Het schoeisel van de KNIL-militair - Collectie

Het schoeisel van de KNIL-militair - Collectie Het schoeisel van de KNIL-militair - Collectie

collectie.legermuseum.nl
from collectie.legermuseum.nl More from this publisher
24.09.2013 Views

Schrijnend Kon men soms eens goed lachen in het onverwacht uitgebreide domein van schoenen en sokken, aan de andere kant waren er zaken en toestanden die bij wat verder nadenken zelfs helemaal niet meer zo grappig waren. Wanneer bijvoorbeeld een soldaat werd verpleegd in een militair hospitaal, kreeg hij als betaling, in plaats van zijn normale soldij, een zogeheten hospitaaltoelage die minder was dan die volle soldij. De administratieve regels waren destijds wat harder dan tegenwoordig: `ergens' een stimulans om toch vooral niet te lang in een hospitaal te blijven.... Wanneer nu de compagniescommandant de man een verklaring had medegegeven, dat hij ook in het hospitaal zijn volle soldij uitbetaald moest krijgen, dan geschiedde dat ook. Soms ook vergat die chef dat. Meerdere malen bleken de opgenomen manschappen juist diegenen te zijn die voetwonden hadden opgelopen (meest Javanen en vaak huisvaders) tengevolge van het verplicht dragen van schoenen die niet pasten of uit ongewoonte tijdens de aanpassing op schoeisel. In die gevallen zou het schrijnend zijn indien door nalatigheid van een commandant het inkomen van betrokkenen achteruit kon gaan. 28) En dan was er nog die onderlinge ongelijkheid tussen de diverse groepen inheemse militairen, een soort rassendiscriminatie (nimmer als zodanig bedoeld uiteraard) veroorzaakt door dienstvoorschriften en -normen die hun tijd gehad hadden. En wat zich naast ongelijkheden in soldij en andere zaken ook ergerlijk uitte in verschillen in voeding en....schoeisel. Al deze rimpels zouden nog rechtgetrokken worden, maar toch heeft een en ander (hoe simpel het op een afstand ook lijkt) veel kwaad bloed gezet. Het in alle verontwaardiging toch nog `gezellig koloniaal' aandoende artikel van nu ruim 70 jaar geleden bevat een aantal zinsneden die het aanhalen zeker waard zijn - 29): `Er is verschil in soldij, maar daarover valt tenminste te praten (...). Elders in koloniale legers, bijvoorbeeld in het Brits-Indische leger, is dit niet het geval. Daar wordt onderscheid gemaakt tussen blank en bruin. Maar niet bruin nog eens onderverdeeld in bruin op drie paar sokken per jaar, altijd schoenen en 0,3 kg vlees per zoveel tijd èn bruin op blote voeten, twee paar sokken per jaar en 0,24 kg vlees....' Dit soort aangelegenheden heeft steeds meer officieren en Europese kaderleden hoog gezeten en men was blij dat door de integrale verstrekking van schoeisel een eind kwam aan een heel markante zaak die tientallen jaren ergernis heeft veroorzaakt en die dagelijks in de vele garnizoenen en bij de grote garnizoenen nog wel in de kampementen zelve sentimenten opriep zoals omstreeks 1915: `... In dit jaar zijn allen geschoeid. Onze geschoeide Javaan is al beter dan zijn ongeschoeide voorganger van vroeger, die er telkens aan werd herinnerd dat hij minderwaardig werd geacht, zelfs door zijn Ambonnese ranggenoten, die het vaak niet konden nalaten, wanneer een Ambonnese compagnie een Javaanse compagnie passeerde, hunne voeten toch vooral eens goed duidelijk hoorbaar neer te zetten. Is het niet te begrijpen dat zoiets deprimerend werkte'. Dit waren regels geschreven destijds door een luitenantkolonel, zelf `troupier', die er alles van begreep. 30) Ook het décor is duidelijk door hem geschilderd. En als wij dit nu als hedendaagse mensen in een totaal andere tijd en omgeving lezen, dan valt het niet dadelijk mee om dit naar waarde te vatten. Wij moeten ons dan voor een goed begrijpen even gaan overplaatsen in een stil garnizoen in het hart van Java uit die `tempo-doeloe tijd' waarin er op straat totaal geen motorverkeer was en ook nog niet het radiogeschal met disc-jockeys. De cadans van marcherende troepen kon men dan duidelijk horen... of juist niét horen: een kwestie van schoenen en voorwaar toen geen kleinigheid. Beheersadministratie: een ernstige aangelegenheid En ook in de lang vervlogen dagen ontbraken natuurlijk de vele lachertjes niet op het gebied van de administratieve bepalingen en was er heel wat `red tape'. Als een soldaat op patrouille eens in de blubber een schoen had verloren (en dat kwam veelvuldig voor; zelfs de grote Van Heutsz gebeurde dit eens; hij kreeg toen een paar reserve-schoenen die een sergeant bij zich

