of Arme Mannen- en Vrouwenhuis. Deel I - Historische vereniging ...
of Arme Mannen- en Vrouwenhuis. Deel I - Historische vereniging ... of Arme Mannen- en Vrouwenhuis. Deel I - Historische vereniging ...
JAARBOEK DIRK VAN EeK 2001 88 - of liever gezegd de rente daarvan - werd van kracht. Dat betekende een gevoelige financiële aderlating voor de bestuurders. Weliswaar was de rente al rwee jaar niet meer uitbetaald," toch spreekt het notulenboek voortdurend van een ernstige situatie . Het'cassaboek' laat voor het jaar 1809 inderdaad een tekort zien van een paar duizend gulden. 84 In november kregen de regenten van het stadsbestuur te horen dat er geen nieuwe oudelieden opgenomen mochten worden en bij overlijden van een ingezetene ook geen aanvulling mocht plaatsvinden." Hoewel zij hierdoor in hun nobele werk flink werden gedwarsboomd, kwam de maatregel de regenten geldelijk wel goed uit. Ondanks de precaire situatie weigerden zij in 1811 na langdurige onderhandelingen een jaarlijkse subsidie van het stadsbestuur." Waarschijnlijk waren zij van mening dat aanname daarvan het huis te afhankelijk zou maken van de grillen en luimen van de stedelijke overheid . Dat voor dat laatste een gegronde reden bestond, bleek tijdens de regentenvergadering van 7 augustus 1812. Toen las de praeses een bericht voor van sous-prefect Gevers, die gelastte het gebouw te ontruimen omdat er plannen bestonden ter plekke een Lyceum te bouwen. Zoals te doen gebruikelijk reageerden de bestuurders snel. Drie dagen later verschenen zij voltallig ten stadhuize om met de burgemeester een hartig woordje te wisselen. Wat er besproken is, is niet bekend, maar het Lycée is er in ieder geval niet gekomen. Herstel Een jaar later konden zij helemaal gerust ademhalen. De bepaald niet geliefde Fransen waren vertrokken en de toekomst van het minnehuis leek verzekerd. Vooral in de laatste rwee maanden van 1813 konden de regenten hun hart ophalen. Op 21 december bezocht Willem Frederik van Oranje-Nassau, kort daarvoor ingehuldigd als soeverein vorst Willem I, de stad Leiden." De regenten van alle instellingen van liefdadigheid gaven daarbij acte de présence. Om de huldiging van de Oranjetelg extra luister bij te zetten, werd de voorgevel van het minnehuis geïllumineerd en mochten de bewoners 's avonds onder leiding van de binnenvader enige tijd in de stad verpozen." Of het huldebetoon aan het Oranjehuis echt gemeend was of louter een kwestie van tactiek, valt moeilijk te achterhalen. Hoe het ook zij, het wierp
MENSENWERK wel enige financiële vruchten af. Kort na de complimenten van de regenten aan het adres van de Prins van Oranje (de latere koning Willem 11), die in oktober 1814 in Leiden was aangekomen om zijn studies voort te zetten, liet Z K H de collectebus van het minnehuis naar zijn verblijfplaats komen. Die week zat er f 70 méér in, ongeveer het dubbele van de wekelijkse opbrengst." Er viel nog meer te vieren in de eerste maanden van 1815. Op 26 maart konden de regenten de eerste nieuwe gealimenteerde begroeten sinds 1810, de 75-jarige Willem Laurens Kluivers. Een kleine maand later deelde het hele huis in de feestelijkheden rond de gouden bruiloft van de ingezetenen Abraham Wijnbeek en Gerardina van Lodesteijn . Het zou de laatste feestdag zijn in de vertrouwde omgeving. Misschien daarom pakten de regenten flink uit: alle minnekinderen werden op 21 april getrakteerd op koffie met koek, rijst met krenten, suikerbrood en 's avonds op chocolade met krentenbroodjes." Verhuizing Geruime tijd voor Napoleons beslissende nederlaag bij Waterloo op 16 juni 1815 had het stadsbestuur besloten dat een aantal leegstaande vertrekken in het minnehuis gebruikt kon worden voor verpleging van militairen die invalide waren geworden. Omdat de regenten hadden voorzien dat een combinatie van oude en soms zieke mensen en invalide maar geenszins rustige soldaten moeilijkheden zou opleveren, waren zij naarstig op zoek gegaan naar een nieuw onderkomen voor de gealimenteerden. Een week na 'Waterloo' werden de eerste gekwetsten al binnengebracht; de regenten kregen te horen dat het hele huis wegens de "dwang der tijden" moest worden ontruimd." De regenten vonden het Rooms-Katholieke meisjesweeshuis aan de Haarlemmerstraat, dat sinds 1809 leegstond, wel geschikt als minnehuis." Omdat dit gebouw te klein was voor alle oudjes, bood het stadsbestuur twee zalen aan in het Heilige-Geestweeshuis. De regenten, zieken en het binnenechtpaar konden terecht in het huis naast de greinhal, eveneens op de Hooglandsekerkgracht." De behuizing in de Haarlemmerstraat viel echter al snel af, omdat ook daar invalide militairen in werden geplaatst . De oudjes moesten nu allemaal bij de wezen intrekken. Deze 89
- Page 1 and 2: Mensenwerk Het Gereformeerde Minne-
- Page 3 and 4: MENSENWERK graad van armoede der be
- Page 5 and 6: De regenten in 1785. Pastel door Ri
- Page 7 and 8: MENSENWERK Kwam het vijftal regente
- Page 9 and 10: De Middelweg, gezien naar de Koppen
- Page 11 and 12: MENSENWERK in een hartelijke brief
- Page 13 and 14: MENSENWERK meeste behoeftigen kwame
- Page 15 and 16: Gualtherus Zout maat (1703-1793), h
- Page 17 and 18: MENSENWERK Wat de schrijver van dit
- Page 19 and 20: MENSENWERK Alleen al in 1793 had he
- Page 21 and 22: Het schoorsteenstuk in de regentenk
- Page 23 and 24: MENSENWERK Desondanks bleven de reg
- Page 25 and 26: Notaris Passchier Soetbrood (1732
- Page 27: De Cellebroedersgracht (thans Kaise
- Page 31 and 32: Bijlage 1. Lijst van gealime nteerd
- Page 33 and 34: MENSENWERK 1793 Lena de Ridder, wed
- Page 35 and 36: MENSENWERK 1809 Elisaberh de Rie, w
- Page 37 and 38: Daniël van Aardenstoff Cernelia Su
- Page 39 and 40: 1814 Sara Maria van Lelyveld, weduw
- Page 41 and 42: MENSENWERK 18. Ibidem. 19. Ibidem.
