De casus Inburgering en Nationaliteitswetgeving
De casus Inburgering en Nationaliteitswetgeving
De casus Inburgering en Nationaliteitswetgeving
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
de <strong>casus</strong> inburgering <strong>en</strong> nationaliteitswetgeving: icon<strong>en</strong> van nationale id<strong>en</strong>titeit<br />
voldo<strong>en</strong> aan de vereist<strong>en</strong> voor naturalisatie, <strong>en</strong> met name niet aan de vereiste taal-<br />
k<strong>en</strong>nis, de mogelijkheid gegev<strong>en</strong> wordt niettemin, zij het na langere tijd, voor het<br />
nederlanderschap te opter<strong>en</strong>, <strong>en</strong> anderzijds niet zo kort, dat daarmee de voor de<br />
inburgering noodzakelijke taalvaardigheid bij de naturalisatie zijn belang verliest.<br />
E<strong>en</strong> dergelijke termijn rechtvaardigt in de visie van de regering zonder nadere toetsing<br />
de veronderstelling van e<strong>en</strong> redelijke mate van inburgering (TK, vergaderjaar<br />
1993-1994, 23 594, nr. 3: 5; TK, vergaderjaar 1994-1995, 23 594, nr. 10: 1-2).<br />
<strong>De</strong> condities waaraan m<strong>en</strong> di<strong>en</strong>t te voldo<strong>en</strong> om voor optie in aanmerking te kom<strong>en</strong>,<br />
zijn grot<strong>en</strong>deels dezelfde als die we bij naturalisatie nog zull<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>kom<strong>en</strong>. Voor<br />
zowel de optieverklaring als het naturalisatieverzoek geldt namelijk in eerste<br />
instantie dat deze schriftelijk in persoon moet word<strong>en</strong> afgelegd c.q. ingedi<strong>en</strong>d. in de<br />
tweede plaats di<strong>en</strong>t er zowel bij optie als bij naturalisatie e<strong>en</strong> besluit tot verkrijging<br />
dan wel verl<strong>en</strong>ing te kom<strong>en</strong>. Bij optie betreft dat de schriftelijke bevestiging van<br />
de verkrijging van het nederlanderschap <strong>en</strong> bij naturalisatie het Koninklijk Besluit<br />
(art. 6 lid 2 RWn; art. 7 RWn). Verder is het zo dat in het gros van de gevall<strong>en</strong><br />
zowel bij optie als bij naturalisatie legaal verblijf noodzakelijk is (art. 6 RWn; art. 8<br />
lid 1 sub c RWn). Voor zowel optie als naturalisatie geldt t<strong>en</strong> slotte dat er op grond<br />
van het gedrag van betrokk<strong>en</strong>e ge<strong>en</strong> ernstige vermoed<strong>en</strong>s mog<strong>en</strong> bestaan dat hij<br />
e<strong>en</strong> gevaar oplevert voor de op<strong>en</strong>bare orde, de goede zed<strong>en</strong> of de veiligheid van het<br />
Koninkrijk (art. 6 lid 3 RWn; art. 9 lid 1 sub a RWn).<br />
opgemerkt zij dat bij optie twee belangrijke vereist<strong>en</strong> ontbrek<strong>en</strong> die bij naturalisatie<br />
juist van fundam<strong>en</strong>teel belang zijn <strong>en</strong> door de tijd he<strong>en</strong> aanleiding hebb<strong>en</strong><br />
gevormd, <strong>en</strong> nog steeds vorm<strong>en</strong>, voor vele heftige discussies: het inburgeringsvereiste<br />
(art. 8 lid 1 sub d RWn) <strong>en</strong> de eis van afstand van de oorspronkelijke<br />
nationaliteit (art. 9 lid 1 sub b RWn). Voor de regering is met name de eis tot inburgering<br />
aanleiding om niet van e<strong>en</strong> verkorte naturalisatieprocedure te sprek<strong>en</strong>, zoals<br />
in de praktijk nog wel e<strong>en</strong>s wordt gedaan:<br />
150<br />
“immers, anders dan bij de optie is bij de naturalisatie het karakteristieke<br />
elem<strong>en</strong>t geleg<strong>en</strong> in de vaststelling van overheidswege, dat de persoon die om<br />
naturalisatie vraagt niet alle<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> aantal objectief te constater<strong>en</strong> vereist<strong>en</strong><br />
voldoet, maar vooral dat hij in zodanige mate in de nederlandse sam<strong>en</strong>leving<br />
is ingeburgerd, dat naturalisatie verle<strong>en</strong>d kan word<strong>en</strong>, terwijl bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> wordt<br />
vastgesteld dat er overig<strong>en</strong>s ge<strong>en</strong> bezwar<strong>en</strong> van vreemdeling<strong>en</strong>rechtelijke aard<br />
of van op<strong>en</strong>bare orde zijn die zich teg<strong>en</strong> de naturalisatie verzett<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> dergelijke<br />
inburgeringsbeoordeling br<strong>en</strong>gt e<strong>en</strong> veel grotere betrokk<strong>en</strong>heid van de<br />
overheid bij de verl<strong>en</strong>ing van het nederlanderschap mee dan die bij de nieuwe<br />
optieregeling.” (TK, vergaderjaar 1998-199, 25 891 (R1609), nr. 5: 12-13)