Rapport: Veiligheid brandweerduiken beschouwd
Rapport: Veiligheid brandweerduiken beschouwd Rapport: Veiligheid brandweerduiken beschouwd
Essentieel is wel dat de duiker de overige aspecten van de noodopstijging feilloos beheerst, zoals voldoende uitademen tijdens de noodopstijging. Bij een noodopstijging is het hoofdrisico een longoverdruktrauma. Om dit risico beheersbaar te houden moeten duikers vertrouwd zijn met de juiste uitvoering van een noodopstijging, met name het voldoende uitademen. Dat vraagt oefening vanaf voldoende diepte en toezicht op de juiste uitvoering. g. Voorwaarden voor afwerpen van lood Het afwerpen van het lood moet na een onverwachte opdracht snel, in één handeling en reflexmatig kunnen gebeuren. Dit geldt ook in voorzienbare noodsituaties en met dikke duikhandschoenen aan. Bij lood dat in het trimvest is geïntegreerd, lijkt dat vooralsnog lastiger en minder bedrijfszeker dan bij een loodgordel. Advies: Nagaan in de praktijk of lood, dat met een quick release sluiting in een trimvest is bevestigd, voldoende snel en bedrijfszeker kan worden afgeworpen voor enkele kritische situaties en posities van de duiker, en bepaalde voordelen heeft voor gebruik bij de brandweer ten opzichte van de loodgordel. Ook nagaan of met de toepassing van een quick release systeem nieuwe veiligheidsrisico’s worden geïntroduceerd. In éénzelfde verzorgingsgebied moet de sluiting van de loodgordel bij alle brandweerduikers, die daar kunnen worden ingezet, op dezelfde wijze open gaan. Daarmee wordt de kans op vertraging bij het losmaken door de reserveduiker van de loodgordel van een in nood verkerende duiker beperkt en de kans dat per abuis (ook) het harnas los gaat. Dit geldt ook voor eventuele andere bevestigingen voor het lood in de toekomst. De kans dat bij het openen van de loodgordel ook de sluiting van het harnas van het toestel open gaat moet zoveel mogelijk worden beperkt. De meest gangbare oplossing is dat beide sluitingen tegengesteld open gaan. 5.6 A D V I E S Het advies, met uitzondering van de verdere uitzoekpunten, geldt ook voor elke individuele duiker. Het advies is primair geadresseerd aan de gemandateerd werkgever. Zie voor verdere adressering paragraaf 5.7. a. Hoeveelheid lood Duiken met niet meer lood dan noodzakelijk is. Uitgaan van de hoeveelheid lood conform de benaderingsmethode voor de basistrim. De hoeveelheid lood voor de basistrim is voor elke duiker geregistreerd. Advies: Nog verder nagaan met praktijktests onder welke omstandigheden extra lood noodzakelijk kan zijn en hoeveel. Zie verder paragraaf 5.5b, c en d. 61
. Creëren van extra drijfvermogen Als onder water niet meer kan worden geademd bij de noodopstijging primair extra drijfvermogen creëren door lood af te werpen. De hoeveelheid lood die moet kunnen worden afgeworpen is circa 6 kg (als richtwaarde voor zoet water). Voor het geval het niet lukt om het lood af te werpen en de duiker nog wel kan ademen, de overige mogelijkheden voor meer drijfvermogen in de juiste volgorde toepassen. Zie verder paragraaf 5.5e. c. Normen voor creëren van extra drijfvermogen Het lood kan na een onverwachte opdracht aantoonbaar binnen 3 seconden en reflexmatig worden afgeworpen. Dit geldt ook in voorzienbare noodsituaties en met dikke duikhandschoenen aan. De kans dat bij het openen van de loodgordel ook de sluiting van het harnas van het toestel open gaat zoveel mogelijk beperken. De meest gangbare oplossing is dat beide sluitingen tegengesteld open gaan. In éénzelfde