Zij die terugkeerden uit de dood - Jozef Rulof.pdf - Overspoor
Zij die terugkeerden uit de dood - Jozef Rulof.pdf - Overspoor
Zij die terugkeerden uit de dood - Jozef Rulof.pdf - Overspoor
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
ning niet eer<strong>de</strong>r had waargenomen.<br />
De broe<strong>de</strong>r fluister<strong>de</strong> mij toe dat het een hoger afgestemd wezen<br />
was, dat ik nog niet goed kon waarnemen. Ook dat zou ik eerst later<br />
kunnen.<br />
Geruime tijd bleef het wezen in <strong>de</strong>ze houding over mijn moe<strong>de</strong>r<br />
heen gebogen en een sterke lichtstraal schoot <strong>uit</strong> zijn han<strong>de</strong>n.<br />
Onverwachts keer<strong>de</strong> het wezen zich om en keek mij aan en nu keek<br />
ik in twee prachtige mensenogen, <strong>die</strong> straal<strong>de</strong>n als zonnen. Zo straal<strong>de</strong>n<br />
ook <strong>de</strong> ogen van mijn leermeester, want ook daar zag ik <strong>die</strong>zelf<strong>de</strong><br />
krachtige <strong>uit</strong>straling.<br />
Ik ken<strong>de</strong> <strong>die</strong> geest, maar waar had ik hem gezien? Plotseling schoot<br />
het mij te binnen.<br />
‘Grootva<strong>de</strong>r, o, grootva<strong>de</strong>r, bent u het? Hier, bij mijn moe<strong>de</strong>r?<br />
Ik weet dat u reeds lang gele<strong>de</strong>n bent gestorven! Wist u dat ik ook in<br />
dit leven was?’<br />
‘Ik wist het, mijn jongen, ik wist het reeds lang voordat je dit leven<br />
binnentrad.’<br />
‘En kwam u mij dan niet opzoeken?’<br />
‘Alles is goed zoals het geschiedt.’<br />
Welke won<strong>de</strong>ren zal ik nu weer beleven?<br />
‘Hoe komt u op aar<strong>de</strong>, grootva<strong>de</strong>r?’<br />
‘Hetzelf<strong>de</strong> zou ik jou kunnen vragen.’<br />
‘Dat is waar’, zei ik, ‘maar het is heerlijk iets van mijzelf in dit leven<br />
te bezitten’, en daarop vloog ik in zijn armen. Het was alsof wij nog<br />
op aar<strong>de</strong> leef<strong>de</strong>n. Hoe vaak had ik niet op zijn knie gezeten. Wat<br />
hield grootva<strong>de</strong>r veel van mij! Mijn jonge jaren gingen nu aan mij<br />
voorbij en daarin zag ik vele schone momenten. ‘Hoelang is het reeds<br />
gele<strong>de</strong>n dat u bent gestorven?’<br />
‘Heel lang, mijn jongen.’<br />
‘Hoe wist u dat moe<strong>de</strong>r ziek was?’<br />
‘Won<strong>de</strong>ren in het geestelijke leven, Gerhard.’<br />
Hij leg<strong>de</strong> zijn mooie han<strong>de</strong>n op mijn hoofd en ik voel<strong>de</strong> zijn rust,<br />
<strong>die</strong> in mij kwam.<br />
Daarbij keek hij mij in <strong>de</strong> ogen en zei: ‘Zul je sterk zijn en aan<br />
jezelf werken?’<br />
‘Ja, ik beloof het u’, zei ik. ‘U bent een goed mens geweest, groot-<br />
171