Rapport: Veiligheid brandweerduiken beschouwd
Rapport: Veiligheid brandweerduiken beschouwd Rapport: Veiligheid brandweerduiken beschouwd
Vastraken onder water beperken (vervolg) Noodzakelijke maatregelen/voorzieningen Toelichting (huidige situatie, consequenties et cetera) 32 33 34 35 Met het loskoppelen van de seinlijn moet door middel van een speciale bevestigingsvoorziening tevens automatisch de communicatiedraad loskomen van het gelaatstuk zonder dat dit van het gezicht wordt gerukt. De seinlijn moet zodanig aan het harnas van de duiker zijn bevestigd dat in voorzienbare situaties bij trekken aan de seinlijn het gelaatstuk niet van het gezicht van de duiker wordt gedrukt. Seinlijnen moeten voldoende positief drijfvermogen hebben. Het gedrag van de seinlijn in het water en de loop van de lijn van duiker naar signaalhouder moeten voorspelbaar zijn. Het drijfvermogen mag dus niet teveel variëren, bijvoorbeeld als de lijn nat wordt. Indicatief is de variatie in stijgsnelheid hierdoor nu op 30% gesteld. Advies: De toelaatbare variatie van het positief drijfvermogen aan de hand van praktijkervaringen en tests verder nagaan. Overige nieuwe veiligheidscriteria voor seinlijnen 15 . a. Lijnseinen moeten goed doorkomen. b. Seinlijnen moeten duidelijk opvallen in het water en ook zoveel mogelijk in het donker goed zichtbaar zijn. Er is een eenvoudige, bedrijfszekere en goedkope voorziening beschikbaar, ontwikkeld door de brandweer Groningen. Veruit de meeste korpsen moeten deze voorziening aanbrengen. Er zouden zelfs korpsen zijn waarbij de communicatiedraad vast aan het gelaatstuk verbonden is. De connector is dan vastgeschroefd. Dit punt moet worden bezien in combinatie met de wijze waarop de duiker de seinlijn vasthoudt en de instructies en oefeningen op dit punt. Advies: Hiervoor nog enkele richtlijnen ontwikkelen. Volgens de Leidraad BWB moeten seinlijnen drijvend vermogen hebben. Er zijn naar schatting echter nog veel zinkende lijnen aanwezig. De noodzaak van ‘drijvende’ lijnen spreekt nog niet vanzelf. Wat drijvend vermogen inhoudt is in de Leidraad overigens niet aangegeven, Het positief drijfvermogen van de als ‘drijvend’ aangegeven lijnen, die nu beschikbaar zijn, is in de systeembeschouwing getest. Twee van de drie lijnen voldoen aan de criteria voor het positief drijfvermogen die tijdens de systeembeschouwing zijn opgesteld. Voor de lijn die niet voldeed komt op afzienbare termijn een nieuwe versie beschikbaar die naar verwachting van de leverancier wel voldoet. Gesignaleerde misverstanden: Als de seinlijn strak wordt gehouden maakt een drijvende of zinkende lijn geen verschil. Het is echter niet haalbaar om een seinlijn onder alle omstandigheden continu strak te houden. Uit de ongevallen, waarnemingen op de testdag en gesprekken blijkt dat het vrij gewoon is om wat ‘loos te geven’ of dat de duiker de seinlijn met een lus in de hand houdt. Als hij die plotseling los moet laten komt bij een lus, met een diameter van 70cm, al ruim 2m lijn vrij. Ook een lijn met positief drijfvermogen kan vast komen te zitten, bijvoorbeeld aan een boot. De kans op vastraken is echter veel groter aan de bodem. Aan criterium b kan momenteel slechts ten dele worden voldaan omdat er maar enkele drijvende seinlijnen beschikbaar zijn die aan de hiervoor gestelde criteria voldoen. Bovendien zijn niet alle 15 Een reeds bekende eis is dat de treksterkte van een seinlijn ten minste 1.500 newton moet zijn. 177
