuldig naar voren tre<strong>de</strong>n<strong>de</strong> Klaas Theunis Runia (1818-<br />

1894) die <strong>in</strong> 1887 <strong>de</strong> notulen van <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> kerkenraad als oudste ou<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g<br />

on<strong>de</strong>rteken<strong>de</strong>, geven geen krimp. Natuurlijk, enkelen van <strong>de</strong> genoem<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> eerste<br />

lijsten van doleren<strong>de</strong>n hebben eer<strong>de</strong>r kerkenraadfuncties vervuld, maar zon<strong>de</strong>r daarbij<br />

een opvallen<strong>de</strong> rol te vervullen. Het is alsof een nieuwe generatie van lei<strong>de</strong>rs aantreedt.<br />

Hier zou na<strong>de</strong>r prosopografisch on<strong>de</strong>rzoek uitkomst kunnen bie<strong>de</strong>n. De <strong>Berlikum</strong>er<br />

archieven hebben daartoe veel te bie<strong>de</strong>n: <strong>de</strong> massaal on<strong>de</strong>rteken<strong>de</strong> petitie gericht tot een<br />

34 Overigens, <strong>de</strong>ze lijst van 28 namen valt lang niet samen met <strong>de</strong> 20 doleren<strong>de</strong>n die op 6 januari<br />

bijeen waren gekomen.


Jacob van Sluis: <strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong> 16<br />

ongewenste predikant (juli 1871, met 542 namen), het gerechtelijk archief met <strong>de</strong><br />

processen verbaal van <strong>de</strong> relschoppers en namen van getuigen, het nationale<br />

petitionnement van 1878 (624 namen), <strong>de</strong> lidmatenboeken van <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> gemeente<br />

(met alle namen van <strong>de</strong>genen die geloofsbelij<strong>de</strong>nis doen <strong>in</strong> buurgemeenten) en van <strong>de</strong><br />

gereformeer<strong>de</strong> gemeente, diverse naamlijstjes <strong>in</strong> <strong>de</strong> notulenboeken, dit alles te<br />

comb<strong>in</strong>eren met <strong>de</strong> bevolk<strong>in</strong>gsregisters. Daarnaast is er nog <strong>de</strong> groep die <strong>in</strong> Beetgum<br />

kerkten, bij <strong>de</strong> christelijk gereformeer<strong>de</strong> gemeente aldaar. Want vanaf 1871 groeit het<br />

cohort <strong>Berlikum</strong>ers aldaar aanzienlijk, ook b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong> kerkenraad. 35 Wanneer <strong>in</strong> 1892 <strong>de</strong><br />

Verenig<strong>in</strong>g van oorspronkelijk afgeschei<strong>de</strong>n en doleren<strong>de</strong> kerken plaatsv<strong>in</strong>dt en er ook<br />

<strong>in</strong> Beetgum een hergroeper<strong>in</strong>g geschiedt, wor<strong>de</strong>n er vanuit Beetgum naar <strong>de</strong><br />

gereformeer<strong>de</strong> gemeente te <strong>Berlikum</strong> maar liefst 67 belij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> en 89 doople<strong>de</strong>n over-<br />

geschreven. 36 Kortom, over <strong>de</strong> roerige jaren 1865-1892 kan hier een vrijwel gehele<br />

dorpsgemeenschap op verschillen<strong>de</strong> momenten naar geloofsricht<strong>in</strong>g <strong>in</strong> kaart wor<strong>de</strong>n<br />

gebracht. Pas aan <strong>de</strong> hand van zo’n on<strong>de</strong>rzoek kan echt blijken <strong>in</strong> hoeverre er al dan niet<br />

een eenheid is b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong> orthodoxe gemeenschap te <strong>Berlikum</strong> geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> gehele<br />

perio<strong>de</strong>.<br />

Ook vanuit een geheel an<strong>de</strong>re bron blijkt dat getalsmatig gesproken <strong>de</strong> nieuwe<br />

doleren<strong>de</strong> gemeente te <strong>Berlikum</strong> uiterst kle<strong>in</strong> was en dus niet samenvalt met <strong>de</strong> door <strong>de</strong><br />

dorpsbevolk<strong>in</strong>g breed gedragen orthodoxe oppositie uit <strong>de</strong> jaren 1870. [182] In het<br />

jaarlijks uitgegeven kerkelijk handboek kan men steekproefsgewijs <strong>de</strong> omvang van <strong>de</strong><br />

kerkelijke gemeenten aflezen: rond 1860 is het opgegeven “getal <strong>de</strong>r zielen” 1790, dat<br />

terugloopt tot 1500 rond het jaar 1870 en vervolgens tot 1300 <strong>in</strong> <strong>de</strong> jaren-1880. Zo ook<br />

