Tot op de dag van vandaag heb ik - Rooilijn
Tot op de dag van vandaag heb ik - Rooilijn
Tot op de dag van vandaag heb ik - Rooilijn
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Rooilijn</strong> Jg. 40 / Nr. 1 / 2007<br />
Van grondbeleid naar ontw<strong>ik</strong>kelbeleid<br />
Een gemeentelijke gron<strong>de</strong>xploitatie wordt als risicovoller<br />
aangeduid dan een private gron<strong>de</strong>xploitatie omdat<br />
<strong>de</strong> gemeente zelf <strong>de</strong> investeringsrisico’s draagt. Bij<br />
een publiek private samenwerking wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> risico’s<br />
ge<strong>de</strong>eld en bij een private exploitatie liggen <strong>de</strong> risico’s<br />
meer bij <strong>de</strong> private partij. Zoals bij <strong>de</strong> vergelijking<br />
tussen actief en passief grondbeleid al is aangegeven,<br />
is dit in <strong>de</strong> praktijk veel te kort door <strong>de</strong> bocht. In veel<br />
gevallen zal <strong>de</strong> risicoanalyse juist omgekeerd kunnen<br />
uitvallen. De werkelijke risico’s zijn niet afhankelijk<br />
<strong>van</strong> het mo<strong>de</strong>l maar <strong>van</strong> <strong>de</strong> inhoud <strong>van</strong> <strong>de</strong> afspraken<br />
binnen dat mo<strong>de</strong>l.<br />
Naar een ontw<strong>ik</strong>kelbeleid<br />
Gemeenten zou<strong>de</strong>n hun nota grondbeleid moeten<br />
uitbrei<strong>de</strong>n met een visie <strong>op</strong> het ontw<strong>ik</strong>kelbeleid.<br />
Daarin dienen zij aan te geven volgens welke criteria<br />
partijen wor<strong>de</strong>n geselecteerd als <strong>de</strong> gemeente <strong>de</strong> grond<br />
in han<strong>de</strong>n heeft. Ook zou erin moeten staan hoe <strong>de</strong><br />
selectie plaatsvindt, welke garanties wor<strong>de</strong>n verwacht<br />
en wat <strong>de</strong> samenwerkingsvorm is die <strong>de</strong> gemeente<br />
voorstaat. Die ontw<strong>ik</strong>kelstrategie is afhankelijk<br />
<strong>van</strong> het type locatie. Voor bepaal<strong>de</strong> locaties ligt een<br />
publiek-private samenwerking misschien voor <strong>de</strong> hand<br />
maar voor an<strong>de</strong>re locaties niet. Gemeenten kiezen <strong>op</strong><br />
verschillen<strong>de</strong> locaties voor verschillen<strong>de</strong> strategieën<br />
<strong>van</strong> verwerving en selectie.<br />
De nota’s grondbeleid <strong>van</strong> gemeenten die een actief<br />
grondbeleid nastreven zou<strong>de</strong>n ook een ontw<strong>ik</strong>kelbeleid<br />
moeten bevatten voor het geval <strong>de</strong> verwerving niet<br />
lukt. Zo weet niet alleen <strong>de</strong> gemeente <strong>van</strong> te voren wat<br />
haar strategie in dat geval is maar ook <strong>de</strong> zelfuitvoer<strong>de</strong>r<br />
weet wat <strong>de</strong> gemeente <strong>van</strong> hem verwacht. Nu moeten<br />
<strong>de</strong> <strong>op</strong>lossingen voor het geval <strong>de</strong> verwerving is mislukt<br />
vaak ad hoc wor<strong>de</strong>n gezocht.<br />
Deze overwegingen lei<strong>de</strong>n tot <strong>de</strong> conclusie dat een nota<br />
grondbeleid en ontw<strong>ik</strong>kelbeleid bij uitstek <strong>van</strong> belang<br />
is voor gemeenten die geen actief grondbeleid voeren.<br />
