Rapport: Veiligheid brandweerduiken beschouwd
Rapport: Veiligheid brandweerduiken beschouwd Rapport: Veiligheid brandweerduiken beschouwd
estaat er een reëel gevaar voor verdrinking van de duiker. De duikuitrusting dan wel de werkwijze moeten erin voorzien dat de duiker te allen tijde het gelaatstuk op zijn gelaat kan houden, zodat de toevoer van ademlucht gegarandeerd blijft. Bovendien is zonder gelaatstuk het zicht slechter dan met gelaatstuk. Verder bestaat in koud en/of diep water kans op hoofdpijn en/of desoriëntatie door de invloed van het koude water op het gelaat (de sinussen). Als de duiker zeer koud water binnen krijgt, kan dit een blokkering van de luchtweg veroorzaken. In dat geval kan de duiker ook geen lucht meer via zijn noodluchtvoorziening ademen. De duiker moet dus de mogelijkheid hebben om bij loskoppelen van de seinlijn het gelaatstuk op te houden. De volgorde is dan: eerst de communicatiedraad losmaken van het gelaatstuk en vervolgens de seinlijn loskoppelen van het vest. Zodoende wordt het risico beperkt dat er met de losgekomen seinlijn kracht komt op de communicatiedraad die verbonden is met het gelaatstuk en dit wordt afgerukt8 . Sneller en veel bedrijfszekerder is echter als de beide noodhandelingen om de seinlijn en de communicatiedraad in de juiste volgorde los te koppelen tot één handeling terug worden gebracht9 . Daarvoor is in ieder geval bij de Koninklijke Marine en de brandweer van Groningen een technische oplossing beschikbaar waarbij alleen de seinlijn hoeft te worden losgekoppeld en daarna de connector van de communicatie wordt losgetrokken zonder dat er spanning op het gelaatstuk komt. De oplossing van de brandweer Groningen is tijdens de testdag met succes beproefd. Die oplossing is relatief eenvoudig, met weinig kosten te realiseren en te combineren met verschillende haken om de seinlijn te bevestigen, waaronder de haak die nu in ontwikkeling is. Desondanks blijft het nodig om het loskoppelen met dit systeem in de praktijk te oefenen, zodat hiermee gewenning en routine ontstaat. 6. Bij het trekken aan de seinlijn om de duiker naar de wal te krijgen kan, als de duiker zich onder water bevindt, het gelaatstuk ongewild van het gezicht worden geschoven, de duiker uit zijn evenwicht raken, de verkeerde richting uit worden getrokken en/of gedesoriënteerd raken. 8 Er mag geen kracht komen op de communicatiedraad die verbonden is met het gelaatstuk. Er dient een trekontlasting geplaatst te zijn voor het punt, waar deze wordt losgekoppeld. 9 Het huidige knelpunt waarvoor een oplossing wordt gezocht is dat de duiker zijn seinlijn niet los kan koppelen als hij hiermee onder water vastzit en door de stress, die dat oplevert, meer lucht verbruikt dan normaal. Als de lucht op is rukt hij zijn gelaatstuk reflexmatig af en verliest daarmee ook zijn luchttoevoer en spraakcommunicatie. Omdat hij dan al buiten adem is, krijgt hij meteen water binnen. Bovendien wordt, afhankelijk van het jaargetijde en de diepte, zijn gelaat (sinussen) plotseling aan soms zeer koud water blootgesteld. De Marine en de brandweer van Groningen hebben een technische oplossing waarmee slechts één handeling nodig is om zowel de seinlijn als de communicatiedraad los te koppelen zonder dat het gelaatstuk van het gezicht gaat. Bij de oplossing van Groningen is het deel van de communicatiedraad van connector naar gelaatstuk voorzien van een trekontlasting zodat, als de seinlijn op spanning komt, de beide delen van de connector in de communicatiedraad uit elkaar gaan zonder dat er spanning op het gelaatstuk komt. Verder is als optie genoemd een aparte connector voor de spraakverbinding, die vast verbonden is aan het harnas van de duiker. Hierdoor zitten de aansluiting van de haak en de connector van de spraakverbinding bij elkaar in de buurt. Vanaf de connector op het harnas loopt er dan een kabeltje naar het gelaatstuk. Hierin mag weer niet te veel speling zitten om te voorkomen dat dit ergens achter blijft haken. 101
