Zij die terugkeerden uit de dood - Jozef Rulof.pdf - Overspoor
Zij die terugkeerden uit de dood - Jozef Rulof.pdf - Overspoor
Zij die terugkeerden uit de dood - Jozef Rulof.pdf - Overspoor
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
met <strong>de</strong> <strong>dood</strong> te maken. Veron<strong>de</strong>rstel dat ie<strong>de</strong>reen zou overgaan wanneer<br />
<strong>de</strong> familiele<strong>de</strong>n zich manifesteer<strong>de</strong>n. Dat is toch niet mogelijk?<br />
Ze zijn vaak in <strong>de</strong> sfeer <strong>de</strong>r aar<strong>de</strong> en doen hier dan werk.’<br />
Maar on<strong>de</strong>rtussen dacht ik: In dit geval is het wel om je te komen<br />
halen, want lang zal het niet meer duren. Jeanne werd te gevoelig.<br />
Ze sprak niet alleen <strong>de</strong> waarheid, maar zij voel<strong>de</strong> <strong>die</strong> waarheid, want<br />
<strong>die</strong> lag in haar.<br />
Ze was echter nog niet tevre<strong>de</strong>n en zei: ‘Zo, <strong>de</strong>nk je dat? Ik word<br />
zo gevoelig <strong>de</strong> laatste tijd. Soms <strong>de</strong>nk ik dat ik hen zie, maar dan ben<br />
ik bang dat ik me wat verbeeld en dat wil ik niet.’<br />
Alcar gaf mij te kennen haar <strong>de</strong> waarheid niet te zeggen en heen te<br />
gaan. Ik maakte mij dus gereed en nam afscheid.<br />
Het is toch wel merkwaardig, dacht ik, nu zij <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> spoedig gaat<br />
verlaten, voelt ze <strong>de</strong> geestelijke wereld. Doch ik ken<strong>de</strong> al <strong>de</strong>ze toestan<strong>de</strong>n;<br />
bij vele an<strong>de</strong>ren had ik <strong>de</strong>ze krachten en inwerkingen<br />
mogen waarnemen. Wanneer zij weldra hun grote reis zou<strong>de</strong>n aanvangen,<br />
zoals Jeanne dat zo mooi kon zeggen, dan voel<strong>de</strong>n zij in <strong>de</strong><br />
geest en ging hun gevoel in dat leven over. Zo was het ook thans met<br />
haar. De gevoeligheid <strong>die</strong> zij als kind reeds bezat en <strong>die</strong> zij steeds had<br />
gedragen, was nu in haar bewust gewor<strong>de</strong>n. Ik vond haar echter zeer<br />
dapper; ik hoor<strong>de</strong> weinigen op <strong>de</strong>rgelijke wijze spreken. <strong>Zij</strong> was niet<br />
bang voor <strong>de</strong> <strong>dood</strong>; voor haar was <strong>de</strong> <strong>dood</strong> een vertrouwd vriend.<br />
Op een an<strong>de</strong>re morgen, da<strong>de</strong>lijk toen ik binnentrad, vroeg zij:<br />
‘Je moet me eens zeggen, <strong>Jozef</strong>, als ik sterf ben ik dan da<strong>de</strong>lijk van<br />
mijn stoflichaam los?’<br />
‘Begin je weer te praten? Eerst goe<strong>de</strong>morgen en dan zullen we wel<br />
weer zien.’ En ik ging haar eerst behan<strong>de</strong>len.<br />
Na <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling kwam zij er toch op terug en vroeg: ‘Nu, wat<br />
<strong>de</strong>nk je, ben ik los? Ik heb daarvan gelezen, zie je.’ Ze zag mij als een<br />
kind aan en glimlachte.<br />
Voorwaar een schone vraag, dacht ik. Niet vaak zou <strong>de</strong>ze vraag<br />
door zieke mensen wor<strong>de</strong>n gesteld, want van <strong>dood</strong>gaan wil<strong>de</strong> men<br />
niet horen. Ik bewon<strong>de</strong>r<strong>de</strong> daarom Jeanne, dat zij zich zo geheel kon<br />
overgeven.<br />
Toen zei ik: ‘Ja, je bent los.’<br />
‘Weet je dat zomaar ineens?’ Ze zag mij verwon<strong>de</strong>rd aan en wacht-<br />
60