beleidsplan 2001-2005.pdf - Diaconessenhuis Leiden
beleidsplan 2001-2005.pdf - Diaconessenhuis Leiden
beleidsplan 2001-2005.pdf - Diaconessenhuis Leiden
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
BELEIDSPLAN DIACONESSENHUIS LEIDEN <strong>2001</strong>-2005<br />
Inhoud<br />
Voorwoord<br />
Deel I<br />
Hoofdstuk 1 Het <strong>Diaconessenhuis</strong> nu<br />
Samenvatting<br />
Hoofdstuk 2 Ontwikkelingen en verwachtingen<br />
Samenvatting<br />
Hoofdstuk 3 Visie en strategie van het <strong>Diaconessenhuis</strong><br />
Deel II<br />
Hoofdstuk 4 Uitwerking
Voorwoord<br />
We zijn er trots op u het <strong>beleidsplan</strong> <strong>2001</strong>-2005 te kunnen aanbieden!<br />
Veel mensen hebben meegewerkt aan dit <strong>beleidsplan</strong>, zowel intern als extern.<br />
Onze regionale partners in de zorg, vertegenwoordigers van patiënten en<br />
consumenten, en gemeenten hebben een bijdrage aan het plan kunnen leveren door<br />
onderwerpen aan te dragen die zij van belang achten voor het <strong>Diaconessenhuis</strong><br />
<strong>Leiden</strong>.<br />
De directie, diensthoofden en het bestuur van de medische staf hebben informatie<br />
aangeleverd en diverse gesprekken gevoerd over het toekomstige beleid.<br />
In het <strong>beleidsplan</strong> is ook rekening gehouden met de resultaten van de zogenaamde<br />
fundamentele discussie. In 1998 en 1999 hebben directie, diensthoofden en<br />
stafbestuur een discussie gevoerd over nieuwe activiteiten die het <strong>Diaconessenhuis</strong><br />
zou moeten ondernemen, activiteiten die anders ingericht zouden kunnen worden of<br />
die wellicht afgestoten moeten worden.<br />
Verder worden in het <strong>beleidsplan</strong> de resultaten aangehaald uit het onderzoek naar<br />
zorgvraag en patiëntenstromen 1996-2010 door Prismant (afgerond in maart <strong>2001</strong>).<br />
Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het <strong>Diaconessenhuis</strong> onder andere ten<br />
behoeve van dit <strong>beleidsplan</strong>.<br />
Dit <strong>beleidsplan</strong> is een vervolg op het <strong>beleidsplan</strong> 1996-2000. De structuur en opzet<br />
zijn hetzelfde gebleven.<br />
Na de beschrijving van de huidige situatie in hoofdstuk 1 en een schets van de<br />
ontwikkelingen en verwachtingen in hoofdstuk 2, volgen in hoofdstuk 3 visie en<br />
strategie. Zij vormen samen deel 1 van het <strong>beleidsplan</strong>. In deel 2 worden de<br />
beleidsvoornemens verder uitgewerkt.<br />
Een <strong>beleidsplan</strong> is een communicatiemiddel. Wij hopen met dit plan zowel<br />
ziekenhuismedewerkers als externe relaties helderheid te verschaffen over de koers<br />
voor de komende jaren.<br />
De directie<br />
<strong>Leiden</strong>, december <strong>2001</strong>
Deel l<br />
Hoofdstuk 1 Het <strong>Diaconessenhuis</strong> nu<br />
Het <strong>Diaconessenhuis</strong> <strong>Leiden</strong>, opgericht in 1897, is een eigentijds algemeen<br />
ziekenhuis met een christelijke signatuur. In 2000 bezochten 130.000 mensen de<br />
polikliniek en werden 15.000 patiënten opgenomen. De adherente bevolking<br />
bedraagt 123.000 mensen en is voornamelijk afkomstig uit <strong>Leiden</strong> en de Duin- en<br />
Bollenstreek. Er werken ongeveer 1000 medewerkers en een zestigtal medisch<br />
specialisten.<br />
Meer patiënten<br />
De periode 1996 tot en met 2000 kenmerkte zich door een sterke groei: het aantal<br />
poliklinische patiënten (1 e polikliniekbezoek) steeg met 18%, het aantal opgenomen<br />
patiënten (opname en dagopname) met 20%.<br />
Landelijk steeg het aantal poliklinische patiënten in algemene ziekenhuizen met een<br />
vergelijkbaar percentage. Het aantal opgenomen patiënten (opname en dagopname)<br />
steeg in het hele land slechts met enkele procenten. Dit dus in tegenstelling tot het<br />
<strong>Diaconessenhuis</strong>.<br />
De bevolking in <strong>Leiden</strong> en de Duin- en Bollenstreek nam in de periode 1996 tot en<br />
met 2000 met 1,5% toe (minder dan het landelijk gemiddelde) en is relatief jong.<br />
De zorgconsumptie in het verzorgingsgebied, zowel wat betreft 1 e<br />
polikliniekbezoeken als voor opnamen, ligt al jaren beduidend beneden het landelijk<br />
gemiddelde. De laatste drie jaar verloopt de groei van de zorgvraag echter sneller<br />
dan landelijk.<br />
Al met al is de positie van het ziekenhuis in de regio aanzienlijk verbeterd. Het<br />
marktaandeel steeg van zo'n 28% (1994) naar 35% (1998). De adherente bevolking<br />
steeg van 109.000 (1996) naar 123.000 mensen (2000), een stijging van 13%.<br />
Tabel 1: Productieontwikkeling<br />
Productie 1996 1997 1998 1999 2000<br />
Eerste polikliniekbezoeken 42.323 43.977 45.401 48.919 49.938<br />
Polikliniekbezoeken (totaal) 124.885 119.917 117.963 120.740 131.829<br />
Opnamen 9.730 10.001 9.843 9.862 10.049<br />
Verpleegdagen 80.328 77.708 77.812 73.744 73.286<br />
Dagopnamen 2.826 3.381 3.823 4.444 4.898<br />
Gemiddelde verpleegduur 8,3 7.8 7,9 7,5 7,3<br />
Adherentie 109.521 112.879 115.989 120.839 123.243<br />
Geïndexeerd<br />
Eerste polikliniekbezoeken 100 104 107 116 118<br />
Polikliniekbezoeken (totaal) 100 96 94 97 106<br />
Opnamen 100 102 101 101 103<br />
Verpleegdagen 100 97 97 95 91<br />
Dagopnamen 100 120 135 157 173<br />
Gemiddelde verpleegduur 100 94 95 90 88
Adherentie 100 103 106 110 113<br />
Bron: jaarverslag 2000<br />
Tabel 2: Ontwikkeling marktaandeel <strong>Diaconessenhuis</strong> per gemeente op basis van<br />
opnamen en dagopnamen<br />
Marktaandelen<br />
Geïndexeerd<br />
per gemeente 1996 1998 2000 1996 1998 2000<br />
Hillegom 1,1 1,1 1,2 100 100 109<br />
Katwijk 43,0 42,9 43,4 100 100 101<br />
<strong>Leiden</strong> 23,2 25,9 28,5 100 108 119<br />
Lisse 25,8 26,9 28,8 100 104 112<br />
Noordwijk 43,2 46,1 48,9 100 107 113<br />
Noordwijkerhout 43,8 45,5 41,2 100 104 94<br />
Oegstgeest 45,2 47,6 45,6 100 105 101<br />
Rijnsburg 41,2 43,2 42,3 100 105 103<br />
Sassenheim 44,3 41,2 46,4 100 93 105<br />
Valkenburg 32,9 42,3 35,9 100 129 109<br />
Voorhout 48,2 50,9 50,6 100 106 105<br />
Voorschoten 6,4 6,6 10,4 100 103 163<br />
Warmond 53,9 48,6 52,9 100 90 98<br />
Bron: Kernanalyse Ziekenhuizen (Prismant) 2000, 1998, 1996<br />
Meer medewerkers<br />
Meer patiënten worden geholpen door meer ziekenhuismedewerkers. Omgerekend<br />
naar fulltime equivalent steeg het aantal medewerkers met 16%: van 632 fte in 1996<br />
naar 730 fte in 2000. Ruim vijf van de 16% komt voor rekening van de<br />
arbeidsduurverkorting (van 38 naar 36 uur) overeengekomen in de CAO van 1997.<br />
85 % van het personeel is vrouw en het merendeel, ruim 70%, werkt parttime. Het<br />
totaal aantal mensen in dienst van het ziekenhuis is inmiddels de duizend<br />
gepasseerd.<br />
De personeelsuitbreiding is gerealiseerd bij een steeds krapper wordende<br />
arbeidsmarkt. Het <strong>Diaconessenhuis</strong> blijkt een aantrekkelijke werkgever. Toch was het<br />
de laatste twee jaren niet voldoende om alle vacatures op tijd vervuld te krijgen. Ook<br />
het <strong>Diaconessenhuis</strong> is niet ontkomen aan gedwongen beddensluitingen en tijdelijke<br />
capaciteitsreducties. De ervaren hoge werkdruk, het oplopend ziekteverzuim en het<br />
groter personeelsverloop vormen daarnaast niet te negeren signalen.<br />
Ook de medische staf is verder uitgebreid. De interne geneeskunde, de orthopaedie,<br />
de kindergeneeskunde, de klinische farmacie, en de radiodiagnostiek werden<br />
versterkt. De geriatrie deed zijn intrede in het <strong>Diaconessenhuis</strong>.<br />
De basis van de medische microbiologie en klinische chemie werd verbreed door het<br />
aangaan van samenwerkingsverbanden met andere ziekenhuizen.
