Zij die terugkeerden uit de dood - Jozef Rulof.pdf - Overspoor
Zij die terugkeerden uit de dood - Jozef Rulof.pdf - Overspoor
Zij die terugkeerden uit de dood - Jozef Rulof.pdf - Overspoor
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
kon nog niet aan an<strong>de</strong>re kleren <strong>de</strong>nken. Wel kon ik <strong>de</strong>nken, maar ik<br />
had nog geen geestelijk bezit en geen concentratie genoeg. Ik had<br />
immers nog niets geleerd; daarvoor was ik te kort in dit land. Mijn<br />
kleren pasten en behoor<strong>de</strong>n bij mijn gehele persoonlijkheid. Als<br />
koetsier was ik hier aangekomen en dat zou ik voorlopig moeten blijven.<br />
Toch vond ik het hin<strong>de</strong>rlijk, want wat had ik nu nog met dat<br />
aardse leven te maken? Vroeg of laat, zo dacht ik, zal ook hier wel<br />
veran<strong>de</strong>ring in komen.<br />
Ik volg<strong>de</strong> mijn leermeester naar b<strong>uit</strong>en. Wat vond ik alles vreemd!<br />
Ik zag dat het een zeer groot gebouw was waarin ik nu vertoef<strong>de</strong>, ook<br />
dat het op aardse wijze was opgetrokken. Er zou<strong>de</strong>n wel duizend<br />
mensen in on<strong>de</strong>rgebracht kunnen wor<strong>de</strong>n. Overal zag ik mensen en<br />
velen waren aards gekleed. Enkelen droegen gewa<strong>de</strong>n <strong>die</strong> zo heel<br />
an<strong>de</strong>rs waren dan al <strong>die</strong> an<strong>de</strong>re. Waren dat leermeesters, evenals <strong>de</strong><br />
broe<strong>de</strong>r <strong>die</strong> mij leer<strong>de</strong> hoe in dit leven te kunnen overgaan? <strong>Zij</strong> droegen<br />
eenzelf<strong>de</strong> gewaad als dat van mijn broe<strong>de</strong>r, waaraan ik hem dacht<br />
te herkennen. Dan zag ik mensen <strong>die</strong> zich met aardse siera<strong>de</strong>n had<strong>de</strong>n<br />
getooid en prachtige kleren droegen, maar ook zag ik er <strong>die</strong> in<br />
lompen waren gehuld. Er waren ou<strong>de</strong> en jonge mensen, <strong>de</strong> jongeren<br />
had<strong>de</strong>n <strong>de</strong> leeftijd van twintig jaar bereikt, maar kin<strong>de</strong>ren zag ik niet.<br />
De natuur was ongeveer zoals <strong>de</strong> herfst op aar<strong>de</strong>. Begon het hier<br />
reeds winter te wor<strong>de</strong>n? In welke maand van het jaar leef<strong>de</strong> ik eigenlijk?<br />
Ik had er geen vermoe<strong>de</strong>n van en vond het hier kil en saai. Het<br />
was geen natuur om in te moeten blijven leven en vooral niet om<br />
beter te wor<strong>de</strong>n. In <strong>de</strong> herfst op aar<strong>de</strong> zag men groen en geel, maar<br />
dat zag ik hier niet eens. Deze natuur was zo vreemd, onnatuurlijk.<br />
Het zag er<strong>uit</strong> alsof alles verschoten en het gewas nog niet rijp was.<br />
Ik kon er mij geen an<strong>de</strong>re voorstelling van maken.’<br />
Ik moest lachen on<strong>de</strong>r het schrijven; een natuur <strong>die</strong> verschoten<br />
was, had ik nog nooit gezien! Ook Alcar zag ik glimlachen.<br />
‘Moet je daarom lachen?’ hoor<strong>de</strong> ik Gerhard vragen. ‘Maar <strong>de</strong><br />
natuur was in werkelijkheid zo en ik vertel je hoe ik erover dacht.<br />
De broe<strong>de</strong>r wan<strong>de</strong>l<strong>de</strong> voor mij <strong>uit</strong> en ik volg<strong>de</strong> hem. Alles was<br />
vreemd, wat ik ontmoette. Waar was ik? Aan al <strong>die</strong> <strong>uit</strong>leggingen<br />
dacht ik niet en aan wat <strong>de</strong> broe<strong>de</strong>r mij had dui<strong>de</strong>lijk gemaakt evenmin.<br />
Ik zou geen vergelijkingen kunnen maken, omdat alles wat ik<br />
142