Rapport: Veiligheid brandweerduiken beschouwd
Rapport: Veiligheid brandweerduiken beschouwd
Rapport: Veiligheid brandweerduiken beschouwd
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
10.4 U I T G A N G S P U N T E N V O O R E F F E C T I E F O E F E N E N<br />
a. Een brandweerduiker moet minimaal 300 duikminuten per jaar maken, verspreid over<br />
ten minste 10 duiken. Deze minimale duiktijd wordt in de oefenplanning vaak als<br />
uitgangspunt gehanteerd en fungeert zodoende regelmatig als de maximale duiktijd<br />
voor elke duiker. Dit is vaak een gevolg van de strakke planning van het gehele oefenprogramma<br />
van brandweerlieden en de beperkte beschikbare tijd hiervoor.<br />
De oefentijd van 300 duikminuten is al tientallen jaren onveranderd, terwijl de duikuitrusting<br />
veel complexer is geworden.<br />
b. In het verleden waren aan de invulling van de duiktijd van 300 minuten geen eisen<br />
gesteld. Om voor verlenging van de diploma’s in aanmerking te komen is nu voor het<br />
oefenen in zowel zwembad als buitenwater een aantal handelingen en procedures aangegeven<br />
die onder bepaalde omstandigheden moeten kunnen worden uitgevoerd.<br />
Zodoende heeft het oefenen nu een verplicht karakter. Het beschouwingsteam is echter<br />
van mening dat de geoefendheid onvoldoende kan worden afgemeten aan alleen een<br />
aantal duikminuten en het deelnemen aan een aantal oefeningen per jaar. Het op de<br />
juiste wijze kunnen uitvoeren van belangrijke handelingen en taken door elke functionaris<br />
moet voorop staan, zeker als het om de veiligheid gaat. Die juiste uitvoering moet<br />
dan wel concreet zijn omschreven. Tijdens de systeembeschouwing is dat voor een<br />
aantal kritische handelingen al gebeurd.<br />
Verder moet de uitvoering op de juiste wijze worden geïnstrueerd. Dat maakt bijscholing<br />
van de instructeurs en duikploegleiders noodzakelijk.<br />
Advies: De omschrijvingen van de overige te verrichten vaardigheden op het gebied van de<br />
veiligheid voldoende specifiek maken, ook die voor de duikploegleider, reserveduiker en<br />
assistent duikploeg.<br />
c. Een aantal duikminuten per jaar als ondergrens blijft overigens nodig. Vooralsnog<br />
adviseert het beschouwingsteam daarvoor de huidige 300 minuten echte onderwatertijd<br />
te hanteren. Zodra voldoende ervaringen met de aanpassingen uit de systeembeschouwing<br />
zijn verzameld en geëvalueerd kan dan een nieuwe normduiktijd worden<br />
vastgesteld.<br />
10.5 T E S T E N VA N D E B E K WA A M H E I D<br />
a. Het periodiek testen van de belangrijkste vaardigheden op het gebied van de duikveiligheid<br />
komt centraal te staan. Zodoende beschikken de werkgevers, en namens hen de<br />
commandanten, over een valide instrument om zicht te hebben en te houden op de<br />
vakbekwaamheid van het personeel.<br />
Het deel van de ‘veiligheidsvaardigheden’ die in de systeembeschouwing zijn benoemd,<br />
staan in aanvulling III vermeld. De meeste van die vaardigheden kunnen in één ‘test-<br />
125