Tabel 3: Personeelsomvang<br />
Personeel 1996 1997 1998 1999 2000<br />
Aantal fte 632 635 677 690 730<br />
Patiëntgebonden afdelingen 455 455 490 501 535<br />
Niet patiëntgeb. Afdelingen 177 180 188 189 190<br />
Geïndexeerd<br />
Aantal fte 100 101 107 109 116<br />
Patiëntgebonden afdelingen 100 100 108 110 118<br />
Niet patiëntgeb.afdelingen<br />
Bron: begrotingen en jaarverslagen<br />
100 102 106 107 110<br />
Tabel 4: Ziekteverzuim (excl. zwangerschaps- en bevallingsverlof)<br />
Verzuimpercentage 1996 1997 1998 1999 2000<br />
<strong>Diaconessenhuis</strong> 5,0 6,0 6,0 7,2 7,5<br />
Ziekenhuizen landelijk 5,4 6,4 6,8 7,2 7,3<br />
Bron: begrotingen en jaarverslagen<br />
Andere zorg<br />
De verschuiving van klinische behandeling naar dagbehandeling en poliklinische<br />
behandeling heeft zich voortgezet. Bij de dagbehandeling heeft een inhaalslag<br />
plaatsgevonden. Het percentage dagopnamen steeg van 22 in 1996 naar 33 in 2000.<br />
Dat ligt nog iets onder het landelijk cijfer.<br />
De verdergaande verschuiving van klinisch naar poliklinische behandeling<br />
veroorzaakt een aanzienlijke toename van de zorgzwaarte van de opgenomen<br />
patiënten.<br />
De leeftijd van de opgenomen patiënten blijft onverminderd hoog, 40% is 65 jaar of<br />
ouder. Landelijk is dat 34%, terwijl de gemiddelde leeftijd van de bevolking in de<br />
regio relatief laag is.<br />
Dat de gemiddelde verpleegduur ondanks de intensievere patiëntenzorg en de hoge<br />
leeftijd van de patiëntenpopulatie jaar in jaar uit blijft dalen is indrukwekkend. In 2000<br />
was de gemiddelde verpleegduur 7,3 dagen. Landelijk was het gemiddelde 8,3.<br />
Op de polikliniek zijn spreekuren door gespecialiseerde verpleegkundigen in opmars:<br />
voor oncologie-, hartfalen-, diabetes mellitus-, en copd-patiënten. Een optometrist is<br />
werkzaam op de polikliniek oogheelkunde.<br />
Meer samenwerking<br />
Met de introductie van de Leidse verwijsmethodiek voor de polikliniek is de<br />
samenwerking met de huisartsen in de regio sterk verbeterd. De methodiek is een<br />
samenstel van combinatieafspraken, informatie over toegangstijden,<br />
urgentieroostering en feedback naar de huisarts, en wordt in het <strong>Diaconessenhuis</strong> bij<br />
alle specialismen toegepast. Landelijke erkenning kreeg de methodiek in 1999 met<br />
de Golden Helix Quality Award.
Met het Leids Universitair Medisch Centrum en het Rijnland ziekenhuis in Leiderdorp<br />
is een afspraak gemaakt over de verdeling van de zogenaamde routinezorg. De<br />
groei van deze routinezorg in de regio Zuid-Holland Noord wordt opgevangen door<br />
de twee perifere algemene ziekenhuizen, opdat het LUMC zijn academisch profiel<br />
kan versterken.<br />
Met het LUMC is bovendien een affiliatie-overeenkomst gesloten voor de opleiding<br />
van co-assistenten en eind 2000 is, via detachering vanuit het LUMC, de polikliniek<br />
radiotherapie begonnen.<br />
Samen met de Zorggroep Valent is met een zogenaamde stroke service gestart. Na<br />
een korte fase van diagnostiek en behandeling in het ziekenhuis worden CVA<br />
patiënten voor verdere revalidatie overgeplaatst naar het verpleeghuis.<br />
Met de thuiszorg participeert het ziekenhuis in verschillende transmurale projecten.<br />
Met de Valentgroep en de Stichting Rijn-, Duin- en Bollenstreek is een<br />
schakelafdeling voor verpleeghuispatiënten in voorbereiding.<br />
Meer voorzieningen<br />
In 1999 is na een lange aanloop de vervangende nieuwbouw van de<br />
verpleegafdelingen gestart. Daarin zijn ook opgenomen de apotheek, het<br />
pathologisch anatomisch laboratorium, de fysiotherapie en een deel van de civiele<br />
functies. Begin <strong>2001</strong> is de helft van de verpleegafdelingen verhuisd, midden 2002<br />
volgt de rest en eind 2002 moet het geheel worden afgerond.<br />
Naast dit vergunningplichtige bouwproject is een Lange Termijn Huisvestingsplan<br />
opgesteld met een overzicht van voorgenomen bouwplannen tot en met 2010.<br />
Inmiddels is een aantal projecten uitgevoerd. De ingrijpende renovatie van het<br />
klinische chemisch- en microbiologisch laboratorium springt daarbij het meest in het<br />
oog. Op de rol staan een renovatie van het D-gebouw (de zusterflat), de keuken, en<br />
uitbreiding en renovatie van de polikliniek.<br />
Meer automatisering<br />
Na opzegging door het LUMC van de samenwerking op het gebied van de<br />
automatisering is, na een intensieve selectieprocedure, de relatie met Hiscom als ZIS<br />
leverancier opnieuw bevestigd. Daarbij is ook gekozen voor het<br />
dienstverleningsmodel. Geen rekencentrum in het ziekenhuis, maar bij de ZISleverancier,<br />
inclusief het beheer en de ondersteuning. Daarmee is tevens de opzet<br />
en werkwijze van de dienst automatisering bepaald. In december 2000 heeft een<br />
bijna vlekkeloze migratie van het rekencentrum plaatsgevonden van het LUMC naar<br />
Hiscom.<br />
Bijna tegelijkertijd is de infrastructuur in het ziekenhuis grondig vernieuwd met de<br />
aanleg van een nieuw computernetwerk door het hele ziekenhuis. Voor de introductie<br />
van een elektronisch patiëntendossier is dit een belangrijke voorwaarde.<br />
Meer kwaliteit<br />
Goede sier maakte het ziekenhuis met het al eerder genoemde Leidse<br />
Verwijsproject. Inmiddels is het van project tot methodiek geworden en is er een<br />
voorzichtige start gemaakt met uitbreiding van de ondersteuning van huisartsen met<br />