had, gekocht bij de Chinees nog wel), dan werd de overgebleven schoen zoals dat in vaktermen heet `ingenomen' en voorgebracht met een proces-verbaal, waarin over `schoenen, manschappen, zeildoekse' werd gesproken met de toevoeging `paren een half'. Overigens moesten afgekeurde of solitaire schoenen ook worden ingenomen en `richting' rustkamer worden bewaard. Nadien moesten die spullen in het kledingmagazijn van de intendance worden ingeleverd. Maar deze maatregel, redelijk in grotere garnizoenen, ging bespottelijke situaties scheppen als men van uit ver afgelegen posten (dit konden mini-garnizoentjes zijn van soms 25 man) forse transportkosten zou moeten maken voor partijen waarde loze afgedankte schoenrestanten, die dan dagen lang en vaak over zee zouden moeten worden vervoerd. In zo'n geval werden dan maatregelen getroffen om deze rompslomp ongedaan te laten: een commissie van een officier en een onderofficier maakte dan een proces-verbaal van afkeuring en vernietiging. Ook de overigens logische verstrekkingsnorm van twee paar schoenen bij de man kon, alweer op die verre buitenposten, soms op moeilijk te bevoorraden eilanden, wel eens onvoldoende blijken. Zeker als daar bij het detachementje zelve niet nog eens een flinke reserve-partij schoenen van de juiste maat lag opgeslagen. Dit stoot-voorraadje is er gekomen, maar in de jaren rond de Eerste Wereldoorlog was dit nog niet het geval. Dat kon dan aanleiding tot ernstige problemen geven in gebieden waar de patrouilles langdurig onderweg bleven naar eilandjes of terreingedeelten met steenachtige bodem of bij veel marsen over koraal. De man was dan na 14 dagen patrouille door zijn eerste paar schoenen heen en ging zijn andere paar dragen, dat ook weer begon kapot te gaan. Dat eerste paar kon niet aanstonds vervangen worden en er was ook al geen schoenmaker, geen toko en ook geen verbinding met het detachement. Soms nam de man bij overplaatsing van uit Java een extra paar schoenen mee. Hij kon ze volop krijgen in een Java-garnizoen, edoch, dan zou hij dit reserve-artikel zelf moeten gaan voorschieten. Hetgeen weer niet lukte, want zijn soldij was miniem. En toch moest een vervanging plaatsvinden, want de man versleet zijn schoeisel tijdens bevolen diensten. Op het grote eiland Timor en de eilandjes daar om heen was men bij patrouilles na drie weken al zo ver, dat 50% van de troep op blote voeten stond; vanwege de harde steenbodem was zo'n troep dan incapabel voor verdere marsen of acties. Dit was in 1916 zo; later is het gesignaleerde euvel verholpen door de man tevoren reeds zijn derde paar schoenen te verstrekken, zodat hij op mars vertrok met een soort voorschot aan schoeisel. Slome diensten Het bovenstaande toonde ons wel enige uitzonderlijke toestanden, die ook weer om aparte oplossingen vroegen. Maar een groot deel van de manschappen versleet natuurlijk niet zoveel schoenen. Cijfers van gebruikservaring bij de intendance toonden al ras aan dat de standaardvernieuwingen van schoeisel om de zes maanden moesten worden veranderd naar vier maanden, aangezien door de band genomen, drie paar schoenen per jaar noodzakelijk was. Kort na 1916 werd deze termijn aangenomen. Naast extreem zware diensten waren er ook legio soldaten (vooral oudere inheemsen die nog net niet met pensioen gingen) die maar vrij weinig marcheerden, niet meer op patrouille gingen en soms vooral in grote garnizoenen op Java rustige jobs hadden (`baantjesgasten' waren dat: controle op koelie's en andere civiele corveeërs in kampementen, plantons bij de uitgang, kantooroppasser e.d.). Want, toen ook alle Javanen in het KNIL schoenen hadden gekregen, moesten de meeste diensten ook met dat schoeisel aan worden verricht. Aangezien zulks in de tropische omstandigheden en hitte wel eens ongewenst kon zijn, waren er uitzonderingen op zekere stille uren in Netkampement. Wanneer geen inspectie plaatsvond mochten enkele groeperingen tijdens hun diensten op bepaalde tijdstippen op blote voeten of slippers lopen: dat waren kamerwachten, galerijwachten en stalwachten.

