Gedachten, brieven en opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickx

162
Gedachten, brieven en opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickx
Gedachten, brieven en opstellen
1914-'18 van Louis Geeurickx
In het vorig hoofdstuk brachten wij integraal
het oorlogsdagboek van Louis Geeurickx.
Daarnaast is er van hem nog een afzonderlijk
schrijfboek Gedachten, brieven en opstellen
Albert Vertommen, zoon v. d. koster van Asse
Ik val gelukkig!
De Panne, 7 Februari 1915.
Ik draag als een relikwie in den zak een
stukje papier, (een briefomslag) waarop met
zeer onvaste trekken geschreven staat: "Vaarwel!
Ik val gelukkig! Tot weerzien!"
Gij hebt het geraden; 't is de stervende
hand van mijnen vriend en makker die, met
waaruit wij hieronder een ruime selectie publiceren
(1915 en 1916).
De lezer zal begrijpen dat strikt persoonlijke
zaken niet opgenomen werden.
een kogel in volle borst, nog de kracht vond
om bovenstaande woorden neder te schrijven
met aand de keerzijde het adres van zijnen
vader.
En dan zoo luide zijne kranke borst het
hem nog toeliet, - zoo zegde me zijn strijdmakker
die nevens hem stond – riep hij: Leve
België!
"Ik val gelukkig"! Heeft die jongeling van
21 jaar in zijn laatste oogenblikken niet een

Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickx
leugen nedergeschreven? Neen, duizendmaal
neen! – 't Was misschien een ongelukkige, een
droefgeestige, een zwartkijker, die 't leven
moede was? Neen, neen, 't was een opgewekt,
levenslustig, blij karakter; 't was een jongeling
wien een schoone toekomst tegenlachte, de
oudste zoon van doorbrave ouders, die met
recht en reden fier waren op hunnen Albert,
het licht hunner oogen!
Hoe kon die dan schrijven: "Ik sterf gelukkig"?
Het antwoord op die vraag lijdt geen
twijfel: Albert was een overtuigd christen soldaat.
Hij wist dat hij streed voor een rechtvaardige
zaak; hij beminde zijne ouders, broeders en
zusters met eene liefde, die me soms 't harte
week maakte; voor zijne makkers was er geen
vroolijker gezel dan Albert; hij liefde innig zijne
geboortestreek, 't payottenland, zijn Vlaanderen,
zijn Belgenland! En dat alles was laffelijk,
onverwachts aangevallen door een trouweloozen
woordverbreker, een overmachtigen, hoovaardigen
vijand, een moordenaar van ongewapende,
vreedzame burgers, een verkrachter
van onschuldige, weerlooze vrouwen, een kindermoordenaar,
een roover, een brandstichter,
een …
O, ja, Alberts warm hart kookte van verontwaardiging
als hij daarvan sprak en dan
vond hij soms de woorden niet, krachtig genoeg
om aan zijne strijdmakkers de verachting,
den walg mede te deelen die hij zelf voor
onze laffe aanranders voelde.
Hij was het niet die aanwakkering van
zijne oversten noodig had om tegen den vijand
op te trekken, neen; zijn voorbeeld, zijn vlammend
woord verving dikwijls dat zijner oversten
in 't hart zijner strijdgenoten. Waar zijne
officieren hem heenstuurden daar ging hij; en
was die plaats dan nog zoo gevaarlijk, hij gevoelde
zich daar te zijn waar zijne plicht hem
riep en dan was hij gerust; hij wis immers dat
"geen haar van zijn hoofd zou gekrenkt worden
zonder de toelating van den Heer en Meester
over leven en dood."
Want, zooals ik hooger zegde, Albert was
een overtuigd christen soldaat.
Hoe zoet het leven hier op aarde is had hij
in zijnen beminnelijken huiskring bij zijn
vroolijke makkers zoo goed ondervonden. Zelfs
mag ik zeggen dat hij de schaduwzijde van
't aardsche leven, leed en lijden, nog niet kende
dan door den tegenwoordigen oorlog.
Maar zijn diep christene overtuiging had
hem geleerd de waarde van het aardsche leven
niet te overschatten; gedurende de weinige
weken die hij van dezen vreeselijk treurigen
oorlogstijd heeft medegemaakt had hij beter
dan ooit het H. Lijden van OHJChr. Overwogen
163
en leeren begrijpen en hij wist immers dat "de
leerling niet beter is dan zijn Meester".
Hij begreep dat er naast het martelaarschap
der geloofshelden een ander martelaarschap
bestaat dat van den soldaat, die zijn
leven geeft voor de redding van 't lieve vaderland,
voor de bevrijding zijner geliefden, voor
de zegepraal van 't gekrenkte recht opden
trouweloozen aanvaller van zwakken.
En al de ontbeeringen en al het lijden die
den treurigen oorlog voor hem reeds medegebracht
hadden heeft hij met gelatenheid, met
blijmoedigheid zelfs, immer verdragen: 't was
een schat van verdiensten die hij medenam op
zijn laatste reize naar een beter leven; van
hem zal niet gezegd zijn dat hij voor den oppersten
Rechter verschenen is met ledige handen,
neen, en, in alle waarheid zal zijn engelbewaarder
zich voor God kunnen aanbieden
met deze woorden: "Hier is de schoone ziel die
Gij mij hebt toevertrouwd: gedurende haren
korten pelgrimstocht zaaide ze 't goede zaad
waar ze 't vermocht; en zooeven is haar stoffelijk
omhulsel gelukkig bezweken in den edelen
kamp voor 't goede recht."
Weent niet, brave ouders, broeders en
zusters, beste vrienden en goede makkers,
weent niet, want Albert is gevallen, gelukkig,
"Vaartwel", roept hij U toe, tot weerziens, hiernamaals!
6 Febr. 1915
13 Febr.
Aan Lt. Joz. Vandevelde te Bray-Dunes.
Goede Vriend Jozef,
Goed uw schrijven van 7 ll. ontvangen en danke
U voor de adressen. Langs Malefray heb ik
reeds 2 maal geantwoord op brieven die mijn
vrouw me zond langs 't zelfde adres. Maar voor
eenige dagen heeft men ons een order gelezen:
'verboden langs agencies te schrijven'. Is
M. Malefray zulk een agent? en De Rijcke? En
langs waar dan schrijven? Langs St. Adresse
waar ik eerst schreef is niets te Opwijck aangekomen.
Ik ben nu toch zeker dat te Opwijck
alles goed gaat.
Danke U voor 't nieuws aang. Aloys De Smedt.
Ik ga hem verzoeken eens tot bij me te komen.
En kan ik U niet eens verwachten? Ik ben hier
opperbest gelogeerd in De Panne (villa Pierrot,
Avenue Bortier n° 22 bij de boekhandel The
Studio). Ik ben heel den dag vrij: uitgenomen
2 appels 11u. en 3 u. doch dat duurt slechts 10
min. Als ge eens naar De Panne komt verwacht
ik U. Wij blijven hier zoolang de 4e LA niet van
secteur verandert. Kom eens met Aloys. En als
ge kunt Maand of D. komen dan is er kans dat
Paul Lindemans hier of in Adinkerke is; hij doet

164
dienst als infirmier op train San. nr. 3 (als ge
hem wilt schrijven, zet dans als tehuiswijzing
Calais.
In de hoop Ulie binnen kort eens te zien groet
U zeer hartelijk Uw L.G. CA 4 LA
13 Feb.
Aan AL. De Smedt CAGLA Ghyvelde
Goede vriend Aloys,
Van Joz. V.d.Velde van Mazenzeele weet ik
waar ge tegenwoordig verblijft. Daar ge in rust
zijt hebt ge wel tijd om eens naar De Panne te
komen. Ik ben terug in de ambulancie C4LA en
woon reeds sedert eene maand op de Av. Bortier
22 tegen boekh. The Studio. Ik verwacht U
zoo gauw mogelijk eens met Joz. V.d.V. of
alleen. Toek. D. of W. komt Jan Buggenhout
ook voor een 8 tal dagen bij me wonen en
's Maand. Of D. van iedere week zie ik P. Lind.
(hier of in Adinkerke) die is er op tr. San. 3
Calais.
Aloys maak eens van de gelegenheid gebruik.
We kunnen dan ons hart eens lucht geven over
ons geliefd Opwyck. P.L. heeft foto's bij van
Opw. Te binst den oorlog genomen. Zeer interessant.
Ik heb reeds 3 brieven van mijne vrouw ontvangen;
ook een van B. Meert uit Holland.
In de hoop U binnen kort eens te zien groet U
meest hartelijk
L.G. CA 4 LA
13 Febr.
Aan Heer J. Wyckmans, Min. v. Oorlog, Le Hâvre
Heer en Goede Vriend,
Hieringesloten een paar correspondenties die
mijn vriend Jan Koninckx gaarne zou getimbreerd
hebben uit Le Hâvre. Mag ik U dus vragen
ze te Le Hâvre in de bus te steke. Ik maak
van de gelegenheid gebuik U nogmaals te bedanken
voor uw schrijven van rond Nieuwjaar.
Tegenwoordig is mijn toestand zeer goed en is
eindelijk een weinig orde gekomen in de regelng
van den gezondheidsdienst.
Uw neef J. Wyckmans heeft nogal geleden van
vermoeidheid. Voor een 8tal dagen zegde me
zijn vriend dat hij een begin van typhus koorts
had; hij was dan "en observation" in het Repos
St. Elisabeth De Panne; ik weet niet of hij daar
nog is; misschien is hij naar Calais gezonden in
een of ander hospitaal.
Ons leger is tegenwoordig in goeden staat:
levensmiddelen en kleederen allerhande komen
in overvloed. Laten we hopen dat we onzen
man zullen staan eens dat de groote kuisch zal
beginnen!
Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickxl
Groet U gansch en genegen en danke bij voorbaat
voor den dienst.
Louis Geeurickx aan zijn bureau in Calais.
14 Febr.
Aan Not. Wynants (Mevrouw)
Gisteren heb ik met blijdschap de kaart van
den Heer Notaris gekregen waarin hij me meldt
dat hij naar Opwijck vertrekt. Moge hij de verwoesting
in Uwe woonst niet al te groot vinden.
Reeds tweemaal heb ik een brief van mijn
vrouw ontvangen: telkens weinig of geen
nieuws erin: men voelt dat ze schrik heeft dat
haar schrijven zou kunnen in de handen der D.
vallen. Ik zou gelukkig zijn na den terugkeer
v.d. H. Not. in Folkestone, een weinig nieuws
uit Opwyck te vernemen, dat niet moet "gecensureerd"
worden. Ik ben gelukkig te vernemen
dat het met Uw jongste dochterken goed
gaat tegenwoordig; ik wensch den heer Not.
gelukkige heen- en terugreis en voor gansch
Uwe geachte familie wensch ik dat het ballingschap
haar niet te hard valle en dat ze binnen
niet al te langen tijd, wel behouden, in ons
geliefd Opwyck moge weerkeeren!
Gelieve, Mevrouw, mijne eerbiedige en genegen
groeten te ontvangen.

Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickx
18 Febr.
[Aan zijn vrouw]
… (langs Tilburgh)
…
Uw schrijven van 26 Jan. heb ik goed ontvangen.
Elke dag die me iets brengt van U is een
kermisdag. Wat ge me vertelt over ons Jozefken
heeft me waarlijk aangedaan! Zoodus, de
kleine begint te verstaan wat ge hem zegt?
…
De valling van Mariaken is al genezen hoop ik?
Is het portret van de kleintjes al gemaakt? Ge
kunt niet gelooven hoe ik tracht het te ontvangen.
Het zal een schooner portret zijn van hetgene
ik u gezonden heb, hoop ik. Hebt ge dat
al ontvangen? Er is een voor U en een voor
huis. Ik hoop wel eens een schooner te zenden.
Celine als 't uwe met de kleintjes nog niet gemaakt
is, doe het dan zoo gauw mogelijk en
zoo goed mogelijk. Ik snak er naar! Ik zal me
dan met mijn eigen oogen kunnen overtuigen
of ze me gelijkt, dat vriendelijk dingsken.
En lijdt vader weeral aan maagpijn? Gelukkig
als 't zoo erg niet is dan gewoonlijk. 'k Verneem
met genoegen dat voor de rest te huis
alles goed gaat bijzonder met Désiré. Ik dank
hun vurig voor hunne gebeden en U bijzonder
Celine, voor uw aanhoudend gebed. Ja, God zal
't verhooren. Vertrouw sterk op Hem! Het
verheugt me ook dat het leven nog niet al te
hard en te duur is voor ulieden. Ik heb gisteren
een langen brief gelezen van Meester Buggenhout
aan Jan. Deze laatste is weer voor 8 dagen
met mij in den kost. Ik ben gelukkig hem
hier goede nachtrust te kunnen bezorgen. De
oogenblikken met Jan en Paul Lindemans doorgebracht
zijn ons zoo kostelijk!
Ik heb nog gezien en gesproken: Frans Pissens,
Leo De Smedt (Katje Heyveld), Frans van
Philomena's (Nijverseel), Heyvaert (zoon Lange
Louis). Laat aan die menschen iets weten als
ge kunt. Ook aan Eugeen V.d.Broeck zijn familie:
't gaat goed met em. Ook met Aloys De
Smedt en Luit. J. Van de Velde van Maxenzeele.
't Doet me plezier dat ge goed voortkunt. Wat
den dienst in de kerk aangaat. Dank Jan Lindemans
aan Corn. Raes en Evarist voor de
bewezen diensten. Ook bijzonder M. Van Gestel
voor zijne vriendelijkheid. Beste groeten aan
M. Pastoor (voor wie hierbij een briefje), aan
Mr. Walgrave, aan J. Van Malderen en aan al
de vrienden en kennissen (Corn. V. Mald. zoon
Jef ook hier).
Van onze zuster Marie heb ik nog niets ontvangen.
Binnen eenige dagen schrijf ik haar want
men zegt ons dat we van nu af aan rechtstreeks
naar huis kunnen schrijven. 'k Ga het
beproeven. Tot binnen eenige dagen, Céline,
dan moogt ge nog iets verwachten.
165
Dat het U allen wel ga! Mijne meest hartelijke
groeten en warme kussen voor U en de kleintjes!
20 Febr.
Aan EH. P. Van d. Velpen
(verz. terzelfdertijd met voorgaande brief)
Ik dank U zeer hartelijk EH. P. voor Uwe vriendelijke
kaart en genegene wenschen. Van mijnen
kant stuur ik Ued. mijne vurige heilwenschen
voor 't jaar '15. Moge het ons gelukkig
en behouden weer te zamen brengen en dat
binnen zoo kort mogelijken tijd.
Ik dank Ued. zeer hartelijk bijzonder voor de
gebeden welke Ued. voor mij en voor mijne
familie ten Hemel stuurt en voor al wat ge in
mijn afwezigheid voor mijne geliefden doet. Ik
weet zeker dat zij in de moeilijke omstandigheden
op uwe hulp mogen rekenen. Van den
anderen kant vergeet ik U ook niet in mijn
gebeden, ge kunt wel denken dat mijne gedachten
veel, zeer veel in Opwyck zijn: zooveel
van wat me aan 't harte ligt wordt immers door
dien duurbaren grond gedragen: mijne vrouw
en kinderen, mijne ouders, vrienden en kennissen,
mijne verhevene werkplaats! Ik denke zoo
gaarne bv. aan de St. Pauluskerk 's zondags op
het uur der hoogmis! Zoete herinneringen!
Wanneer beleve ik dat weer?
Door mijne vrouw weet ik dat de dienst in de
kerk goed voortgaat: 't is een troost zulks te
vernemen.
Ik eindig EH. P. , U nogmaals biddende mijne
familie en mij dikwijls gedachtig te zijn tijdens
het H. Sacrificie en niets te verwaarloozen om
aan de eersten mijne afwezigheid minder hard
te maken.
Tot weerziens!
P.S. Gelieve EH P. mijne hartelijkste groeten
over te maken aan EH. Walgrave en Van Gestel
– ook aan Virginie. Celine vertelt U zeker den
inhoud mijner brieven aan haar geschreven?
Dond. 25 Feb.
Aan Ben. Meert Geintern. Grenad. 6/2 Kamp 2
Zeist Ned.
Zooeven uw schrijven van 16 ll. ontvangen:
Danke u daarvoor Benoit. Ge en kunt niet enken
welk een genoegen het me doet iets over
Opwyck te vernemen en ik denk dat door u ik
het best over den toestand in Opwyck kan ingelicht
worden; ge moogt er op rekenen dat,
wat ik weet, ook zal medegedeeld worden aan
de andere Opwyckenaars.
Spijtig dat de brief niet juist een dag vroeger
kwam: dan waren we juist bijeen met P.L., J.B.
en E. V.d.Br. we hebben hier zoo drie dagen te

166
zamen kunnen overbrengen; ik moet u niet
zeggen, nietwaar, hoe aangenaam zulk samenzijn
is; dat er dan over Opwyck gesproken
wordt kun ge wel denken ook en zeker over B.
Meert die middel vindt om aan zijn streekgenoten
dienst te bewijzen.
Hier eenige jongens die ik de laatste dagen nog
gesproken heb: Edmond d'Hauwer (v.d. Wit.
Jager), Jean Heyvaert (z. L.L.), Edmond Kosters
(z. Jef Broekstr.), De Bakker – Willems
(getr. met dochter Jef Willems (Droeshout).
Niet een van die jongens heeft nieuws van
zijne ouders of vrouw ontvangen.
Louis De Pauw, zoon van Jefke, is over een
paar d. uit Eng. vertrokken om terug naar het
front te komen. Eervol gesneuveld in den laatsten
tijd Bern. Miers (zoon We.) en waarschijnlijk
ook Juul Bogemans (Kalkestr.)
Ik heb de namen (bovenst.) (niet der gesneuvelden)
naar Opwyck gezonden rechtstreeks:
sedert 16 Febr. mogen we rechtstreeks naar
het bezette gedeelte van België correspondeeren
heeft men ons gezegd; doch ik heb nog
geene zekerheid of dat goed zal terecht komen.
Weet gij daar iets meer over? Besten
dank Benoit voor het verzenden mijner brieven
en portretten. Rekening zullen we na den oorlog
maken. Zooals ge nu gevraagd heb zal ik
op elk mijner brieven aantstonds antwoorden
met al het nieuws dat ik weet; ik verwacht
wederkeerig van U hetzelfde.
Over eene week ongeveer heeft iemand mij
gezegd dat er een brief van een artilleur uit
Holland voor mij in De Panne was; ik heb aanstonds
gedacht dat is van Peerken Moerenhout;
tot hiertoe ben ik er niet in gelukt hem
vast te krijgen: vraag eens aan Petrus of het
zoo is. Is Peerken al bij U?
Van Not. Wynants kreeg ik een kaart geschr. 5
Febr. Die vertrok dan naar Opwyck en zal
waarschijnlijk wederkeeren naar Engeland. Van
hem verwacht ik dan ook wat nieuws, als
't komt zal ik het u overmaken. Zijn neef Leo is
krijgsgevangen in Duitschland (Güstrow).
Nogmaals besten dank voor al het nieuws uit
Opwyck en voor al uw gebeden tijdens de algemeene
communie die daar gehouden is.
Vele groeten aan al de Opwycksche geinterneerden.
P.S. Ik heb uw brief gesloten ontvangen, ik
verzend dezen ook gesloten (laat me aub weten
of hij u zoo toegekomen is).
Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickxl
Zat. 27 Febr.
aan P. Lindemans
Het is bijna zeker dat we morgen (Zondag)
vertrekken, naar Elsendam (den omtr. van
Oost-Vleteren) waarschijnlijk. Ik heb u en mijn
doen opschrijven voor een absentie van
10 weken of De R. St. Ik hen uw en mijne
kwijt… op zak. Betr. V.d.Schelden heeft me
gevraagd of ik hem het adres van H. Borginon
niet kon bezorgen. Zult gij daarvoor zorgen?
De 9e is gisteren gebombardeerd door vliegeniers.
Niet veel schade 2 à 3 slachtoffers (1kind
1 vrouw en 1 soldaat). 'k Verwacht een spoedig
antwoord.
1 Maart
Hier, na ene lange rei goed aangekomen in
't zweet; een paar uren tegen den grond gelegen
en dan in een schuur gekropen, gemaakt
van planken waar de wind en regen doorspelen
dat het een plezier is; voor ons eene gedoode
koe stinkende als de pest en aan ons hoofd, op
een meter afstand, het gemak van de schuur
afgesloten door eene plank: daar hebt ge het
portret van onze nieuwe villa. Gedurende den
nacht hebben we rattenmuziek gehad; die lieve
beestjes trekken ons brood uit den zak komen
opeten, eerst een stuk uit den zak gebeten
hebbende; om naar de schuur te gaan slijk tot
aan de knoesels. Den "Abeele" is een gehuct
van Leysele; er staan omtrent 10 huizen en er
is niets te krijgen. We liggen in die 10 huizen
met 90 man der kolon 150 gendermen, een
escadron guides en een aantal mitrailleurs.
Adieu Le belle Panne, adieu lieflijke Pierrot met
uwe lieftallige bewoners, adieu goed bed, adieu
muziek en piano en zang! Voor hoelang in deze
hel?
Een enkele goede zijde is er aan onze veranderin.
't Is dat we de gulle gastvrijheid bij W… in
de Pierrot genoten, des te meer waardeeren
dat het verschil zoo schrikkelijk groot is! Nu we
zullen er ons wel stillekens aan gewoon maken:
de oorlog is toch gemaakt om de menschen
wat te doen afzien.
5 Maart
Aan P. Moerenhout geins. Art. 8e bat. de siège
dépot Steenoven te Rys. Gaasterland. Friesland
Holland
Goede vriend Petrus,
Dank U voor den langen brief welken ge mij
gezonden hebt. Hebt ge de kaart ontvangen
die ik U rond Nieuwjaar schreef? Misschien
niet, want het adres was niet juist: ze werd
gezonden naar Amersfoort. Nu er was toch niet
veel belang bij. Ik wenschte U daarin een har-

Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickx
telijk zalig Nieuwjaar hetgene ik U nogmaals
toewensch!
Ik wensch U ook, goede Petrus, veel geluk om
uw moedig besluit van op te trekken als verdediger
van 't lieve vaderland. Ge hebt daardoor
een edelmoedige daad verricht die OLH. U niet
onbeloond zal laten! Nu ge door uw werken
niet veel meer kunt bijdragen tot herwinnen
van ons lief Belgenland kunt ge nochtans door
vurige gebeden de redding ervan afsmeeken
en, twijfel er niet aan, OLH. zal onze gebeden
verhooren en onze pogingen zegenen. En dan
zal het ons gegeven zijn elkander gelukkig en
tevreden weder te vinden in ons vreedzaam
Opwyck.
Ik heb sedert ons vertrek uit de omstreken van
Antwerpen reeds verscheidene brieven van
mijne vrouw ontvangen. Altijd schrijft ze me
dat te Opwyck alles goed gaat. De waren zijn
er wat duurder dan gewoonlijk, doch het leven
is er goed dragelijk. Mocht het zoo blijven!
Ik heb eenige dagen overgebracht (maar dat is
reeds een viertal maanden geleden) met uwen
neef Jozef van Droeshout. Hij stelde het zeer
goed. Sedert dien heb ik hem uit het oog verloren
Andere jongens van Opwyck, die ik in de
laatste dagen gezien heb: Benoit Willems van
Droeshout, Frans van Philomena's van 't Sas,
Frans Pissens, Edmond De Koster, Broekstraat,
Jean Heyvaert (zoon Lange Louis), Leo De
Smedt (Katje), Van Neyghem van 't Eeksken,
Gerstman, Droeshout, Jan Van Ruyseveldt,
Louis Coulis, gendarm, Fred Jacobs, ook gendarm.
Met P. Lindemans, Jan Buggenhout en
Eug. Van den Broeck heb ik over een tiental
dagen eenige aangename uren beleefd in De
Panne. Wat is het zalig vrienden tegen te komen
in deze droeve tijden! Louis De Pauw,
zoon van Jefke, is over een week terug uit Engeland
gekomen waar hij nog al lang verbleven
heeft, daar hij gekwetst geweest is. Spijtig dat
ik zijn adres niet weet!
Van Ben. Miers heb ik reeds een drietal brieven
ontvangen. Hij heeft me ook geschreven dat ge
gaarne bij hem zoudet zijn. Tracht er te geraken
en veel nut te trekken uit de leergangen
die daar gegeven worden, bijzonder uit die van
handwerk, Nederlandsche, Engelsche en Fransche
taal!
Beste Petrus ik moet eindigen U nogmaals om
Uwe gebeden verzoekende, voor mij en voor
gansch onze legers. Zeg een besten "goeden
dag" aan al de vrienden en kennissen die daar
verblijven en schrijf me nogmaals een langen
brief. Ik zal u dan ook nog wat sturen.
U groet gansch genegen, L.G. C.A.
4 DA
167
8 Maart
Aan P. Lindemans
Mijn goede Paul,
Goed nieuws! De 6 oudste klassen worden
achteruit gezonden. Wij vertrekken in 2 groepen:
de 1e den 15en, den andere den 20en en
komen toe in het "hôpital de passage de Calais".
Onze motocyclist verzekert ons dat het
voor de treins is, daar er 7 treins bijkomen.
Mochte zulks maar zijn! Ik hoop dat gij er zult
voor zorgen dat ik op trein N° 3 gerake. Ik
weet nog niet of ik den 15 ofwel den 20 zal
aankomen. Neem a.u.b. de voorzorgen die ge
nuttig acht. Paul, hoe gelukkig zou ik me voelen
in uw gezelschap! Tot ziens!
L.G. CA 4 DA
8 Maart
[Aan zijn vrouw]
…,
Gisteren uwen brief ontvangen van 21 Febr.
Dat was weer een zonnigen dag in mijn harte!
OLHeer verhoort onze gebeden! Hij is met
ons! In mijnen toestand is al eens verbetering
gekomen en binnen weinige dagen komt er nog
merkelijke verbetering in. Ik zal u dan zoogauw
mogelijk mijn nieuw adres laten weten.
't Doet me genoegen dat alles bij U, in de Kalkestraat
en in de Kerk goed gaat! Aan mijnen
peter ook een hartelijken goeden dag, alsook
aan gansch zijne familie. Insgelijks aan al de
goede vrienden en kennissen, zooals gewoonlijk.
't Kan gebeuren dat ik bij Paul Lindemans
geraak in denzelfden dienst; ik zal u dat laten
weten binnen een tiental dagen.
Ik heb deze dagen gesproken met Louis Coulis,
echtgenoot van Hortence Vermeir. De jongen
had nog niets nieuws gekregen. Verwittig gauw
zijne familie. Zijn adres is: Q G S DA (via Calais).
Ook met Benoit Willems (zoon Louis,
Droeshout), met Jan Van Ruysseveldt, met een
zekere De Smedt (zoon van dochter van Nobissens).
Met al de anderen waarvan ik u vroeger
schreef gaat het goed. En hoe is 't met de kinderen?
Toch al genezen ons Mariaken? En hunne
portretten? Wanneer?
Celine, voor vandaag moet ik eindigen, binnen
eenige dagen moogt ge een langeren brief
verwachten. Dat het U immer goed ga! en vertrouwen
we in den Heer!

