Zij die terugkeerden uit de dood - Jozef Rulof.pdf - Overspoor
Zij die terugkeerden uit de dood - Jozef Rulof.pdf - Overspoor
Zij die terugkeerden uit de dood - Jozef Rulof.pdf - Overspoor
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Ik voel<strong>de</strong> <strong>de</strong> stilte <strong>de</strong>s geestes en in <strong>de</strong>ze toestand kon men alleen<br />
maar voelen, het gesproken woord zou <strong>de</strong> rust verstoren. Ik bad innig<br />
dat het niet lang meer zou duren. Hoe verheven was dit sterfbed! In<br />
<strong>de</strong> verschijning lag het geduld van <strong>de</strong> eeuwigheid. <strong>Zij</strong>n reine han<strong>de</strong>n<br />
straal<strong>de</strong>n dat licht <strong>uit</strong>. De priester lag in een <strong>die</strong>pe slaap; het genezend<br />
magnetisme had hem in slaap gewiegd.<br />
Enige minuten waren voorbijgegaan, toen ik reeds hoor<strong>de</strong> dat ik<br />
moest ophou<strong>de</strong>n. Het was mijn lei<strong>de</strong>r <strong>die</strong> mij <strong>de</strong>ze boodschap gaf.<br />
Tevens hoor<strong>de</strong> ik: ‘Neem afscheid van hem, <strong>Jozef</strong>.’<br />
Gaat hij dan over? dacht ik.<br />
‘Dat zul je spoedig weten, ga nu heen!’<br />
Ik keek voor het laatst naar hem <strong>die</strong> een vriend en va<strong>de</strong>r voor mij<br />
was geweest. ‘Vaarwel, brave priester, velen zullen u missen.’<br />
Aan <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur bleef ik staan. Zou<strong>de</strong>n zijn ogen nog opengaan?<br />
Zeggen <strong>die</strong> lippen niets meer, hebben ze niets meer te zeggen? Als een<br />
marmeren beeld lag hij daar. Zelfs zijn a<strong>de</strong>mhaling scheen ingeslapen.<br />
Iets schoons moest ik achterlaten, maar iets nog schoners zou ik<br />
terugontvangen. Maar daarvan wist ik nog niets; dat alles zou ik later<br />
beleven.<br />
Daar lag een mens, waardig <strong>die</strong> naam te dragen. Wat was een mens<br />
d·n mooi; dan straal<strong>de</strong> hij, dan was hij <strong>de</strong> kosmisch ontwaakte. Zie,<br />
dan was <strong>de</strong> mens een kind van God, zoals God al <strong>Zij</strong>n kin<strong>de</strong>ren wil<strong>de</strong><br />
zien. Hoe heerlijk zou <strong>de</strong> wereld wel zijn als alle mensen zo waren!<br />
Nu voel<strong>de</strong> ik een drang dat ik moest heengaan; Alcar stuur<strong>de</strong> mij <strong>de</strong><br />
kamer <strong>uit</strong>. Bene<strong>de</strong>n vroeg men mij weer of het nog lang zou duren,<br />
doch ik wist nog niets en wenste hun kracht en sterkte toe en ging<br />
heen.<br />
Dit alles te mogen beleven was toch wel een grote gena<strong>de</strong>. Het te<br />
voelen was geestelijk geluk, het te mogen zien was nog won<strong>de</strong>rlijker.<br />
De priester was als een kind, hij was va<strong>de</strong>r, zieleher<strong>de</strong>r en vriend voor<br />
ie<strong>de</strong>reen <strong>die</strong> zijn hulp nodig had. Als kind zou hij <strong>de</strong> sferen van licht<br />
binnentre<strong>de</strong>n, als va<strong>de</strong>r en zieleher<strong>de</strong>r was hij <strong>de</strong> stuwen<strong>de</strong> kracht en<br />
<strong>de</strong> red<strong>de</strong>n<strong>de</strong> engel. Ik zag in hem het symbool van geluk en ware<br />
menselijkheid. De stralen van het eeuwige leven voed<strong>de</strong>n zijn dagbewustzijn,<br />
daarin had hij geleefd.<br />
Zondag en maandag gingen zo voorbij, waarin ik niets meer van<br />
37