PORSELEIN OM MEE TE SPELEN - Museum Volkenkunde

PORSELEIN OM MEE TE SPELEN - Museum Volkenkunde PORSELEIN OM MEE TE SPELEN - Museum Volkenkunde

volkenkunde.nl
from volkenkunde.nl More from this publisher
23.09.2013 Views

PORSELEIN OM MEE TE SPELEN. PAUL VAN DONGEN © Digitale publicaties van het Rijksmuseum voor Volkenkunde In de zuidelijke provincies vulden de namo-munten de door de centrale regering uitgegeven kogelvormige munten aan. 24 Maar ook Chinees sycee-geld, Japanese muntgeld van zilver en zelfs Europees en Amerikaans geld, waren een geliefd betaalmiddel in de internationale handel, 25 evenals oude Romeinse en Indiase munten, terwijl het volk gewoon betalingen in natura en met kauri-schelpen bleef doen. Daarnaast zijn er nog andere geldsoorten geweest, uitgegeven voor korte- of langetermijngebruik, vooral in tijden waarin officieel gemaakt geld of gestandaardiseerde wettelijke betaalmiddelen schaars waren. Dit was bijvoorbeeld het geval in 1744, toen er een groot gebrek was aan geïmporteerde kauri-schelpen en de centrale regering in Ayutthaya 26 bestempelde plaatjes van klei, ngoen prakap genaamd, als betaalmiddel uitgaf. Veder werd het ka-pae, ka-pae chin en ee-pa-geld uit het begin van de 19e eeuw door de centrale regering in Bangkok en het regionale gezag van het zuiden 27 ingevoerd, kennelijk om het tekort aan officiële standaardmunten met een lagere waarde aan te vullen. Een bijzonder soort geld Eveneens in de 19e eeuw werd een bijzonder soort geld, lokaal bekend als pee, in gebruik genomen om aan de behoefte van de ruilgemeenschap te voldoen, wat tegelijkertijd een aanzienlijke chaos in de economie van het land veroorzaakte. Dit bewoog de regering ertoe een permanente oplossing voor het eeuwige tekort aan officieel en zilvergeld te vinden. In 1862, toen de geïmporteerde kauri-schelpen officieel uit de roulatie werden genomen, werden deze vervangen door machinaal geslagen munten en gedrukt papiergeld. De populaire pees werden in 1875 verboden en de traditionele kogelvormige pot-duang was aan het begin van de 20 e eeuw hetzelfde lot beschoren. Sinds die tijd werd het land eindelijk voorzien van een aan internationale normen voldoende regelmatige en toereikende stroom wettelijk betaalmiddelen in de vorm van machinaal gemaakte munten en papiergeld. De onofficiële maar populaire pee-muntjes van Thailand waren in feite fiches uitgegeven door Chinese gokbazen in Ayutthaya en Bangkok. Zij waren in eerste instantie bedoeld als speelpenningen die aan het eind van het spel ingewisseld konden worden voor geld. Desondanks bleken ze aan het begin van de 19 e eeuw in het dagelijks leven als pasmunt geschikter te zijn dan de kauri's van weinig waarde en de vaak schaarse, door de regering uitgegeven, zilveren munten. De landelijke populariteit van dit onofficiële betaalmiddel, gekoppeld aan de steeds groter wordende vervalsingproblematiek en de niet in de hand te houden productietoename, brachten de economie van het land decennialang serieus in gevaar, totdat de regering uiteindelijk het gebruik ervan als wettig betaalmiddel verbood. 11