Daarom mag alleen aan de lijn worden getrokken om de duiker te verplaatsen nadat de duiker dit heeft bevestigd of de duiker voor de signaalhouder zichtbaar aan het oppervlak is en zonder risico naar en/of op de wal kan worden gehaald. 8.4 E I G E N S C H A P P E N S E I N L I J N a. Drijfvermogen De seinlijnen die standaard in het korps worden toegepast, moeten positief drijfvermogen bezitten. Ook volgens de Leidraad BWB moeten seinlijnen drijvend vermogen hebben. Wat drijvend vermogen inhoudt is in de Leidraad echter niet aangegeven. Nu volgen de ontwerpcriteria voor seinlijnen. Ontwerpcriterium 1: De vrije lijn moet, als die in stilstaand, zoet water is ondergedompeld, spontaan naar het oppervak komen met een snelheid van ten minste 1 meter per 10 seconden. Aan dit criterium moet nog zijn voldaan als de lijn een uur onafgebroken in het water ondergedompeld is geweest. De juistheid van dit criterium is in de tests gebleken. N.B.: De uitkomsten van de test zijn sterk afhankelijk van de opzet en uitvoering ervan. Deze zijn daarom beschreven in de aanvulling. Het drijvend vermogen in zout water is hoger dan dat in zoet water. Dit is verder niet getest. Ontwerpcriterium 2: Het gedrag van de seinlijn in het water en de loop van de lijn van duiker naar signaalhouder moeten voorspelbaar zijn. Het drijfvermogen mag dus niet teveel variëren, bijvoorbeeld als de lijn nat wordt. Indicatief is de variatie in stijgsnelheid nu op 30% gesteld. Advies: De toelaatbare variatie van het positief drijfvermogen aan de hand van praktijkervaringen en tests verder nagaan. Tijdens de testdag zijn drie lijnen van het, volgens de leveranciers, zelfstandig drijvende type indicatief getest. Een van de lijnen ging bij de droge test eenmaal wèl drijven, maar bleef de andere keer op de bodem liggen. Later, bij de natte test, bleek al vooraf dat deze lijn op de bodem zou blijven liggen en is dan ook niet verder getest. Deze lijn voldoet niet aan criterium 1. Van deze lijn komt volgens de leverancier einde 2008 een nieuwe versie beschikbaar die naar verwachting wel aan de criteria voldoet. De andere lijnen voldoen aan de criteria 1 en 2: • lijn a: droog circa 1m per 10s en nat 1,1m per 10s; • lijn b: droog circa 1,75m per 10s en nat 1,4m per 10s. N.B.: De tijd van onderdompelen voorafgaand aan de natte test is bij diverse duiken wel circa 1 uur geweest, maar was niet aaneengesloten. 102
- Page 51 and 52: 6 Ongewenste situatie: Lekkend volg
- Page 53 and 54: 4. Duiker kan gevaren niet goed waa
- Page 55 and 56: 5.3 TA A K F U N C T I E S • Het
- Page 57 and 58: In de leerstof staat ten onrechte d
- Page 59 and 60: 5.5 V E I L I G T O E PA S S E N VA
- Page 61 and 62: De mogelijkheden die een duiker hee
- Page 63 and 64: . Creëren van extra drijfvermogen
- Page 65 and 66: De kosten van het afhuren van een b
- Page 68 and 69: Beschouwing Luchtverbruik, maximale
- Page 70 and 71: Duiktijd op een bepaalde diepte (vo
- Page 72 and 73: 6.6 O V E R G A A N O P R E S E R V
- Page 74 and 75: In de Leidraad BWB en de model Werk
- Page 76 and 77: Bij het onderzoek van ongevallen va
- Page 78 and 79: Toestellen met een reserveluchtwaar
- Page 80 and 81: e. Afleesbaarheid van de druk en lo
- Page 82: i. Leidraad, model Werkinstructie e
- Page 85 and 86: De belangrijkste, voorzienbare nood
- Page 87 and 88: In een noodsituatie telt iedere sec
- Page 89 and 90: e. Beschikbaarheid van noodlucht Ge
- Page 91 and 92: Die aanvullende maatregelen, zowel
- Page 93 and 94: Tijdens oefeningen zal regelmatig m
- Page 95 and 96: Aanvulling P R A K T I J K P RO E V
- Page 97 and 98: Die functie is van toepassing bij o
- Page 99 and 100: duiken verplicht. Het gaat dus om e
- Page 101: In een aantal gevallen heeft (eerst
- Page 105 and 106: De kleur van de seinlijn moet duide
- Page 107 and 108: h. Door middel van een stopmarkerin
- Page 109 and 110: c. Handelingsvolgorde van de duiker
- Page 111 and 112: 110
- Page 113 and 114: De duikploeg wordt bij een spoedeis
- Page 115 and 116: van het duiken en het inschatten va
- Page 117 and 118: Opvallend is dat de bevelvoerder vo
- Page 119 and 120: houder nodig. Bij een duikdiepte to
- Page 121 and 122: e. Overige taken van de TS-bemannin
- Page 123 and 124: 10.3 D U I KO P L E I D I N G E N ,
- Page 125 and 126: Verder kan een verschuiving van (ac
- Page 127 and 128: duik’ worden getoetst1 . Voor dez
- Page 129 and 130: c. Bij het combineren van veilighei
- Page 131 and 132: de Taak-risico analyse wordt de inv
- Page 133 and 134: verleden opgelegde duikverboden met
- Page 135 and 136: geworven binnen het potentieel van
- Page 137 and 138: en de loodgordel en de seinlijn los
- Page 139 and 140: Eens in de 4 jaar moet de brandweer
- Page 141 and 142: Aanvulling II T E KO RT KO M I N G