<strong>de</strong> opgave van het jaar 1890: nog altijd 1300, “m<strong>in</strong>us <strong>de</strong> ‘Dooleeren<strong>de</strong>n’”, die <strong>in</strong> dat jaar<br />

opgeven “zielental 16”. Het gaat dus slechts om een fractie van <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> gemeente<br />

die tot <strong>de</strong> Doleantie is overgegaan. Pas daarna zet zich <strong>de</strong> groei <strong>in</strong>, me<strong>de</strong> vanwege het<br />

overkomen van bewoners die <strong>voor</strong>heen bij <strong>de</strong> afgeschei<strong>de</strong>nen <strong>in</strong> Beetgum kerkten: <strong>in</strong><br />

1895 is het aantal opgegeven “gerechtig<strong>de</strong>n tot het H[eilig] A[ondmaal]” 206, <strong>in</strong> het jaar<br />

1900 we<strong>de</strong>rom gestegen tot 520. Helaas wor<strong>de</strong>n over <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> laatste jaartallen geen<br />

35 Met name kan genoemd wor<strong>de</strong>n Ebb<strong>in</strong>g Klazes Lautenbach (1845-1923; zoon van <strong>de</strong> al<br />

genoem<strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g Klaas Teakes Lautenbach), die ruim 16 jaar <strong>de</strong> gemeente te<br />

Beetgum als ou<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g dien<strong>de</strong>, <strong>voor</strong>dat hij zich <strong>in</strong> 1892 liet overschrijven naar <strong>de</strong> gereformeer<strong>de</strong><br />

kerk te <strong>Berlikum</strong>. Merk op dat zowel <strong>in</strong> <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> en als <strong>in</strong> <strong>de</strong> eerste gereformeer<strong>de</strong><br />

kerkenraad mensen met <strong>de</strong>ze achternaam ambten vervul<strong>de</strong>n. Zo zijn er veel meer gelijke<br />

familienamen over verschillen<strong>de</strong> kampen ver<strong>de</strong>eld. Een diepgravend prosopografisch on<strong>de</strong>rzoek<br />

zou kunnen uitwijzen <strong>in</strong> hoeverre <strong>de</strong> kerkelijke conflicten families tegenover elkaar zetten of<br />

<strong>de</strong><strong>de</strong>n uiteenscheuren.<br />

36 Dijkstra, In en rondom <strong>de</strong> kerk, m.n. 121-122.


Jacob van Sluis: <strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong> 17<br />

aantallen bij <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> gemeente vermeld. 37 Zowel getalsmatig als gelet op <strong>de</strong><br />

wissel<strong>in</strong>g van wacht <strong>in</strong> hoofdpersonen lijkt het erop dat <strong>de</strong> Doleantie te <strong>Berlikum</strong> een<br />

an<strong>de</strong>re generatie betrof – nogmaals, ge<strong>de</strong>tailleerd prosopografisch on<strong>de</strong>rzoek zou dit<br />

vermoe<strong>de</strong>n kunnen adstrueren. 38<br />

Naast <strong>de</strong> plaatselijke <strong>in</strong>gezetenen, als vaste spelers, zijn er <strong>de</strong> “passanten” die van<br />

buiten gekomen echter wel een hoofdrol vervullen, omdat ze geduren<strong>de</strong> langere of<br />

kortere tijd <strong>de</strong> gemeente lei<strong>de</strong>n: <strong>de</strong> predikanten. Hun rol is aanzienlijk, aldus mijn <strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />

punt. Met een gelijkgestem<strong>de</strong> <strong>voor</strong>ganger stond of viel het hele gemeenteleven. De<br />

gemeente <strong>in</strong> Hilaard, b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong> classis Leeuwar<strong>de</strong>n lange tijd als een van <strong>de</strong> we<strong>in</strong>ige<br />

gemeentes met steeds een orthodoxe <strong>voor</strong>ganger, 39 heeft vaak een grote rol gespeeld<br />