168
8 Maart
Aan "De Belg. Standaard".
Achtbare Heer Bestuurder,
Ik verneem zooeven het adres van Heer Hendrik
Borginon 10 Earlstreet – Cambridge.
P. B.V.d.S. had me gevraagd zulks te zenden.
Heer Leo Lindemans, scheutist in Holland,
vraagt me in de B.S. aan te kondigen de dood
van Mgr. Bermijn (van St. Pauwels-Waes) Congr.
Van Scheut, bisschop in den Ortos (China)
aldaar gestorven aan typhus.
De postdienst voor BS. Gaat niet te snel. Gisteren
morgen reeds was n° 22 te koop in ons
gehucht Abeele (onder Leysele) en vandaag
(middag) had onze briefdrager het nog niet.
't Zal dus ten vroegste morgen middag zijn,
dat ik het kan ontvangen.
Genegen groeten.
24 Maart
langs Ben. Meert, aan mijne vrouw
…,
Sedert een paar dagen ben ik in dienst als
brancardier in de ambulancie van Dr. Depage
van Brussel, in de Rue Champailler te Calais.
Alles is hier wonderwel ingericht voor het verzorgen
onzer gekwetsten. Ik heb altijd nachtdienst,
niet te zwaar. In den dag kan ik slapen
en wandelen. Misschien ga ik binnen eenigen
tijd naar den train sanitaire voor het vervoer
der gekwetsten. Schrijf me maar aan het
hooger opgegeven adres; moest ik veranderen,
dan zal de brief me wel volgen. Dus, het adres
voluit opgeven zooals onderaan den brief.
En hoe gaat het daar e Opwyck met U, met de
kleintjes, met al mijn teerbeminden? Ik heb
gisteren zooveel aan ons Jozefken gedacht en
van zijnen machtigen patroon alle heil en zegen
afgesmeekt over onzen eersteling, over
zijne moeder, zijnen vader, zijn zustertje, zijn
peter en meter! De machtige voorspreker van
ons lievlingsken zal dezes vader ongedeerd
laten wederkeeren en hem zijn familielid goed
behouden laten wedervinden: hopen we dat nu
vast! Zijn nog altijd in goede gezondheid: Paul
Lindemans, die ik nu verscheidene malen per
week kan spreken, Aloys De Smedt, Jan Buggenhout
en Eugeen Van den Broeck; ook al de
anderen over wien ik U vroeger schreef. Misschien
kan ik U met dezen zenden een portret
van mij en een van ons gevieren: Paul, Jan,
Eugeen en ik. Zooniet dan zal 't kortelings volgen.
Is de brief door ons aan Jan Lindemans al
toegekomen? Zijn de portretten van de kinderen
al verzonden? Mariaken is toch genezen?
En in de Kalkestraat gaat alles nog goed? Zeg
aan onze lieve ouders, broeders en zusters dat
ik toch zooveel aan hen denk en voor hen allen
Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickxl
bid! Dat zij mij niet vergeten wordt ik wel gewaar
en zeker ook gij niet, o hertsgeliefde!
O zoo dikwijls zie ik U daar 's avonds alleen op
uwe knieën, aan den goeden God vragen ons
toch zoo gauw mogelijk weder te zamen te
brengen om samen te werken aan en voor
onze lievelingskens! Blijde schouwspel (visioen)
voor mij! Gelief U in niets ongerust te
maken om mij: niets ontbreekt me! En is voor
u lieden het leven nog niet te hard? Ik hoop
niet!
Ge krijgt toch nog dikwijls bezoek van J. V.
Malderen? En dan kunt ge steunen op hem, dat
hij u met raad en daad helpe! Ik ben hem
daarvoor zeer dankbaar!
Celine, het ware goed dat ge van al de brieven
die ge me schrijft kopij bewaardet en me telkens
in elken brief aanduidet op welke manier
ge verkiest dat ik U antwoorde. Ik ook heb
kopij der volgende brieven: 9 Febr. 18, 23 en
25 Februari en 8 Maart. Vroeger schreef ik U
nog op 4 – 18 – 23 en 24 Jan. Hebt ge dien
van 23 Februari, die ik U rechtstreeks zond al
ontvangen? Komen die langs Ben. Meert goed
24 Jan. en 25 Febr. Indien van 18 of 20 Febr.
zat een briefje voor EH. Pastoor: ontvangen?
en mijn portretten ook? Ik zend dus tegelijkertijd
met dezen 2 portr. 1 groep van 4 en een
van mij alleen.
Nog moet ik u zeggen dat ik over een tiental
dagen gesproken heb met Com. Van Malderen
zoon Jozef. 't Gaat opperbest met hem. Ik eindig,
liefste u nogmaals mijne hartelijkste gevoelens
overbrievende voor U, de kleintjes, al
de familieleden, de vrienden en kennissen.
Tot later!
24 Maart
Aan Ben. Meert Grenadier 6/2 Kamp 2 Zeist
Mijn beste Benoit,
Indien ik een achttal dagen gewacht heb om U
te antwoorden op uw schrijven van 6 M. ll. dan
is het omdat ik rond dien tijd veel werk had
voor mijne verandering van dienst. Ik ben tegenwoordig
in de "Ambulance du Dr. Depage,
Rue Champailler à Calais". Dat is eene zeer
grote verbetering in mijnen toestand, die vroeger
zeer lastig was. Misschien zal ik binnen
korte (eenigen) tijd naar den train sanitaire
gaan bij P. Lindemans; schrijf voorlopig maar
aan mijn tegenwoordig adres; moest ik intusschen
veranderen dan zal Uw schrijven me wel
volgen.
Besten dank voor 't verzenden mijner portretten.
Hieringesloten nog een paar foto's van
mannen U allen wel bekend: van elke soort zou
ik gaarne hebben dat ge er een aan mijne
vrouw zoudt zenden langs zekeren weg en de

Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickx
twee andere bewaren tot na den oorlog. Dank
bij voorbaat!
Ik heb een brief ontvangen van Fred. De
Doncker en van Peerken Moerenhout. Aan dezen
laatsten heb ik reeds weergeschreven:
gelieve hem mijn nieuw adres mede te deelen.
Ge hebt wel gedaan den jongen te helpen om
daar te kunnen komen en aldus nut te halen uit
de vele nuttige lessen welke er gegeven worden.
Peerken zal daar veel voordeel uit halen:
't is een verstandig kopken en daarbij een zeer
moedig karakter! Doe hem mijne beste groeten,
alsook aan al de andere kenissen.
Voor 8 dagen heb ik gesproken met Camiel Van
Malderen: dat was dien dag een gansch
Opwycks gezelschap; en nog al talrijk: Paul,
Jan, Eugeen, Henri De Clerck, Louis Verheirstraeten,
Camiel, Jozef Baeckens v. Merchtem
en ik. Leute gemaakt en veel over Opwyck en
Opwyckenaars gesproken! Camiel is gekwetst
geweest en in Engeland verzorgd. Hij stelt het
opperbest!
Nu, Benoit, wacht ik op Uw antwoord: 't mijne
zal volgen. Gaan we voort den hemel en ons
zelven geweld aan te doen: 't loon zal niet uitblijven!
Gansch genegen groet U L.G. Branc. À l'amb.
Du Dr. Depage, Rue Champailler, Calais.
25 Maart
OLV Boodschap
Aan Frederik De Doncker, geïnterneerd artilleur
4e Plaatsbatterij Barak Maria Oldenbroeck
(Holland)
Mijn goede Frederik,
Het heeft U waarschijnlijk verwonderd niet
vroeger een antwoord te hebben gekregen op
den brief dien ge zoo vriendelijk waart me te
zenden. De oorzaak is dat ik sedert reeds twee
maal van plaats en bediening veranderd ben en
dat ik nog niet zeker ben te blijven waar 'k nu
ben. Misschien ga ik binnen eenigen tijd naar
de treins, voor 't vervoer der gekwetsten, waar
ook Paul Lindemans op is. Als ge me nog eens
schrijft stuur dan maar op mijn huidig adres:
moest ik intusschen veranderen dan zal het
toch verder gestuurd worden.
En ge stelt het goed in Nederland? Ik hoor
nochtans hier en daar klachten vanwege geïnterneerden.
Dat uw leven eentoonig en vervelend
is kan ik me goed voorstellen. Meer afwisseling
en aangenamer leven op 't front ben ik
zeker dan daar. Ik ben tot 15 Maart altijd op
't front geweest; meest in het 10e Linie: gevaarlijk
en bovenmenschelijk lastig werk soms:
soms ook en meestal goede dagen; nachtelijke
op- en afwandelingen naar de loopgrachten
met boterham en kan koffie evenals een
169
werkman van Opwyck naar Brussel naar de
"travaux" gaat. Gelukkig als er eens een dag
voorbijging zonder gekwetsten. Dan waren we
renteniers; daarentegen hebben we dagen
gekend van onuitsprekelijk lastig werk en lijden:
bv. zekeren dag (2 Nov.) van 's morgends3u
tot 's avonds 10 ¼ u. zonder ophouden
Duitsche gekwetsten gedragen een halve
uur ver door modder en slijk tot aan de knieën
en soms nagezet door schrapnels die ons op de
hielen volgden. Altijd 10 m. verder Duitsche
dankbaarheid ziet ge! Rond dien tijd, einde
Oct. begin Nov. hebben we het zoo lastig gehad
dat ik 3 weken lang bijna niet weg kon van
pijn in den rug en vermoeidheid: doch, kunnen
of niet, ge moet …
Tegenwoordig heb ik een rustiger en gemakkelijker
leven: branc. in de a. Dr. D. R.C.C. Ik
heb altijd nachtdienst, niet te zwaar. In den
dag slapen en wandelen we. Nog al dikwijls zie
ik Paul Lindemans hier. Ook in De Panne hebben
we aangename dagen doorgebracht met
Paul, Jan Buggenhout, Eugeen V.d.Broeck en
ik; soms nog eenige andere Opwyckenaars
erbij: zoo waren we over 14 dagen met 8 of 9
mannen van Opwyck bijeen. Leute gemaakt!
Ge ziet dat er soms ook een zonnedag komt in
onzen langen winternacht en dat er tusschen 2
bedrijven van 't drame ook wel al eens een
blijspel afgestoken wordt.
Nu, beste Frederik, tot later. Als ge me nog
eens schrijft laat me dan eens weten of en hoe
ge langs Aken naar huis kunt schrijven; hoe gij
naar huis schrijft, of er nog Opwyckenaars bij u
zijn en welke.
B. Miers is hier over ruim een maand begraven
in Wulpen. Zijn ziel ruste in vrede! Bidt gij lieden
daar goede Frederik voor de zielerust onzer
moedige helden en voor de herwinning van
ons geliefd vaderland: 't gebed is een machtiger
wapen dan 't kanon zelve!
Houd U kloek en tot later! L.G.
vraag naar gazet
5 April 2e Paaschdag
[Aan zijn vrouw]
(langs Ben. Meert)
…,
Ik was van meening u op 't heerlijke Paaschfeest
mijn paaschbeste groeten te sturen, doch
ik heb den tijd er niet toe gehad: daarom vandaag.
Moge God, die op 't hoogfeest van
Paschen Zijn eigen menschelijk lichaam van de
banden der dood ontbond en die door Zijne
dood en verrijzenis ons van de eeuwige dood
verloste weldra ook heil en verlossing brengen
aan ons geliefd vaderland! Moge Hij vooral U,
geliefde en onze teerbeminden altegader onder
Zijne machtige bescherming bewaren! Aan mij,

