You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
14<br />
door Ries Peters<br />
Het is donderdagavond half acht, en ik bevind me in de intercity<br />
naar Utrecht. Tegenover mij zit een vrouw de krant te<br />
lezen. Om te voorkomen dat ik ten prooi val aan verveling,<br />
besluit ik mijn laptop erbij te pakken en een paar geniale<br />
Scrubs afleveringen te kijken. Ik kan mijn lach op een bepaald<br />
moment niet onderdrukken. Waarop de vrouw tegenover<br />
mij me aanspreekt.<br />
“Waar lach je om?”. Ik wijs naar het scherm en knik. Daarmee<br />
aangevend dat ik eigenlijk helemaal geen zin heb om te praten.<br />
De vrouw laat zich echter niet zomaar uit het veld slaan. “Dat is<br />
wel een mooi ding wat je daar hebt zeg”. “Mijn man en ik hebben<br />
ook zo’n ding voor onze zoon gekocht. Geweldig vindt hij<br />
het, hij kan er uren mee spelen”. “Ben je iets aan het kijken of<br />
wat ben je aan het doen?”. “Ja”, zeg ik. “Ik kijk een televisieserie<br />
en het is heel grappig”. “Oh wat leuk”, zegt ze. “Jij zult dat ding<br />
ook wel vaak gebruiken of niet?”. “Ja, ik heb het nodig voor mijn<br />
studie hè”.<br />
Op dat moment komen twee jongemannen ons treinstel binnen<br />
gelopen. Ze gaan zitten in de stoelen schuin achter die van ons.<br />
Onze aandacht wordt automatisch op ze gericht wanneer de een<br />
aan de ander vraagt: “Hee man, wat doe jij hier? Mag jij hier<br />
wel zijn?”. “Ja man” zegt de ander, “ Ik mag sinds kort op verlof,<br />
zolang ik maar om half tien weer terug ben”. “Alleen bedoel je?”.<br />
“Ja man, eerst had ik altijd nog een begeleider weet je”. Ondanks<br />
dat ik weet dat het onbeschoft is, begin ik mee te luisteren<br />
met het gesprek, en zo te zien de vrouw tegenover mij ook. De<br />
jongen vertelt aan zijn vriend dat hij een TBS’er is. Ze hebben<br />
elkaar al lang niet meer gezien. De TBS’er vertelt hoe het is om<br />
TBS’er te zijn. Hij moet op vaste tijden aanwezig zijn, hij mag<br />
zelden naar buiten, en hij heeft bijna nooit vrije tijd. Het heeft<br />
jaren geduurd voor hij weer voor het eerst zonder begeleiding op<br />
verlof mocht. Ook vertelt hij hoe hij regelmatig ruzie heeft met<br />
andere TBS’ers, en dat er vaak gevochten wordt. Wat mij echter<br />
vooral bezighoudt is niet datgene wat de jongen zegt, maar de<br />
manier waarop hij het zegt. Zonder een gefrustreerde, boze, of<br />
hatelijke ondertoon vertelt hij kalmpjes hoe vervelend zijn leven<br />
in een TBS kliniek is.<br />
Mijn aandacht begint te verslappen, en langzaam verplaatst mijn<br />
Perron Politiek 2<br />
blik zich weer naar mijn laptop en naar de vrouw. Waarop de<br />
vrouw vraagt: “Wat studeer je eigenlijk?”. “Politicologie” zeg ik.<br />
“Oh wat leuk zeg”, zegt de vrouw glimlachend.<br />
“Waarom zit je eigenlijk daar?”, vraagt de jongen schuin achter<br />
ons. Meteen richten de vrouw en ik ons weer op het gesprek.<br />
De TBS’er vertelt hoe hij met een paar vrienden op een zekere<br />
oudejaarsavond een aantal huizen gevandaliseerd heeft, om vervolgens<br />
een buschauffeur en een omstaander die de buschauffeur<br />
te hulp kwam, zozeer te mishandelen, dat beiden het maar net<br />
overleefd hebben. De vrouw tegenover mij heeft het gesprek met<br />
verstarde, afkeurende en een tikkeltje zenuwachtige blik zitten<br />
volgen. Op het moment dat het gesprek stil valt staat ze op, en<br />
nadat ze iets mompelt over ergens anders gaan zitten zegt ze tegen<br />
mij: “Nog veel succes met je studie”. Om vervolgens midden<br />
in de reis naar een andere coupé te lopen.<br />
Ik kan niet ontkennen dat ik me ook een beetje zenuwachtig<br />
begon te voelen. Ondertussen gaat het gesprek achter mij verder.<br />
“Ik was de lul weetje, ik had al een strafblad, de rest is er nog<br />
goed vanaf gekomen”. “Maar zij hebben het echt niet begrepen.<br />
Zij zijn nu nog net zo slecht bezig dan toen.”. “Jij niet meer<br />
dan?”vraagt de ander. “Nee man, ik heb spijt weetje. Je kunt wel<br />
zulke dingen doen, maar daar heb je echt niks aan. Helemaal<br />
niks. Je schiet er gewoon echt niks mee op, en die anderen begrijpen<br />
dat niet. Ik zie ze ook bijna nooit meer. Ik had laatst gehoord<br />
dat Michael weer in de cel zat.”. “Je hebt dus echt wel wat<br />
gehad aan dat TBS of niet?” vraagt de andere jongen. “Ja weetje,<br />
het is echt super kut daar. Maar ik besefte me daar wel hoe het<br />
zat. Geen gekut meer weetje, gewoon je zaken een beetje op orde<br />
hebben. Daar gaat het om. Ik heb daar ook school gehad enzo.<br />
Ik heb wat diploma’s gehaald. Moest gisteren nog op voor mijn<br />
heftruck examen enzo. Dat soort dingen weetjewel”.<br />
De trein stopt in Utrecht centraal. Ik loop de trein uit en kom<br />
langs de twee jongens. Ik kan me niet inhouden. Ik moet even<br />
kijken wie het is die ik heb horen praten. In de stoelen zitten<br />
twee doodnormale jongens. Ze knikken naar me, en ik knik terug.<br />
Terwijl ik op het station mijn weg probeer te vinden bedenk<br />
ik me iets. Het is maar goed dat er ook een ander soort mensen<br />
is dan de vrouw tegenover mij. Mensen die niet bang zijn, en<br />
dit soort personen niet bij voorbaat als een verloren zaak beschouwen.