Rapport: Veiligheid brandweerduiken beschouwd
Rapport: Veiligheid brandweerduiken beschouwd Rapport: Veiligheid brandweerduiken beschouwd
De loodgordel moet bij alle brandweerduikers op dezelfde wijze open gaan. Daarmee wordt de kans op vertraging bij het losmaken door de reserveduiker van de loodgordel van een duiker in nood beperkt en de kans dat per abuis (ook) het harnas los gaat. Voor de duiker in nood is de voorspelbaarheid van het optreden van de reserveduiker heel belangrijk. De duiker moet kunnen inschatten wat hij van de reserveduiker kan verwachten en hoe snel die bij hem is. Zodoende kan de duiker in nood hier optimaal op inspelen en zal de duiker minder snel in paniek raken en bijvoorbeeld minder snel zijn gelaatstuk afrukken. Hiervoor is het noodzakelijk dat de meest waarschijnlijke noodsituaties in teamverband realistisch worden beoefend. Duikers zijn onder water weliswaar in hoge mate op zichzelf aangewezen, maar in noodsituaties soms juist op de reserveduiker en de mensen op de wal. g. Vaardigheden van reserveduiker en signaalhouder De reserveduiker moet onder grote tijdsdruk levensreddend kunnen optreden onder moeilijke omstandigheden. Dit geldt voor iedere (redding)duiker, maar voor het redden van een duiker in nood zijn speciale vaardigheden nodig, zoals in de vorige subparagrafen is aangegeven. Een duidelijke beschrijving van het optreden van de reserveduiker in de meest waarschijnlijke noodsituaties is een eerste vereiste. Vervolgens moet dit optreden in teamverband realistisch worden beoefend. Volgens de huidige Leidraad BWB treedt de assistent duikploeg op als signaalhouder van de reserveduiker. De assistent duikploeg hoeft geen duiker te zijn. Alleen het bezit van het certificaat theorie brandweerduiken is vereist. Als begeleider van een reserveduiker met een moeilijke en urgente taak lijkt dit niet adequaat. In de meeste noodsituaties zal de reserveduiker de actieve partij zijn die moet optreden, en niet de duiker in nood. In die gevallen ligt het meer voor de hand dat de duikploegleider als signaalhouder van de reserveduiker optreedt. De duikploegleider moet daarom de mogelijkheid hebben om op basis van het beeld van de situatie te bepalen of hijzelf of de assistent duikploeg als signaalhouder van de reserveduiker gaat optreden. 7.5 A D V I E S Het advies is primair geadresseerd aan de gemandateerd werkgever. Zie voor verdere adressering paragraaf 7.6. a. Het uitgangspunt is dat de reserveduiker binnen 1 minuut bij de duiker in nood kan zijn, gerekend vanaf het moment dat de signaalhouder of de duikploegleider een noodsignaal van de duiker heeft doorgekregen of langs andere weg heeft geconstateerd dat de duiker waarschijnlijk in nood is. Wanneer te verwachten valt dat de tijd van 1 minuut wordt overschreden, moeten aanvullende maatregelen worden genomen om de overschrijding tot het minimum te beperken. Zie verder paragraaf 7.4a. 89
Die aanvullende maatregelen, zowel bij oefeningen en bij een duikinzet, zijn in ieder geval nodig als de responstijd groter dreigt te worden dan 30 seconden en/of de seinlijnlengte van de duiker groter wordt dan 25m. b. De reserveduiker staat in volledige duikuitrusting en aangelijnd aan de wal gereed en hoeft alleen het volgelaatsmasker op te zetten om het water in te gaan. De deflator van het droogpak staat open of is zodanig afgesteld dat genoeg lucht kan ontsnappen om onmiddellijk onder water te gaan. De buddycheck van de reserveduiker is al vóór de duik uitgevoerd. De reserveduiker zet het gelaatstuk al op en gaat al naar het water (stand-by) bij een concrete aanwijzing van een mogelijke noodsituatie. Voorbeelden zijn dat de duiker onder water over moet gaan op reservelucht, als de seinlijn van de duiker vast zit, en als de communicatie met de duiker wegvalt. De reserveduiker gaat altijd naar de duiker in nood door diens seinlijn te volgen. De reserveduiker is met zijn sein/communicatielijn aangesloten op de communicatieset van de duiker zodat de reserveduiker optimaal op de hoogte is van de situatie onder water. Advies: Nagaan in de praktijk of er situaties zijn waarbij het