moerdijk bestemmingsplan buitengebied - gemeente Moerdijk
moerdijk bestemmingsplan buitengebied - gemeente Moerdijk
moerdijk bestemmingsplan buitengebied - gemeente Moerdijk
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Beleidslijnen 83<br />
Landschappelijke inpassing<br />
Het <strong>buitengebied</strong> van <strong>Moerdijk</strong> is overwegend een open polderlandschap, een zeer open landschapstype<br />
met vrijwel geen kavelgrensbeplantingen. In het westen en midden van het plangebied<br />
komen verspreid fruitpercelen voor met windsingels. Daarnaast is alleen langs de bebouwingslinten/wegen<br />
en op en om de erven beplanting aanwezig. In de polders liggen de boerderijen<br />
met forse erfbeplanting meer verspreid.<br />
Door het VNG en de Sectorraad Paarden is in mei 2006 de notitie Paardenhouderij en Ruimtelijke<br />
Ordening, Handreiking voor de praktijk opgesteld. De handreiking bevat aanbevelingen en<br />
voorstellen voor een goede regeling van de paardenhouderij in onder andere <strong>bestemmingsplan</strong>nen.<br />
Het Ministerie van LNV heeft in juli 2006 de Visie Paard & Landschap opgesteld waarin bouwstenen<br />
zijn samengebracht voor een goede landschappelijke inpassing van paardenhouderijen.<br />
Voorzieningen ten behoeve van de paardenhouderij passen beter in het landschap als de bedrijfsmatige<br />
en hobbymatige paardenhouder:<br />
- de voorzieningen op de kavel concentreert;<br />
- voor forse erfbeplanting zorgt als dit in de betreffende polder gebruikelijk is;<br />
- bij de extra voorzieningen en weideafrastering voor onopvallende materialen kiest, zoals<br />
wit of groen koord;<br />
- gebruikmaakt van bestaande sloten als afscheiding;<br />
- meerdere lage lichtmasten plaatst in plaats van één grote.<br />
Een bedrijfsmatige paardenhouderij kan uit vele verschillende onderdelen bestaan die, indien<br />
ze redelijk willekeurig zijn gesitueerd op het kavel, een verrommeling van het landschap tot gevolg<br />
hebben. Bij de plaatsing van en vormgeving van de bouwwerken, de organisatie van het<br />
erf en de inrichting van de weilanden, dient een paardenhouder rekening te houden met het<br />
omliggende landschap en zo verrommeling tegengaan. Een goed gekozen inrichting kan zelfs<br />
een bijdrage leveren aan het herstel van het landschap. Uitgangspunt hierbij is dat de verrommelende<br />
elementen (stapmolen, paddock, uitloop) achter de bebouwing wordt gesitueerd waardoor<br />
deze aan het zicht worden onttrokken. Door gebouwen in een bosrand of bomenrij te zetten,<br />
vallen ze minder op en gaan ze op in het landschap. Door te werken met beplantingszones<br />
en wallen kunnen paardenbakken worden ingepast.<br />
Inhoud 1 e herziening<br />
In deze herziening wordt artikel 35 (Vervolgfuncties) aangepast en afgestemd op de beleidslijn<br />
voor de bedrijfsmatige en hobbymatige paardenhouderij.<br />
3.1.4. Beleidslijn nevenfuncties en verbrede landbouw<br />
De provinciale beleidslijn<br />
Deze beleidslijn bevat ten aanzien van nevenfuncties bij agrarische bedrijven de volgende elementen:<br />
- nevenfuncties zijn alleen toelaatbaar als deze ook als vervolgfunctie toelaatbaar zijn;<br />
- passende nevenfuncties zijn recreatieve functies, agrarisch verwante functies, agrarischtechnische<br />
hulpfuncties en statische binnenopslag;<br />
- <strong>gemeente</strong>n dienen zorg te dragen voor een passende maatvoering;<br />
- de agrarische hoofdfunctie dient gehandhaafd te blijven.<br />
Verbrede landbouw betreft in de visie van de provincie een specifieke vorm van nevenfuncties.<br />
De nevenfuncties zijn in dat geval direct gerelateerd aan het verder in stand houden van het<br />
agrarische bedrijf. De nevenfunctie hangt samen met de agrarische bedrijfsvoering of staat ten<br />
dienste van het bedrijf. Voorbeelden van verbrede landbouw zijn agro-toerisme waaronder minicampings,<br />
agrarisch natuurbeheer, bewerking en waardevermeerdering van ter plaatse geproduceerde<br />
producten, de verkoop van streekeigen producten en zorgboerderijen.<br />
Ten aanzien van verbrede landbouw bevat de beleidslijn de volgende elementen:<br />
- de activiteiten mogen de ontwikkelingsmogelijkheden van omliggende agrarische bedrijven<br />
niet beperken en aanwezige waarden niet aantasten;<br />
- <strong>gemeente</strong>n dienen te zorgen voor een passende maatvoering;<br />
- uitbreiding van het bouwblok dient te worden voorkomen.<br />
Adviesbureau RBOI<br />
Rotterdam / Middelburg<br />
264.10404.41