23.09.2013 Views

1 Van klein naar groot: de mol als rekeneenheid - Wisnet

1 Van klein naar groot: de mol als rekeneenheid - Wisnet

1 Van klein naar groot: de mol als rekeneenheid - Wisnet

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

eenheid van lading<br />

atoommassa<br />

atomaire<br />

massaeenheid<br />

relatieve<br />

atoommassa<br />

isotoop<br />

Chemisch Rekenen & Zuren en Basen<br />

1 <strong>Van</strong> <strong>klein</strong> <strong>naar</strong> <strong>groot</strong>: <strong>de</strong> <strong>mol</strong> <strong>als</strong> <strong>rekeneenheid</strong><br />

1.1 Eenhe<strong>de</strong>n<br />

Het is bij metingen gemakkelijk om een passen<strong>de</strong> eenheid te kiezen. De afstand Amsterdam-<br />

Parijs wordt gemeten in km en niet in cm.<br />

Het laadvermogen van een schip wordt uitgedrukt in tonnen (1 ton = 1000 kg) en niet in<br />

gram.<br />

Voor <strong>de</strong> lading van een proton en een elektron gebruiken we <strong>als</strong> eenheid van lading <strong>de</strong><br />

coulomb (C).<br />

Bij elementaire <strong>de</strong>eltjes <strong>als</strong> protonen en elektronen gebruiken we liever een min<strong>de</strong>r grove<br />

eenheid van lading <strong>als</strong> maatstaf.<br />

Daarom werd een nieuwe eenheid ge<strong>de</strong>finieerd, namelijk <strong>de</strong> eenheid van lading, die precies<br />

gelijk is aan <strong>de</strong> lading van een proton.<br />

De lading van een proton werd dus +1 en die van een elektron -1.<br />

De massa van een proton, elektron en neutron wordt uitgedrukt in kg.<br />

Als het atoomnummer en het massagetal van een element bekend zijn, dan kun je dus <strong>de</strong><br />

atoommassa van een element berekenen.<br />

Maar ook hier geldt, dat <strong>de</strong> kilogram een onhandige <strong>rekeneenheid</strong> is.<br />

Daarom is gekozen voor een veel <strong>klein</strong>ere eenheid, <strong>de</strong> zogenaam<strong>de</strong> atomaire<br />

massaeenheid u.<br />

Deze eenheid is ge<strong>de</strong>finieerd <strong>als</strong> <strong>de</strong> massa van 1/12 <strong>de</strong>el van het koolstofatoom 12<br />

6C en<br />

bedraagt 1.66054 • 10 -27 kg.<br />

1 u = 1.66054 • 10 –27 kg<br />

Bij berekeningen wordt meestal gewerkt met <strong>de</strong> relatieve atoommassa: <strong>de</strong> getalwaar<strong>de</strong> blijft<br />

dan hetzelf<strong>de</strong>, maar <strong>de</strong> eenheid vervalt.<br />

De atoommassa wordt <strong>als</strong> het ware vergeleken met <strong>de</strong> massa-eenheid.<br />

De relatieve atoommassa van <strong>de</strong> elementen kun je vin<strong>de</strong>n in het Periodiek Systeem.<br />

(In <strong>de</strong> Binas staan in tabel 40A nauwkeurige waar<strong>de</strong>n en in tabel 99 afgeron<strong>de</strong> waar<strong>de</strong>n.)<br />

Met die getalwaar<strong>de</strong>n lijkt iets merkwaardigs aan <strong>de</strong> hand te zijn. De massa van proton (p) en<br />

neutron (n) is ongeveer gelijk aan <strong>de</strong> atomaire massa-eenheid.<br />

De massa van een elektron is te verwaarlozen ten opzichte van <strong>de</strong> atomaire massa-eenheid.<br />

Je zou daarom verwachten, dat <strong>de</strong> massa van atomen ongeveer een geheel getal is. Een<br />

atoom bestaat immers uit een geheel aantal protonen plus neutronen. Voor een aantal<br />

elementen is dat ook het geval. Kijk bij voorbeeld maar <strong>naar</strong> fluor (19.00) en calcium (40.08).<br />

An<strong>de</strong>rs Iigt het bij koper. De relatieve atoommassa van koper bedraagt 63.546.<br />

