Zij die terugkeerden uit de dood - Jozef Rulof.pdf - Overspoor
Zij die terugkeerden uit de dood - Jozef Rulof.pdf - Overspoor
Zij die terugkeerden uit de dood - Jozef Rulof.pdf - Overspoor
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
tegemoet. <strong>Zij</strong> voel<strong>de</strong>n ontzag, heilig ontzag voor zijn persoonlijkheid<br />
en eerbiedig<strong>de</strong>n zijn zielewoning. <strong>Zij</strong> wil<strong>de</strong>n zijn zielsrust niet storen<br />
en keer<strong>de</strong>n kalm huiswaarts. Naar ziel en lichaam had hij hen geholpen.<br />
Maar er kwamen ook an<strong>de</strong>ren, <strong>die</strong> zomaar binnenvielen; <strong>die</strong><br />
ken<strong>de</strong>n en voel<strong>de</strong>n geen ontzag. Verbaasd zag hij hen dan aan, maar<br />
zei niets. Een mens had hulp nodig en <strong>die</strong> hulp wil<strong>de</strong> hij hun geven.<br />
Hoewel bevend van schrik, <strong>de</strong> mens voelend met al zijn gebreken en<br />
fouten, wist hij zichzelf tot kalmte te brengen. Hij beheerste zich,<br />
glimlachte slechts en stel<strong>de</strong> hen gerust. <strong>Zij</strong>n eeuwigduren<strong>de</strong> glimlach<br />
verrichtte won<strong>de</strong>ren. Velen tra<strong>de</strong>n binnen, zagen hem scherp in <strong>de</strong><br />
ogen, waarvan hij ril<strong>de</strong> en beef<strong>de</strong>, maar hij stond voor hen als een<br />
kind en was verbaasd over zoveel onmenselijkheid. <strong>Zij</strong>n schone zielewoning,<br />
steeds verzorgd zodat God kon binnentre<strong>de</strong>n, werd door<br />
<strong>de</strong> mens bezoe<strong>de</strong>ld.<br />
Dan bleef hij, wanneer <strong>de</strong> mens was heengegaan, alleen achter met<br />
al dat menselijke. Hij moest het alleen zien te verwerken. Niemand<br />
kon hem daarbij helpen, maar hij had ook geen hulp nodig. Hij wist<br />
en bezat <strong>de</strong> kracht en verstond <strong>de</strong> kunst en had <strong>de</strong> kennis <strong>die</strong> ervoor<br />
nodig was om zijn geestelijke woning schoon te hou<strong>de</strong>n, zodat God<br />
op het onverwachtste ogenblik kon binnentre<strong>de</strong>n. Hij bezat <strong>die</strong> grote<br />
kracht en droeg ze en <strong>die</strong>p, heel <strong>die</strong>p in hem lag <strong>die</strong> reine lief<strong>de</strong>.<br />
Nee, zijn zielehuisje kon<strong>de</strong>n <strong>de</strong> mensen niet besmeuren. Een zee<br />
van lief<strong>de</strong> spoel<strong>de</strong> het schoon, niets bleef op zijn plaats en <strong>de</strong> vlammen<br />
van zijn on<strong>uit</strong>puttelijke lief<strong>de</strong> droog<strong>de</strong>n het. Geen mens ken<strong>de</strong><br />
zijn geheim, maar zij wil<strong>de</strong>n het ook niet kennen. In stilte droeg hij<br />
<strong>de</strong>ze schat en glimlachte slechts, waarmee hij alle mensen aan zich<br />
verbond <strong>die</strong> tot hem kwamen. Zo leef<strong>de</strong> hij, zo had hij geleerd te<br />
moeten leven. Zo voel<strong>de</strong> ik <strong>de</strong>ze priester aan.<br />
Het was stil rond <strong>de</strong> zieke en ik dacht aan Alcars woor<strong>de</strong>n, dat hij<br />
een groot priester was geweest. Ik voel<strong>de</strong> <strong>de</strong> stilte van <strong>de</strong> <strong>dood</strong>, het<br />
heengaan van <strong>de</strong>ze wereld, het binnentre<strong>de</strong>n aan gene zij<strong>de</strong>. Dat probleem<br />
woel<strong>de</strong> in mij; ik voel<strong>de</strong> en zag het en ik werd daarin opgenomen.<br />
Wat ik thans beleef<strong>de</strong>, zou ie<strong>de</strong>r mens <strong>die</strong> op aar<strong>de</strong> leef<strong>de</strong>, moeten<br />
doormaken. Ik voel<strong>de</strong> <strong>de</strong> priester, peil<strong>de</strong> zijn innerlijke toestand<br />
en wist hoe gelukkig hij straks zou zijn. Hij had geleefd als mens, als<br />
een kind van God.<br />
24