<strong>voor</strong> <strong>Berlikum</strong>. Al <strong>in</strong> <strong>de</strong> jaren 1860 leg<strong>de</strong>n orthodoxe dorpel<strong>in</strong>gen daar hun belij<strong>de</strong>nis<br />

van geloof af, ds. Kruyf open<strong>de</strong> <strong>in</strong> 1868 <strong>de</strong> christelijke school te <strong>Berlikum</strong> en werd<br />

vervolgens door <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> kerkenraad begeerd, nog <strong>in</strong> <strong>de</strong> jaren 1870 dirigeer<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

kerkenraad zijn orthodoxe catechisanten <strong>voor</strong> het afleggen van belij<strong>de</strong>nis naar Hilaard,<br />

en tenslotte von<strong>de</strong>n <strong>de</strong> doleren<strong>de</strong>n ook hun vraagbaak <strong>in</strong> <strong>de</strong> persoon van ds. Sikkel te<br />

Hilaard. Wat zou er gebeurd zijn als Sikkel te <strong>Berlikum</strong> had gestaan, <strong>in</strong> plaats van <strong>de</strong><br />

eveneens orthodox gez<strong>in</strong><strong>de</strong> Nijhuis? Zou <strong>de</strong> <strong>Berlikum</strong>er gemeente dan <strong>in</strong> meer<strong>de</strong>rheid<br />

met hem overgegaan zijn tot <strong>de</strong> Doleantie, zoals dat <strong>in</strong> Hilaard gebeur<strong>de</strong>? Hoe zou<strong>de</strong>n<br />

<strong>de</strong> getalsverhoud<strong>in</strong>gen tussen hervorm<strong>de</strong>n en gereformeer<strong>de</strong>n uitgevallen zijn <strong>in</strong>dien ds.<br />

Swijghuisen <strong>in</strong> 1887 nog had gefunctioneerd? Of een an<strong>de</strong>re, heel <strong>de</strong>nkbare optie: stel<br />

dat ds. Hoekstra langer was gebleven? Hij nam zelf <strong>de</strong>el aan [183] het Congres van<br />

januari 1887 en g<strong>in</strong>g vervolgens met zijn Utrechtse gemeente rechtstreeks over naar <strong>de</strong><br />

doleren<strong>de</strong>n, 40 zoals Sikkel dat te Hilaard <strong>de</strong>ed. Overigens, zou het overgrote <strong>de</strong>el <strong>de</strong>r<br />

gemeente daar <strong>in</strong> Hilaard on<strong>de</strong>r hun eer<strong>de</strong>re <strong>voor</strong>ganger, <strong>de</strong> hervormd gebleven Kruyf<br />

ook zijn gaan doleren? Dui<strong>de</strong>lijk moge zijn dat <strong>de</strong> her<strong>de</strong>r <strong>in</strong> belangrijke mate <strong>de</strong> kud<strong>de</strong><br />

leidt. Nu kunnen we constateren dat ds. Nijhuis het overgrote <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> gemeente te<br />

<strong>Berlikum</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse <strong>Hervormd</strong>e Kerk behou<strong>de</strong>n heeft.<br />

De vier<strong>de</strong> gevolgtrekk<strong>in</strong>g lijkt mij het belangrijkst. Het conflict <strong>voor</strong>afgaand en<br />

na <strong>de</strong> benoem<strong>in</strong>g van Swijghuisen voltrok zich veel chaotischer en “volkser” dan <strong>de</strong><br />

Doleantie, die uiterst gestructureerd en met een kle<strong>in</strong>ere groep “getrouwen” verliep. De<br />