behulp van informatietechnologie.<br />
Met de klachtenbemiddeling en klachtencommissie is een belangrijke stap gezet in<br />
het kwaliteitsbeleid van het ziekenhuis. Verschillende afdelingen zijn begonnen hun<br />
activiteiten zodanig te structureren dat resultaten getoetst en verbeteringen geborgd
kunnen worden. In een aantal gevallen met steun van het Kwaliteitsinstituut voor de<br />
Gezondheidszorg CBO.<br />
De afstemming van de verschillende verbeteractiviteiten in het ziekenhuis en<br />
presentatie van het “kwaliteitsprofiel” van het ziekenhuis is nog niet goed uit de verf<br />
gekomen.<br />
Meer geld<br />
Volgens het uitgangspunt van een functiegericht budgetteringsysteem zouden met<br />
de groei van het ziekenhuis ook de financiële middelen moeten groeien. In een<br />
periode van economische voorspoed is kostenbeperking echter steeds het leitmotiv<br />
van de overheid gebleven: Uitbreiding werd gefrustreerd door het bevriezen van de<br />
erkenningsbeschikking van ziekenhuizen in 1996. Ook de groeimogelijkheden van<br />
het aantal medisch specialisten werden gedempt door locale initiatieven een<br />
minimaal groeipercentage toe te staan: vaak nog geen procent per jaar.<br />
Met de nodige creativiteit, houtje-touwtje constructies, grijze afspraken met<br />
zorgverzekeraars, en met hulp van externe fondsen is de groei uiteindelijk<br />
gefinancierd.<br />
Het exploitatietotaal steeg van ruim 72 miljoen gulden in 1996 naar 90 miljoen gulden<br />
in 2000. Omdat de Reserve Aanvaardbare Kosten geen gelijke tred hield met het<br />
(variabele deel van het) budget is de vermogenspositie van het ziekenhuis, ook naar<br />
gezondheidszorgmaatstaven, krap.<br />
Eind 2000 is een aantal kostenbeperkende maatregelen door de overheid<br />
teruggedraaid. Daarmee is de financiële basis gelukkig verbeterd. De<br />
Samenwerkende Algemene Ziekenhuizen (SAZ), een samenwerkingsverband binnen<br />
de NVZ (vereniging van ziekenhuizen) van gelijkgezinde instellingen, met het<br />
<strong>Diaconessenhuis</strong> als één van de initiatiefnemers, heeft actief gelobbyd voor het<br />
intrekken van de beperkingen en een eerlijker verdeling van middelen over de<br />
ziekenhuizen.<br />
Bijna tegelijkertijd is een nieuw bekostigingssysteem aangekondigd voor 2003:<br />
financiering op basis van output, de Diagnose Behandel Combinatie (DBC).<br />
Tabel 5: Productie (1 e polikliniekbezoek, opnamen+dagopnamen) versus budget<br />
Productie versus budget 1996 1997 1998 1999 2000<br />
Eerste polikliniekbezoeken 42.323 43.977 45.401 48.919 49.938<br />
Opgenomen patiënten 12.556 13.382 13.666 14.306 14.947<br />
Budget x fl.1000 69.287 71.003 77.825 81.195 85.809<br />
Geïndexeerd<br />
Eerste polikliniekbezoeken 100 104 107 116 118<br />
Opgenomen patiënten 100 107 109 114 119<br />
Budget 100 102 112 117 124<br />
Bron: jaarverslagen<br />
Meer doelmatigheid
Ook wat betreft doelmatigheid betreft scoort het <strong>Diaconessenhuis</strong> goed. In de<br />
landelijke vergelijking met ziekenhuizen met een gelijk productieniveau is het<br />
kostenniveau in het <strong>Diaconessenhuis</strong> laag (MIP 1998-2000).<br />
Toch …. langer wachten<br />
Ondanks al onze inspanningen en de toegenomen capaciteit is de toegankelijkheid<br />
van de ziekenhuiszorg ook in onze regio achteruitgegaan. Mensen moeten langer<br />
wachten voor een bezoek aan de polikliniek, langer wachten voor een klinische<br />
behandeling, en acute patiënten kunnen niet altijd worden opgevangen. Daarmee is<br />
de kwaliteit van de gezondheidszorg in het geding.<br />
De teruglopende toegankelijkheid doet zich voor in de hele gezondheidszorg en<br />
knelpunten in de ene sector veroorzaken ook problemen in de ander. Patiënten<br />
moeten langer wachten, ook in het ziekenhuis, op een plaats in een verpleeghuis of<br />
op verzorging thuis (verkeerde bed patiënten). Tekort aan verloskundigen in de<br />
eerste lijn doet de patiëntenstroom naar het ziekenhuis toenemen. Ook de druk op<br />
huisartsen vergroot de toestroom naar de ziekenhuizen.<br />
De Inspectie voor de Gezondheidszorg volgt de zaak met argusogen, patiënten<br />
claimen zorg via de rechter, en de politiek lijkt zijn verantwoordelijkheid af te kopen<br />
door nu de geldkraan open te draaien.<br />
Samenvatting<br />
De periode 1996 tot en met 2000 kenmerkte zich door:<br />
- sterke groei van het aantal behandelde patiënten;<br />
- stijging van het marktaandeel in de regio van 28 naar 35%;<br />
- forse toename van het aantal medewerkers in een krapper wordende<br />
arbeidsmarkt;<br />
- uitbreiding van de medische staf (interne geneeskunde, orthopaedie,<br />
kindergeneeskunde, klinische farmacie en radiodiagnostiek);<br />
- introductie van de geriatrie;<br />
- aanhoudende verschuiving van klinische- naar ambulante zorg;<br />
- hoge gemiddelde leeftijd van de klinische patiëntenpopulatie;<br />
- aanhoudende daling van de gemiddelde verpleegduur;<br />
- inzet van gespecialiseerde verpleegkundigen op de polikliniek;<br />
- succesvolle introductie van de Leidse Verwijsmethodiek;<br />
- regionale afspraak over de opvang van de routine zorg;<br />
- omvangrijke bouwprojecten (vervangende nieuwbouw verpleegafdelingen,<br />
renovatie laboratoria);<br />
- vernieuwing van de ICT infrastructuur en succesvolle migratie van het ZIS;<br />
- voorzichtige start met het kwaliteitsbeleid;<br />
- krap eigen vermogen;<br />
- teruglopende toegankelijkheid van de gezondheidszorg.
