Zij die terugkeerden uit de dood - Jozef Rulof.pdf - Overspoor
Zij die terugkeerden uit de dood - Jozef Rulof.pdf - Overspoor
Zij die terugkeerden uit de dood - Jozef Rulof.pdf - Overspoor
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
moest ik het aanvaar<strong>de</strong>n. En waarom <strong>de</strong>ed ik dit nu dan niet?<br />
‘Maak je los, Gerhard, maak je los van al <strong>die</strong> gedachten, je hebt<br />
daar niet mee te maken; je bent immers gestorven? Weg, ver weg ben<br />
je van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>.’<br />
Op hetzelf<strong>de</strong> ogenblik brak er iets in mij en een gloedvolle lichtstraal<br />
doorboor<strong>de</strong> <strong>de</strong> duisternis en maakte mij intens gelukkig. Ik<br />
voel<strong>de</strong> en begreep dat ik mijzelf had vergeten. Het leven op aar<strong>de</strong><br />
ging mij niet meer aan, dus moest ik ook dat leven laten varen en<br />
an<strong>de</strong>rs gaan <strong>de</strong>nken, en als ik an<strong>de</strong>rs dacht, voel<strong>de</strong> ik mij gelukkig.<br />
Dan was ik bevrijd van ziekte en dorst en alle an<strong>de</strong>re kwellingen. Ja,<br />
dat was het, ik had verkeerd gedacht. Ik had mijzelf in <strong>de</strong>ze toestand<br />
gebracht omdat ik mij niet beheerste. Maar... dan? Ik durf<strong>de</strong> er niet<br />
aan te <strong>de</strong>nken, want dan had ik vele levens en <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> en al <strong>die</strong> mensen<br />
hier bespot en vervloekt. Hoe kon ik mij zo hebben vergeten? Ik<br />
begroef mijn hoofd in mijn han<strong>de</strong>n en durf<strong>de</strong> geen licht meer te zien.<br />
Verschrikkelijk, wat ben ik tekeergegaan! Ik keek om mij heen, maar<br />
er was geen wezen in mijn nabijheid. Zou God alles weten? Toen<br />
boog ik mijn hoofd heel <strong>die</strong>p, en het werd mij droef te moe<strong>de</strong>. Wat<br />
had ik gele<strong>de</strong>n! Een afschuwelijke strijd had ik <strong>uit</strong>gevochten. Voor<br />
niets? O, hoe kon ik dit alles weer goedmaken? Was dit mogelijk?<br />
Zou ik dit ooit kunnen?<br />
Maar er was iets wat mij gelukkig stem<strong>de</strong>; <strong>die</strong>p in mij lag het. Als<br />
ik er in stilte naar luister<strong>de</strong>, dan voel<strong>de</strong> ik het en als ik het voel<strong>de</strong>, kon<br />
ik het horen. Was het iets schoons? Was dit het geluk? Ik was <strong>dood</strong>,<br />
maar ik leef<strong>de</strong>; d·t was het geluk dat ik voel<strong>de</strong>. Ja, o God, ik voel<strong>de</strong><br />
het; ik had iets overwonnen en door dat gevecht had ik mijn aardse<br />
leven afgelegd. Ik voel<strong>de</strong> mij los, geheel los van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> en was nu<br />
bevrijd. Hoe dom is <strong>de</strong> mens, dacht ik, <strong>die</strong> het aardse leven met het<br />
geestelijke gaat verwisselen. Hoe onbegrijpelijk is <strong>de</strong> mens wanneer<br />
hij zichzelf en het leven niet kent. Ik dacht over alles na waarmee ik<br />
zoëven verbon<strong>de</strong>n was geweest. Met een probleem was ik verbon<strong>de</strong>n<br />
geweest en dat probleem was in mijzelf opgelost. Ik geloof<strong>de</strong> niet dat<br />
ik was gestorven, maar nu ik aanvaard<strong>de</strong>, veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong> alles in mij en<br />
waren mijn ziekte en ellen<strong>de</strong> verdwenen. Ik had niet kunnen geloven<br />
omdat ik aards dacht; al <strong>die</strong> tijd was ik een levend do<strong>de</strong> geweest.<br />
Nu waren al <strong>die</strong> dromen<strong>de</strong> mensen mij lief, ik hield van hen omdat<br />
155