Vastraken onder water beperken (vervolg) Noodzakelijke maatregelen/voorzieningen Toelichting (huidige situatie, consequenties et cetera) 36 c. Seinlijnen moeten, ook qua kleur, duidelijk zichtbaar afwijken van werk- en andere lijnen die worden gebruikt. d. Seinlijnen moeten ook onder ongunstige praktijkomstandigheden hanteerbaar zijn en niet snel haken of vastraken. Met de drijvende lijnen moeten geen nieuwe risico’s worden geïntroduceerd ten opzichte van zinkende lijnen. Bij verplaatsen van de duiker onder water moet continu spanning op de lijn staan om de kans op vastraken te beperken en moet de lijn ongehinderd van duiker naar signaalhouder lopen. Zo niet, dan moet de lijn onmiddellijk worden vrijgemaakt. De lijn moet zoveel mogelijk vrij van een auto of ander object blijven. De directe zoekmethode, waarbij de duiker eerst over een auto heen zwemt en daarna terug, is daarbij minder geschikt. In plaats daarvan gaat de duiker kort vóór de auto naar beneden en zwemt naar de auto toe 17 . seinlijnen te gebruiken in combinatie met een bepaalde communicatieset. De beide lijnen die aan de criteria voor positief drijfvermogen voldoen, voldoen ook aan criterium a en in redelijke mate aan criterium b en d 16 . Voor criterium b zou een fluorescerende/ oplichtende seinlijn ideaal zijn. Aan criterium c kan worden voldaan door werklijnen te kiezen met een afwijkende kleur. Sommige drijvende lijnen vormen aan de wal sneller lussen dan zinkende, wat ze lastiger hanteerbaar maakt. Dit probleem kan worden opgelost door de lijn in 8-vormige lussen op een speciaal frame te bevestigen. Dit is nog niet algemeen bekend. Een haspel is een andere mogelijkheid. Er zijn echter meldingen dat de spraakcommunicatie met een haspel gevoeliger wordt door storing als gevolg van de sleepcontacten in de haspel. Of dit met goed onderhoud voldoende kan worden ondervangen moet nog worden uitgezocht. Een haspel kost circa € 400,00. Een frame voor 8-vormige lussen kost veel minder. Gesignaleerde misverstanden: Drijvende lijnen zijn ook onder water moeilijker hanteerbaar, stugger en lijnseinen komen bij stugge lijnen slechter door. Beide veronderstellingen werden bij de praktijktests niet bewaarheid. De lijnseinen kwamen zelfs beter door bij een stugge lijn. Er is niet veel aandacht voor het onder spanning houden van de seinlijn. Dit blijkt uit de gesprekken in korpsen tijdens de systeembeschouwing, de ervaringen van de teamleden en waarnemingen tijdens de testdag. Gesignaleerde misverstanden: De lijn onder spanning houden belemmert het werken onder water. Tijdens de testdag is gebleken dat dit niet het geval is. In ruime mate ‘loos geven’ (meer dan een meter) lijkt niet ongebruikelijk. 16 Tijdens de praktijktest zijn enkele andere eigenschappen, zoals de kans op vastraken, globaal bekeken. 17 Dit geldt niet als de vermoedelijke locatie van de auto niet bekend is. Met de directe zoekmethode kan dan in niet al te diep water met de seinlijn meteen een groter gebied worden bestreken. Daarbij is het uit veiligheidsoogpunt essentieel dat de seinlijn (met positief drijfvermogen) niet slap komt te hangen. 178
- Page 127 and 128: duik’ worden getoetst1 . Voor dez
- Page 129 and 130: c. Bij het combineren van veilighei
- Page 131 and 132: de Taak-risico analyse wordt de inv
- Page 133 and 134: verleden opgelegde duikverboden met
- Page 135 and 136: geworven binnen het potentieel van
- Page 137 and 138: en de loodgordel en de seinlijn los
- Page 139 and 140: Eens in de 4 jaar moet de brandweer
- Page 141 and 142: Aanvulling II T E KO RT KO M I N G
- Page 143 and 144: Aanvulling III O N D E R D E L E N
- Page 145 and 146: Beschikbaarheid van ademlucht onder
- Page 147 and 148: Effectiviteit van de reserveduiker
- Page 149 and 150: Vastraken onder water beperken (ver
- Page 151 and 152: De werkgever moet (mede) voor het d
- Page 153 and 154: 7 8 9 10 11 12 13 Op basis van de R
- Page 155 and 156: De werkinstructie en procedures voo
- Page 157 and 158: g. Investeren in het verwerken van
- Page 159 and 160: II Bijlage: Samenstelling beschouwi
- Page 161 and 162: 160
- Page 163 and 164: 162
- Page 165 and 166: 5 Beschikbaarheid van ademlucht ond
- Page 167 and 168: 6 7 Beschikbaarheid van ademlucht o
