mengelwerk
mengelwerk mengelwerk
( 264 ) refmeken. Wat voordeel heeft hen dan, dia roemzucht aangebragt ? Maar zal men zeggen , de Romeinen waren arm , en wel verre 'an een ongeluk te zyn , wss die armoede voor hen een fchat. De foberheid was voor, hen een rykdom, en vermids zy geene behoeftigheden hadden , kenden zy de waardy der overvloed niet.... Hoe ! kenden zy de waards daar van niet ? Hoe kwam het dan . dat de Patricii op ene woekeragtige wyze alle de laöderyeri van het gemeen in bezit gekregen hadden ? Waarom hadden die troifche mannen , wyd uitge- 11 rek te domeinen en landgoederen , bevolkt met Haven in den oorlog gemaakt, en voor de geringfte prys van den behoefrigen Soldaat gekogt ? Warom hebben zy honderd msa! verkoren , ce Rcpub ieq op d'oever van haar endergang te brengen , liever dan aan den gemenen man een duimbreed gronds af te ftaau? Waarom hebben zy liever aan dat gemeen het voorrecht der ampten , der waardigneden , ja zelfs den Godsdienst afgeftapt, als hunne rykdommen ? Te vergeefs mag men het ontveinfen , maar het volk was te Rome arm en ongelukkig , en de vermogende ryk en gierig. In het midden van binnenlandfche onlusten en omwentelingen , na de dwingelandy der Tienmannen , na de verwoestingen door de Gallen aangerigt en de
( 265 ) de invallen van Pyrrhus; na honderd vyftig iaren peoo loo d re ebben tegen de Equen , Fokken en Etrusken , na byna veertig jaren agter den anderen gtvogten te hebben tegen de Samniten, bereikte Rome nogthans altoos verdeeld, aitoos arm, het derde tydftip, 't welk wy gefteld hebSfn , namentlyk ; de ve overing van geheel Italië, «n deeeifte Punifche oorlog. Wy bekennen bet, dit tydftip heeft iets verlokkende , en het fchynt als of men hetzelfde fo'mbre nie" meer ontdekt , in het tafereel der Roomfche gefchiedenis. De burger tweedrsg.en hou en dp; de luisterrykfte conqueste-n worden den prys der krygsverrigtingen, en Rome hegind zich te doen eerbiedigen , buiten de hmiten van Italië. Wan« neer men de fchryveren raadpleegt, zal men bevinden, dat dit tydftip 't geene geweest is, waar in de voorfpoed van de Repubiieq, de deugden nog niet verbasterd had. Rome y volgens hen, was reeds magtig en nog niet bedorven; doch wy zyn verre van dat gevoelen asn te nemen, en zullen daarom pogen een nauwkeuriger denkbeeld te geven van de zeedekunde en degeiukftaat van hst Roomfche Volk. Een "Volk is daarom niet gelukkig, omdat het van web dg leefd ; de Gothen e« Wenden leefden ook van weinig, maar echter gingen (f 4) zy
- Page 217 and 218: C 213 ) feld zal men bevinden en du
- Page 219 and 220: ( 215 > Dusdanig zou den loop van o
- Page 221 and 222: Ï)Ë MIDDELBARE OUDHEIBJ EN VOORNA
- Page 223 and 224: ( 219 ) r eerfte geboortejaren dier
- Page 225 and 226: C22I | en altoos op de been zynde l
- Page 227 and 228: C 223) geruftheid bnarde , bragt me
- Page 229 and 230: C 225 ) Hier doet zich zo eene meni
- Page 231 and 232: C 227 ) N van vyanden te bedienen,
- Page 233 and 234: ( 5*9 ) ! deze veldflag Sparta t'on
- Page 235 and 236: ( 231 ) EERSTE VERVOLG P E R VERHAN
- Page 237 and 238: C 235 ) zoek zal ons tot enige wydl
- Page 239 and 240: C =35 ) geleverd heeft , omtrent de
- Page 241 and 242: ( 2?7 ) dat rhiddelfoort, van die l
- Page 243 and 244: v ( *39 ) door zyne opvolgers onder
- Page 245 and 246: ( Hl ) waren ? Waarom fchynt men op