had, gekocht bij <strong>de</strong> Chinees nog wel), dan werd <strong>de</strong> overgebleven schoen zoals dat in<br />

vaktermen heet `ingenomen' en voorgebracht met een proces-verbaal, waarin over `schoenen,<br />

manschappen, zeildoekse' werd gesproken met <strong>de</strong> toevoeging `paren een half'. Overigens<br />

moesten afgekeur<strong>de</strong> of solitaire schoenen ook wor<strong>de</strong>n ingenomen en `richting' rustkamer<br />

wor<strong>de</strong>n bewaard. Nadien moesten die spullen in het kledingmagazijn <strong>van</strong> <strong>de</strong> intendance<br />

wor<strong>de</strong>n ingeleverd. Maar <strong>de</strong>ze maatregel, re<strong>de</strong>lijk in grotere garnizoenen, ging bespottelijke<br />

situaties scheppen als men <strong>van</strong> uit ver afgelegen posten (dit kon<strong>de</strong>n mini-garnizoentjes zijn<br />

<strong>van</strong> soms 25 man) forse transportkosten zou moeten maken voor partijen waar<strong>de</strong> loze afgedankte<br />

schoenrestanten, die dan dagen lang en vaak over zee zou<strong>de</strong>n moeten wor<strong>de</strong>n vervoerd.<br />

In zo'n geval wer<strong>de</strong>n dan maatregelen getroffen om <strong>de</strong>ze rompslomp ongedaan te laten:<br />

een commissie <strong>van</strong> een officier en een on<strong>de</strong>rofficier maakte dan een proces-verbaal <strong>van</strong><br />

afkeuring en vernietiging.<br />

Ook <strong>de</strong> overigens logische verstrekkingsnorm <strong>van</strong> twee paar schoenen bij <strong>de</strong> man kon, alweer<br />

op die verre buitenposten, soms op moeilijk te bevoorra<strong>de</strong>n eilan<strong>de</strong>n, wel eens onvoldoen<strong>de</strong><br />

blijken. Zeker als daar bij het <strong>de</strong>tachementje zelve niet nog eens een flinke reserve-partij<br />

schoenen <strong>van</strong> <strong>de</strong> juiste maat lag opgeslagen. Dit stoot-voorraadje is er gekomen, maar in <strong>de</strong><br />

jaren rond <strong>de</strong> Eerste Wereldoorlog was dit nog niet het geval. Dat kon dan aanleiding tot<br />

ernstige problemen geven in gebie<strong>de</strong>n waar <strong>de</strong> patrouilles langdurig on<strong>de</strong>rweg bleven naar<br />

eilandjes of terreinge<strong>de</strong>elten met steenachtige bo<strong>de</strong>m of bij veel marsen over koraal. De man<br />

was dan na 14 dagen patrouille door zijn eerste paar schoenen heen en ging zijn an<strong>de</strong>re paar<br />

dragen, dat ook weer begon kapot te gaan. Dat eerste paar kon niet aanstonds ver<strong>van</strong>gen<br />

wor<strong>de</strong>n en er was ook al geen schoenmaker, geen toko en ook geen verbinding met het<br />