aansluiten van de seinlijn van de reserveduiker op de communicatieset van de duiker minder gewenst is en welk alternatief in die situatie bestaat. c. Het toestel van de reserveduiker beschikt over een back-up automaat met bijtmondstuk, of octopus om zichzelf en een duiker in moeilijkheden meteen noodlucht te kunnen geven. Zie verder paragraaf 7.4e. Verder ligt bij de seinlijn van de duiker een extra toestel onder druk gereed als noodluchtvoorziening voor een duiker, die langere tijd onder water moet blijven tot hij kan worden bevrijd. Ook dat toestel moet over de aangegeven noodluchtvoorziening beschikken. De noodzaak van deze laatste voorziening vervalt als de reserveduiker de duiker in nood kan aansluiten op een noodluchtvoorziening vanaf de oppervlakte (meeruren-aansluiting4 ). Die oplossing is in principe veiliger en meer bedrijfszeker dan een extra toestel. De slang van die aansluiting moet ten minste 3m langer zijn dan de seinlijn van de duiker. Als een meerurenaansluiting alleen wordt gebruikt als noodvoorziening is sprake van een reddingsmiddel, dus niet van SSE duiken met de hieraan verbonden certificering. Dit punt is expliciet afgestemd met de Arbeidsinspectie. Als het korps of de uitrukpost slechts over enkele toestellen met een noodluchtvoorziening beschikt, moet zijn geregeld en geborgd dat onder alle omstandigheden de duiker, die als reserveduiker moet optreden, over één van die toestellen beschikt. Dit geldt dus ook als de reserveduiker de (eerste) duiker moet aflossen en met hem van rol wisselt. Tegelijkertijd moet ook het extra toestel met noodluchtvoorziening beschikbaar blijven voor het geval dat noodlucht voor een langere periode nodig is. d. De duikploegleider bepaald op basis van het beeld van de situatie of hijzelf of de assistent duikploeg als signaalhouder van de reserveduiker gaat optreden. 4 Een meerurenaansluiting voor een SCUBAset als noodluchtvoorziening is nadrukkelijk iets anders dan duiken met Surface Supply Equipment (SSE), waarbij de primaire luchtvoorziening via een slang van de oppervlakte komt. 90
- Page 39 and 40: 2 Aanvulling I H O O F D - E N D E
- Page 41 and 42: Detailschema voor ‘Extra drijfver
- Page 43 and 44: 1 Ongewenste situatie: Reguliere lu
- Page 45 and 46: 2 2.2 2.3 (Gedeeltelijk) Falen van
- Page 47 and 48: 2 2.5 3.2 (Gedeeltelijk) Falen van
- Page 49 and 50: 4 Ongewenste situatie: Seinlijn loo
- Page 51 and 52: 6 Ongewenste situatie: Lekkend volg
- Page 53 and 54: 4. Duiker kan gevaren niet goed waa
- Page 55 and 56: 5.3 TA A K F U N C T I E S • Het
- Page 57 and 58: In de leerstof staat ten onrechte d
- Page 59 and 60: 5.5 V E I L I G T O E PA S S E N VA
- Page 61 and 62: De mogelijkheden die een duiker hee
- Page 63 and 64: . Creëren van extra drijfvermogen
- Page 65 and 66: De kosten van het afhuren van een b
- Page 68 and 69: Beschouwing Luchtverbruik, maximale
- Page 70 and 71: Duiktijd op een bepaalde diepte (vo
- Page 72 and 73: 6.6 O V E R G A A N O P R E S E R V
- Page 74 and 75: In de Leidraad BWB en de model Werk
- Page 76 and 77: Bij het onderzoek van ongevallen va
- Page 78 and 79: Toestellen met een reserveluchtwaar
- Page 80 and 81: e. Afleesbaarheid van de druk en lo
- Page 82: i. Leidraad, model Werkinstructie e
- Page 85 and 86: De belangrijkste, voorzienbare nood
- Page 87 and 88: In een noodsituatie telt iedere sec
- Page 89: e. Beschikbaarheid van noodlucht Ge
- Page 93 and 94: Tijdens oefeningen zal regelmatig m
- Page 95 and 96: Aanvulling P R A K T I J K P RO E V
- Page 97 and 98: Die functie is van toepassing bij o
- Page 99 and 100: duiken verplicht. Het gaat dus om e
- Page 101 and 102: In een aantal gevallen heeft (eerst
- Page 103 and 104: Daarom mag alleen aan de lijn worde
- Page 105 and 106: De kleur van de seinlijn moet duide
- Page 107 and 108: h. Door middel van een stopmarkerin
- Page 109 and 110: c. Handelingsvolgorde van de duiker
- Page 111 and 112: 110
- Page 113 and 114: De duikploeg wordt bij een spoedeis
- Page 115 and 116: van het duiken en het inschatten va
- Page 117 and 118: Opvallend is dat de bevelvoerder vo
- Page 119 and 120: houder nodig. Bij een duikdiepte to