37 Bronnen: Naamregister <strong>de</strong>r hervorm<strong>de</strong> predikanten <strong>in</strong> het Kon<strong>in</strong>grijk <strong>de</strong>r Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n (…),<br />

jaargangen 1859, 1865, 1870; Naamregister <strong>de</strong>r predikanten bij <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong>, christelijk<br />

gereformeer<strong>de</strong>, evang. luthersche, hersteld luthersche, doopsgez<strong>in</strong><strong>de</strong> en remonstrantsche<br />

gemeenten <strong>in</strong> het Kon<strong>in</strong>grijk <strong>de</strong>r Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n (…), jaargang 1876; H.W.L. van Alphen, Nieuw<br />

kerkelijk handboek (…), jaargangen 1881, 1885, 1890, 1895 en 1900.<br />

38 Of, an<strong>de</strong>rs geformuleerd: gelet op <strong>de</strong> groei van <strong>de</strong> gereformeer<strong>de</strong> gemeente na <strong>de</strong> Verenig<strong>in</strong>g<br />

van 1892 lijkt het erop dat <strong>voor</strong> hen <strong>de</strong> cont<strong>in</strong>uïteit en i<strong>de</strong>ntiteit meer aansloot bij <strong>de</strong><br />

afgeschei<strong>de</strong>nen die <strong>voor</strong>heen kerkten <strong>in</strong> Beetgum dan met <strong>de</strong> orthodox hervorm<strong>de</strong>n <strong>in</strong> eigen dorp.<br />

39 Zie het overzicht <strong>in</strong> Klooster, Gron<strong>in</strong>ger godgeleerdheid, 333.<br />

40 Ded<strong>de</strong>ns, ‘Doleantiekerkrecht’, 86.


Jacob van Sluis: <strong>Fiksche</strong> <strong>mo<strong>de</strong>rne</strong> <strong>klappen</strong> <strong>voor</strong> <strong>Lolke</strong> 18<br />

achtergron<strong>de</strong>n zijn dan ook geheel verschillend, hoewel bei<strong>de</strong> sterk kerkrechterlijk<br />

bepaald. Het eerste conflict speel<strong>de</strong> zich af <strong>in</strong> <strong>de</strong> context van <strong>de</strong> floreenstrijd, zoals die<br />

zich <strong>in</strong> Friesland voltrok; het twee<strong>de</strong> conflict stond <strong>in</strong> het ka<strong>de</strong>r van een lan<strong>de</strong>lijk<br />

uitgedragen wens om het “synodale juk”, zoals met het Algemeen Reglement van <strong>de</strong><br />

Ne<strong>de</strong>rlandse <strong>Hervormd</strong>e Kerk <strong>voor</strong>geschreven, af te werpen.<br />

De conclusie van dit exempel van lokale kerkgeschiedschrijv<strong>in</strong>g luidt dat een<br />

oplaaien<strong>de</strong> richt<strong>in</strong>genstrijd <strong>in</strong> het mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> negentien<strong>de</strong> eeuw en het ontstaan van<br />

een doleren<strong>de</strong> gemeente daarna, althans <strong>in</strong> het Friese <strong>Berlikum</strong>, nauwelijks <strong>in</strong> elkaars<br />

verleng<strong>de</strong> behoeven te liggen. De aanleid<strong>in</strong>gen waren verschillend, het g<strong>in</strong>g om an<strong>de</strong>re<br />

groepen <strong>in</strong> <strong>de</strong> bevolk<strong>in</strong>g en om an<strong>de</strong>re her<strong>de</strong>rs, en <strong>de</strong> kerkrechterlijke achtergrond was<br />

volstrekt an<strong>de</strong>rs. Geen schokken<strong>de</strong> conclusie, maar wel een die te <strong>de</strong>nken geeft over <strong>de</strong><br />

vermeen<strong>de</strong> cont<strong>in</strong>uïteit en homogeniteit van een orthodoxe groep <strong>in</strong> een lokale<br />

gemeenschap. Want <strong>de</strong> aanhang van <strong>de</strong> doleren<strong>de</strong> kerk <strong>in</strong> haar beg<strong>in</strong>jaren was an<strong>de</strong>rs<br />

van samenstell<strong>in</strong>g dan <strong>de</strong> groep van bezwaar<strong>de</strong>n ten tij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> plaatselijk uitgevochten<br />

richt<strong>in</strong>genstrijd.<br />

Oorspronkelijk verschenen <strong>in</strong>: W. Otten & W.J. van Asselt (red.), Kerk en conflict.<br />

I<strong>de</strong>ntiteitskwesties <strong>in</strong> <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis van het christendom. (Utrechtse studies, 3)<br />

Zoetermeer: Me<strong>in</strong>ema, 2002, p. 166-183.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!