- Page 247 and 248: C 243 ) pm hen te kunnen 't onderbr
- Page 249 and 250: C H5 ) tot de verdeediging. Eenige
- Page 251 and 252: ( 247 ) jaren. Het is Carthago niet
- Page 253 and 254: ( 249 ) Moöglyk zal men ons hier t
- Page 255 and 256: C 251 ) in de vlakte hebben laten a
- Page 257 and 258: ( 253 ) boorte of rykdommen verdien
- Page 259 and 260: C «55") omtrent het Roomfche Volk
- Page 261 and 262: ( 457 ) Een geeft tot grote daden g
- Page 263 and 264: 2 C 59 ) TWEEDE VERVOLG DER VERHAND
- Page 265 and 266: C 261 ) heid der bezit'ingen voortk
- Page 267: C 263 ) Horen wy de jammerklachten
- Page 271 and 272: C 267 ) fte gedeelte volhard in de
- Page 273 and 274: (*6 9 Koe zeer ook het tafreel door
- Page 275 and 276: ( »7i ) ken 5 en eene groote dog o
- Page 277 and 278: ( *?3 ) „ 'er andere van te berov
- Page 279 and 280: 2 C 75 ) mer zult gy de gehele waer
- Page 281 and 282: M C ïff ) , Wy hebben te voren aan
- Page 283 and 284: C 279 ) Neen , te vergeefseh zou me
- Page 285 and 286: C 231 ) doorlopen. Overal ontdekt m
- Page 287 and 288: ( 2?3 ) de nog eens zo veel Sarmate
- Page 289 and 290: ( 285 ) rykdommen en 't vernuft de
- Page 291 and 292: C 287 ) door die der minderen opgev
- Page 293 and 294: ( *8o ) MENGEL GEDAGTEN. _r\^ nacha
- Page 295 and 296: C 291 ) DERDE VERVOLG r 8 VERHANDEL
- Page 297 and 298: K 293 ) daar de gefchiedcnisfen het
- Page 299 and 300: f »9S ) Men verbeelde zich niet ,
- Page 301 and 302: ( 297 ) aan 't grootfte geluk dcela
- Page 303 and 304: ( 299 ) baarfcne Volken , welken wy
- Page 305 and 306: ( 301 ) menlevingen , zeer veel ove
- Page 307 and 308: C 303 ) jren het gelegendfte zyn *.
- Page 309 and 310: C 305 ) , hele ftammen (Clans) het
- Page 311 and 312: ( 307 "5 den over het lot van 't me
- Page 313 and 314: C 309 ) ling van wreedheden vinden
- Page 315 and 316: C 3" ) Weinige Regeringen zyn 'er,
- Page 317 and 318: C 313 ) Men gelove het vry , een wy
( 264 )<br />
refmeken. Wat voordeel heeft hen dan, dia<br />
roemzucht aangebragt ?<br />
Maar zal men zeggen , de Romeinen waren<br />
arm , en wel verre 'an een ongeluk te<br />
zyn , wss die armoede voor hen een fchat.<br />
De foberheid was voor, hen een rykdom, en<br />
vermids zy geene behoeftigheden hadden ,<br />
kenden zy de waardy der overvloed niet....<br />
Hoe ! kenden zy de waards daar van niet ?<br />
Hoe kwam het dan . dat de Patricii op ene<br />
woekeragtige wyze alle de laöderyeri van het<br />
gemeen in bezit gekregen hadden ? Waarom<br />
hadden die troifche mannen , wyd uitge-<br />
11 rek te domeinen en landgoederen , bevolkt<br />
met Haven in den oorlog gemaakt, en voor<br />
de geringfte prys van den behoefrigen Soldaat<br />
gekogt ? Warom hebben zy honderd<br />
msa! verkoren , ce Rcpub ieq op d'oever<br />
van haar endergang te brengen , liever dan<br />
aan den gemenen man een duimbreed gronds<br />
af te ftaau? Waarom hebben zy liever aan<br />
dat gemeen het voorrecht der ampten , der<br />
waardigneden , ja zelfs den Godsdienst afgeftapt,<br />
als hunne rykdommen ? Te vergeefs<br />
mag men het ontveinfen , maar het volk was<br />
te Rome arm en ongelukkig , en de vermogende<br />
ryk en gierig. In het midden van<br />
binnenlandfche onlusten en omwentelingen ,<br />
na de dwingelandy der Tienmannen , na de<br />
verwoestingen door de Gallen aangerigt en<br />
de