25.09.2013 Views

10-11 Superrijken moffelen hun centen goed weg - LBC-NVK - ACV

10-11 Superrijken moffelen hun centen goed weg - LBC-NVK - ACV

10-11 Superrijken moffelen hun centen goed weg - LBC-NVK - ACV

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

schuldenberg en komt in een neerwaartse<br />

spiraal terecht.<br />

De kloof tussen arm en rijk was overigens<br />

nooit groter dan vandaag. In de voorbije<br />

twintig jaar raakten de inkomens almaar<br />

ongelijker verdeeld. De 30 procent armsten<br />

zagen <strong>hun</strong> aandeel in het totale inkomen<br />

van ons land dalen van <strong>11</strong>,2 naar 8,3 procent.<br />

Terwijl de tien procent rijksten <strong>hun</strong><br />

aandeel juist konden vergroten van 27,3 naar<br />

31,9 procent. Het leefloon en de werkloosheidsuitkeringen<br />

zijn te laag om een menswaardig<br />

inkomen te garanderen. De grotere<br />

degressiviteit van de werkloosheidsuitkeringen<br />

die eind vorig jaar werd ingevoerd,<br />

zal nog meer mensen in de problemen doen<br />

belanden.<br />

Wanneer de kloof tussen arm en rijk vergroot,<br />

is dat niet alleen nefast voor de<br />

‘onderkant’ van de samenleving. Zoiets<br />

treft de hele samenleving. De groeiende<br />

kloof doet bijvoorbeeld het aantal mentale<br />

problemen, gezondheidsproblemen en criminele<br />

feiten stijgen.<br />

Klassieke recepten volstaan niet<br />

Uiteraard is het gevecht tegen armoede in<br />

grote mate een opdracht voor de Europese,<br />

federale en gewestelijke overheden. Zij moeten<br />

een beleid uitstippelen dat het risico<br />

op armoede verkleint. Maar de onderzoekers<br />

merken dat de klassieke recepten<br />

niet genoeg uithalen. Het Belgische sociaal<br />

beleid kon niet voorkomen dat de problemen<br />

verscherpten. En op het vlak van<br />

armoedebestrijding botst het zogenaamde<br />

activeringsbeleid op zijn grenzen omdat de<br />

meerderheid van de mensen in armoede<br />

niet te activeren is. Zo is 31 procent van die<br />

mensen in armoede àl aan het werk, terwijl<br />

42 procent inactief is <strong>weg</strong>ens ziekte of handicap<br />

of een opleiding volgt. Slechts 25 procent<br />

is werkloos en kan dus misschien via<br />

activering weer op de benen worden geholpen.<br />

Tegelijkertijd blijkt dat 48 procent<br />

van de mensen in armoede laaggeschoold<br />

is. Werk vinden voor die groep is verre van<br />

vanzelfsprekend, al helemaal in crisistijden.<br />

Menswaardige uitkeringen blijven voor dit<br />

deel van onze bevolking dus van essentieel<br />

belang.<br />

Ook op het vlak van onderwijs slaagt de<br />

overheid er niet in het aantal vroege schoolverlaters,<br />

jongeren zonder diploma dus,<br />

terug te dringen. De voorbije jaren liep<br />

het cijfer een klein beetje terug, mogelijk<br />

omdat de arbeidsmarkt een weinig aantrekkelijk<br />

alternatief bood aan jongeren die last<br />

hadden van schoolmoeheid. Om de school<br />

ook in minder barre economische tijden<br />

attractief te houden, zal moeten werk worden<br />

gemaakt van meer flexibele, individueel<br />

aangepaste leertrajecten die te combineren<br />

zijn met een job.<br />

Lokaal beleid<br />

Vermits de armoede bleef toenemen<br />

ondanks de inspanningen van de overheid,<br />

ontstonden lokaal almaar meer initiatieven,<br />

dikwijls gedragen door vrijwilligers. Zij proberen<br />

de grootste noden te lenigen en acute<br />

problemen op te lossen. Denk maar aan initiatieven<br />

als voedselbedeling, wijkgezondheidscentra,<br />

sociale kruideniers en opvang<br />

van daklozen. Onder de noemer ‘sociale<br />