Hoofdstuk 2 Ontwikkelingen en verwachtingen<br />
Grote toename van de vraag<br />
Demografie, technologie, consumptisme blijven de vraag naar gezondheidszorg<br />
bepalen. In opdracht van het <strong>Diaconessenhuis</strong> heeft Prismant een raming opgesteld<br />
voor de zorgvraag tot 2010 vanuit de regio Zuid-Holland Noord en de gevolgen voor<br />
het <strong>Diaconessenhuis</strong>. Uitgangspunt vormde de beschrijving van de<br />
zorgvraagontwikkeling in de periode 1996-1998. Er is rekening gehouden met de<br />
omvang en samenstelling van de bevolking, de zorgconsumptie in de regio, de<br />
autonome ontwikkelingen in de zorg en de regionale afspraken over de verdeling van<br />
de routinezorg.<br />
Geraamd wordt een toename van het aantal 1 e polikliniekbezoeken van ruim 50% in<br />
de periode tot 2010. Het aantal opnamen en dagopnamen blijft op het huidige<br />
niveau, met een duidelijke verschuiving naar de dagopnamen. De afspraak over de<br />
rolverdeling in de regio leidt van zelf tot een versterking van het marktaandeel (van<br />
35 naar 40%).<br />
Naast dit zuinige scenario is een scenario uitgewerkt, waarin het <strong>Diaconessenhuis</strong><br />
opteert voor een marktaandeel van 42%. In dit scenario groeit het aantal 1 e<br />
polikliniekbezoeken tot meer dan 80.000 per jaar in 2010 (een groei van 80%) en<br />
neemt het aantal opgenomen patiënten toe tot zo’n 17.000 per jaar, waarvan de helft<br />
dagopnamen. Het beeld voor de afzonderlijke specialismen is min of meer<br />
vergelijkbaar.<br />
Schaarste op de arbeidsmarkt<br />
De demografische ontwikkeling in Nederland leidt tot verhoudingsgewijs minder<br />
jongeren en dus minder schoolverlaters. Die schoolverlaters hebben ook nog eens<br />
minder belangstelling voor een baan in de gezondheidszorg. Het deeltijdwerken zal<br />
nog verder toenemen. De behoefte aan gezondheidszorgwerkers blijft groot. De<br />
arbeidsmarktsituatie wordt de komende jaren dus steeds benarder.<br />
Een teruglopende economie biedt wellicht nog enig soelaas. Een groot tekort aan<br />
artsen lijkt evenwel onafwendbaar. Het Capaciteitsorgaan heeft becijferd dat de<br />
opleidingscapaciteit voor huisartsen moet verdubbelen en voor medisch specialisten<br />
met 50% moet stijgen om in 2010 aan de vraag te kunnen voldoen. Het aantal<br />
basisartsen om deze opleidingsplaatsen te bezetten is niet toereikend. Opheffen van<br />
de numerus fixus en forse uitbreiding van de instroom van 1 e jaars studenten<br />
geneeskunde is noodzakelijk. Het hele opleidingstraject duurt echter acht tot veertien<br />
jaar!<br />
De schaarste op de arbeidsmarkt zal overigens niet alleen de ziekenhuizen treffen.<br />
Binnen de gezondheidszorg is het ziekenhuis nog een relatief aantrekkelijke<br />
werkplek.<br />
Hogere eisen<br />
Aan de dienstverlening in de gezondheidszorg worden hoge eisen gesteld.<br />
Klanten zijn mondiger, Elsevier publiceert ranglijsten met de beste ziekenhuizen en<br />
dagbladen geven inzicht in wachtlijsten per ziekenhuis.<br />
Het Regionaal Patiënten/Consumenten Platform pleit voor vraaggerichte zorg met<br />
transparantie van de organisatie van de zorgverlening, positieve bejegening,<br />
keuzevrijheid, mogelijkheid tot participatie, en adequate informatie voor de<br />
zorgvrager.
Wetenschappelijke verenigingen van de verschillende medisch specialismen<br />
bewaken de praktijkuitoefening van de beroepsgenoten strikter. De Inspectie voor de<br />
Gezondheidszorg toetst scherper en heeft aangekondigd het profiel van<br />
ziekenhuizen onderling te zullen vergelijken. Het wordt steeds duidelijker wie goed is<br />
en wie niet.<br />
Meer mogelijk met ICT<br />
In een "informatie-dichte" sector als de gezondheidszorg mag van de ondersteuning<br />
op het gebied van informatie- en communicatietechnologie het nodige verwacht<br />
worden. De huidige situatie wordt nog als “eilandautomatisering” betiteld. Met name<br />
de webtechnologie (internet) biedt mogelijkheden om informatie te ontsluiten.<br />
De overheid in spagaat<br />
Voor publieke diensten als veiligheid, onderwijs en gezondheidszorg heeft en houdt<br />
de overheid een verantwoordelijkheid. Met kostenbeheersing als voornaamste<br />
drijfveer heeft de overheid zich jarenlang bediend van het instrument van<br />
aanbodbeheersing om de collectieve lasten, waartoe de uitgaven voor de<br />
gezondheidszorg gek genoeg gerekend worden, te beteugelen. Met aan één kant de<br />
verantwoordelijkheid voor de toegankelijkheid van de gezondheidszorg en aan de<br />
andere kant het zelfopgelegde budgetregime is de overheid in een pijnlijke spagaat<br />
terechtgekomen.<br />
Onder druk van de publieke opinie en algemeen gesteund door de politiek heeft de<br />
overheid in 2000 de koers gewijzigd. Bezuinigingsmaatregelen, zoals het bevriezen<br />
van de erkenningsbeschikking van ziekenhuizen, zijn teruggedraaid, extra geld is<br />
vrijgemaakt voor het wegwerken van wachtlijsten en de uitbreiding van<br />
opleidingsplaatsen voor medisch specialisten, zelfstandige behandelcentra worden<br />
gedoogd, de introductie van een outputgericht financieringssysteem wordt sterk<br />
gestimuleerd, marktwerking in delen van de gezondheidszorg is aangekondigd en de<br />
rol van de verzekeraar als regisseur is opnieuw bevestigd. Jammer genoeg blijft de<br />
doolhof aan regels een handicap om woorden ook vlot in daden om te zetten.<br />
Hoelang deze nieuwe koers wordt aangehouden is de vraag. Na de<br />
Tweedekamerverkiezingen in 2002 zal men zich genoodzaakt voelen om te reageren<br />
op een teruglopende economie en de teugels weer aanhalen. Met alle gevolgen voor<br />
de toegankelijkheid vandien.<br />
Samenvatting<br />
De komende periode wordt verwacht:<br />
- een grote toename van de zorgvraag;<br />
- een schaarste op de arbeidsmarkt van gezondheidszorgwerkers, een groot tekort<br />
aan medisch specialisten;<br />
- striktere eisen aan de kwaliteit van de zorgverlening;<br />
- kansen op het gebied van de informatie- en communicatietechnologie;<br />
- de opkomst van zelfstandige behandelcentra;<br />
- aanpassing van het financieringssysteem (outputgericht);<br />
- onzekere politieke koers.