Dat komt, doordat er koperatomen bestaan met massagetal 63 (29 p + 34 n) en met<br />

massagetal 65 (29 p + 36 n). Dat zijn dus:<br />

63<br />

29Cu en 65<br />

29Cu, ook wel aangeduid <strong>als</strong> Cu-63 en Cu-65.<br />

Dit verschijnsel wordt isotopie genoemd.<br />

Isotopen verschillen uitsluitend, doordat ze een verschillend aantal neutronen in <strong>de</strong> kern<br />

hebben.<br />

Isotopen van een element hebben chemisch gezien <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> eigenschappen, omdat <strong>de</strong><br />

structuur van <strong>de</strong> elektronenwolk niet verschilt. In an<strong>de</strong>re opzichten kunnen ze van elkaar<br />

verschillen. Zo kan van een element het ene isotoop radioactief zijn en het an<strong>de</strong>re niet.<br />

3


<strong>mol</strong>ecuulmassa<br />

Chemisch Rekenen & Zuren en Basen<br />

De verschillen<strong>de</strong> isotopen komen bij ie<strong>de</strong>r element altijd in een vast percentage in <strong>de</strong> natuur<br />

voor. Het gevolg hiervan is, dat we altijd met <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> atoommassa kunnen werken.<br />

Een overzicht van isotopen en het percentage waarin ze in <strong>de</strong> natuur voorkomen staat in<br />

tabel 25 van <strong>de</strong> Binas.<br />

Als we weten in welke verhouding <strong>de</strong> isotopen van een element in <strong>de</strong> natuur voorkomen,<br />

kunnen we <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> atoommassa berekenen. Wat we nodig hebben zijn <strong>de</strong><br />

percentages en <strong>de</strong> massagetallen.<br />

Voorbeeld<br />

Magnesium heeft drie isotopen, die in <strong>de</strong> natuur voorkomen, namelijk<br />

Mg-24, Mg-25 en Mg-26.<br />

Deze isotopen komen respectievelijk in <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> percentages voor:<br />

78.8%, 10.1% en 11.1%.<br />

Bereken <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> atoommassa van Mg.<br />

Oplossing:<br />

100 atomen hebben een totale massa van:<br />

78.8 • 24 u + 10.1 • 25 u + 11.1 • 26 u = 2432.3 u<br />

De `gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> massa` is dan:<br />

2432.3 : 100 = 24.3 u (afgerond)<br />

Atomen en ionen van hetzelf<strong>de</strong> element verschillen alleen in het aantal elektronen.<br />

De massa van een ion is gelijk aan <strong>de</strong> massa van het overeenkomstige atoom, omdat <strong>de</strong><br />

massa van een elektron verwaarloosd kan wor<strong>de</strong>n ten opzichte van die van een proton en<br />

een neutron.<br />

De <strong>mol</strong>ecuulmassa is in feite <strong>de</strong> massa van een <strong>mol</strong>ecuul, uitgedrukt in u; dat komt neer op<br />

<strong>de</strong> som van <strong>de</strong> massa's van <strong>de</strong> kernen van alle atomen in dat <strong>mol</strong>ecuul.<br />

De massa van een <strong>mol</strong>ecuul kun je bereken door <strong>de</strong> massa's van <strong>de</strong> atomen op te tellen.<br />

Je gebruikt hierbij <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> atoommassa's.<br />

Je kunt natuurlijk ook <strong>de</strong> relatieve <strong>mol</strong>ecuulmassa berekenen.<br />

Voorbeeld<br />

De <strong>mol</strong>ecuulmassa van zuurstof, 02 is 2 • 16.0 u = 32.0 u.<br />

De <strong>mol</strong>ecuulmassa van ammoniak, NH3 is 1 •14.0 u + 3 • 1.0 u = 17.0 u.<br />

4


<strong>mol</strong>aire massa<br />

(MW)<br />

1.2 De <strong>mol</strong><br />

Chemisch Rekenen & Zuren en Basen<br />

Volgens <strong>de</strong> wet van Proust reageren stoffen met elkaar altijd volgens een bepaal<strong>de</strong><br />

massaverhouding.<br />

Zo reageert ijzer met zwavel volgens <strong>de</strong> massaverhouding 7 : 4.<br />

Dankzij het atoommo<strong>de</strong>l weten we inmid<strong>de</strong>ls ook, dat dat Iogisch is:<br />

× Mw<br />

: Mw<br />

Fe(s) + S(s) → FeS(s)<br />

Volgens <strong>de</strong> bovenstaan<strong>de</strong> reactievergelijking reageert 1 atoom ijzer Fe(s) met 1 atoom zwavel<br />

S(s) tot 1 <strong>de</strong>eltje ijzersulfi<strong>de</strong>, FeS(s).<br />

De atoommassa van ijzer is 55.847 u en die van zwavel 32.064 u.<br />

De verhouding 55.847 : 32.064 komt in<strong>de</strong>rdaad (afgerond) overeen met <strong>de</strong> verhouding 7 : 4.<br />