170
zooals ik U vroeger nog schreef spaart hij geenen
troost in mij ballingschap. Ik heb het geluk
gehad over eenige dagen een goede oude kennis
te ontmoeten. EH Aug. Huybrechts, vroeger
onderp. in St. Rombouts te Mechelen., thans
hoofdaalmoezenier van 't Belgisch leger te
Calais. Hij was ten zeerste verheugd me aan te
treffen, zegt hij: zijn secretaris was juist daags
te voren vertrokken naar 't front: 't was een
jonge seminarist; en hij had nog geen plaatsvervanger;
op de vraag of ik wilde in zijnen
dienst treden heb ik niet geaarzeld, dat kunt ge
wel denken en het zal U niet verwonderen als
ik U zeg dat 'k nog meer dan Mr H. gelukkig
was over de toevallige ontmoeting. Voor
't oogenblik heb ik dubbelen dienst: nachtdienst
in 't hospitaal en 's namiddag op
't bureel; doch dat zal niet lang meer duren: in
't hospitaal zal ik weldra vervangen zijn.
Celine 't is reeds tamelijk lang geleden dat ik
van U nog iets kreeg, 't was gedagteekend 26
Febr. 't Gaat misschien moeilijker? Ik hoop
vast dat met elke gelegenheid ge mij iets latet
weten; de minste kleinigheid doet me zoo'n
plezier. Liever nochtans lange brieven, dat kunt
ge begrijpen.
Paul Lindemans heeft al hoopen portretten
ontvangen. Hebt ge de mijne allemaal (4) gekregen?
Paul is nog altijd op de treinen. Ik zie
hem dikwijls: 't gaat hem opperbest! Ik denk,
doch ben nog niet gansch zeker dat Aloys De
Smedt binnen eenige dagen ook naar hier zal
komen. Adj. Tulkens – vrouw – huis.
Zult ge me eens laten weten, Celine, de
dagteekening van al de brieven die ge van mij
ontvangen hebt na 23 Sept.? Onderons: ik heb
gisteren veel bijval gehad met 2 liederen, door
mij getoonzet binst den oorlog en uitgegeven,
op eene vergadering alhier. Prof. Tysmans, aan
wien ik ze eerst ter beoordeeling gezonden had
in Engeland, had er mij veel lof over geschreven;
na den oorlog zult ge ze ook eens of
meermaals hooren.
Na die kleine zonde van ijdelheid ga ik maar
sluiten, maar niet zonder u nochmaals te vragen
of Mariaken al geheel genezen is en of
Jozefken al begint te spreken en hoe hij er
uitziet in zijn jongenskostuum, en of alles nog
goed gaat met moeder en in de Kalkestraat.
Vraag eens dat ze een briefje gereed schrijven
in de Kalkestraat om met de eerste gelegenheid
met een uwer brieven mede te geven. Ik
denk toch zooveel aan hen: 't zou me genoegen
doen iets uit hunne hand te ontvangen.
Ik ga voort met voor U allen zoo vurig mogelijk
te bidden en –om een soldatenformuul te gebruiken-
ik hoop van U lieden hetzelfde.
Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickxl
11 April (Quasimodo)
Aan Fr. Van Linthout Keir House Dunblane
Scotland
Mijn beste,
Eindelijk vind ik een weinig tijd om U een wederwoord
te zenden op uw vriendelijk schrijven
van 1 ll. 'k Wensch U hartelijk geluk om Uw
bijna hersteld zijn. 'k Stuur U tevens mijn vurigste
Paaschwensen. Resurrexi! Moge de Heer
ook ons weldra uit de banden der dood verlossen,
ons en onze familieën, ons geliefd Vaderland!
Frans, krijgt ge nog nieuws van huis? Hoe
is 't met moeder de vrouw en met 't verwachtte?
Hoe met pastoor De Munter? Zoo
Frans, ge zijt daar in 't aardsche paradijs! Profiteer
ervan jongen! Tot ziens ja, hier in Calais
ofwel wat dichter misschien reeds bij ons landeken!
Te beginnen van heden ben ik voorgoed in
mijnen nieuwen dienst: secretaris van EH. Aug.
Huybrechts vroeger onderp. in St. Romb.
Thans hoofdaalm. der basis van Calais. Reeds
een tiental dagen deed ik dubbelen dienst:
nachtdienst in 't hospitaal van Dr. Depage en
's namiddags op 't bureel van EH. Huybrechts.
Te beginnen van heden ben ik uit den eersten
post ontslaan: niet kwaad daarover! Frans ik
hoop wel of ben bijna zeker dat ge een dienst
zult krijgen in onze nabijheid: dan gaan we
elkander dikwijls zien: dat zal deugd doen!
Ben. V.d.Steen is teruggezonden naar 't front
om daar eerst 28 d. te kloppen; of hij daarna
zal mogen terug naar hier komen of wel op
't front zal blijven weet ik nog niet. Met Eug.
V.d.Broeck branc. In 8e L. 1/1 alles goed, met
Jan Buggenhout, branc. 14 L. 2/2 alles goed.
Ik heb met die mannen genoeglijke rustdagen
gesleten in De Panne! Spijtig dat ze niet een
paar jaren ouder zijn! Fransken tot ziens! of
schrijf me nog eens aan.
Uw gansch gen. L.G.
14 April
Eerw. Pater Peeters Best. Belg. Stand.
Eerwaarde heer Bestierder,
Nummers van "Ik val gelukkig" goed ontvangen.
Dank! Mag ik U verzoeken volgende aankondiging
in de B.S. te laten verschijnen?
L. Geeurickx van Opwijck zal met genoegen
't adres van al de Opwijcksche soldaten ontvangen
om het aan hunne familie te zenden.
Hij verlangt terzelfdertijd nieuws over gesneuvelde,
gewonde of zieke soldaten. Voort zeggen
aan de vrienden a.u.b. Hierbij gesloten
0.50 in postzegels. Mag ik U a.u.b. verzoeken
me namen en adres van E.H. A. Nurda te laten

Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickx
geworden? Dank U hartelijk bij voorbaat! Muziek
van Ramskapelle ontvangen?
Eerbiedigen en genegen groeten! L.G.
16 April
Aan J. Wyckmans bes. Min. v. Oorlog – Legerbode
Goede Heer en Vriend Jozef,
Mijn toestand is nochmaals verbeterd: ik ben
tegenwoordig secretaris van den E.H. Hoofdaalmoezenier
der basis van Calais. E.H. Aug.
Huybrechts, een werk dat me gaadt! Hoe is
't met U? nog steeds in goede gezondheid?
Mag ik U verzoeken volgende aankondiging in
Legerbode en Courier de l'armée te laten verschijnen?
L. Geeurickx van Opwijck, brancardier Rue
Eustache St. Pierre 12, Calais, vraagt volledig
adres van al de Opwijcksche soldaten, ook
nieuws over gesneuvelde, gewonde Opwyckenaars.
Ware zulks niet mogelijk, gelief dan in beide
't volgende te vragen: Lt Jan Buggenhout
branc. 3e DA is verzocht tijding te laten aan
L. Geeurickx branc. Rue E. St. P. 12 Calais.
Heeft me ook inl. gevraagd: J. Carron van Poperinghe
over zijn zoon Carron 8e linie II bat.
4e comp.
Hij denkt dat zijn zoon krijgsgevange is der
Duitschers sinds 23 Oct. Kent ge een middel
om aan 't adres te geraken. Is het niet mogelijk
mij met de post een gratis abonnement te
bezorgen op Legerbode of Courier de l'Armée?
Tegenwoordig zie ik maar alle maanden een
nummer en dan nog altijd een tamelijk oud
nummer. Van de nrs. waar bovengemelde aankondigingen
instaan zou ik zeer gaarne een ex.
ontvangen. Besten dank bij voorbaat voor
wat ge voor mij zult kunnen doen en "dat het U
steeds welga!" Uw zeer genegen L.G.
16 April
Aan Dom. August Verhaegen, The Presbytery,
Southstreet, Exeter (Devonshire)
Eerwaarde Heer en Vriend,
Van EH Rome, philosoof der abdij van Maredsous,
die hier voor een paar dagen bij mijn
baas E.H. Hoofdaalmoezenier Huybrechts (van
St. Romb.) op bezoek was, vernam ik dat Gij
pastoor zijt in Engeland. Om uw juist adres te
kennen raadde heer Rome me aan te schrijven
aan Mgr. De Wachter, 't geen ik dan ook deed
en zoo heb ik het genoegen onderstaand prosa
aan Uwe nieuwe tehuiswijzing te richten. Mag
ik als een echte egoïst U eerst een weinig over
mijn persoontje spreken? In 't kort mijn krijgsgeschiedenis:
1 Aug. Brancardier in de ambu-
171
lanciekolom der 4 DA te Namen, waaronder
een vreeselijke nacht in Bioul gevolgd door
ellendig lange lijdenstocht naar Rouen; per
boot terug naar Oostende; dan St. Niklaas, een
drietal weken rust in Oude God en omstreken;
23 Sept. Brancardier genoemd bij 't 10e linie II
Bat. als dusdanig de gevechten medegemaakt
in St. Gillis, Lebbeke, Denderbelle, Wieze; een
tiental dagen (tijdens de belegering van Antwerpen)
op de Scheldeoevers gelegen te Moerzeke-Castel;
dan aftocht naar Ghistel en omstreek,
gansch den ijselijk droeven slag op den
IJzer medegemaakt en in 't regiment gebleven
tot 13 Jan. Wanneer de familiehoofden der
oudste klassen terug naar de Amb. Kolom geroepen
werden en vervangen door hunne jonge
lotgenooten die het tot dan toe niet al te hard
gehad hadden; 15 Maart "à l'arrière" gezonden
naar eene Ambulancie te Kales en nu sedert
eenige dagen secretaris van hooger genoemd
"Aum. Divisionnaire". Daar hebt ge in 't kort,
de hoofdtrekken van mijn historie; wat ik in al
die verschillende bedieningen ondervonden,
geleerd en geleden heb, daarover spreken we
later wel eens, zoo OLH. het toelaat. Dikwijls
zie ik hier P. Lindemans, kaporaal en "Chef
d'équipe" op train sanitaire nr. 3 te Kales. Die
heeft zich als vrijwilliger aangeboden bij het
begin van den oorlog en is steeds aan denzelfden
dienst gebleven. Hij heeft verscheidene
foto's uit Opwyck ontvangen, tijdens den oorlog
genomen. Zijn broeder Jan is nogal in betrekking
met Godfried Kurth, die een werk gereed
maakt: titel: - Je ferai.- Le monde doit …
Krijgt ge nieuws van huis? Van Afflighem .
't Laatste dat ik van mijn vrouw kreeg is gedagteekend
26 Febr. Toen was alles nog rustig
te Opwijck.
Mag ik nu, in uw wederwoord, ook een samenvatting
van de oorlogsperiode uit uw leven
verwachten? 't Zou me genoegen doen. En
komen er daarbij eenige indrukken van uw
verblijf in Engeland? Dat zal niet min aangenaam
zijn.
Tot daar voor dezen keer. Ik beveel me in Uwe
gebeden aan en verwacht met vertrouwen uw
schrijven.
Uw zeer genegen, L.G.
P.S. Misschien zend ik U, in een volgend schrijven,
wel een lied of twee, die ik tijdens den
oorlog aaneengestooten heb.