Hoofdstuk 3 Visie en strategie van het <strong>Diaconessenhuis</strong><br />
Visie<br />
De hieronder geformuleerde ambitie van het <strong>Diaconessenhuis</strong> borduurt voort op de<br />
visie uit 1996. Meer nadruk is gelegd op de kwaliteit van de zorgverlening, het<br />
aantrekkelijk zijn voor personeel en innovatie.<br />
► Het <strong>Diaconessenhuis</strong> is een algemeen ziekenhuis met een duidelijke rol in de<br />
regio.<br />
► De zorg die wordt geboden is voor iedereen toegankelijk, voldoet kwalitatief aan<br />
professionele maatstaven, en is klantgericht en patiëntvriendelijk.<br />
► Het ziekenhuis heeft een eigen identiteit, voert een innovatief beleid, en is<br />
aantrekkelijk voor medewerkers.<br />
Strategie<br />
Met de situatie van nu als uitgangspunt en rekening houdend met de verwachte<br />
ontwikkelingen geeft de strategie in grote lijnen aan hoe het <strong>Diaconessenhuis</strong> zijn<br />
ambities denkt te verwezenlijken.<br />
Blijven groeien<br />
Door te (blijven) groeien kan het <strong>Diaconessenhuis</strong> zijn rol in de regio waar maken en<br />
verstevigen. De afgelopen beleidsperiode is dat een goede strategie gebleken. Ook<br />
de komende jaren vormt geleidelijke groei de beste basis om kwaliteit te leveren. De<br />
verwachte zorgvraag uit de regio biedt meer dan voldoende perspectief.<br />
Magneetziekenhuis zijn<br />
De ziekenhuiszorg toegankelijk houden voor iedereen in de regio wordt de grote<br />
uitdaging voor de komende jaren. Voldoende personeel is de kritische succesfactor.<br />
Alleen als 'magneetziekenhuis', dat wil zeggen: als een magneet aantrekkingskracht<br />
uitoefenen op potentiële personeelsleden, kan het ziekenhuis verder groeien en de<br />
bevolking in de regio zo goed mogelijk blijven bedienen.<br />
Eigen identiteit<br />
In zijn specifieke identiteit onderscheidt het <strong>Diaconessenhuis</strong> zich van andere<br />
zorgaanbieders. Belangrijke waarden en normen zijn: respectvolle bejegening, oog<br />
hebben voor de belangen van anderen, persoonlijke benadering van patiënten en<br />
medewerkers onderling, maatschappelijk verantwoord ondernemen (met oog voor de<br />
zwakken in de samenleving), integriteit, zorgvuldigheid en professionaliteit.<br />
De eigen cultuur met de korte lijnen moet behouden blijven.<br />
Kwaliteit leveren en laten zien<br />
De enorme vraag naar gezondheidszorg maakt de verleiding groot om kwantiteit<br />
boven kwaliteit te stellen. Aan de kwaliteit van onze patiëntenzorg zal echter geen<br />
concessie worden gedaan. Wij zullen ook laten zien hoe goed wij zijn. Niet om de
Inspectie tevreden te stellen, maar om onze klanten inzicht te geven, en onze<br />
medewerkers te motiveren.<br />
Innoveren<br />
Aantrekkelijk en goed blijven lukt alleen als de organisatie zich continu ontwikkelt.<br />
Leren leren, nieuwe mogelijkheden ontdekken en uitwerken. Het succes van het<br />
Leidse verwijsproject smaakt naar meer. Ook de nieuwe mogelijkheden op het<br />
gebied van informatie- en communicatietechnologie kunnen ons helpen de<br />
zorgverlening te vernieuwen. Een en ander vereist wel enige financiële armslag.<br />
Samenwerking<br />
Ons terdege realiserend dat het ziekenhuis slechts een schakel vormt in de zorg voor<br />
de bevolking in de regio, is het vanzelfsprekend dat afstemming met onze partners in<br />
de zorg blijvend een hoge prioriteit verdient. Daar wordt iedereen beter van.<br />
Over het algemeen is de omvang van de ziekenhuisorganisatie voldoende om onze<br />
doelstellingen te verwezenlijken, op onderdelen is het echter noodzakelijk de basis<br />
door middel van samenwerkingsverbanden te verstevigen. Dat kan zowel<br />
horizontaal, met de ziekenhuizen in de regio, als verticaal, met thuiszorg, verpleeg-<br />
en verzorgingshuizen. De huisartsen blijven onze belangrijkste partners.<br />
Organisatieontwikkeling<br />
Meer patiënten behandelen, kwaliteit leveren en laten zien, en innoveren, bijna al<br />
deze doelstellingen beïnvloeden de manier waarop het ziekenhuis is georganiseerd.<br />
De ingezette lijn van het lager in de organisatie leggen van taken, bevoegdheden en<br />
verantwoordelijkheden lijkt nog steeds de juiste weg. De rol van de professionals in<br />
de ziekenhuisorganisatie moet verder uitkristalliseren.<br />
Verder bouwen<br />
De vervangende nieuwbouw van het beddenhuis geeft het ziekenhuis meer elan. De<br />
renovatie en uitbreiding van andere bouwdelen, zoals de polikliniek en het Dgebouw,<br />
zijn noodzakelijke verbeteringen. Het komt niet alleen de uitstraling van het<br />
ziekenhuis ten goede maar is essentieel voor goede arbeidsomstandigheden en ook<br />
goede patiëntenzorg.<br />
Gezonde financiële positie<br />
Onveranderd blijft ons streven naar een ook financieel gezonde organisatie. De<br />
marges zijn nog steeds gering. Verbetering van de vermogenspositie van het<br />
ziekenhuis is noodzakelijk voor de continuïteit.
Deel ll<br />
Hoofdstuk 4 Uitwerking<br />
In dit deel zijn de algemene beleidsvoornemens voortkomend uit de visie en strategie<br />
uitgewerkt naar zo concreet mogelijke activiteiten.<br />
4.1 Blijven groeien<br />
Het ziekenhuis streeft naar een aandeel van 38% in de regionale patiëntenstroom in<br />
2005 en 42% in 2010. Aan het patiëntenaanbod zal het niet liggen. Voldoende en<br />
gemotiveerde ziekenhuismedewerkers en medisch specialisten vormen de sleutel tot<br />
succes. Een goed ziekenhuis trekt goede artsen, goede verpleegkundigen en ander<br />
personeel. Het is de rode draad in dit <strong>beleidsplan</strong>.<br />
De groei die wij nastreven zal overigens niet voldoende zal zijn om de lange wacht-<br />
en toegangstijden te laten verdwijnen.<br />
4.2 Magneetziekenhuis zijn<br />
Voldoende dokters en personeel, daar draait het om. Het is overigens niet te<br />
voorkomen dat wij op de arbeidsmarkt concurreren met andere zorginstellingen. De<br />
onderlinge verhoudingen komen hierdoor wellicht onder druk te staan.<br />
Mobiliteit en opleiding<br />
Een goede werkgever heeft oor voor de wensen en noden van het personeel, en<br />
draagt zorg voor voldoende mobiliteit en ontplooiingsmogelijkheden. Van personeel<br />
wordt een brede inzetbaarheid verwacht en een eigen verantwoordelijkheid bij het op<br />
peil houden van kennis en vaardigheden.<br />
De mobiliteitsgedachte wordt gestimuleerd door onder meer actieve deelname in het<br />
in <strong>2001</strong> opgerichte mobiliteitscentrum Care-point. Waar mogelijk zullen collegiale<br />
doorlening, detachering, tijdelijke projecten elders worden bevorderd.<br />
Een samenhangend opleidingsbeleid zal mobiliteit en ontplooiing kunnen<br />
ondersteunen. De opleidingskennis is nu verspreid over het ziekenhuis (kliniek, OK,<br />
IC/CCU, radiologie, polikliniek, P&O).<br />
Recent is ook een affiliatie-overeenkomst gesloten met het LUMC voor de opleiding<br />
van co-assistenten. Indien de gelegenheid zich voordoet zullen ziekenhuis en<br />
medische staf ook de opleiding voor medisch specialisten ondersteunen. Dit alles<br />
behoeft professionalisering van de opleidingsfunctie.<br />
Goede arbeidsomstandigheden<br />
Goede arbeidsomstandigheden zijn onontbeerlijk voor gemotiveerd personeel. Een<br />