Juist bij een passief grondbeleid is het <strong>van</strong> belang<br />
scherp uit te werken <strong>op</strong> welke manier <strong>de</strong> gemeente haar<br />
doelstellingen gaat realiseren. Rond het thema <strong>van</strong><br />
P. 12<br />
het gemeentelijk ontw<strong>ik</strong>kelbeleid zou ook veel meer<br />
kennisontw<strong>ik</strong>keling en kennisuitwisseling tussen<br />
gemeenten moeten plaatsvin<strong>de</strong>n. Alleen <strong>op</strong> die<br />
manieren zal <strong>de</strong> kennis ontstaan om <strong>van</strong> <strong>de</strong> gemeentelijk<br />
nota grondbeleid daadwerkelijk een instrument<br />
voor het ontw<strong>ik</strong>kelingsbeleid te maken. Het is<br />
verbazingwekkend dat gemeenten samenwerkingen<br />
met en selecties <strong>van</strong> marktpartijen steeds weer ad hoc<br />
organiseren.<br />
Als het gaat om <strong>de</strong> verhouding tussen gemeenten en<br />
marktpartijen betekenen <strong>de</strong> wetswijzigingen, in het<br />
bijzon<strong>de</strong>r dankzij <strong>de</strong> aangenomen amen<strong>de</strong>menten,<br />
een versterking <strong>van</strong> <strong>de</strong> positie <strong>van</strong> <strong>de</strong> gemeenten. Die<br />
positie was overigens in mijn visie al veel sterker dan<br />
gemeenten vaak zelf dachten. Het instrumentarium<br />
was niet het grootste probleem. Het probleem is dat<br />
gemeenten <strong>de</strong> instrumenten vaak niet gebru<strong>ik</strong>en.<br />
Wellicht biedt <strong>de</strong> huidige verbetering <strong>van</strong> het instrumentarium<br />
het zelfvertrouwen om <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n<br />
ook daadwerkelijk te gaan benutten. Hoewel <strong>de</strong><br />
wetswijzigingen vooral gevolgen <strong>heb</strong>ben voor <strong>de</strong><br />
positie <strong>van</strong> <strong>de</strong> passief <strong>op</strong>ereren<strong>de</strong> gemeente, blijft ook<br />
in <strong>de</strong> toekomst een actief grondbeleid <strong>op</strong> verschillen<strong>de</strong><br />
punten voor<strong>de</strong>len <strong>heb</strong>ben. Wat dat betreft is<br />
niet te verwachten dat na <strong>de</strong> wetswijziging een grote<br />
omslag zal plaatsvin<strong>de</strong>n.<br />
Uit<strong>dag</strong>ing voor gemeenten<br />
Een belangrijke <strong>op</strong>gave voor gemeenten is om <strong>de</strong> stap<br />
te maken <strong>van</strong> een grondbeleid naar een ontw<strong>ik</strong>kelbeleid.<br />
Het theoretisch on<strong>de</strong>rscheid tussen actief en passief<br />
grondbeleid voldoet niet meer. Ook het toevoegen<br />
<strong>van</strong> een tussenvorm als facilitair grondbeleid en<br />
mogelijk nieuwe tussenvormen is onvoldoen<strong>de</strong>. Het<br />
grondbeleid krijgt in toenemen<strong>de</strong> mate vorm in <strong>de</strong><br />
selectie <strong>van</strong> en <strong>de</strong> samenwerking met marktpartijen.<br />
Nota’s grondbeleid zou<strong>de</strong>n dieper in moeten gaan <strong>op</strong><br />
<strong>de</strong> principiële beleidskeuzen die hiermee samenhangen.<br />
Het nieuwe instrumentarium <strong>van</strong> gemeenten<br />
betekent ook dat er per locatie een grondbeleid<br />
en ontw<strong>ik</strong>kelbeleid dient te wor<strong>de</strong>n <strong>op</strong>gesteld dat<br />
specifiek aansluit bij die locatie. In <strong>de</strong> toekomst lijkt