innovatie’ wijst het Jaarboek Armoede op<br />

het belang van zulke lokale initiatieven. Zij<br />

verdienen meer ondersteuning van<strong>weg</strong>e het<br />

beleid. En daarin kan het lokale niveau een<br />

belangrijke rol spelen.<br />

Almaar meer mensen moeten bij voedselbanken<br />

aankloppen voor <strong>hun</strong> dagelijkse<br />

voedingsbehoeften. Naar de voedselbank<br />

gaan helpt ook om geld uit te sparen dat<br />

kan dienen voor andere noodzakelijke uitgaven.<br />

De voedselbanken ontstonden in veel<br />

gevallen vanuit burgerinitiatieven, maar<br />

ze krijgen het steeds moeilijker. Ze worden<br />

bevoorraad op basis van de overschotten bij<br />

de voedselprodu<strong>centen</strong>, maar die bevoorrading<br />

is in tijden van crisis verre van zeker.<br />

Een verontrustende situatie voor de overheid,<br />

die toch op de voedselbanken rekent<br />

als ‘extra sociaal vangnet’. Ook op dat vlak<br />

kan en moet de overheid wellicht de nodige<br />

ondersteuning bieden.<br />

Behalve voedselbanken zien de onderzoekers<br />

ook andere sociale innovatieprojecten<br />

die lokale beleidssteun verdienen. Zoals<br />

bijvoorbeeld de ‘brede scholen’. Dat zijn<br />

projecten waarbij vanuit de school wordt<br />

gewerkt aan brede leer- en leefomgevingen<br />

voor gezinnen die in de buurt wonen. De<br />

school zorgt daarbij niet alleen voor onderwijs<br />

maar begeleidt ook jongeren en <strong>hun</strong><br />

gezinnen op maat zodat ze zich emanciperen<br />

en meer participeren. Een ‘brede school’<br />

WELZIJN<br />

betekent lokaal maatwerk, dat samenwerkt<br />

rond lokale noden en behoeften.<br />

Andere lokale initiatieven zijn de wijkgezondheidscentra.<br />

Omdat gezondheidszorg<br />

voor mensen in armoede vaak een luxeproduct<br />

blijkt, duiken er lokale initiatieven<br />

op die proberen om ziektes te voorkomen<br />

en aan gezondheidspromotie doen.<br />

Wijkgezondheidscentra bieden een laagdrempelige<br />

dienstverlening en willen niet<br />

in het minst ook mensen betrekken en de<br />

sociale samenhang in wijken en buurten<br />

versterken.<br />

middenveldorganisaties<br />

Ook op andere terreinen kan het beleid<br />

inspelen op lokale initiatieven die weerwerk<br />

bieden tegen armoede. Denk maar aan vormen<br />

van buurtsport, die een aanbod creëren<br />

naast de georganiseerde sportclubs die minder<br />

toegankelijk zijn voor kansengroepen. Of<br />

aan middenveldorganisaties die helpen om<br />

kwetsbare groepen mee op de digitale snel<strong>weg</strong><br />

te krijgen. Er zijn ook socioculturele<br />

organisaties die activiteiten hebben om mensen<br />

in armoede meer te laten participeren.<br />

Het lokaal beleid heeft dus een belangrijke<br />

rol te spelen op het gebied van armoedebestrijding,<br />

al is het dan vaak als katalysator<br />

van bestaande basisinitiatieven. Maar het<br />

mag daarbij niet blijven. Want in tijden van<br />

besparingen bestaat altijd het gevaar dat<br />

zo de eigen verantwoordelijkheid afgewenteld<br />

wordt. Zo beschouwt bijvoorbeeld de<br />

Europese Commissie initiatieven van sociale<br />

innovatie als een middel om te besparen<br />

in budgettair moeilijke tijden. Er wordt verwacht<br />

dat burgers vanuit <strong>hun</strong> persoonlijke<br />

engagement en creativiteit oppakken wat de<br />

overheid om budgettaire of andere redenen<br />

niet (meer) wil doen. En dat is uiteraard niet<br />

de bedoeling.<br />

Ons recht | <strong>11</strong>7de jaargang | januari 2013 | 17

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!