verzorgingsgebied bij alle brandweerduikers, die daar kunnen worden ingezet, sluitingen van de loodgordel toepassen die op dezelfde wijze open gaan. Daarmee wordt de kans op vertraging bij het losmaken van de loodgordel van een duiker in nood door de reserveduiker beperkt en de kans dat per abuis (ook) het harnas los gaat. Om vertraging in een noodsituatie te voorkomen het afwerpbaar lood niet in het trimvest (stabjack) opbergen. Uitzondering hierop is wanneer alle duikers in het verzorgingsgebied zijn uitgerust met trimvesten met quick release sluitingen voor het afwerpbaar lood, die op identieke wijze werken en op dezelfde plaats zitten. Advies: Nog verder nagaan of het bevestigen van lood anders dan aan een gordel voordelen kan hebben). De overige mogelijkheden voor extra drijfvermogen kunnen na een onverwachte opdracht aantoonbaar in de juiste volgorde worden benut en reflexmatig worden toegepast. Zie verder paragraaf 5.5e. Advies: De effectiviteit van het onder water opblazen van het oppervlakteredvest nog nagaan. d. Uitvoeren noodopstijging De noodopstijging kan aantoonbaar (zichtbaar) na een onverwachte opdracht vanaf een diepte die gelijk is aan de grootste diepte in het totale verzorgingsgebied worden uitgevoerd14 volgens de nog vast te stellen, nieuwe noodopstijgingsprocedure. Daarbij is dus ook rekening gehouden met de georganiseerde bijstand in buurgemeenten en/of regio. De diepte hoeft echter niet groter te zijn dan 8m. Tijdens de opleiding moet de duiker de noodopstijging in ieder geval vanaf een diepte van ten minste 8m voldoende hebben beoefend. 14 Het aantal diepe bassins met observatieraam in Nederland is beperkt. De diepte van 8m is gekozen met het oog op die beschikbaarheid. 62
- Page 11 and 12: . Effectiviteit van de reserveduike
- Page 13 and 14: De signaalhouder onderhoudt vanaf d
- Page 15 and 16: De overige onderdelen veiligheidscu
- Page 17 and 18: mogelijk blijkt, in een vervolgtraj
- Page 19 and 20: Het commitment van de brandweerkorp
- Page 21 and 22: Dit is in verband met de onderlinge
- Page 23 and 24: De toepassing van nieuwe technieken
- Page 25 and 26: ehandeld, maar bij andere onderwerp
- Page 27 and 28: lijvendheid niet alleen terug te ki
- Page 29 and 30: Om die redenen wordt dit samenhange
- Page 31 and 32: genomen preventieve veiligheidsmaat
- Page 33 and 34: 2 Verschillende onderdelen van dit
- Page 35 and 36: Toepassing van de schema’s in de
- Page 37 and 38: De goede werking van het totale vei
- Page 39 and 40: 2 Aanvulling I H O O F D - E N D E
- Page 41 and 42: Detailschema voor ‘Extra drijfver
- Page 43 and 44: 1 Ongewenste situatie: Reguliere lu
- Page 45 and 46: 2 2.2 2.3 (Gedeeltelijk) Falen van
- Page 47 and 48: 2 2.5 3.2 (Gedeeltelijk) Falen van
- Page 49 and 50: 4 Ongewenste situatie: Seinlijn loo
- Page 51 and 52: 6 Ongewenste situatie: Lekkend volg
- Page 53 and 54: 4. Duiker kan gevaren niet goed waa
- Page 55 and 56: 5.3 TA A K F U N C T I E S • Het
- Page 57 and 58: In de leerstof staat ten onrechte d
- Page 59 and 60: 5.5 V E I L I G T O E PA S S E N VA
- Page 61: De mogelijkheden die een duiker hee
- Page 65 and 66: De kosten van het afhuren van een b
- Page 68 and 69: Beschouwing Luchtverbruik, maximale
- Page 70 and 71: Duiktijd op een bepaalde diepte (vo
- Page 72 and 73: 6.6 O V E R G A A N O P R E S E R V
- Page 74 and 75: In de Leidraad BWB en de model Werk
- Page 76 and 77: Bij het onderzoek van ongevallen va
- Page 78 and 79: Toestellen met een reserveluchtwaar