actiever signaleringssysteem van knelpunten, een groter budget om knelpunten op te<br />
lossen en het geven van meer inhoud en bekendheid aan het arbozorgsysteem<br />
(arbodienst, arbocoördinator, arbocommissie, VGWM-commissie) leiden tot een<br />
verbetering van de arbeidsomstandigheden.<br />
Een en ander behelst ook goed werkoverleg, functioneringsgesprekken, en andere<br />
vormen van coaching, inspraak en sturing. De leidinggevenden zullen nadrukkelijker<br />
worden gewezen op hun verantwoordelijkheid voor kwaliteit en het functioneren van<br />
hun medewerkers. Zij moeten er voor zorgen dat talenten optimaal worden benut.<br />
Gerichte scholing van talentvolle medewerkers is onderdeel van dat<br />
talentenmanagement. Door een "leeftijdsbewust" personeelsbeleid blijven ook
oudere medewerkers gemotiveerd. Goede arbeidsomstandigheden leiden tot minder<br />
verzuim en snellere werkhervatting. Op innovatieve en creatieve wijze zal aandacht<br />
worden besteed aan verzuimbeheersing en reïntegratie. Het streven is het<br />
ziekteverzuimpercentage terug te brengen van 7,5% in 2000 naar 6,5% in 2005.<br />
Modern belonen<br />
De aantrekkingskracht van een ziekenhuis wordt voor een deel bepaald door het<br />
beloningspakket dat medewerkers wordt geboden. Dit geldt ook voor het behoud van<br />
de medewerkers. Daarom zal aandacht worden besteed, binnen de mogelijkheden<br />
van de CAO, aan een aantrekkelijk beloningssysteem binnen de beschikbare<br />
(financiële) middelen, gekoppeld aan functionerings- en beoordelingsgesprekken.<br />
Werving<br />
Kansrijke doelgroepen voor de werving zijn herintredende vrouwen en mensen uit<br />
minderheidsgroeperingen. Ook alternatieve wervingsmethoden via diverse<br />
communicatiekanalen zullen worden benut.<br />
Soms doet de gelegenheid zich voor om meer mensen aan te trekken dan strikt<br />
noodzakelijk. Boventallige personeelsformatie biedt de mogelijkheid om mensen<br />
tijdelijk te detacheren of in te zetten voor (zorgvernieuwings)projecten. Een over het<br />
algemeen zeer gewaardeerde kans om de horizon te verbreden.<br />
Uitbreiding van de medische staf<br />
In het genoemde groeiscenario behoeft bijna de gehele medische staf in de periode<br />
tot 2010 uitbreiding. Op de korte termijn zullen de maatschappen anesthesiologie,<br />
cardiologie, chirurgie en gynaecologie uitbreiden. De knelpunten zijn daar het<br />
grootst. Ook de balans in de medische staf is gediend met deze uitbreidingen. Op de<br />
wat langere termijn komen oogheelkunde, orthopaedie en de interne geneeskunde<br />
voor uitbreiding in aanmerking. Ook de ondersteunende vakken zullen moeten<br />
groeien: pathologische anatomie, medische microbiologie, psychologie en klinische<br />
farmacie.<br />
Nagedacht moet worden over de mogelijkheden om eerder dan feitelijk misschien<br />
noodzakelijk al extra specialisten aan te trekken.<br />
4.3 Eigen identiteit<br />
In zijn specifieke identiteit onderscheidt het <strong>Diaconessenhuis</strong> zich van andere<br />
zorgaanbieders. Om duidelijk te maken waar wij voor staan zullen wij een<br />
gedragscode ontwikkelen die aangeeft op welke waarden en normen het ziekenhuis<br />
aangesproken wenst te worden en hoe medewerkers met elkaar omgaan.<br />
4.4 Kwaliteit<br />
Zorg verlenen die toetsbaar goed is, is van levensbelang voor het ziekenhuis. Naar<br />
de patiënten toe is het een evidente verplichting om ons in te spannen om de best<br />
mogelijke zorg te verlenen. Ook potentiële medewerkers zullen zich in de keuze voor<br />
het ziekenhuis laten leiden door zichtbare kwaliteit.<br />
Het kwaliteitsbeleid in ziekenhuizen ontwikkelt zich stap voor stap. Na de groots<br />
opgezette projecten, die veelal een aparte organisatie naast de bestaande<br />
betekenden, is er nu meer aandacht voor het veranderingsaspect dat kwaliteit met<br />
zich mee brengt. Korte en overzichtelijke acties moeten het draagvlak creëren voor<br />
verdere implementatie.
Continu bezig zijn met verbeteren en leren is vooral een attitude-kwestie. Op vele<br />
afdelingen in het ziekenhuis wordt resultaat geboekt, maar het is lastig gebleken het<br />
geheel in een structuur onder te brengen en te borgen.<br />
Met steun van het Kwaliteitinstituut CBO zal de ziekenhuiskwaliteitscommissie zich<br />
verder bekwamen in de begeleiding en coördinatie van deze verbeteractiviteiten.<br />
De kwaliteitscommissie van de medische staf zal het kwaliteitsbeleid van<br />
maatschappen en vakgroepen toetsen, onder meer aan de hand van <strong>beleidsplan</strong>nen,<br />
jaarverslagen, complicatieregistraties en visitatierapporten.<br />
Tegelijkertijd zal een dynamisch profiel van kwaliteitsindicatoren worden ontwikkeld<br />
voor zowel intern gebruik als externe verantwoording. In het profiel bestaat een<br />
balans tussen verschillende kwaliteitsaspecten: het klantenperspectief, het interne<br />
proces, innovatie en financiën. Het eerste profiel is medio 2002 beschikbaar.<br />
4.5 Innoveren<br />
Meer in dagbehandeling<br />
Op het gebied van de dagbehandeling is het <strong>Diaconessenhuis</strong> nog geen koploper.<br />
De afgelopen jaren heeft een inhaalslag plaatsgevonden, maar er kan nog meer.<br />
Dagbehandeling is vaak minder belastend en prettiger voor de patiënt, de kans op<br />
hospitalisatie is gering en het vergroot de behandelcapaciteit van het ziekenhuis.<br />
Omdat in het huidige financieringssysteem dagbehandeling voor het ziekenhuis geen<br />
aantrekkelijke variant is, zullen zorgverzekeraars dit streven ook moeten<br />
ondersteunen. Het ziekenhuis streeft naar minimaal het landelijk gemiddelde<br />
percentage dagbehandelingen in 2005.<br />
Korte verpleegduur<br />
De gemiddelde verpleegduur is al kort, maar zal nog verder dalen, ondanks het<br />
toenemend aantal dagbehandelingen. Het organiseren van de nazorg is voor het<br />
realiseren van deze doelstelling van groot belang. Het behoort ook tot onze<br />
verantwoordelijkheid. In veel gevallen zal dat in samenwerking met andere partners<br />
in de zorg geregeld moeten worden (transmurale zorg).<br />
Verschuiving van taken<br />
Vanwege het dreigende tekort aan medisch specialisten zal waar mogelijk gebruik<br />
gemaakt worden van nurse-practitioners, specialistische verpleegkundigen en<br />
verloskundigen. Met name bij patiënten met chronische aandoeningen zal nog meer<br />
dan nu de gespecialiseerde verpleegkundige de begeleiding overnemen van<br />
medisch specialisten.<br />
Extra aandacht voor de oudere patiënt<br />
De vergrijzende patiëntenpopulatie zowel op de polikliniek als in het ziekenhuis<br />
behoeft een specifieke aanpak. De kennis is in huis, en het specialisme geriatrie<br />
moet zich nu verder ontwikkelen. Dat betekent scholing, aandacht voor specifieke<br />
problemen als verwardheid, incontinentie, multi farmaca, ondervoeding en decubitus,<br />
en preventieactiviteiten om zoveel mogelijk problemen vroegtijdig te signaleren. Met<br />
andere woorden: meer kwaliteit.<br />
Het ziekenhuis zal ook participeren in het regionaal geriatrisch netwerk in de regio,<br />
waardoor ook andere instellingen en zorgverleners gebruik kunnen maken van de<br />
aanwezige kennis en kunde.
