moerdijk bestemmingsplan buitengebied - gemeente Moerdijk
moerdijk bestemmingsplan buitengebied - gemeente Moerdijk
moerdijk bestemmingsplan buitengebied - gemeente Moerdijk
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Wijzigingen plankaarten 42<br />
GS zijn van oordeel dat de toegekende subbestemming niet in strijd is met een goede ruimtelijke<br />
ordening en heeft de regeling goedgekeurd. Hierbij verwijst GS naar zijn besluit van 5 juni<br />
2001 inzake een verklaring van geen bezwaar met betrekking tot de vestiging van een categorie<br />
3-bedrijf. GS hebben deze verklaring geweigerd. GS zijn van mening dat een categorie 2-bedrijf<br />
hier meer passend is. GS verwijzen ook naar artikel 35 van de voorschriften van het <strong>bestemmingsplan</strong><br />
Buitengebied waarin is geregeld dat het college vrijstelling kan verlenen ten behoeve<br />
van bedrijvigheid dat in een hogere milieucategorie is ingeschaald.<br />
Wat betreft de bedrijfswoning zijn GS van oordeel dat het provinciaal beleid zich verzet tegen<br />
bedrijfswoningen voor niet aan het <strong>buitengebied</strong> gebonden bedrijvigheid.<br />
GS onthouden goedkeuring aan het maximale bebouwingsoppervlak van 485 m² omdat deze<br />
niet overeenkomt met de werkelijk aanwezige oppervlakte inclusief de 15% uitbreidingsmogelijkheid.<br />
GS stellen dat hier de maximale oppervlakte van 538 m² behoort te zijn.<br />
Uitspraak Afdeling bestuursrechtspraak<br />
De Afdeling is van oordeel dat GS onvoldoende heeft gemotiveerd waarom de gronden op het<br />
perceel Steiledijk 5 niet in aanmerking komen voor bedrijfsactiviteiten uit categorie 3. De Afdeling<br />
geeft aan dat bij besluit van 2 september 2003 een milieuvergunning is verleend waarin activiteiten<br />
die geschaard moet worden onder categorie 3 zijn vergund. Dat GS zelf bij besluit van<br />
5 juni 2001 dit niet heeft toegestaan doet daar niets aan af aangezien dat besluit van een eerdere<br />
datum is. GS hadden dit bij de voorbereiding van het besluit moeten betrekken en heeft<br />
daarom onzorgvuldig gehandeld.<br />
Naar het oordeel van de Afdeling hebben GS ook met betrekking tot de bedrijfswoning onvoldoende<br />
onderzocht of er sprake is van een bestaande, inpandige bedrijfswoning. Ook hier hebben<br />
GS onzorgvuldig gehandeld.<br />
Tenslotte zijn GS bij het bepalen van de huidige aanwezige oppervlakte op het perceel uitgegaan<br />
van de bedrijfsloods. Hierbij heeft zij miskend dat er mogelijk ook andere gebouwen,<br />
welke al dan niet legaal zijn gerealiseerd, aanwezig zijn.<br />
De Afdeling is van oordeel dat GS bij de voorbereiding van de besluitvorming onzorgvuldig<br />
heeft gehandeld. De Afdeling heeft het besluit van GS vernietigd waardoor voor de gronden<br />
naar een nieuwe bestemmingslegging moet worden gezocht.<br />
Heroverwegingsbesluit GS<br />
In het heroverwegingsbesluit overwegen GS het volgende.<br />
"Bedrijfsbestemming<br />
Op basis van ons primaire besluit zijn de activiteiten bij het onderhoudsbedrijf die vallen onder<br />
milieucategorie 3 onder het overgangsrecht geplaatst. Bij de besluitvorming hebben wij echter<br />
nagelaten aandacht te schenken aan het feit dat dergelijke activiteiten wel zijn vergund in de<br />
milieuvergunning van 2 september 2003.<br />
Alhoewel wij in het kader van het ruimtelijk afwegingsproces niet zijn gehouden om de milieuvergunning<br />
te volgen als het gaat om de planologische toelaatbaarheid van de activiteiten, zien<br />
wij in onderhavige situatie aanleiding om nu een ander standpunt in te nemen. Gelet op de aard<br />
en schaal van de vergunde activiteiten, mede in relatie tot de omgeving, zijn wij van oordeel dat<br />
er geen overwegende bezwaren bestaan tegen het positief bestemmen van de bedrijfsactiviteiten,<br />
voor zover deze vallen onder categorie 3 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten behorende bij<br />
het <strong>bestemmingsplan</strong>. Nu de bedrijfsbestemming ingevolge artikel 7, lid 1f, hierin niet voorziet,<br />
zien wij aanleiding om hieraan alsnog goedkeuring te onthouden. De ingediende bedenkingen<br />
ten aanzien van dit punt achten wij gegrond.<br />
Bebouwingsoppervlakte<br />
Vaststaat dat op het bedrijfsperceel meer bebouwing aanwezig is dan de maximaal toegestane<br />
485 m², zoals is aangegeven op de plankaart. Het maximale bebouwingsoppervlak geldt voor<br />
gebouwen en is inclusief 15% uitbreidingsruimte. Qua bebouwing gaat het hierbij niet alleen om<br />
de bedrijfsloods, maar ook om andere bebouwing die op het perceel aanwezig is (zie bladzijde<br />
56 STAB-rapport). Wij verzoeken de <strong>gemeente</strong> in het kader van de planherziening ex artikel 30<br />
WRO nader onderzoek te verrichten naar de (legaal) aanwezige bebouwing en het maximaal<br />
toegelaten bebouwingsoppervlak hierop aan te passen. De ingediende bedenkingen ten aanzien<br />
van dit punt achten wij gegrond.<br />
Adviesbureau RBOI<br />
Rotterdam / Middelburg<br />
264.10404.41