- Page 80 and 81: e. Afleesbaarheid van de druk en lo
- Page 82: i. Leidraad, model Werkinstructie e
- Page 85 and 86: De belangrijkste, voorzienbare nood
- Page 87 and 88: In een noodsituatie telt iedere sec
- Page 89 and 90: e. Beschikbaarheid van noodlucht Ge
- Page 91 and 92: Die aanvullende maatregelen, zowel
- Page 93 and 94: Tijdens oefeningen zal regelmatig m
- Page 95 and 96: Aanvulling P R A K T I J K P RO E V
- Page 97 and 98: Die functie is van toepassing bij o
- Page 99 and 100: duiken verplicht. Het gaat dus om e
- Page 101 and 102: In een aantal gevallen heeft (eerst
- Page 103 and 104: Daarom mag alleen aan de lijn worde
- Page 105 and 106: De kleur van de seinlijn moet duide
- Page 107 and 108: h. Door middel van een stopmarkerin
- Page 109 and 110: c. Handelingsvolgorde van de duiker
- Page 111 and 112: 110
Essentieel is wel dat de duiker de overige aspecten van de noodopstijging feilloos<br />
beheerst, zoals voldoende uitademen tijdens de noodopstijging. Bij een noodopstijging<br />
is het hoofdrisico een longoverdruktrauma. Om dit risico beheersbaar te houden moeten<br />
duikers vertrouwd zijn met de juiste uitvoering van een noodopstijging, met name het<br />
voldoende uitademen. Dat vraagt oefening vanaf voldoende diepte en toezicht op de<br />
juiste uitvoering.<br />
g. Voorwaarden voor afwerpen van lood<br />
Het afwerpen van het lood moet na een onverwachte opdracht snel, in één handeling<br />
en reflexmatig kunnen gebeuren. Dit geldt ook in voorzienbare noodsituaties en met<br />
dikke duikhandschoenen aan. Bij lood dat in het trimvest is geïntegreerd, lijkt dat vooralsnog<br />
lastiger en minder bedrijfszeker dan bij een loodgordel.<br />
Advies: Nagaan in de praktijk of lood, dat met een quick release sluiting in een trimvest is<br />
bevestigd, voldoende snel en bedrijfszeker kan worden afgeworpen voor enkele kritische<br />
situaties en posities van de duiker, en bepaalde voordelen heeft voor gebruik bij de brandweer<br />
ten opzichte van de loodgordel. Ook nagaan of met de toepassing van een quick release<br />
systeem nieuwe veiligheidsrisico’s worden geïntroduceerd.<br />
In éénzelfde verzorgingsgebied moet de sluiting van de loodgordel bij alle brandweerduikers,<br />
die daar kunnen worden ingezet, op dezelfde wijze open gaan. Daarmee wordt<br />
de kans op vertraging bij het losmaken door de reserveduiker van de loodgordel van<br />
een in nood verkerende duiker beperkt en de kans dat per abuis (ook) het harnas los<br />
gaat. Dit geldt ook voor eventuele andere bevestigingen voor het lood in de toekomst.<br />
De kans dat bij het openen van de loodgordel ook de sluiting van het harnas van het<br />
toestel open gaat moet zoveel mogelijk worden beperkt. De meest gangbare oplossing is<br />
dat beide sluitingen tegengesteld open gaan.<br />
5.6 A D V I E S<br />
Het advies, met uitzondering van de verdere uitzoekpunten, geldt ook voor elke individuele<br />
duiker. Het advies is primair geadresseerd aan de gemandateerd werkgever. Zie<br />
voor verdere adressering paragraaf 5.7.<br />
a. Hoeveelheid lood<br />
Duiken met niet meer lood dan noodzakelijk is. Uitgaan van de hoeveelheid lood conform<br />
de benaderingsmethode voor de basistrim. De hoeveelheid lood voor de basistrim<br />
is voor elke duiker geregistreerd.<br />
Advies: Nog verder nagaan met praktijktests onder welke omstandigheden extra lood noodzakelijk<br />
kan zijn en hoeveel.<br />
Zie verder paragraaf 5.5b, c en d.<br />
61