Je t'adore - Reynaertgenootschap
Je t'adore - Reynaertgenootschap
Je t'adore - Reynaertgenootschap
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
129<br />
vooral kennen als iemand die zoveel mogelijk de financies van het VVT wilde sparen,<br />
een idealistische medewerker die (eventueel met de nodige tegenzin) aan zijn<br />
rechten verzaakte in ruil voor 400 exemplaren van de publicatie van zijn Reynaertdrukje<br />
(waar hij wellicht niet zoveel mee kon doen, twee tot drie jaar na de publicatie<br />
ervan). Over de financiële toestand van het VVT schreef De Mont aan Emiel<br />
Hullebroeck enigszins geagiteerd op 29 oktober 1928:<br />
By het Volkstoneel heeft het geen nut dat ik nog aandring: ik heb<br />
het al zo dikwijls gedaan, en zelfs myn auteursrechten (meer dan<br />
2000) + veel schryversrechten op de uitgave van Reinaert kwijtgescholden<br />
om de finanties een beetje te ontlasten.<br />
We zijn via het archief ook goed ingelicht over het trage drukproces van de tekst<br />
zelf. Op een bepaald moment waren de drukproeven zelfs verloren gegaan.<br />
Blijkbaar werkte de Moderne drukkerij De vereenigde invalieden uit Gent – die de<br />
aanbesteding had verworven – met een slordige Brusselse zetter. Pas op 20 januari<br />
1926 reageert De Mont dat hij enkele exemplaren heeft ontvangen. Hij beklaagt<br />
zich erover dat hij de laatste proeven niet meer had gezien met als gevolg een half<br />
dozijn (weinig storende) drukfouten. Het boek rolde dus van de persen nadat de<br />
meeste opvoeringen hadden plaatsgevonden. De eerste uitgave van de tekst krijgt<br />
de titel: Reinaert de Vos. Volksspel. Dramatische bewerking van het oude dierenverhaal<br />
aan de hand van de 2 e tekstuitgave door J.F. Willems en is uitgegeven als<br />
nr. 2 van de ‘Vlaamsche Volkstooneel-uitgaven’. Het is getooid met een sterke<br />
modernistische omslagillustratie van de abstracte kunstenaar Victor Servranckx<br />
(1897-1965). Het boekje vermeldt 1925 als jaar van uitgave, maar wellicht verscheen<br />
het pas rond of na Kerstmis van dat jaar. Na de titelpagina volgt informatie<br />
over de winteropvoeringen met de melding dat er tussen 10 juli en eind december<br />
1925 al 37 opvoeringen waren gespeeld met Staf Bruggen in de rol van Reinaert.<br />
De Mont heeft het in een schrijven van 9 november 1925 aan zijn oom Pol de Mont<br />
over zelfs over 26 opvoeringen eind oktober met het perspectief van 50 rond nieuwjaar.<br />
Het zouden er in totaal zo’n 50 worden over twee seizoenen.<br />
De Monts Reinaert is opgedragen ‘Aan mijn goede vrind Hector Stevens’. We vermoeden<br />
dat deze persoonlijke opdracht een gebaar van dank is voor de opdrachten<br />
die de jonge De Mont van de voorzitter van de beheerraad van het VVT kreeg.<br />
Stevens was fabrikant te Meerbeek en dus een streekgenoot van De Mont.<br />
De opdracht tot het schrijven van het Reynaertstuk werd wellicht eind 1924 gegeven,<br />
of misschien zelfs maar in de eerste maanden van 1925, vóór het vertrek van<br />
De Monts vriend Wies Moens bij het VVT. Jan Boon schreef in Toneelgids van 1925<br />
(nr. 6 p. 187) dat De Mont het stuk had klaargemaakt ‘gedeeltelijk naar aanduidingen<br />
van Johan de Meester en van Wies Moens’. De Meester heeft het stuk in elk<br />
geval mee gestuurd en regieaanwijzingen gesuggereerd. In de briefwisseling tussen<br />
Wies Moens en E.H. Bernaerts van 25 december 1924 is er ook sprake dat het<br />
stuk zou worden geschreven door De Mont en Felix Timmermans. De Lierenaar kon<br />
zich waarschijnlijk niet aan de al te strakke timing houden, waardoor De Mont de<br />
opdracht alleen uitvoerde. Het werk werd voltooid begin mei 1925, echter zonder<br />
inbreng van Moens. De Mont schrijft op 7 mei aan Boon:<br />
Wat my betreft, morgen is de Reinaert af. Ik had gerekend op een<br />
beetje hulp van Wies om samen nog eens te doorlezen – verzen is<br />
Tiecelijn, 19, 2006