- Page 43: MENSENWERK 84. AGM inv. nr. 51. 85.
JAARBOEK DIRK VAN EeK 2001<br />
88<br />
- <strong>of</strong> liever gezegd de r<strong>en</strong>te daarvan - werd van kracht. Dat betek<strong>en</strong>de e<strong>en</strong><br />
gevoelige financiële aderlating voor de bestuurders. Weliswaar was de r<strong>en</strong>te<br />
al rwee jaar niet meer uitbetaald," toch spreekt het notul<strong>en</strong>boek voortdur<strong>en</strong>d<br />
van e<strong>en</strong> ernstige situatie . Het'cassaboek' laat voor het jaar 1809 inderdaad<br />
e<strong>en</strong> tekort zi<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> paar duiz<strong>en</strong>d guld<strong>en</strong>. 84<br />
In november kreg<strong>en</strong> de reg<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van het stadsbestuur te hor<strong>en</strong> dat er<br />
ge<strong>en</strong> nieuwe oudelied<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> mocht<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij overlijd<strong>en</strong> van<br />
e<strong>en</strong> ingezet<strong>en</strong>e ook ge<strong>en</strong> aanvulling mocht plaatsvind<strong>en</strong>." Hoewel zij hierdoor<br />
in hun nobele werk flink werd<strong>en</strong> gedwarsboomd, kwam de maatregel<br />
de reg<strong>en</strong>t<strong>en</strong> geldelijk wel goed uit. Ondanks de precaire situatie weigerd<strong>en</strong><br />
zij in 1811 na langdurige onderhandeling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> jaarlijkse subsidie van het<br />
stadsbestuur." Waarschijnlijk war<strong>en</strong> zij van m<strong>en</strong>ing dat aanname daarvan<br />
het huis te afhankelijk zou mak<strong>en</strong> van de grill<strong>en</strong> <strong>en</strong> luim<strong>en</strong> van de stedelijke<br />
overheid .<br />
Dat voor dat laatste e<strong>en</strong> gegronde red<strong>en</strong> bestond, bleek tijd<strong>en</strong>s de reg<strong>en</strong>t<strong>en</strong>vergadering<br />
van 7 augustus 1812. To<strong>en</strong> las de praeses e<strong>en</strong> bericht voor van<br />
sous-prefect Gevers, die gelastte het gebouw te ontruim<strong>en</strong> omdat er plann<strong>en</strong><br />
bestond<strong>en</strong> ter plekke e<strong>en</strong> Lyceum te bouw<strong>en</strong>. Zoals te do<strong>en</strong> gebruikelijk<br />
reageerd<strong>en</strong> de bestuurders snel. Drie dag<strong>en</strong> later versch<strong>en</strong><strong>en</strong> zij voltallig t<strong>en</strong><br />
stadhuize om met de burgemeester e<strong>en</strong> hartig woordje te wissel<strong>en</strong>. Wat er<br />
besprok<strong>en</strong> is, is niet bek<strong>en</strong>d, maar het Lycée is er in ieder geval niet gekom<strong>en</strong>.<br />
Herstel<br />
E<strong>en</strong> jaar later kond<strong>en</strong> zij helemaal gerust ademhal<strong>en</strong>. De bepaald niet geliefde<br />
Frans<strong>en</strong> war<strong>en</strong> vertrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> de toekomst van het minnehuis leek verzekerd.<br />
Vooral in de laatste rwee maand<strong>en</strong> van 1813 kond<strong>en</strong> de reg<strong>en</strong>t<strong>en</strong> hun hart<br />
ophal<strong>en</strong>. Op 21 december bezocht Willem Frederik van Oranje-Nassau,<br />
kort daarvoor ingehuldigd als soeverein vorst Willem I, de stad Leid<strong>en</strong>." De<br />
reg<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van alle instelling<strong>en</strong> van liefdadigheid gav<strong>en</strong> daarbij acte de prés<strong>en</strong>ce.<br />
Om de huldiging van de Oranjetelg extra luister bij te zett<strong>en</strong>, werd de<br />
voorgevel van het minnehuis geïllumineerd <strong>en</strong> mocht<strong>en</strong> de bewoners<br />
's avonds onder leiding van de binn<strong>en</strong>vader <strong>en</strong>ige tijd in de stad verpoz<strong>en</strong>."<br />
Of het huldebetoon aan het Oranjehuis echt geme<strong>en</strong>d was <strong>of</strong> louter e<strong>en</strong><br />
kwestie van tactiek, valt moeilijk te achterhal<strong>en</strong>. Hoe het ook zij, het wierp