- Page 169 and 170: Beschikbaarheid van ademlucht onder
- Page 171 and 172: Beschikbaarheid van ademlucht onder
- Page 173 and 174: Effectiviteit van de reserveduiker
- Page 175 and 176: Effectiviteit van de reserveduiker
- Page 177: Effectiviteit van de reserveduiker
- Page 181: 180
Vastraken onder water beperken (vervolg)<br />
Noodzakelijke maatregelen/voorzieningen Toelichting (huidige situatie, consequenties et cetera)<br />
36<br />
c. Seinlijnen moeten, ook qua kleur, duidelijk<br />
zichtbaar afwijken van werk- en andere lijnen die<br />
worden gebruikt.<br />
d. Seinlijnen moeten ook onder ongunstige<br />
praktijkomstandigheden hanteerbaar zijn en<br />
niet snel haken of vastraken.<br />
Met de drijvende lijnen moeten geen nieuwe risico’s<br />
worden geïntroduceerd ten opzichte van zinkende<br />
lijnen.<br />
Bij verplaatsen van de duiker onder water moet<br />
continu spanning op de lijn staan om de kans op<br />
vastraken te beperken en moet de lijn ongehinderd<br />
van duiker naar signaalhouder lopen. Zo niet, dan<br />
moet de lijn onmiddellijk worden vrijgemaakt.<br />
De lijn moet zoveel mogelijk vrij van een auto of<br />
ander object blijven. De directe zoekmethode,<br />
waarbij de duiker eerst over een auto heen zwemt<br />
en daarna terug, is daarbij minder geschikt. In<br />
plaats daarvan gaat de duiker kort vóór de auto<br />
naar beneden en zwemt naar de auto toe 17 .<br />
seinlijnen te gebruiken in combinatie met een<br />
bepaalde communicatieset.<br />
De beide lijnen die aan de criteria voor positief<br />
drijfvermogen voldoen, voldoen ook aan criterium<br />
a en in redelijke mate aan criterium b en d 16 .<br />
Voor criterium b zou een fluorescerende/<br />
oplichtende seinlijn ideaal zijn.<br />
Aan criterium c kan worden voldaan door werklijnen<br />
te kiezen met een afwijkende kleur.<br />
Sommige drijvende lijnen vormen aan de wal sneller<br />
lussen dan zinkende, wat ze lastiger hanteerbaar<br />
maakt. Dit probleem kan worden opgelost door de<br />
lijn in 8-vormige lussen op een speciaal frame te<br />
bevestigen. Dit is nog niet algemeen bekend. Een<br />
haspel is een andere mogelijkheid. Er zijn echter<br />
meldingen dat de spraakcommunicatie met een<br />
haspel gevoeliger wordt door storing als gevolg van<br />
de sleepcontacten in de haspel. Of dit met goed<br />
onderhoud voldoende kan worden ondervangen<br />
moet nog worden uitgezocht.<br />
Een haspel kost circa € 400,00. Een frame voor<br />
8-vormige lussen kost veel minder.<br />
Gesignaleerde misverstanden:<br />
Drijvende lijnen zijn ook onder water moeilijker<br />
hanteerbaar, stugger en lijnseinen komen bij<br />
stugge lijnen slechter door.<br />
Beide veronderstellingen werden bij de praktijktests<br />
niet bewaarheid. De lijnseinen kwamen zelfs<br />
beter door bij een stugge lijn.<br />
Er is niet veel aandacht voor het onder spanning<br />
houden van de seinlijn. Dit blijkt uit de gesprekken<br />
in korpsen tijdens de systeembeschouwing, de<br />
ervaringen van de teamleden en waarnemingen<br />
tijdens de testdag.<br />
Gesignaleerde misverstanden:<br />
De lijn onder spanning houden belemmert het<br />
werken onder water. Tijdens de testdag is gebleken<br />
dat dit niet het geval is.<br />
In ruime mate ‘loos geven’ (meer dan een meter)<br />
lijkt niet ongebruikelijk.<br />
16 Tijdens de praktijktest zijn enkele andere eigenschappen, zoals de kans op vastraken, globaal<br />
bekeken.<br />
17 Dit geldt niet als de vermoedelijke locatie van de auto niet bekend is. Met de directe zoekmethode<br />
kan dan in niet al te diep water met de seinlijn meteen een groter gebied worden bestreken.<br />
Daarbij is het uit veiligheidsoogpunt essentieel dat de seinlijn (met positief drijfvermogen) niet<br />
slap komt te hangen.<br />
178