- Page 121 and 122: e. Overige taken van de TS-bemannin
- Page 123 and 124: 10.3 D U I KO P L E I D I N G E N ,
- Page 125 and 126: Verder kan een verschuiving van (ac
- Page 127 and 128: duik’ worden getoetst1 . Voor dez
- Page 129 and 130: c. Bij het combineren van veilighei
- Page 131 and 132: de Taak-risico analyse wordt de inv
- Page 133 and 134: verleden opgelegde duikverboden met
- Page 135 and 136: geworven binnen het potentieel van
- Page 137 and 138: en de loodgordel en de seinlijn los
- Page 139 and 140: Eens in de 4 jaar moet de brandweer
Die aanvullende maatregelen, zowel bij oefeningen en bij een duikinzet, zijn in ieder<br />
geval nodig als de responstijd groter dreigt te worden dan 30 seconden en/of de seinlijnlengte<br />
van de duiker groter wordt dan 25m.<br />
b. De reserveduiker staat in volledige duikuitrusting en aangelijnd aan de wal gereed en<br />
hoeft alleen het volgelaatsmasker op te zetten om het water in te gaan. De deflator van<br />
het droogpak staat open of is zodanig afgesteld dat genoeg lucht kan ontsnappen om<br />
onmiddellijk onder water te gaan.<br />
De buddycheck van de reserveduiker is al vóór de duik uitgevoerd.<br />
De reserveduiker zet het gelaatstuk al op en gaat al naar het water (stand-by) bij een<br />
concrete aanwijzing van een mogelijke noodsituatie. Voorbeelden zijn dat de duiker<br />
onder water over moet gaan op reservelucht, als de seinlijn van de duiker vast zit, en<br />
als de communicatie met de duiker wegvalt.<br />
De reserveduiker gaat altijd naar de duiker in nood door diens seinlijn te volgen.<br />
De reserveduiker is met zijn sein/communicatielijn aangesloten op de communicatieset<br />
van de duiker zodat de reserveduiker optimaal op de hoogte is van de situatie onder<br />
water.<br />
Advies: Nagaan in de praktijk of er situaties zijn waarbij het aansluiten van de seinlijn van<br />
de reserveduiker op de communicatieset van de duiker minder gewenst is en welk alternatief<br />
in die situatie bestaat.<br />
c. Het toestel van de reserveduiker beschikt over een back-up automaat met bijtmondstuk,<br />
of octopus om zichzelf en een duiker in moeilijkheden meteen noodlucht te<br />
kunnen geven. Zie verder paragraaf 7.4e.<br />
Verder ligt bij de seinlijn van de duiker een extra toestel onder druk gereed als noodluchtvoorziening<br />
voor een duiker, die langere tijd onder water moet blijven tot hij kan<br />
worden bevrijd. Ook dat toestel moet over de aangegeven noodluchtvoorziening<br />
beschikken. De noodzaak van deze laatste voorziening vervalt als de reserveduiker de<br />
duiker in nood kan aansluiten op een noodluchtvoorziening vanaf de oppervlakte<br />
(meeruren-aansluiting4 ). Die oplossing is in principe veiliger en meer bedrijfszeker dan<br />
een extra toestel. De slang van die aansluiting moet ten minste 3m langer zijn dan de<br />
seinlijn van de duiker. Als een meerurenaansluiting alleen wordt gebruikt als noodvoorziening<br />
is sprake van een reddingsmiddel, dus niet van SSE duiken met de hieraan<br />
verbonden certificering. Dit punt is expliciet afgestemd met de Arbeidsinspectie.<br />
Als het korps of de uitrukpost slechts over enkele toestellen met een noodluchtvoorziening<br />
beschikt, moet zijn geregeld en geborgd dat onder alle omstandigheden de duiker,<br />
die als reserveduiker moet optreden, over één van die toestellen beschikt. Dit geldt dus<br />
ook als de reserveduiker de (eerste) duiker moet aflossen en met hem van rol wisselt.<br />
Tegelijkertijd moet ook het extra toestel met noodluchtvoorziening beschikbaar blijven<br />
voor het geval dat noodlucht voor een langere periode nodig is.<br />
d. De duikploegleider bepaald op basis van het beeld van de situatie of hijzelf of de<br />
assistent duikploeg als signaalhouder van de reserveduiker gaat optreden.<br />
4 Een meerurenaansluiting voor een SCUBAset als noodluchtvoorziening is nadrukkelijk iets<br />
anders dan duiken met Surface Supply Equipment (SSE), waarbij de primaire luchtvoorziening via<br />
een slang van de oppervlakte komt.<br />
90