Je t'adore - Reynaertgenootschap
Je t'adore - Reynaertgenootschap
Je t'adore - Reynaertgenootschap
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
157<br />
bevro’en (B3ra12) in de originele uitgave horizontaal is doorgestreept.’ Voor zover<br />
ik kan nagaan is de tekstuitgave van Roossens de enige editie van H1651. Menke<br />
kondigt in zijn Bibliotheca Reinardiana de uitgave van een facsimile van H1651 aan,<br />
maar deze is nooit verschenen (Menke 1992: 158). Menke heeft mij tijdens een<br />
bezoek aan hem in Kiel in mei 2006 gezegd dat hij daar niet aan toe gekomen is en<br />
dat hij afziet van het maken van het facsimile. Menke heeft geen exemplaar van Van<br />
Dort maar slechts een microfilm van de editie die berust in Zürich.<br />
De tekstuitgave van Roossens is zeer betrouwbaar en bevat de minste afwijkingen<br />
van de gebruikte edities, slechts 55. Vanwege het doel van deze tekstuitgave,<br />
bijlage bij een proefschrift, zal de uitgave van Roossens echter moeilijk beschikbaar<br />
zijn.<br />
Tot besluit<br />
Tijdens mijn onderzoek had ik vaak de ervaring met echt historisch onderzoek bezig<br />
te zijn. De bronnen, waarvan één in Amerika terechtgekomen is en de overige verspreid<br />
zijn in Europese bibliotheken, zijn stuk voor stuk unieke exemplaren die talrijke<br />
bekende Reynaertonderzoekers in hun handen hebben gehad (o.a. Suhl,<br />
Serrure, Alphons Willems, Leonard Willems, Muller, Logeman, Sabbe, Hellinga). De<br />
edities die in de Leidse Universiteitsbibliotheek bewaard worden, waren ooit in het<br />
bezit van Muller en Verdam, grote namen in de historische letterkunde. Ik kon<br />
gebruik maken van de moeizame arbeid en ervaring van illustere voorgangers.<br />
Het is daarom met respect dat de in de edities aangetroffen afwijkingen in de bijlagen<br />
in deze editie zijn opgenomen. Het gaat om edities door pioniers, waaronder<br />
twee Duitstalige editeurs, op het gebied van Middelnederlandse tekstbezorging. De<br />
kennis van het Middelnederlands was, toen de edities gemaakt werden, nog niet zo<br />
ver gevorderd als in onze dagen (zie bijvoorbeeld de door Muller geschreven verantwoording<br />
in de editie Muller & Logeman (Muller 1892: XXXVI-XLI)). Bovendien<br />
hadden de editeurs niet de beschikking over de digitale hulpmiddelen waarover wij<br />
thans kunnen beschikken. Het betreffen vaak kleine onnauwkeurigheden zoals het<br />
niet cursief afdrukken van een n of het omzetten van een v in een u. De teksten worden<br />
op geen enkele plaats inhoudelijk aangetast.<br />
Vaak wordt in de vakliteratuur aangegeven dat een editie ‘niet foutloos is’ of dat<br />
een editie ‘veel fouten bevat’. Nergens echter kan men informatie vinden over het<br />
aantal, de ernst en de aard van de afwijkingen. Met de bijlagen wordt een inzicht<br />
verschaft in de hoeveelheid afwijkingen per editie. Ook geven de bijlagen een indruk<br />
over de kwaliteit van de edities.<br />
Moeten de bestaande edities nu als curiosa voorgoed opgeborgen worden?<br />
Natuurlijk niet. De edities zijn, met inachtneming van de hierboven vermelde afwijkingen<br />
en op de editie van Suhl na, stuk voor stuk goed bruikbaar, zeker als men<br />
de abbreviaturen stilzwijgend oplost en kennelijke zet- en spellingsfouten herstelt.<br />
Beter is het natuurlijk om de nieuwe editie aan te schaffen. Men kan dan de afwijkingen<br />
in de edities die men in bezit heeft, met behulp van de uitgebreide lijsten,<br />
handmatig verbeteren. Zelf heb ik de afwijkingen in een exemplaar van de editie van<br />
Hellinga uit 1952, die ik in mijn bezit heb, met potlood aangegeven en verbeterd. Bij<br />
mij staat nu voor wat Pg en Pd betreft een foutloze ‘Hellinga’ op de plank.<br />
Tiecelijn, 19, 2006