3. De Chinezen in Thailand Handel en reizen PORSELEIN OM MEE TE SPELEN. PAUL VAN DONGEN © Digitale publicaties van het Rijksmuseum voor Volkenkunde De Chinezen zijn al sinds hun eerste contacten met de buitenwereld zeer geïnteresseerd geweest in Zuidoost-Azië. Chinese dynastieke annalen bevatten zeldzame informatie over de stadstaten en koninkrijken op het vasteland en in de eilandgebieden van Zuidoost-Azië vanaf het begin van hun geschiedenis. 28 Handel en politiek waren de belangrijkste, maar niet de enige, drijfveren voor wederzijds(e) enthousiasme en activiteiten. In de annalen van de Tang-dynastie staat vermeld dat een keizerlijk gezant in de 8 e eeuw naar Thailand afreisde om een ‘handelsrelatie’ aan te gaan 29 , maar een aantal Chinese handelaars hadden zich in die tijd al in dat land gevestigd. Het bewijs hiervan is een votieftafel, stammend uit de 7 e eeuw, met een Chinese inscriptie, 30 waarop een aanzienlijke en zeer gewaardeerde Chinese bijdrage aan het stichten van een boeddhistische gemeenschap in Thailand wordt herdacht. Het grootste deel van de Chinese bezoekers aan Zuidoost-Azië moeten handelaren geweest zijn. Ze verbleven voor langere tijd of vestigden zich blijvend in de nieuwe landen, waar ze op vele manieren bijdragen leverden aan de gemeenschap. De keizerlijke interesse voor Zuidoost-Azië en Thailand bereikte haar hoogtepunt naar het schijnt in de Song- en Yuanperiodes, toen het enorme gewin van handel met overzeese landen volledig tot het hof doordrong. Grote Chinese jonken begonnen daarop de zuidelijke zeeën te bevaren op zoek naar luxeartikelen en winstgevende transacties. Een kolonie Chinese handelaren verbleef in de 13 e eeuw in Angkor, de hoofdstad van Cambodja, en het is niet onwaarschijnlijk dat hetzelfde gebeurde in het naburige Thailand. Afgezanten uit Siam vervoegden zich in die tijd aan het keizerlijke hof en brachten ‘geschenken’ mee in ruil waarvoor de welwillendheid van de keizers hen ten beurt viel, terwijl ze enorm profiteerden van de handel. Autochtone buitenlanders Chinese kolonisten moeten lange tijd een gewoon verschijnsel zijn geweest in het land dat tegenwoordig Thailand heet. Behalve handelaren die zich hier blijvend vestigden en er hun nieuwe hoofdkwartieren oprichtten, moeten er al vanaf de beginperiode van de handel groepen of zelfs gilden Chinese ambachtslieden in Thailand werkzaam zijn geweest. Chinese pottenbakkers bouwden er in de 13 e eeuw al hun ovens en hebben klaarblijkelijk de kunst en techniek van geglazuurd aardewerk, alom bekend als Siamees sangkhalok, overgedragen aan het Thaise volk van het koninkrijk Sukhothai. 31 De groots opgezette en bekwaam uitgevoerde scheepsbouwindustrie in Ayutthaya, die de aandacht trok van Jeremias van Vliet, hoofd van de Vereenigde Oost-Indische Compagnie, zal waarschijnlijk door Chinezen, wier vakbekwaamheid op dit gebied wijd erkenning had, gerund zijn geweest. 32 De Chinese kolonie vormde een integraal onderdeel van het sociale en economische leven van Ayutthaya, dat in de 17 e en 18 e eeuw in Zuidoost-Azië de grootste mogendheid was. De handel floreerde er, bracht rijkdom en verhoogde het prestige en de zeemacht van het koninkrijk. Veel Chinese migranten bekleedden hoge posities aan het hof en deden in die hoedanigheid zaken voor de koning en bemanden de koninklijke jonken op weg naar China, India en de Zuidzee om daar handel te drijven. Het overgrote deel van de Chinese kolonisten zal bestaan hebben uit kooplieden en handelaren, maar er wordt ook melding gemaakt van geleerden, doktoren, ambachtslieden, toneelspelers en zelfs varkensfokkers. 33 Gemengde huwelijken kwamen veel voor en een Chinese achtergrond vormde geen belemmering om een hoge functie te bekleden of zelfs de troon te bestijgen. Volgens een aantekening van de VOC uit de 18 e eeuw werd algemeen verondersteld dat de grondlegger en eerste koning van Ayutthaya een tweede-generatie Chinees was. 34 Lokale kronieken van Thailand zijn het allemaal eens over de Chinese afkomst van Phra Chao Tak, de heldhaftige 12