Aanpak van de verkeerde-bed-problematiek.<br />
Door tekorten elders in de gezondheidszorg wacht een groot aantal patiënten in het<br />
ziekenhuis op een plaats in een verzorgings- of verpleeghuis, of op hulpverlening<br />
thuis. Het ziekenhuis is voor deze zogenaamde verkeerde-bed-patiënten niet de<br />
juiste plaats voor de juiste zorg.<br />
De ziekenhuiscapaciteit wordt door deze "lange liggers" bovendien ernstig<br />
gereduceerd. Zo'n 500 patiënten per jaar kunnen om deze reden niet worden<br />
opgenomen.<br />
In samenwerking met verpleeghuizen worden alternatieven bedacht zoals een<br />
schakelunit (tussen ziekenhuis en verpleeghuis in). In 2002 moeten de plannen voor<br />
zo'n schakelunit zijn uitgewerkt.<br />
Betere patiënteninformatie<br />
Samen met patiëntenverenigingen zullen meer inloopspreekuren worden<br />
georganiseerd. Zij voorzien in de behoefte van patiënten aan contact met lotgenoten<br />
en vormen een goede aanvulling op de patiëntenvoorlichting door het ziekenhuis.<br />
Beter gebruik van informatie- en communicatietechnologie<br />
Informatietechnologie speelt een grote rol bij de ondersteuning van diverse<br />
processen binnen en buiten het ziekenhuis.<br />
In <strong>2001</strong> wordt een nieuw computernetwerk in het ziekenhuis in gebruik genomen.<br />
Nieuwe kantoorautomatisering gaat werk uit handen nemen.<br />
Een goede stap wordt gemaakt met het elektronisch patiëntendossier (Mirador van<br />
Hiscom). Het voor bevoegde artsen en medewerkers op alle plekken beschikbaar zijn<br />
van alle patiëntengegevens levert grote voordelen op. Zowel de kwaliteit van de<br />
zorgverlening als de doelmatigheid van het bedrijfsproces verbeteren. Medio 2002<br />
moet Mirador in het hele ziekenhuis beschikbaar zijn.<br />
De digitalisering van beelden doet zijn intrede in het ziekenhuis en zal het draagvlak<br />
voor het elektronisch patiëntendossier vergroten. In 2002 zal gestart worden met het<br />
digitaliseringsproces op de radiologieafdeling. Met spraakherkenning zal, in eerste<br />
instantie op beperkte schaal, geëxperimenteerd worden.<br />
De informatievoorziening naar huisartsen zal verbeteren met de introductie van het<br />
elektronisch patiëntendossier. Huisartsen krijgen naast laboratorium- en radiologieuitslagen<br />
nu, in 2003 de meeste correspondentie per mail. Met ICT, met name de<br />
webtechnologie, zal ook de inbreng van de huisartsen in de Leidse verwijsmethodiek<br />
verbeteren. De papieren informatie-uitwisseling belemmert nu verdere uitbreiding.<br />
Aanpassen van de communicatie<br />
De ICT heeft ook de manier van communiceren enorm veranderd. Internet is niet<br />
meer weg te denken. Er komt een communicatieplan voor alle in- en externe uitingen<br />
van de organisatie. Ook de patiëntenvoorlichting is onderdeel van het plan.<br />
Een Zelfstandige Behandelcentrum<br />
De overheid laat zogenaamde Zelfstandige Behandelcentra (ZBC), ofwel privé<br />
klinieken, toe op de Nederlandse markt en de lokale zorgverzekeraar heeft<br />
aangegeven verzekerden de toegang tot deze behandelcentra niet te willen<br />
ontzeggen. Daarmee krijgen alternatieve aanbieders ook in deze regio de kans de<br />
krenten uit de pap te eten: Alleen de lucratieve behandelingen worden aangeboden,<br />
met name in de oogheelkunde en orthopaedische chirurgie. Het ziekenhuis heeft de
mogelijkheden om dezelfde behandelingen aan te bieden en bezit zelfs betere<br />
faciliteiten, maar wordt belemmerd door de strikte regelgeving. Indien nodig zal het<br />
<strong>Diaconessenhuis</strong> een eigen ZBC oprichten om de bevolking in de regio te bedienen.<br />
4.6 Samenwerking<br />
Samenwerking met de huisartsen<br />
Op allerlei terrein zal het ziekenhuis de samenwerking met de huisartsen blijven<br />
stimuleren. Het Leidse Verwijsproject heeft de samenwerking verbeterd, maar er zijn<br />
nog vele andere mogelijkheden: op het gebied van de informatie- en<br />
communicatietechnologie, facilitaire ondersteuning, ondersteuning van de<br />
doktersdiensten buiten kantooruren, etc.<br />
Samenwerking met ziekenhuizen<br />
De ziekenhuizen in de regio trekken steeds meer gezamenlijk op. In de Regionale<br />
Commissie Gezondheidszorg en naar zorgverzekeraars bijvoorbeeld. Op<br />
verschillende onderdelen of vakgebieden zijn inmiddels verschillende<br />
samenwerkingsvormen ontstaan. Op het gebied van opleidingen zal de relatie met<br />
het LUMC worden geïntensiveerd.<br />
Transmurale zorg<br />
Voor een groot aantal patiëntengroepen is de ziekenhuisbehandeling slechts een<br />
onderdeel van de totale zorgverlening. Het is belangrijk de zorg onderling af te<br />
stemmen. Aardige resultaten zijn bereikt, maar het moet nog beter. De zorg voor<br />
psychogeriatrische patiënten kan worden geoptimaliseerd door het ontwikkelen van<br />
uniforme werkwijzen. Datzelfde geldt voor patiënten met een heupfractuur.<br />
Het vereenvoudigen van (administratieve) procedures is een belangrijk<br />
aandachtspunt.<br />
4.7 Organisatieontwikkeling<br />
Managementparticipatie medisch specialisten<br />
De integratie van medisch specialisten in de ziekenhuisorganisatie en de<br />
verdergaande decentralisatie van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden,<br />
beïnvloeden de ziekenhuisorganisatie. Een dynamische organisatievorm is nodig om<br />
de genoemde ontwikkelingen in te vatten. Radicale structuurveranderingen worden<br />
de komende jaren niet voorzien. Wel komt er meer ruimte voor kleinschalige<br />
initiatieven op het gebied van participatie van medisch specialisten. Waar<br />
specialisten nu al deelnemen in het management (poliklinieken, radiologie,<br />
laboratoria, apotheek) komt meer helderheid over de leidinggevende structuur.<br />
Belangrijk is de beschikbaarheid van managementinformatie.<br />
Functiedifferentiatie verpleegkundigen<br />
De opleiding van verpleegkundige en verzorgende beroepen is geherstructureerd. Er<br />
is nu een samenhangend stelsel met vijf kwalificatieniveaus. Binnenkort zullen de<br />
eerste verpleegkundigen uit de nieuwe opleidingen stromen. De bemensing van de<br />
verpleegafdeling met deze anders gekwalificeerde verpleegkundigen wordt<br />
uitgewerkt in het project functiedifferentiatie. De invoering van de nieuwe<br />
afdelingsprofielen zal een aantal jaren in beslag nemen in verband met de scholing<br />
van de zittende medewerkers.