<strong>de</strong>tachement. Soms nam <strong>de</strong> man bij overplaatsing <strong>van</strong> uit Java een extra paar schoenen mee.<br />

Hij kon ze volop krijgen in een Java-garnizoen, edoch, dan zou hij dit reserve-artikel zelf<br />

moeten gaan voorschieten. <strong>Het</strong>geen weer niet lukte, want zijn soldij was miniem. En toch<br />

moest een ver<strong>van</strong>ging plaatsvin<strong>de</strong>n, want <strong>de</strong> man versleet zijn <strong>schoeisel</strong> tij<strong>de</strong>ns bevolen<br />

diensten. Op het grote eiland Timor en <strong>de</strong> eilandjes daar om heen was men bij patrouilles na<br />

drie weken al zo ver, dat 50% <strong>van</strong> <strong>de</strong> troep op blote voeten stond; <strong>van</strong>wege <strong>de</strong> har<strong>de</strong><br />

steenbo<strong>de</strong>m was zo'n troep dan incapabel voor ver<strong>de</strong>re marsen of acties. Dit was in 1916 zo;<br />

later is het gesignaleer<strong>de</strong> euvel verholpen door <strong>de</strong> man tevoren reeds zijn <strong>de</strong>r<strong>de</strong> paar schoenen<br />

te verstrekken, zodat hij op mars vertrok met een soort voorschot aan <strong>schoeisel</strong>.<br />

Slome diensten<br />

<strong>Het</strong> bovenstaan<strong>de</strong> toon<strong>de</strong> ons wel enige uitzon<strong>de</strong>rlijke toestan<strong>de</strong>n, die ook weer om aparte<br />

oplossingen vroegen. Maar een groot <strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> manschappen versleet natuurlijk niet zoveel<br />

schoenen. Cijfers <strong>van</strong> gebruikservaring bij <strong>de</strong> intendance toon<strong>de</strong>n al ras aan dat <strong>de</strong> standaardvernieuwingen<br />

<strong>van</strong> <strong>schoeisel</strong> om <strong>de</strong> zes maan<strong>de</strong>n moesten wor<strong>de</strong>n veran<strong>de</strong>rd naar vier maan<strong>de</strong>n,<br />

aangezien door <strong>de</strong> band genomen, drie paar schoenen per jaar noodzakelijk was. Kort na<br />

1916 werd <strong>de</strong>ze termijn aangenomen.<br />

Naast extreem zware diensten waren er ook legio soldaten (vooral ou<strong>de</strong>re inheemsen die nog<br />

net niet met pensioen gingen) die maar vrij weinig marcheer<strong>de</strong>n, niet meer op patrouille<br />

gingen en soms vooral in grote garnizoenen op Java rustige jobs had<strong>de</strong>n (`baantjesgasten'<br />

waren dat: controle op koelie's en an<strong>de</strong>re civiele corveeërs in kampementen, plantons bij <strong>de</strong><br />

uitgang, kantooroppasser e.d.). Want, toen ook alle Ja<strong>van</strong>en in het <strong>KNIL</strong> schoenen had<strong>de</strong>n<br />

gekregen, moesten <strong>de</strong> meeste diensten ook met dat <strong>schoeisel</strong> aan wor<strong>de</strong>n verricht. Aangezien<br />

zulks in <strong>de</strong> tropische omstandighe<strong>de</strong>n en hitte wel eens ongewenst kon zijn, waren er<br />

uitzon<strong>de</strong>ringen op zekere stille uren in Netkampement. Wanneer geen inspectie plaatsvond<br />

mochten enkele groeperingen tij<strong>de</strong>ns hun diensten op bepaal<strong>de</strong> tijdstippen op blote voeten of<br />

slippers lopen: dat waren kamerwachten, galerijwachten en stalwachten.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!