<strong>PORSELEIN</strong> <strong>OM</strong> <strong>MEE</strong> <strong>TE</strong> <strong>SPELEN</strong>. PAUL VAN DONGEN ©<br />

Digitale publicaties van het Rijksmuseum voor <strong>Volkenkunde</strong><br />

In de zuidelijke provincies vulden de namo-munten de door de centrale regering uitgegeven<br />

kogelvormige munten aan. 24 Maar ook Chinees sycee-geld, Japanese muntgeld van zilver<br />

en zelfs Europees en Amerikaans geld, waren een geliefd betaalmiddel in de internationale<br />

handel, 25 evenals oude Romeinse en Indiase munten, terwijl het volk gewoon betalingen in<br />

natura en met kauri-schelpen bleef doen.<br />

Daarnaast zijn er nog andere geldsoorten geweest, uitgegeven voor korte- of<br />

langetermijngebruik, vooral in tijden waarin officieel gemaakt geld of gestandaardiseerde<br />

wettelijke betaalmiddelen schaars waren. Dit was bijvoorbeeld het geval in 1744, toen er een<br />

groot gebrek was aan geïmporteerde kauri-schelpen en de centrale regering in Ayutthaya 26<br />

bestempelde plaatjes van klei, ngoen prakap genaamd, als betaalmiddel uitgaf.<br />

Veder werd het ka-pae, ka-pae chin en ee-pa-geld uit het begin van de 19e eeuw door de<br />

centrale regering in Bangkok en het regionale gezag van het zuiden 27 ingevoerd, kennelijk<br />

om het tekort aan officiële standaardmunten met een lagere waarde aan te vullen.<br />

Een bijzonder soort geld<br />

Eveneens in de 19e eeuw werd een bijzonder soort geld, lokaal bekend als pee, in gebruik<br />

genomen om aan de behoefte van de ruilgemeenschap te voldoen, wat tegelijkertijd een<br />

aanzienlijke chaos in de economie van het land veroorzaakte. Dit bewoog de regering ertoe<br />

een permanente oplossing voor het eeuwige tekort aan officieel en zilvergeld te vinden. In<br />

1862, toen de geïmporteerde kauri-schelpen officieel uit de roulatie werden genomen,<br />

werden deze vervangen door machinaal geslagen munten en gedrukt papiergeld. De<br />

populaire pees werden in 1875 verboden en de traditionele kogelvormige pot-duang was aan<br />

het begin van de 20 e eeuw hetzelfde lot beschoren. Sinds die tijd werd het land eindelijk<br />

voorzien van een aan internationale normen voldoende regelmatige en toereikende stroom<br />

wettelijk betaalmiddelen in de vorm van machinaal gemaakte munten en papiergeld.<br />

De onofficiële maar populaire pee-muntjes van Thailand waren in feite fiches uitgegeven<br />

door Chinese gokbazen in Ayutthaya en Bangkok. Zij waren in eerste instantie bedoeld als<br />

speelpenningen die aan het eind van het spel ingewisseld konden worden voor geld.<br />

Desondanks bleken ze aan het begin van de 19 e eeuw in het dagelijks leven als pasmunt<br />

geschikter te zijn dan de kauri's van weinig waarde en de vaak schaarse, door de regering<br />

uitgegeven, zilveren munten. De landelijke populariteit van dit onofficiële betaalmiddel,<br />

gekoppeld aan de steeds groter wordende vervalsingproblematiek en de niet in de hand te<br />

houden productietoename, brachten de economie van het land decennialang serieus in<br />

gevaar, totdat de regering uiteindelijk het gebruik ervan als wettig betaalmiddel verbood.<br />

11

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!