De s tussen haakjes betekent dat het om vaste stoffen gaat (solid).<br />

Je krijgt tij<strong>de</strong>ns je opleiding veel te maken met berekeningen aan reacties.<br />

Het zou erg omslachtig zijn om steeds met <strong>de</strong> massaverhouding te werken.<br />

Veel handiger is het, om uit te gaan van <strong>de</strong> get<strong>als</strong>verhouding, waarin atomen en <strong>mol</strong>eculen met<br />

elkaar reageren. Die kunnen we eenvoudig aflezen uit <strong>de</strong> - kloppen<strong>de</strong> - reactievergelijking.<br />

Als hulpmid<strong>de</strong>l <strong>de</strong>finiëren we nu een nieuwe eenheid om een hoeveelheid stof aan te dui<strong>de</strong>n, <strong>de</strong><br />

<strong>mol</strong><br />

Een <strong>mol</strong> is een hoeveelheid stof, uitgedrukt in een aantal <strong>de</strong>eltjes.<br />

Een <strong>mol</strong> is een aantal van 6.022 • 10 23 <strong>de</strong>eltjes<br />

Dit getal wordt <strong>de</strong> constante van Avogadro genoemd (NA)<br />

1 atoom fluor heeft een massa van 19.00 u.<br />

Een <strong>mol</strong> fluoratomen heeft een massa van<br />

6.022 • 10 23 . 19.00 u = 6.022 • 10 23 . 19.00 1.66054 • 10 -27 kg = 0.019 kg = 19.00 g.<br />

De massa van 1 <strong>mol</strong> atomen of <strong>mol</strong>eculen wordt <strong>de</strong> <strong>mol</strong>aire massa (Mw) genoemd.<br />

De eenheid van <strong>mol</strong>aire massa is g/<strong>mol</strong>.<br />

De getalwaar<strong>de</strong> van Mw van een atoom- of <strong>mol</strong>ecuulsoort hangt vanzelfsprekend af van <strong>de</strong><br />

massa van het betreffen<strong>de</strong> atoom of <strong>mol</strong>ecuul.<br />

Zo is <strong>de</strong> <strong>mol</strong>aire massa van CO2 (kooldioxi<strong>de</strong>) 44.01 gram per <strong>mol</strong> en die van PbS (Loodsulfi<strong>de</strong>)<br />

239.3 gram per <strong>mol</strong>.<br />

Bij berekeningen kun je het volgen<strong>de</strong> schema gebruiken.<br />

× NA<br />

: NA<br />

In <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> schema's wordt telkens één pijlrichting aangegeven.<br />

Voor <strong>de</strong> tegengestel<strong>de</strong> richting is dan ook <strong>de</strong> omgekeer<strong>de</strong> bewerking van toepassing.<br />

Op het begrip <strong>mol</strong> komen we in een volgen<strong>de</strong> les uitgebreid terug<br />

5


Chemisch Rekenen & Zuren en Basen<br />

Uit <strong>de</strong> massa van een stof kunnen we ook het volume (in mL of cm 3 ) berekenen door <strong>de</strong> massa te<br />

<strong>de</strong>len door <strong>de</strong> dichtheid (ρ).<br />

(Deze staan in <strong>de</strong> Binastabellen 8 t/m 12.)<br />

De dichtheid wordt uitgedrukt in 10 3 kg/m 3 (= g/mL of g/cm 3 ) voor vloeistoffen en vaste stoffen of<br />

kg/m 3 (= g/L) voor gassen.<br />

Het omrekenschema komt er nu <strong>als</strong> volgt uit te zien:<br />

(mstof)<br />

: ρ<br />

(mLof cm 3 )<br />

Voorbeeld<br />

× Mw<br />

(nstof)<br />

× NA<br />

Bereken het aantal <strong>mol</strong> H2O in 1 kg water. De <strong>mol</strong>aire massa van H2O is 18.02 g • <strong>mol</strong> -l .<br />

Gegeven: mwater (massa water) = 1000 g; Mw(water) = 18.02 g • <strong>mol</strong> -l .<br />

Oplosroute: Het aantal <strong>mol</strong> is gelijk aan <strong>de</strong> massa van <strong>de</strong> stof ge<strong>de</strong>eld door <strong>de</strong> <strong>mol</strong>massa.<br />

Schatting: 1 <strong>mol</strong> is iets min<strong>de</strong>r dan 20 gram; er gaat ruim 50 <strong>mol</strong> water in 1 kg water.<br />

Oplossing: nstof (aantal <strong>mol</strong> stof) = 1000 g/ (18.02 g • <strong>mol</strong> -l )= 55.49 <strong>mol</strong><br />

6

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!