- Page 143 and 144: Aanvulling III O N D E R D E L E N
- Page 145 and 146: Beschikbaarheid van ademlucht onder
- Page 147 and 148: Effectiviteit van de reserveduiker
- Page 149 and 150: Vastraken onder water beperken (ver
- Page 151 and 152: De werkgever moet (mede) voor het d
estaat er een reëel gevaar voor verdrinking van de duiker. De duikuitrusting dan wel<br />
de werkwijze moeten erin voorzien dat de duiker te allen tijde het gelaatstuk op zijn<br />
gelaat kan houden, zodat de toevoer van ademlucht gegarandeerd blijft. Bovendien is<br />
zonder gelaatstuk het zicht slechter dan met gelaatstuk. Verder bestaat in koud en/of<br />
diep water kans op hoofdpijn en/of desoriëntatie door de invloed van het koude water<br />
op het gelaat (de sinussen). Als de duiker zeer koud water binnen krijgt, kan dit een<br />
blokkering van de luchtweg veroorzaken. In dat geval kan de duiker ook geen lucht<br />
meer via zijn noodluchtvoorziening ademen.<br />
De duiker moet dus de mogelijkheid hebben om bij loskoppelen van de seinlijn het<br />
gelaatstuk op te houden. De volgorde is dan: eerst de communicatiedraad losmaken<br />
van het gelaatstuk en vervolgens de seinlijn loskoppelen van het vest. Zodoende<br />
wordt het risico beperkt dat er met de losgekomen seinlijn kracht komt op de<br />
communicatiedraad die verbonden is met het gelaatstuk en dit wordt afgerukt8 .<br />
Sneller en veel bedrijfszekerder is echter als de beide noodhandelingen om de seinlijn<br />
en de communicatiedraad in de juiste volgorde los te koppelen tot één handeling<br />
terug worden gebracht9 . Daarvoor is in ieder geval bij de Koninklijke Marine en de<br />
brandweer van Groningen een technische oplossing beschikbaar waarbij alleen de<br />
seinlijn hoeft te worden losgekoppeld en daarna de connector van de communicatie<br />
wordt losgetrokken zonder dat er spanning op het gelaatstuk komt.<br />
De oplossing van de brandweer Groningen is tijdens de testdag met succes beproefd.<br />
Die oplossing is relatief eenvoudig, met weinig kosten te realiseren en te combineren<br />
met verschillende haken om de seinlijn te bevestigen, waaronder de haak die nu in<br />
ontwikkeling is.<br />
Desondanks blijft het nodig om het loskoppelen met dit systeem in de praktijk te<br />
oefenen, zodat hiermee gewenning en routine ontstaat.<br />
6. Bij het trekken aan de seinlijn om de duiker naar de wal te krijgen kan, als de duiker<br />
zich onder water bevindt, het gelaatstuk ongewild van het gezicht worden geschoven,<br />
de duiker uit zijn evenwicht raken, de verkeerde richting uit worden getrokken en/of<br />
gedesoriënteerd raken.<br />
8 Er mag geen kracht komen op de communicatiedraad die verbonden is met het gelaatstuk. Er<br />
dient een trekontlasting geplaatst te zijn voor het punt, waar deze wordt losgekoppeld.<br />
9 Het huidige knelpunt waarvoor een oplossing wordt gezocht is dat de duiker zijn seinlijn niet<br />
los kan koppelen als hij hiermee onder water vastzit en door de stress, die dat oplevert, meer<br />
lucht verbruikt dan normaal. Als de lucht op is rukt hij zijn gelaatstuk reflexmatig af en verliest<br />
daarmee ook zijn luchttoevoer en spraakcommunicatie. Omdat hij dan al buiten adem is, krijgt<br />
hij meteen water binnen. Bovendien wordt, afhankelijk van het jaargetijde en de diepte, zijn<br />
gelaat (sinussen) plotseling aan soms zeer koud water blootgesteld.<br />
De Marine en de brandweer van Groningen hebben een technische oplossing waarmee slechts<br />
één handeling nodig is om zowel de seinlijn als de communicatiedraad los te koppelen zonder<br />
dat het gelaatstuk van het gezicht gaat. Bij de oplossing van Groningen is het deel van de<br />
communicatiedraad van connector naar gelaatstuk voorzien van een trekontlasting zodat, als<br />
de seinlijn op spanning komt, de beide delen van de connector in de communicatiedraad uit<br />
elkaar gaan zonder dat er spanning op het gelaatstuk komt.<br />
Verder is als optie genoemd een aparte connector voor de spraakverbinding, die vast verbonden<br />
is aan het harnas van de duiker. Hierdoor zitten de aansluiting van de haak en de connector van<br />
de spraakverbinding bij elkaar in de buurt. Vanaf de connector op het harnas loopt er dan een<br />
kabeltje naar het gelaatstuk. Hierin mag weer niet te veel speling zitten om te voorkomen dat<br />
dit ergens achter blijft haken.<br />
101