172
17 April
Eerw. Heer Ildefons Peeters; Villa "Ma Coquille",
De Panne
Eerwaarde,
Danke voor 't opnemen der vraag in B.St. en
voor 't adres van Norda.
Volle toestemming voor 't opnemen van Ramskapelle
in Uw liederboek. Goed heil en dank
voor het uitgeven daarvan: nuttig werk! Ik
schrijf in voor een exemplaar (Is 't met noten
of cijfers?). Hierbij gevoegd de "Hymne aan
den IJser." Voor dit was 't moeilijker al de strofen
in denzelfden vorm te gieten. Een zeer
kleine verandering daarom van den rythmus in
2e stroof 5e vers (op al uw twee zwarte noten,
in 4e stroof, 4e vers op Boudewijn 2 noten la
sol, en in 5e vers op leunen ook 2 zw. noten
als in 2e str. 5e vers, een verstandige zanger
zou die bemerkingen niet noodig zetten en de
noodige veranderingen gevoelen. Deze melodie
is volgens mij, minder goed dan die van Ramskapelle!
Vraag dus eerst aan EH. Norda of ze
hem aanstaat en mag opgenomen worden.
Misschien vind ik wel een melodie voor "Vaderlandsch
gebed" van VP nr. 13 B. St. en voor
"Nach Paris" van B.
Ued. groet eerbiedig en genegen, L.G.
20 Apr.
Aan Eug. V.d.Broeck 8e Lin. 1/1 4DA
Mijn beste,
Uw kaart juist ontvangen, danke voor
't nieuws. Ik heb dezen morgend 2 brieven van
mijn vrouw gekregen; van 20 feb. en van 5
Apr. In den laatste staat: Fam. van Eug.
V.d.Broeck welstellend, hunne beste groeten,
te Opwyck gaat alles nog goed. Ik heb in B.St.
adressen (volledig) gevraagd van al de Opw.
Soldaten; ook nieuws over gesn. gew. of zieke
soldaten. Ik gelast me nieuws aan hunne fam.
over te maken. Wilt ge me aan eenige adressen
helpen en 't voorleggen aan al de
Opwyckenaars? Dank. Ge zoudet me ook genoegen
doen met me, door Paul Lindemans,
een of ander geschenk dat aan de sold. gegeven
wordt op 't front en niet hier (bv. naaigerief
of etiket uit cigarettendoos) te bezorgen.
Wat ge daarvoor aan sold. geeft zou ik u terugbetalen.
Bij voorbaat dank en veel geluk!
L.G.
Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickxl
20 April
Aan Jan Buggenhout 14e lin. II/R 3 DA
Mijn beste Jan,
Uwe kaart van 7 courant goed ontvangen. Ze
heeft me hartelijk doen lachen! Ik heb dezen
morgen van mijn vrouw 2 brieven gekregen
(zie in voorg.) Vele groeten in de villa
Pierrot aan al de bewoners, ook aan Jerôme,
Koninckx etc. Kemenaars, enz.
22 April
Aan mijn vrouwe langs B. Meert
...
Gisteren schreef ik U een paar woorden slechts
langs Baarle Hertog. Niet zeker zijnde of U
zulks zal toekomen en mijn hart vol zijnde beproef
ik nogmaals.
Waarlijk die dag van gisteren was een geluksdag
voor me: 2 brieven van U (20 febr. en 5
April met portret)! Ook een brief en gazet van
Frederik De Doncker. Mijn baas en kameraden
namen grotelijks deel in mijn uitbundige
vreugde. En nu hangt die foto hier voor mij,
Celine, boven mijn lessenaar, vastgehouden
door den voet van het te redden kruisbeeld;
daarnaast links een portret van den nieuwen
H. Vader, rechts dat van onzen koning; boven
't kruisbeeld een schoone plaat in half relief
verbeeldende de instelling van het H. Sacrament
des Altaars! En boven dat al een echte
rel. van O.L.Vr. Vezelay. Zooals ge ziet stof
genoeg om tijdens ledige oogenblikken troostvolle
gedachten en herinneringen door mijn
mijmerenden geest te laten spelen. Zoet! De
zoetste nochtans, dat kunt ge wel raden, zijn
die aan U en aan de kinderen. Tot hiertoe was
't mijn trouwring die me meest aanbidding gaf
om aan U te denken: hoevele kussen heeft hij
niet reeds ontvangen, dien gewijden band,
kussen die ik telkens als een zegel drukte op
het zinnebeeld van de echtheid onzer trouw;
de vurigheid onzer wederzijdse liefde!
…
Nu nog eenige inlichtingen, liefste, over jongens
van Opwijck, die ik allen niet ken (velen
van Droeshout) die geen nieuws van hunne
familieën ontvingen en die ge moet trachten te
verwittigen. Ik hoop U later hunne volledige
adressen te kunnen sturen. Jef Van Malderen
zal u daarin wel helpen.
Adolf Meysman, 1 bat. du génie 1e comp. de
trav. 2 DA Belge
Jozef Buyens, Alfons en Petrus Bosman,
Louis Wermoes, Frans Van Breden, Jules
Pertsman, Frans Nevens, Jan Teirlinck, Em. De
Medts, Jan De Smedt (Nijv.), Verschueren,
Lambrechts, Ben. De Meersman, Alf. en Louis
De Coninck, Aug. De Ridder, Constant Mes-

Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickx
kens, (allen in goede gezondheid), Leo De
Smedt (licht gekwetst in 't hospitaal), Jan Van
Ruysseveldt, Cie. P. P. C. 1e DC, Guillaume
V.d.Broeck 1/1 3e linie 1 DA, Joannes Aerts,
conducteur 1e section aerostatique Belge, Petrus
De Ridder, 3e Jagers te voet IV GDA, Joannes
Van Nimmen, 3e linie II 1 DA. Deze laatste
namen zijn me medegedeeld door Petrus
Van Heyghem van 't Eeksken, 7e linie, 4e
comp. werklieden, klas 1899. Deze laatste
getrouwd en huisvader, heeft van de zijnen
nog niets onvangen. Zeg aan zijn vrouw en
kinderen dat het goed gaat met hem alsook
met zijnen broeder Kamiel Van Heyghem, 1e
linie 3/II 5 DA.
En ziehier eenige adressen van jongens van
Assche, die me vragen hunne ouders te verwittigen:
Jan De Smedt (zoon Egied, Molenstraat 114
of 119) A/20 Brigade mixte 104e Bat. 6 DA
Juul Van Impe (zoon Fred., Nieuwstr.) Bat.
du Génie Cie. Des Télégraphistes 4 DAB
Rene en Frans De Keyser (gebr.) , Emiel De
Vos (zoon Leo), Frans Wauters, Jozef Beeckman,
Frans Heremans, Louis Buslot, Louis De
Coster, Theofiel Van de Winckel.
Stuur deze namen en adressen aan Gust. Vertommen,
koster Assche; zeg aan Gust. die
weet dat zijn lieven Albert dood is, dat ik van
Albert een laatste souvenir bezit. Een briefomslag
waarop hij, juist nadat de kogel hem getroffen
had, nog schreef: Vaarwel: Ik val gelukkig;
tot weerzien! Aan den anderen kant
't adres van zijn vader; zeg aan Gustaaf, dat ik
dat als een relikwie bewaar tot na den oorlog
om het hem dan te geven. Jos De Meerleer 1e
Génie 1e Comp. 1e peleton 2e sectie (adres
aan Fr. De Ridder, Opw.).
Celine, laat niet na al die menschen te verwittigen;
ge verstaat genoeg hoe zij er naar haken!
(Naar Edm. D'Hauwer nog eens schrijven
om adres.)
Beste groeten en kussen voor U en de kinderen
en tot een volgenden keer!
23 April
Aan Ben Meert
Mijn beste Benoit,
Hierbij gesloten een brief aan mijn vrouw, die,
ik reken op uwe groote dienstvaardigheid, door
U langs den besten weg zal verzonden worden.
Ik ontvang daar zooeven Uw schrijven van 16
April; dat van 3 April is me eenige dagen vroeger
besteld geworden. Meesten dank!
Ik heb langs Baarle Hertog eergisteren twee
brieven van mijn vrouw gekregen; de 1e geschreven
20 febr. was in 't kort saamgevat
door iemand anders; de oorspr. van mijn
vrouw was er niet bij. Er bij stak een omslag
173
en een klein briefje waarop ik kon een woordje
antwoorden langs den heer J. Peymen aan
Baarle Hertog. Op de enveloppe stond een
cachet: Sold. La patrie est fière de vous – Œuvre
du mot du soldat – Service gratuit. Kent ge
dat werk? In den brief geschr. 5 April stak een
portret van mijn vrouw en kinderen. Ge kunt
denken wat een kermisdag voor mij! Daarbij
nog een brief van Fr. De Doncker en "Vlaamsche
Stem" van 8 April (koningsnummer!) Benoit
is het niet mogelijk me soms ook zoo'n
dagblad te sturen, VL. St. of Telegraaf bv.
Dank bij voorbaat!
Adres van Eug. V.d.Broeck branc. 8e linie 1/I.
Zooals ge ziet in den brief aan mijn vrouw geef
ik eene heele hoop namen van Opwyckenaren
die me gezonden zijn als antwoord op eene
aankondiging in "De Belgische Standaard". Ik
denk er nog te krijgen met meer volledig adres
en zal ze langs U rond naar Opwyck schikken;
op die wijze hebt ge ook wat nieuws van verschillende
dorpsgenooten. Mag ik U verzoeken
als 't zijn kan bijgevoegd briefje te zenden aan
mijnen vriend Joz. De Smedt van Assche?
't Gaat immer goed met Paul Lindemans, Jan
Buggenhout, Aloys De Smedt, Eug. V.d.Broeck
enz.
Benoit ik wensch U hartelijk geluk met wat ge
ginder in uw ballingschap nog doet, met uw
kleedingswerk, voor onze noodlijdende Belgen:
daar doet ge goed aan. En verschaft het U
daarbij een weinig vrijheid, zooveel te beter.
Doe mijn beste groeten aan Peerken Moerenhout
en aan al de andere Opwyckenaars. Zeg
aan Peerken dat hij binnen een paar dagen ook
een brief mag verwachten.
Met dezelfde post stuur ik U een nr. van De
Belg. St. waar in een art. van mijne hand over
Albert Vertommen, waarvan sprake in mijnen
brief aan Celine, een held! Benoit binnen eenige
dagen stuur ik nog een brief; ik verwacht
intusschen van U, wat ge me zenden kunt.
U groet zeer hartelijk en genegen L.G.
23 April 1915
Kaarten aan Jan De Plecker (Haanhofstr.),
Louis De Ridder (Barreel Droeshout),
Josse De Ridder (Poverstraat, Assche Krokegem).
Uw schrijven ontvangen – tijding gelaten aan
uwe familieën – stuur mij adressen

