juni - Emmaüsbodegraven
juni - Emmaüsbodegraven
juni - Emmaüsbodegraven
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
De overheid als zedenmeester<br />
Commentaar bij de tijd<br />
De overheid is ook zedenmeester. Stel je voor<br />
dat een overheid zich niet zou bezighouden<br />
met de moraal in de samenleving. Bijna elke beslissing<br />
die een overheid neemt, is ook een morele<br />
beslissing. Waar gaat regeren anders over? Achter<br />
besluiten ligt een visie op de samenleving en die is<br />
ook moreel. Natuurlijk houdt de overheid zich ook<br />
bezig met de moraal van burgers. Wanneer de<br />
overheid wetten uitvaardigt met het oog op duurzaamheid,<br />
is het helemaal in de haak wanneer ze<br />
van burgers ‘duurzaam gedrag’ vraagt.<br />
Wanneer de overheid de verhuftering<br />
tegen wil gaan, doet ze<br />
terecht een appel op ouders om<br />
de taak van de opvoeding serieus<br />
te nemen. De overheid doet<br />
in veel opzichten met recht en<br />
reden een appel op het gedrag<br />
achter de voordeur. Het is echt<br />
onzin om daar tegen te protesteren.<br />
De overheid kan echter ook te moralistisch worden.<br />
Er zijn voorbeelden te over van doorgeslagen<br />
moralisme vanwege de overheid. De overheid moet<br />
bijvoorbeeld geen boekjes gaan schrijven: hoe<br />
voed ik mijn kinderen op. De overheid moet ook<br />
geen partij kiezen als het gaat om morele afwegingen,<br />
van waarde tegenover waarde. Elk mens<br />
maakt afwegingen. Ik bedoel niet die tussen asociaal<br />
of sociaal, ook niet tussen duurzaam en niet<br />
duurzaam. Dan zijn we gauw klaar. Het gaat om<br />
afwegingen tussen waarden.<br />
Een klassieker is: meer tijd voor werk of meer tijd<br />
voor het gezin. Meer tijd om mijzelf te ontplooien<br />
in mijn werk of meer tijd om langer en intensiever<br />
zelf mijn kinderen op te voeden.<br />
Als het om dit soort afwegingen gaat, moet de<br />
overheid geen partij kiezen. Als minister Bussemaker<br />
vrouwen stimuleert zich nog verder te ontplooien<br />
op de arbeidsmarkt, en daar zelf faciliteiten<br />
voor schept, is daar niets mis mee, integendeel.<br />
Als ze echter gaat drukken op de afwegingen<br />
die vrouwen en mannen maken tussen tijd voor<br />
werk en tijd voor het gezin, gaat ze te ver. Dan<br />
wordt ze moralistisch.<br />
Uit Kerkbulletin<br />
Nog iets anders. Als het gaat om de moraal, staat<br />
een overheid niet alleen. Er zijn meer morele dragers.<br />
Sterker nog: de overheid is niet de eerste<br />
morele drager. Vanouds is religie de eerste bron<br />
van morele vorming. Voor heel wat mensen is dat<br />
nog steeds het geval. Voor anderen is dat een seculiere<br />
wereldbeschouwing. Er zijn veel formele en<br />
informele morele vormers. Media spelen een rol.<br />
Gezinnen ook. Vrienden ook. Dat zijn allemaal de<br />
spelers van de eerste viool. Laat een verstandige<br />
overheid die eerste morele vormers respecteren.<br />
En zelfs faciliteren.<br />
De kerk doet dus ook aan moraal. In een christelijke<br />
gemeenschap die wat voorstelt,<br />
word je moreel gevormd.<br />
Niet doordat je in de kerk een<br />
kant-en-klaar pakket wordt verschaft<br />
voor moreel gedrag. Wel<br />
doordat in de kerk het evangelie<br />
wordt verkondigd. In diezelfde<br />
kerk helpen we elkaar in het<br />
licht van het evangelie te wandelen.<br />
Door met elkaar te spreken<br />
over ‘het goede leven’, en<br />
afwegingen die we maken om<br />
van dat goede leven wat terecht te brengen.<br />
Als generale synode hebben we niet zo lang geleden<br />
een handreiking laten uitgaan over ‘Wij en ons<br />
werk’. Dat zit dus aardig in de buurt van het thema<br />
van minister Bussemaker. Er staan in dit boekje<br />
geen eenduidige antwoorden. Er staat zeker niet<br />
in: vrouwen, terug naar het aanrecht. Wel kan het<br />
helpen in de gemeente het gesprek over het thema<br />
werk, met alles wat daar los en vast aan zit, te<br />
bespreken. Dat zouden we best vaker en intensiever<br />
kunnen doen. Dan doet de kerk in ieder geval<br />
wat ze moet doen. Dat scheelt weer voor de overheid.<br />
dr. Arjan Plaisier, scriba van de generale synode<br />
van de Protestantse Kerk in Nederland<br />
KERKMAGazine BODEGRAVEN 31 <strong>juni</strong> 2013