Vorming van een facilitaire dienst<br />
Aanpassingen in de structuur en werkwijze van de Technische dienst, bezinning op<br />
een nieuwe structuur bij de Civiele dienst ingegeven door personeelskrapte, en meer<br />
aandacht voor de totale goederenstroom (inkoop, magazijn en intern transport) zijn<br />
de aanleiding om de vorming van één facilitaire dienst te overwegen. Het moet leiden<br />
tot betere afstemming en samenwerking tussen de verschillende<br />
organisatieonderdelen. De oprichting van een combineerde servicebalie leidt<br />
inmiddels al tot een betere dienstverlening.<br />
4.8 Huisvesting en facilitaire dienstverlening<br />
Bouw<br />
De vervangende nieuwbouw van de verpleegafdelingen (inclusief apotheek,<br />
pathologisch anatomisch laboratorium en de afdeling fysiotherapie) bepaalde de<br />
afgelopen jaren voor een belangrijk deel de inzet van zowel technische als civiele<br />
dienst. Ook de komende jaren zullen bouwprojecten de agenda bepalen. Naast het<br />
afronden van de vervangende nieuwbouw eind 2002, staan diverse grootschalige<br />
projecten uit het Lange Termijn Huisvestingsplan op de rol:<br />
- uitbreiding en renovatie van de polikliniek en functieafdeling;<br />
- renovatie van de keuken en het restaurant;<br />
- renovatie van het centrale magazijn en de goederenontvangst;<br />
- renovatie van de binnen en buitenkant van het D-gebouw.<br />
In 2002 zal het genoemde Lange Termijn Huisvestingsplan geactualiseerd moeten<br />
zijn. Bij deze actualisatie staat centraal de terugtredende overheid en uitbreiding van<br />
de meldingsregeling. Nieuwe wetgeving op dit gebied zal waarschijnlijk in 2002 van<br />
kracht worden.<br />
Onderhoud gebouwen en apparatuur<br />
Voor het onderhoud van de gebouwen zullen Lange Termijn Onderhoudsplannen<br />
gemaakt worden ten behoeve van instandhouding, inrichting en schoonmaak, opdat<br />
mensen en middelen beter ingezet kunnen worden. Het onderhoudschema van de<br />
nieuwbouw moet hierin worden opgenomen.<br />
Een preventief onderhoudsplan voor alle apparatuur is noodzakelijk om risico's van<br />
uitval en defecten te verminderen. Het is onderdeel van de kwaliteitsbewaking.<br />
Een groot deel van de apparatuur is reeds in kaart gebracht. In 2002 moet er een<br />
volledig beeld zijn van de beschikbare apparaten. De informatie is tevens van belang<br />
voor het up to date houden van de onderhoudscontracten, en als steun bij het<br />
opstellen van de investeringsbegrotingen.<br />
Bedrijfsvergelijking facilitaire dienstverlening<br />
Steeds klinkt de vraag of het niet goedkoper is bepaalde diensten uit te besteden.<br />
Met enige regelmaat zullen kostenvergelijking worden gemaakt tussen eigen en<br />
externe dienstverlening. Allereerst zal de bereiding van de voeding en de<br />
voedingsdistributie onder de loep genomen worden. Daarbij zal ook gekeken worden<br />
naar andere mogelijkheden om de kosten te drukken, bijvoorbeeld samenwerking<br />
met andere instellingen of de inkoop van halffabrikaten.<br />
Beveiliging, veiligheid en milieu
Op het gebied van beveiliging, veiligheid en milieu zijn de taken, bevoegdheden en<br />
verantwoordelijkheden verspreid door de organisatie. Er komt een<br />
bedrijfsbeveiligingsplan, waar taken en bevoegdheden duidelijker in geregeld zijn.<br />
Onderdelen van dat plan zijn: beveiligings- en rampenplan, gebouwbeheerssysteem,<br />
toegangscontrole en sleutelbeheer.<br />
Het milieuzorgplan uit 1999 zal geactualiseerd worden.<br />
4.9 Gezonde financiële positie<br />
Er zal altijd een schaarste aan geld in de zorg blijven bestaan. Dat het laatste jaar de<br />
financiële krapte minder nijpend is geworden doet daar niets aan af.<br />
Bij het financieel economisch beleid zal het de kunst zijn om in de komende periode,<br />
evenals dat in het verleden het geval was, de groeidoelstelling van het ziekenhuis<br />
mogelijk te maken, zonder afbreuk te doen aan de kwaliteit van de dienstverlening.<br />
Voorwaarde is een structureel kostendekkende exploitatie. Alleen zo komt de<br />
continuïteit van de organisatie niet in gevaar.<br />
Betere vermogenspositie<br />
Door de toenemende onzekerheden is het noodzakelijk de buffer van het eigen<br />
vermogen te vergroten om eventuele financiële tegenvallers beter op te kunnen<br />
vangen. Het eigen vermogen moet groeien van 5% van het risicodragend deel van<br />
het ziekenhuisbudget naar 8% in 2005. Ook het Waarborgfonds voor de Zorgsector<br />
hanteert dit percentage als norm voor een redelijke buffer.<br />
Andere rol voor de Administratieve dienst<br />
Omdat zowel het ziekenhuis als de buitenwereld steeds gecompliceerder wordt, is<br />
ervoor gekozen taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden lager in de<br />
organisatie te leggen. Dat geldt ook voor financiële verantwoordelijkheden. De<br />
Adminstratieve dienst zal naast de traditionele registratietaken ook een signalerende,<br />
adviserende en begeleidende rol krijgen.<br />
Europese ontwikkelingen<br />
De Euro zal in 2002 de gulden vervangen. Dit betekent meer dan een simpele<br />
omrekening. In projectvorm zijn de nodige voorbereidingen getroffen, zowel<br />
technisch als administratief, om klaar te zijn voor de overgang per 1 januari 2002.<br />
Het lijkt verstandig om ervanuit te gaan dat het Nederlandse gezondheidszorgstelsel<br />
steeds meer zal convergeren naar een Europees model. Dat betekent meer spelers<br />
op het veld (buitenlandse verzekeraars en patiënten) en grotere onzekerheid<br />
(patiënten naar het buitenland).<br />
Introductie van Diagnose Behandelcombinaties (DBC's)<br />
Aangekondigd is de introductie van het DBC-systeem als bekostigingssysteem in<br />
2003. Het ziekenhuis werkt in de tweede koplopergroep mee aan de samenstelling<br />
en inhoud van de DBC's door vooruitlopend op de officiële invoering al per 1 juli <strong>2001</strong><br />
DBC's te registreren. Te zijner tijd zullen er "vrije" onderhandelingen plaats vinden<br />
over prijs, volume en kwaliteit. Gezien de toenemende zorgvraag, de krapte in het<br />
aanbod en de doelmatige bedrijfsvoering, verwachten wij dat het systeem niet<br />
onvoordelig voor het <strong>Diaconessenhuis</strong> zal uitpakken.<br />
Begeleiding bouwprojecten
De omvangrijke bouwagenda, de grotere vrijheid voor het ziekenhuis en daarmee<br />
samenhangend de grotere financiële onzekerheid bij die bouwprojecten, noopt tot<br />
strikte financiële begeleiding.