619 Zitting van 9 december 2011 Verontschuldigd ... - Wevelgem

657
Zitting van 9 december 2011
Deze autofinancieringstoets zet dan ook een serieuze rem op ongebreideld lenen om
het resultaat op kasbasis positief te houden.
Hoe liggen deze evenwichten in onze gemeente Wevelgem? Voldoen wij aan deze
eisen. Er zijn twee belangrijke vaststellingen.
Bij de opmaak van het budget 2012 en de bijhorende meerjarenplanning
2012 – 2014, kan niet naast de vaststelling gezien dat onze gemeente over een vrij
ruime reserve beschikt.
Bij de aanvang van het financieel dienstjaar 2012 wordt dit gecumuleerd budgettair
resultaat immers geraamd op niet minder dan 25 399 129 euro.
Deze reserve kwam tot stand door de gecumuleerde overschotten op de gewone
dienst in de voorbije jaren.
Deze overschotten waren het resultaat van een voorzichtig financieel beleid gericht
op het bewaken van het financieel evenwicht en de uitstaande schuld. Er zijn
uiteraard ook nog andere factoren gerezen: meevallers bij dividenden,
terugbetalingen van schuld via Vlaamse middelen en meerinkomsten ten opzichte
van de geraamde qua fiscaliteit.
De financiële toestand evolueerde de laatste 10 jaar van 4,9 miljoen euro in 2001
naar 25 miljoen euro, reservefonds inbegrepen.
Wat met de uitstaande leningsschuld?
Het aandeel van de uitstaande schuld dat per 1 januari 2012 ten laste valt van de
gemeente bedraagt 40 585 771 euro.
De lasten in de vorm van intresten en aflossingen voor 2012 worden begroot op
4 568 869 euro. Dit is 13% van de ontvangsten uit exploitatie.
Wanneer we de verhouding nagaan tussen de openstaande schuld en de
exploitatieontvangsten blijkt dat het gemiddeld niveau voor Vlaanderen in 2007 op
1,04 lag, om in 2009 te dalen tot 0,89. Voor Wevelgem liggen de cijfers iets hoger,
namelijk respectievelijk 1,60 en 1,36. De daling is evenwel meer uitgesproken in
onze gemeente, waardoor de inhaalbeweging voor de beheersing van de schuld ten
volle is ingezet.
Het blijft onze zorg te waken over een beheersbare schuld die onze vrije
beleidsruimte niet aantast.
Anderzijds komt het aangaan van leningen ook ergens tegemoet aan het algemeen
fiscaal rechtvaardigheidsgevoel. Het lijkt immers maar billijk dat de inwoners in
een bepaald jaar niet volledig kunnen opdraaien voor investeringen waarvan de
gemeenschap gedurende vele tientallen jaren zal kunnen genieten.
De schuldencrisis waarin de volledige Europese Unie momenteel in verzeild
geraakt is, toont echter duidelijk aan dat een doordacht beleid inzake openbare
schuld in de toekomst een belangrijk item zal worden.
Ook de zogenaamde Basel III-normen, die nog strengere eisen opleggen aan de
financiële instellingen bij het verstrekken van leningen, zullen de overheden er toe
dwingen om zeer doordacht te werk te gaan bij het aangaan van leningen.
De kredietinstellingen zullen differentiëren bij het verstrekken van leningen.
Er zullen ratings opgesteld worden per gemeente en die ratings zullen mee bepaald
worden door de openstaande schuld. Ook de gevraagde rentevoeten zullen
verschillen van gemeente tot gemeente.
Zowel in het budget 2012 als in het voorliggend meerjarenplan 2012 – 2014 wordt
dan ook nadrukkelijk de kaart getrokken van de autofinanciering.