Untitled - Holland Historisch Tijdschrift
Untitled - Holland Historisch Tijdschrift
Untitled - Holland Historisch Tijdschrift
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Thomas H. von der Dunk<br />
<strong>Holland</strong>se Herleving rond Amsterdam.<br />
De terugkeer van de Gouden Eeuw in de architectuur van<br />
noordelijk <strong>Holland</strong> aan het einde van de 18e eeuw<br />
In de laatste decennia van de 18e eeuw doet zich binnen diverse takken van de Nederlandse<br />
cultuur een opvallend verschijnsel voor. Er is sprake van een nieuw nationaal bewustzijn,<br />
dat zich uit in een afkeer van de heersende, als gedegenereerd en decadent beschouwde<br />
Franse smaak en mode. 1<br />
In een streven om de Republiek tijdens de gloriejaren van de Gouden<br />
Eeuw te evenaren, tracht men aan te sluiten bij de kunst uit die hoogtijdagen. Men<br />
bespeurt die tendens op het gebied van de schilderkunst, waar typisch '<strong>Holland</strong>se' categorieën<br />
als genretafereeltjes en landschappen een duidelijke herwaardering ondervinden. 2<br />
Men ziet het in de tuinarchitectuur, waar men afstand neemt van de internationale exotische<br />
mode en men hetzelfde typisch <strong>Holland</strong>se landschap met groene weiden en grazende koeien<br />
nu ook in parkvorm bij buitenhuizen tracht te realiseren. 3<br />
En men ziet het ook in de bouwkunst,<br />
waar de sjieke 'Franse' Lodewijk XV-stijl - de rococo - met zijn uitbundige natuursteengebruik<br />
en wulps-weelderige decoraties geleidelijk plaats maakt voor een meer ingetogen<br />
bouwtrant, die direct teruggrijpt op het <strong>Holland</strong>se classicisme van Pieter Post en<br />
Jacob van Campen uit het midden van de 17e eeuw, en vooral op de strakkere stijl van de<br />
Amsterdamse stadsbouwmeester Daniël Stalpaert (1615-76) die daarop volgde. Dit hield in<br />
dat men terugkeerde naar het klassieke ordenapparaat, 4<br />
zij het met name waar de trant van<br />
Daniël Stalpaert model stond, in zijn meer gereduceerde vorm, hetgeen betekent: in de regel<br />
beperkt tot een enkel element daaruit. Deze tendens, die men als <strong>Holland</strong>se Herleving zou<br />
kunnen omschrijven, onderscheidt zich door een viertal karakteristieken: veel baksteen,<br />
weinig ornament, een hoog schilddak en een prominent fronton.<br />
Amsterdam zou een belangrijke rol spelen bij de verbreiding van deze <strong>Holland</strong>se Herleving<br />
over de noordelijke helft van het gewest <strong>Holland</strong>, zowel waar het de opdrachtgever als<br />
waar het de ontwerper betrof. Ook in Amsterdam waren grachtengevels nog in het tweede<br />
kwart van de 18e eeuw gekenmerkt door een overdaad aan ornamentiek van een weinig klassieke<br />
en tevens weinig inheemse soort. 5<br />
Het was in de ogen van de verlichte geesten in het<br />
derde kwart van die eeuw overal verval wat de klok sloeg: Franse import, gedachteloze naaperij.<br />
Deze 'Nieuwe Zwier' was voor hen het symbool van de morele en materiële neergang<br />
van de Republiek, van een land geregeerd door vadsige zelfzuchtige stedelijke regenten en<br />
1 Zie N.C.F. van Sas, 'Voor vaderland en oudheid. Het klassieke paradigma in de laat achttiende-eeuwse Republiek',<br />
in: F. Grijzenhout en C. van Tuyll van Serooskerken (red.), Edele Eenvoud. Neo-classicisme in Nederland<br />
1765-1800, tentoonstellingscatalogus Frans Halsmuseum Haarlem (Zwolle 1989) 14-15.<br />
2 Zie E. Koolhaas-Grosveld, 'Nationale versus goede smaak. Bevordering van nationale kunst in Nederland:<br />
1780-1840', <strong>Tijdschrift</strong> voor Geschiedenis 95 (1982) 607-616; P. Knolle, 'Edele eenvoudigheid. De waardering voor<br />
klassieke kunst bij Nederlandse kunsttheoretici 1750-1800', in: Grijzenhout en Van Tuyll van Serooskerken<br />
(red.), Edele Eenvoud, 39-40.<br />
3 E. de Jong, 'Schoon en Schilderagtig. De landschappelijke tuinstijl', in: Grijzenhout en Van Tuyll van Serooskerken<br />
(red.), Edele Eenvoud, 74-75.<br />
4 Zie R. Meischke, 'Achtttende-eeuws klassicisme: twee bouwkundige prijsvragen', Nederlands Kunsthistorisch Jaarboek<br />
10 (1959) 271.<br />
5 Voor een overzicht van de ontwikkeling der Amsterdamse grachtengevel door de eeuwen heen: O. F. Slothouwer,<br />
Amsterdamse huizen 1600-1800 (Amsterdam 1928); A.A. Kok, Amsterdamsche woonhuizen Heemschutserie dl<br />
12 (Amsterdam 1943); G. Roosegaarde Bisschop, 'De bouwhistorische ontwikkeling van de Herengracht', in:<br />
Vier eeuwen Herengracht. Geveltekeningen van alle huizen aan de gracht, twee historische overzichten en de beschrijving van<br />
elk pand met zijn eigenaars en bewoners (Amsterdam 1976) 145-179.<br />
82