174
24 April
Kaarten aan Joz. De Ridder (Baerdeghem –
adres van Benoit Meert gegeven voor de jongens
van Moorsel), aan Joannes Vernimmen:
nieuws uit Opwyck; laat de klas weten van
welke ge zijt; dan zien of er middel is iets te
bekomen.
24 April
aan J. V. Ruysseveldt. Geluk om zijnen moed
en zijn flinken brief! Nieuws gelaten
aan ouders en peter;
aan Jozef De Meerleer: 't gevraagde laten weten
aan oom Frans De Ridder, wat nieuws uit
Opwyck en van Not. Wynants.
Aan J.Bte. Berchman, geïntern. Gren. 5/II Barak
4 Zeist
Mijn beste Tist, Hebt ge reeds nieuws ontvangen
van Edmond? Ik heb aanstonds geschr.
Naar J. Buggenh. Ik heb met Edm. Verscheidene
malen gesproken in De Panne. 't Gaat zeer
goed met hem. Vraag wat nieuws van Opwijckenaars
aan B. Meert.
Aan Petr. Moerenhout.
Dank voor Uwen brief: deugd gedaan: bijzonder
't nieuws uit Opwyck: Laat me soms zoo
nog al iets weten: iets waarmee ge ook genoegen
zoudet doen is soms een dagblad te zenden
bv. VL. St. of Telegr. Hierbij een schoon
zicht uit Kales. Vraag wat nieuws van Opw. aan
Benoit. Veel werk tot later.
25 April (Zond.) St. Marcusdag
Aan Caporal Minguet CA 4 DA
Mon Cher Caporal,
Puis-je vous demander de envoyer mon n° de
matricule? Il est devenu illisible sur mon livret
militaire et il arrive de temps à autre qu'on me
le demande. Je vous remercie d'avance et vous
prie d'agréer l'expression de mes sentiments
dévoués. L.G.
25 April
Aan Frederik De Doncker
Besten dank voor uwen brief en voor de
schoone gazet die ge mij gestuurd hebt. Dat
heeft me waarlijk deugd gedaan. Zend nog al
eens een gazet als 't mogelijk is: we vernemen
hier toch zoo weinig uit ons geliefd vaderland.
We vernemen hier dat voor 't oogenblik de
Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickxl
Holland Belg. grens potdicht gesloten is en dat
het bijgevolg voor 't oogenbl. onnuttig is te
corresponderen. Hierbij een schoon zicht uit
Calais. Later stuur ik U … een brief met
inl. over Opw. Soldaten.
25 April
Aan EP. Alfons Peeters
Belg. Stand.
Eerwaarde,
1. Waarschijnlijk heeft EH. Meulepas U reeds
geschreven over een zeer voordeelige manier
van uitgaven van liederen, 18 fr. de 1000 op
postkaart! Mag ik Uwe beslissing daarover
kennen, wat mijn beide liederen aangaat? Zoo
ge ze op die wijze niet uitgeeft, zou ik, met
eventueele toestemming van EH. Norda het
lied Ramskapelle en misschien ook Hymne v/d
IJzer op die wijze uitgeven.
2. Een zeer goed medewerker aan B. St. zult
ge vinden in E. Pater Mortier S.J. sedert eenige
dagen aalmoezenier in 6 DA.
3. Binnen eenige dagen zou ik voor B. St. een
klein (kort) art. schrijven over Opwyck met
nieuws uit die gemeente, geput uit brieven aan
mij en aan mijn vrienden. Zou zulk art. kunnen
opgenomen worden?
4. Als mijn abonnement op B. St. eindigt, gelieve
me te verwittigen en te zeggen hoe ik de
50 volg. nrs. kan betalen.
Zeer eerbiedigen en genegen groeten
L.G.
Aan P. Moerenhout: Besten dank voor
den brief en bijzonder voor uw schoon portret.
Voorwaar een flink artilleur. Uw brief nog op
mijn vroeger adres geschreven ook ontvangen.
Tevreden daarin wat nieuws over Opwyck gevonden
te hebben.
1 Mei
Aan Belg. Standaard
Eerw. P. Ildefons
Goed uw kaartje ontvangen. Dank voor Uwe
toestemming. Ik ben naar de post geweest om
een Belg. postmandaat van 250 op te zenden.
Men kon het niet geven. "Ga naar de franse
post" zegde men mij. Men kan de fr. mandaten
goed doen uitwisselen: "zelfs een sergeant
majoor kan die uitkeering doen." Ik verwacht
uw antwoord: Hoe moet ik opzenden: fransch
mandaat of Belg. zegels? Mag ik U nog vragen
wie V.P. is die het vaderl. Gebed geschreven
heeft , 't blijft onder ons; ik zou hem ook toela-

Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickx
ting vragen. Hierbij gevoegd een art. voor B.
St.
…eerbiedig en genegen,
Uit Opwyck
Uit een paar brieven: Er verblijven hier nagenoeg
100 duitsche soldaten, gelast met het
bewaken der ijzeren wegen. Ze zijn meest gelogeerd
op het kasteel van Not. Wijnants en in
de brouwerij De Smedt. Ze laten de bevolking
met rust. Het leven is tamelijk duur maar toch
dragelijk. Wij zijn nog altijd goed voorzien van
eetwaren: Amerika zorgt voor alles. Leve Amerika!
We krijgen meel en "donst" [noot van
Jan Meeussen: "Donst" is het Opwijks dialectwoord
voor gebuild meel.] alle weken en alsmen
daarbij wat boerenmeel gebruikt eet men
allersmakelijkst brood. We zijn reeds vast besloten
van na den oorlog geen wit brood meer
te eten. Er komt ook koffie, suiker, allerlei conserven
en dit alles aan betrekkelijk lage prijzen.
Wij nu, om onze dankbaarheid aan onze
weldoeners te betoonen borduren ledige meelzakjes
met driekleurige teekeningen en als
opschrift: "Het dankbaar Opwyck aan de Vereenigde
Staten" en andere. Ik maak een milieu
de table en zoo brengt ieder iets bij. Zoo werkt
men in alle dorpen en 't schijnt dat ons werk
voor dollars verkocht wordt aan de milliardairen
die gedenkenissen willen van het diepgeteisterde
België. De opbrengst is voor ons.
(Soldaten) Op het einde der maand September
is er nogal hevig gevochten op 't Eeksken: (van
500 Duitsche ruiters kwamen er 7 terug: ) een
twaalftal huizen werden in brand gestoken
(sommige daarvan zijn reeds terug opgebouwd).
50 burgers werden gevangen en
moesten gefusilleerd worden. Dank aan den
Heer Burgemeester en Jan Lindemans werden
49 ervan vrijgelaten. Pensionaat ambulancie.
Op 18 Meert moesten onze jongens der klassen
van 1891 tot 1898 zich gaan laten opschrijven
naar Merchtem, bij bevel der D. overheid. Het
deed waarlijk deugd aan 't hart te zien hoe
onze jongens, zonder vrees en tevens met
fierheid en vaderlandsliefde, in korps vertrokken
rond 8u. al zingend de Vlaamsche leeuw.
's Namiddags bij de terugkeer meer groote
betooging maar dan was er onze driekleurige
vlag bij en, o wonder de duitschers lieten begaan.
Te beginnen van 1e Mei komt het verplichtend
onderwijs in voege voor jongens en meisjes tot
14 jaar. In de jongensschool zullen er 487
ll. zijn voor 4 onderwijzers!
Soldaten van Opwyck, die geen nieuws krijgen
van huis, mogen hun volledig adres zenden
aan L.G. Brancardier, Rue Eust. St. Pierre 12 te
Calais.
175
5 Mei
Aan Celine langs B. Meert J. Wauters bij
Ch. Boel Posthoorn Hulst Holl.
Inlicht. Over Wermoes Louis 2 Jagers te voet
16e Comp. werkl.
Jean Vernimmen Eeksken 3e Linie 1/1 1 DA
(Moeder heet Helon)
Constant en Alfons Cooreman 1 Car. 4/IV 6 DA
Petrus De Ridder, zoon wwe De Ridder, Eeksken
Henri De Clerck (zoon Paulus) 9e Linie
Jan Heyvaert (zoon Lange Louis) Grenadier
De Hauwere Philemon Grenadier 4/IV
Bouchez Jozef (Schuttershof) Corps de transports
Colonne min. Infant. 4 DA
Bouchez Edgar Mar. De Logis o.L. Gendarm.
Belge Earl 3 Court SW London
Jozef De Ridder (zoon Frans) Baardeghem
Hoogstr. 30 2e Linie 3/IV 1 DA
Frans De Valck Art. 59e batterie 2e gr. 4 DA
(1) Louis & Gust Costers Victor Laurent
Jozef De Bondt Art. 59e batterie 2e gr. 4 DA
Frans De Bondt … Adresse Le Havre Rue du
Manoir 6
Franc De Mol 9e Linie 2/1 3 DA Belge Hôp. aux
St. Pierre Eglise (Manche) France
Dés. Philips (Lebbeke Potaarde) C.T. Colonne
Mun. Inf. 1 DA
[Aan zijn vrouw]
…,
Eergisteren goed Uw briefje van 15 April ontvangen.
Eerst en vooral inlichtingen van jongens
die me gevraagd hebben hunne familie te
verwittigen en hun adres te geven. Ge zult niet
nalaten die menschen te verwittigen door EH.
Van Gestel, nietwaar. Ik stuur morgen aan EH.
Van Gestel de lijst van al de soldaten, met hun
adres zooveel mogelijk,l ik kan, die ik tot hiertoe
gevonden heb nog in volle gezondheid te
zijn. Later zend ik er nog zooveel ik kan, want
niets is zoo pijnlijk voor echtgenooten of ouders
dan in onzekerheid te zijn over 't lot hunner
geliefden.
Drie portr. Hebt ge mij gezonden, Celine, een
daarvan is me reeds toegekomen en dat is me
voldoende. De foto van mijn vrouw en kinderen
hangt aan den voet van 't kruisbeeld en
's morgens, na mijnen groet aan den gekruisten
verlosser is natuurlijk mijn eersten goeden
dag aan U Celine en aan onze lievelingen. U zie
ik dan altijd vragend in de verte turen: Komt
gij nog niet? En Mariaken, die zoodanig veranderd
is, lacht hem reeds tegen, dien ze nog
niet en kent. Jozefken een groote flinke jongen
in zijn mannelijk kostuum die is gansch verwonderd
over 't geen Rubens aan 't doen is,
dunkt me. Heeft hij nog een herinnering aan
zijnen vader, ons lief eerstelingske? 's Avonds,

176
vooraleer naar mijn bed te gaan, een bed met
lakens a.u.b.! ga ik altijd eerst nog een praatje
houden met U allen. En gedurende den dag,
honderden keeren vallen mijn oogen op dien
lieven groep daar, juist voor me boven mijn
lessenaar; en dan dwalen mijn gedachten wel
eens af van mijn werk om eens naar Opwyck te
vliegen en eens te komen zien hoe het is met u
allen, met moeder, met mijn "geliefkoosd
plaatsje", met ons hofje, waar ik verleden jaar
in dit seizoen zoo in werkte. Hoe ist daar nu
mede, Celine? Wanneer komt die tijd terug?
Een weinig hooger hangen foto's van Paul en
Jan Lindemans, en van Petrus Moerenhout.
Wat er nog ontbreekt is een groep van de Kalkestraat
en van moeder Catoken. Zou er geen
middel zijn om daaraan te geraken? (Marie
Lindemans reproductie vragen – ook hofje met
gijlie erin)
Werk heb ik tegenwoordig in overvloed, doch
werk dat me gaadt in een bureeltje, dat me
van Opwyck spreekt, een ander "geliefkoosd
plaatsje". En ik ben zoo gelukkig bij de bezigheid
die me opgelegd is ook nog iets te kunnen
doen voor onze soldaten van Opwyck en omtrek.
Mijn Christene deelneming aub. aan de familie
Willems op Droeshout, aan de familie Frans De
Geest; wat moet het erg zijn voor Alfons, die in
Holland zit, bij 't sterfbed van zijn vader niet te
kunnen aanwezig zijn! Wat de Heer Notaris U
zegde is waar; 't zal voor lang zijn! Wees
gansch gerust! Ga voort met bidden, zooals ik
dat ook doe!
Beste groeten aan de fam. Burgem. Lindemans,
Buggenhout, Van den Broeck, wiens
jongens nog steeds in volle gezondheid zijn.
Tot later, Celine; en schrijf zoo dikwijls mogelijk
a.u.b. Mijn warmste kussen voor U en de
kleintjes, hartelijkste groeten aan onze ouders,
broeders en zusters (wanneer ontvang ik een
woordje geschrift van hen?) en aan al de
vrienden en kennissen. Uw Louis.
5 Mei
Aan Ben. Meert
Mijn Beste,
Hierin gesloten 2 brieven van Opwycksche soldaten
die U vriendelijk verzoeken ze aan hunne
fam. te laten geworden: hunnen en mijnen
dank bij voorbaat.
Voor een 4tal dagen kreeg ik een brief van
Celine geschreven op 15 April, langs Jean Wauters,
bij Wwe Ch. Boel, Café De Posthoorn
Hulst H. Hadde hij niet eerst naar de Ambulancekolon
en dan naar Depage gegaan, dan had
ik hem zeker op een 10tal dagen ontvangen.
Weet gij iets meer over "Oeuvre du mot du
soldat". Ik heb vandaag 1000 … 100 … Ik zal
Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickxl
er gebruik van maken. Celine schrijft me reeds
de 2e maal dat langs Melefray er niets meer zal
komen. Zoudt ge ook langs Wauters beproeven?
Nu, gij weet niet den besten weg.
Hierbij dan een lijst van al de Opwyckenaars,
die waarvan ik weet dat tot hiertoe alles goed
gaat. Doe hem aub. naar EH. Van Gestel geworden.
De Kath. Volksbond zal er voor zorgen
dat alles op zijn plaats komt. Is Delphine u
reeds komen bezoeken; zoo ja, dan verwacht
ik 't beloofde paart van 't nieuws; want Celine
schrijft niet veel nieuws. Wat ze zegt is dat
Fr. De Geest overleden is! Erg voor Alfons,
nietwaar? Allerbeste groeten, Benoit en tot
volgend schrijven. Louis.
6 Mei
Aan EH Van Gestel langs Tilb. Cour, langs
J. Wauters en langs Ben. Meert
Eerwaarde vriend,
De Volksbond werkt voort op vreemden bodem.
Wat beter werk immers in dezen tijd te
verrichten, dan angstig wachtende echtgenooten,
ouders en familieleden, een woordje
nieuws te laten geworden van hunne geliefden?
Ik ben zeker dat gij er gaarne zult mede gelasten.
Verscheidene jongens wier namen ik hier
opgeef hebben sinds maanden geen nieuws
meer van huis: hoe droevig zulk een toestand
is moet ik U niet beschrijven. Ik heb van allen
niet het volledig adres. Bij een volgend schrijven
zal ik U misschien nog beter en vollediger
kunnen inlichten.
Voor de jongens van Assche, die me ook
smeekten iets aan hunne familie te zenden, zal
EH. De Lantsheere de zaak wel willen op zich
nemen? Voor Lebbeke en Baerdeghem kan Joz.
Van Malderen zich opofferen. Voor zooveel het
me mogelijk is ga ik al de bovengenoemde
jongens een briefje schikken van het Oeuvre
du mot du soldat van Baarle-Hertog. Daarop
kunnen ze dan zelf eenige woorden en hun
adres schrijven; ik zal ze centralizeeren en ze
dan naar B.H. sturen.
Meerder nieuws over mij schrijf ik U niet. U zal
dat wel op den Cingel vernemen. Mijne allerhartelijkste
groeten aan U, aan EH. P. en Walgrave.
Meesten dank voor al wat ge aan mijn
vrouw en kinderen dienst bewijzen kunt.
Oremus pro inimicem!
L.S.
10 Mei

Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickx
Aan Edw. Luypaert
J.Bt. V.d.Vliet is nog steeds in het 8e Linie!
Aan Tist Berghman G. Gren. 5/3 Bar. 4 Zeist:
Adres van Edm. De Coster en nieuws over
Opw. – adres aan Ben. Meert geven en naar de
andere Opw. Vragen
Aan Em. Vereertbrugghen: Brief ontv. en aan
uwe ouders gezonden. Ik was vroeger ook in
10e L. II Hoe is't met Meskens en V.d.Bosch.
Lees 54 van B.St. Schrijf mij.
Aan Victor De Velder van Peiseghem 8e Lin.
2/3: Brief ontvangen en voortgestuurd.
Lees soms "De Belg. Stand." nieuws over Opwyck.
Aan Frans Van Nuffel: brief voortgestuurd.
'k Zal nog langs een anderen weg schrijven;
morgen zend ik U briefjes Oeuvre du mot du
soldat.
Aan Em. Van Winge: Uw brief naar uw vrouw
verzonden – Uw adres ook nog langs een anderen
weg.
10 Mei
Aan Eug. Van den Broeck 8 L. 1/1
Goed uw brief van 3 Mei ontv. Besten dank
voor 't nieuws van Opwyck en van 't front.
't Zal me groot genoegen doen in 't vervolg
altijd 't voornaamste nieuws te ontvangen van
Opwyck dat gij ontvangt. Ik zal hetzelfde vragen
aan Jan en Paul en Fr. Pissens en daarbijvoegen
wat ik krijg en zoo van tijd tot tijd een
art. geven over Opwyck in Belg. St. zooals ik
dat deed in nr. 54, 7 en 8 Mei. Ook van 't front
krijg ik gaarne wat nieuws als er iets bijzonder
is bv. dat wat ge me vertelt over den aanval op
't 8 en 9 linie. Dat is interessant.
Jan schrijft me dezen morgend uit Dinard, Hôpital
complémentaire n° 63 Grand Hotel. Hij
heeft brand op beenen en billen. Hij schrijft dat
een portret van den groep der 4 Opw. goed bij
zijne fam. aangekomen is en veel vreugde
verwekt heeft bij U en mij te huis. Jan stuurt
me ook een 25tal adressen van Opw. Dat
brengt mijne verzameling op 100 nagenoeg.
Dank naar die welke ge me gezonden hebt. Ik
stuur U met dezen een aantal briefjes die ge
kunt uitdeelen aan Opwyckenaars en andere
kennissen. Ze kunnen daarop schrijven adres
van best. en afzender en op de rugzijde eenige
zinnen over hunnen toestand. Geen oorlogsnieuws
of plaatsnamen! Stuur ze mij weer in
een enkele omslag en ik zal ze voortsturen. Ik
stuur ook een aantal zulke briefjes aan
Fr. Pissens, aan Jan en aan nog een paar andere
Opwyckenaars.
Louis Raes, zoon Cornelis is gestorven vlieg.
tering. Eugeen ik heb hier tegenwoordig zeer
veel werk: de correspond. met en over Opw.
177
en andere kennissen vraagt me veel tijd; daarbij
mijn bureel voor EH. van 's morgends 6 tot
's avonds 10 ½ u. Toch voel ik me gelukkig iets
voor Opw. te kunnen.
Eugeen ik wensch u al wat wenschelijk is en
bid voor U;
10 Mei
Aan Mevr. Wynants
Meesten dank voor uwe lieve kaart.
Mijn vrouw schrijft me dat de heer Notaris haar
heeft gerust gesteld over mijn lot met haar aan
te kondigen dat ik in Calais ben. Dank zij hem
en U daarvoor gezegd! Hoe zoet het is zijn
dorpsgenoten dienst te brengen ondervind ik
dagelijks. Reeds 90 jongens Opw. en 20 van
Assche heb ik zo hunner soldaten kunnen gerust
stellen. Ik verneem met genoegen dat het
met U en de kleinen goed gaat. Ik wensch U
veel vertroosting in Uw ballingschap, geluk en
vooruitgang voor de kinderen en een spoedig
terugkeeren in Opwyck.
10 Mei
Aan L'oeuvre du mot du soldat Baarle Hertog.
Meesten dank voor de inlichtingen en bijzonder
voor de onschatbare diensten die Uw schoon
werk aan onze moedige jongens, hunne echtgenooten
en familieleden bewijst. Ik voel me
ten hoogste gelukkig aan dat edel pogen in
kleine mate te kunnen medehelpen. Reeds 6 à
7 honderd briefjes zijn uitgedeeld van de 1000
die ge zoo lief geweest zijt mee te zenden.
Gelieve aanstonds nog 2 à 3 duizend biefjes en
3 à 400 omslagen te zenden: In de eerste zending
waren niet 200 maar 100 omslagen.
Nogmaals besten dank in naam van den EH
Hoofdaalmoezenier en in mijn naam!
Zeer achtingsvol en genegen groeten.
L.G.
10 Mei
Aan Jan De Smedt van Assche
Mijn beste,
Dank voor Uw schrijven: mijn beste groeten
aan uwen EH Aalmoezenier. Vraag hem a.u.b.
of hij niet een handje wil aansteken om met U
mede te werken aan het O.d.m.du Sold. waarvan
ik U hier 25 briefjes laat geworden. Uwe
vrienden en kennissen kunnen daarop het
adres hunner ouders of vrouw, hun eigen adres
en op de rugzijde een kleine mededeling schrijven:
geen oorlogsnieuws en geen plaatsnamen!
Zend de briefjes in één enkel envelop aan
mij; ik zal zorgen dat ze op hunne bestemming

178
geraken. Moest gij of de EH. Aalmoezenier nog
zulke briefjes verlangen, schrijf me ik zal sturen
zoohaast mogelijk. Beste groeten aan al de
vrienden en kennissen! Mag ik soms een
woordje zeker nieuws over 't front verwachten?
10 Mei
à Mr. Didier, dir. du bureau de la Croix Rouge
Belge, Rue Masséna
Monsieur le Directeur,
Est-ce je puis vous prier de bien vouloir me
communiquer les renseignements que vous
auriez éventuellement au sujet de:
1° Michel Boel
2° De Clerck 1e de Ligne natif d'Opwyck
3° De Smedt Leon1e de Ligne 2/II Classe 1908
natif d'Opwyck
Veuillez agréer, Monsieur le Directeur, l'expression
de ma vive reconnaissance et mon profond
respect L.G.
10 Mei
Pater Ildefons: Hieringesloten 250 fr. voor 50
nrs. B. St. voor EH. A. De Graeve, …
Jan Buggenhout: dank voor adressen en
nieuws! Snapte? Briefjes Mot du soldat –
Portret!
11 Mei
Aan Aloys De Smedt,
Mijn beste Aloys,
Ik heb het genoegen niet gehad U in Kales te
ontmoeten zooals ge mij aangekondigd had. Is
het verlof niet toegestaan? En nu is er hier op
de orders verschenen dat geene verloven, noch
voor off. noch voor soldaten meer toegestaan
worden? Zou ik dan het genoegen niet hebben
U hier te ontvangen? Ik hoop dat ge nog regelmatig
nieuws ontvangt van huis. Ik kreeg
laatst een brief van mijn vrouw lans J. Wauters
bij Boel Café Posthoorn Hulst. Ook Paul, Jan B.
en Eug. Hebben er langs daar, op korten tijd
ontvangen. Ik geloof dat het langs De Wolf,
Baasrode is. Is de L.B. van vader daar niet
tusschen. En hoe is 't op 't front: 't schijnt dat
er leven in komt bijzonder in de 5 DA. Mag een
woordje zeker nieuws verwachten. Ik houd me
tegenwoordig bezig tijdens de ledige stonden
die me overblijven met wat te werken voor
onze soldaten v. Opw. Reeds een 30 tal brieven
heb ik voor hen verzonden. Ik bezit reeds
ruim 120 adressen van Opw. soldaten. Hierbijgevoegd
25 briefjes van l' O.d.m.du Sold. Gelieve
ze uit te delen aan vrienden en kennissen
die niet goed in betr. zijn met hunnen thuis, bij
Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickxl
voorkeur aan jongens uit de streek. op de rugzijde
kunnen ze eenige woorden aan hunne
familie schrijven, natuurlijk zonder aanduiding
van plaatsnamen of oorlogsberichten. Zend
a.u.b. al de briefjes terug in één of twee omslagen:
ik zal ze aanstonds verder sturen.
Wanneer zal ik hetg enoegen hebben U te lezen?
Aan EH Jan Bernaerts 2 J.b.v. III Bat. 5 DA
Eerwaarde,
We zagen elkander soms op de prov. Verg. van
't Davidsfonds te BrusseL. Ik vernam uw adres
van EH Brabants, uw collega. 'k Kom in B. St.
met Nach Paris. 'k Dichtte er een voois op:
luister:
'k Wilde u vragen of 't U bevalt of niet. Rechtuit,
zooals ge altijd spreekt. Zo ja, mag het
gebeurlijk gedrukt worden met de melodie er
bij?
Hieringesloten 25 briefjes van l'O.d.m.d.S.
Gelieve ze te geven aan bij voorkeur aan jongens
die geen nieuws van huis ontvangen.
Zend ze mij terug in 1 of 2 omslagen; ik zal ze
aanstonds verder sturen. Ik vroeg aan den
best. v.d. werk naar Vl. formulieren: ze hadden
er geen en dat te Baarle Hertog! Moest ge nog
zulke briefjes verlangen, vraag maar op!
Uw antwoord verwachtende groet U eerbiedig
en genegen L. G.
11 Mei
Aan Frans Van Nufel: Cie. G. werl. C. du
Ruchard: 20 briefjes gezonden.
Aan EH Pater Ev. Lauwereys Aalm. II bat. 10e
Linie: geen antwoord ontv. op Kaart 2 April,
ook niet van P. Ev. Coppens. 25 briefjes gezonden
van M.d.S.
Aan EH Joz. Heylen Aalm. 13e Linie
Aan Louis De Plecker: brief ontv. ik schrijf naar
uwe moeder.
Aan Ben. Meert: brief van Louis De
Pleker (processiebaan)
14 Mei
Aan Hendrik Vermeir: adressen en nieuws over
een aantal Opw. - Albert Vertommen – wat ik
voor Opwyck doe.
Aan L Wermoes: 2 Jag. T.v. 16e Cie. Werklieden
– antwoord – De Clerck van Nijv. 1e Linie
niet gevonden – 15 briefjes
Aan Edw. Mannaert: antwoord op zijn brief.

Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickx
17 Mei
Aan EP Lauwereys: antw. Uitleg over Œuvre
d.m.d.S. – vraag van 2 April vernieuwd.
Aan Fr. Van Nuffel: C.d.R. Uitleg over briefjes –
nog 10 br. gezonden. Geld onmogelijk!
Aan Jan Van Ruysseveldt: dank voor 't nieuws
– wat nieuws over Opwyck medegedeeld – 10
briefjes met uitleg.
Aan Jan Koninckx: uw schrijven en corresp.
voortgezonden naar J. Wyckmans Le Havre
Aan J. Wyckmans: gelieve te voldoen aan
vraag J. Koninckx hieringesloten. Dank voor
aankondiging in Legerbode.
18 Mei
[Aan zijn vrouw]
Aan Céline langs Wauters,
…,
Gisteren uw brief van 27 April ontvangen. Haddet
gij hem op mijn tegenwoordig adres gezonden
– dat ik u reeds 2 of 3 maal zond, maar
u misschien nog niet is toegekomen – dan had
ik hem reeds den 4 of 5 dezer ontvangen. Zend
eens in 't vervolg aan 't onderstaande adres.
Ik ben zoo blijde dat ge mijn nieuw adres en
bediening kent: dat moet U en te huis wel genoegen
gedaan hebben! Mij verheugt het zeer
dat met U en de kleintjes en onze ouders, br.
en z. het nog steeds goed gaat. Bid ja, gedurende
de schoone meimaand, veel OLVrouw
opdat alles goed afloope: ik doe hetzelfde.
Uw brief heb ik nu al 4 of 5 maal gelezen, telkens
met meer genoegen. En ik houd dat papier,
waarover uwe hand zoozacht gegleden is
met zoo'n innige voldoening vast en als ik het
dan hartelijk kus, dan is 't voor U gemeend!
…
O wat heeft me dat portret van U en de kinderen
(waarvan ik toch één ex. ontving) me al
genoegen verwekt! Zooals ik U vroeger schreef
hangt het voor mij, boven mijn lessenaar in
een passe-partout die ik zelf gemaakt heb en
waar nog een heelen hoop andere portretten
insteken: gij en de kinderen nochtans op de
eereplaats. Een weinig hooger hangt het kruisbeeld,
waaraan ik geduld en onderwerping put;
daarnevens Paus en Koning. Daarboven een
schoone plaat voorstellende de inst. v.h. H.
Sacrament des A. Verder hangt mijn bureel
versierd met oorlogskaarten en platen betrek
hebbende op den oorlog; ook heb ik reeds een
kleine bibliotheek. Werk heb ik genoeg: ordonnance
en secretaris te zamen: alle dagen van 6
uren tot 10 à 11 u. 's avonds; ik vind er gelegenheid
om veel dienst te bewijzen aan onze
soldaten, ge moest zien welke brieven van
bedanking ik liggen heb! Mijn eerste en laatste
bezigheid van den dag is een klein praatje te
179
gaan houden met U en de kinderen: wat maakt
dat portret me toch gelukkig. En wanneer ik
's avonds een kleine wandeling maken kan,
dan speelt gijlie me altijd in den geest: onze
wandelingen 's avonds op de kloosterbaan –
naar Kalkestraat. God wanneer komt die tijd
weer?
Ik ben blijde dat de groep van 4 amb. te
Opwyck gekomen is: ik ook heb er een opgestuurd
langs B. Meert. Waarschijnlijk verloren.
Ik doe er nog een met een ander van mij alleen
in zittende houding en waarvan ik hier
nogmaals een bij steek. Mocht het U toekomen!
Reeds versch. malen vroeg ik U mij eens
de datums op te geven der brieven, welke ge
van mij reeds ontvangen hebt. Ik schreef:
Laat me ook eens weten op welke datums gij
me brieven geschreven hebt: ik hoop toch dat
ge, zooals ik U in een voorgaanden brief vroeg,
kopij bewaart van al de brieven die ge mij
zent. Ik heb ook kopij van al de hoogergenoemde
brieven.
Celine, als 't zijn kan, stuur me dan soms ook
wat nieuws over Opwijck: ge kunt denken hoe
aangenaam zulks is; ik kan er ook nog anderen
blijde mede maken. Steek er ook eens een half
briefken geschrift van huis in: dat zal me
deugd doen.- Is Jozef al terug in Brussel? Wie
heeft er peter geweest in mijne plaats? Hoe is
't met mijn meter, met Mie, met mijnen peter
de Pachter?
Dank hartelijk aan Dr. De Smedt. Mijne innigste
groeten aan al de goede kennissen: priesters,
Lindemans, Buggenhout, Eug. V.d.Broeck
zijn familie. 't Is met ons alle zeer goed: Jan
heeft wat last van zweeren: niet erg! Innige
groeten aan J. Van Malderen., Jan Vereertbr.
Enz. bijzonder in de Kalk. Aan vader en moeder,
broeders en zusters; zeg hun dat ik ze
allen toch zoo gaarne zie, zooveel voor hen
bid! Vraag hun evenveel voor mij .
Aan U Celine moet ik datniet vragen: ik wordt
gewaar de uitwerksels Uwer vurige gebeden:
Ja we zijn God veel dank schuldig! Céline, in
een vurige omhelzing sluit ik U en de kinderen
in de armen! Geef een kruisken en een kus van
mijnentwegen aan de kleintjes alle avonden,
alle morgenden. Mochte ik het welhaast zelf
kunnen doen! Vurige groeten aan moeder!
Uw immer trouwe Louis.
Heeft EH V.Gestel de lijst ontvangen van een
80 tal jongens van Opwyck, waarmede het zeer
goed gaat?
24

180
Langs O.d.M.d.S. briefjes van Jan Ruysseveldt
aan zijne vrouw en ouders, van zijne kameraden,
van Van den Berghe – Beeckman vluchteling
uit Londerzeel naar Joz. Beeckman Doodstr.
Opw. en van mij aan mijne vrouw.
28 Mei
Aan Leo Michiels (Nijv.) getrouwd met Pasalia
De Clerck 2e Linie 2/4 –Voor u naar uwe vrouw
geschreven. Zijn er nog Opw. in uw regiment?
Zend a.u.b. hun adres.
Aan E.H. Heylen. Briefjes ontvangen – weggezonden.
Binnen eenige dagen zal ik er nog 300
zenden. Dank voor 't nieuws – de groeten –
't adres van Richard. Nieuws van divisionnaire
– Hierbij adres van EH Meulepas – een prospectus
– een portret van mij met opschrift: als
blijk der dankbare, eerbiedige en genegene
gevoelens. L.G. Eene mis aub. Hoe stipendium?
Aan Adolf Meysman: adres van B. Willems gevraagd
Aan Jan Van Ruysseveldt.
30-5-15
Aan Ben. De Clerck Briefje gezonden naar
vrouw, over geldverzenden vraag inl.
Aan Jan Verhasselt: 1 Jag. t.v. 4/I 3 DA. Briefje
gezonden. Zend me nog een brief voor Uwe
ouders te Baerdeghem.
Aan Edm. Luipaert: antwoord – brief verzonden
– tekst medegedeeld van brief Cal. 8 e van 10-
5-15.
14 Juni
[Aan zijn vrouw]
Aan Celine langs Const. Malefray of broeder
…,
't Is reeds lang geleden, dat ik nog iets ontving
van uwe hand: 27 April! Ge kunt niet gelooven
met wat ongeduld ik opnieuw iet verwacht! De
goede wegen, zoo 't schijnt worden opgebroken
de eene na den anderen. Mocht het den
Heer believen dat dit schrijven U toekwame!
Ik ben nog steeds in goede gezondheid en ben
nog immer aan hetzelfde werk. Het portret van
U en de kleintjes verschaft me alle dagen veel
plezier en ik bid nu nog meer en dikwijler voor
U lieden dan vroeger. Goeden moed Celine;
OLHeer zal alles wel op zijn beste schikken en
ons terug bijeenbrengen om samen aan de
opvoeding onzer lievelingen te werken.
.....
Vergeet niet, liefste, aan de kinderen alle dagen
een kruisje en een kus te geven in hun
Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickxl
vaders plaats; ik zal hier bidden opdat God
krachtige uitwerksels dien zege geve.
Ik hoop dat het met gansch de familie nog
goed gaat? Doe aan allen mijne beste groeten;
ook aan de vrienden en kennissen. Met al de
jongens, over wien ik vroeger schreef is 't nog
steeds goed. Doe aan hunne fam. de beste
groeten bijzonder aan De Smedt, Lindemans,
Buggenhout, Van den Broeck, Teirlinck, Bouchez
enz.
Dat God U zegene, liefste Celine, U en de kindertjes.
17-6-15
Aan E.P. Ildefons
Ik durf U een dienst verzoeken in 't voordeel
onzer Opwycksche soldaten, bij wien ik veel
propaganda gemaakt heb voor De B. St.
dienst, die tezelfdertijd eene nieuwe propaganda
zou zijn: Luister: Ik bezit de adressen van
ongeveer 150 soldaten van Opwyck, de meeste
volledig, andere onvolledig. Ik zou die gaarne
gedrukt zien in Uw gewaardeerd blad en er een
200 tal afz. afdruksels van ontvangen (enkel
de adressen). Schrijf me a.u.b. of 't zijn kan.
Hartelijk goedheil voor uw stout aandurven van
het dagelijks verschijnen! Eerbiedig en genegen
groet L.G.
21-6-15
Aan Celine langs B. Meert – J. De Smedt
Een brief van Benoit er bij aan dagbladen –
adressen (volledig) gevraagd der Opw. in Holland
om lijst op te maken.
23-6-15
Aan EH. F. Prims Russel Square
Eerwaarde,
Ter kennismaking: onderteekenaar is in vredestijd
koster-orgelist te Opwyck en schrijver
v.d. Kath. Volksbond aldaar; herinnert ge U
nog zijn stichting? Thans ben ik secretaris van
EH. Hoofdaalmoezenier der Basis, EH Meulepas.
We hebben met groote vreugde 't nieuwsder
5000 stemmen vernomen. Laat ze maar
komen: we zorgen wel dat ze op de goede
plaats komen. Mag ik U iets vragen met betrekking
op de stem? Ik bezit de adressen van
een 150tal soldaten van Opwyck; ik zou die
gaarne aan ieder van hen overmaken; is het
mogelijk ze in "de Stem" op te nemen en me
een 200 tal afzonderlijke afdrukken (van de
adressen alleen) te bezorgen? Ge ziet van hier
wat een pleizier ge aan al die jongens op die

Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickx
wijze gaat verschaffen! Uw blad wordt puik!
't Gaat de Times de loef afsteken. Goedheil!
Zeer eerbiedig en genegen groet U,
L.G.
24-6-15
Aan EH Huybrechts
Aan Heer Herssens
Aan Joz. De Block 12e Lin. 3/II briefjes gestuurd
Aan Jan V. Ruysseveldt: antwoord en briefjes
en omslagen
Aan Benoit Meert
Aan E. Paters missionnaris H. Hart Tilburgh
Nu eerst schrijf ik Ued. om U hartelijk te bedanken
voor de lekkere sigaren welke Ued.
zoowelwillend gezonden hebt. De reden van
dat wachten ligt in Pater De Graeve, die vandaag
eerst bij me is kunnen komen om ze te
proeven. Ik wilde aan hem vragen op welke
manier ik Ued. kan vergoeden; en daar hij me
Uw verlangen uitdrukte de rekening met hem
te vereffenen, zoo is dat ook geschied. Ze zijn
zoo lekker, dat reeds 50 ervan in rook verzwonden
zijn, dank zij bijzonderlijk de brave
helpers van aalmoezeniers en andere priesters,
die hier dagelijks op ons bureel komen en die
ik gewoonlijk zelf moet ontvangen daar de
titelvoerende hoofdaalmoezenier voor een
maand op verlof is. En die heeren geraken ook
moeilijk aan een goede sigaar: ergo … Maar
nog eens, ze zijn lekker, bijzonder in onzen
mond die reeds zoolang iets goed in dien aard
hebben moeten ontbeeren, zoo lekker, dat ik
durf vragen, indien 't Ued. niet te lastig valt,
nog zoo'n zending te doen … 't Is Pater De
Graeve die 't me inblies! En U zoude er mij
toch zoo 'n genoegen mede doen! En, terwijl ik
nu toch aan 't vragen ben: zou Ued. zich willen
gelasten soms een briefje naar mijn vrouw
voort te sturen? Pater De Groeve legde me uit
hoe 't gaat: onkosten zal ik ook dan hem vergoeden.
Dank zeer meest bij voorbaat. Ik krijg
niets meer van huis: 't is reeds van 27 April
geleden: en dat is zoo droevig! Hierbij dus een
briefje voor mijn vrouw en kinderen.
Pater De Graeve werkt hier flink: hij is zoo zeer
geacht en bemind in zijne ambulancie ! Een
schoone blijk van die genegenheid werd hem
verleden zondag door doctor en infirmiers gegeven!
Hij heeft ook reeds puik letterkundig
werk geleverd. Thans is hij bezig, op aanvraag
van mijn baas, een zeer degelijk boeksken uit
het Fransch te vertalen, voor onze soldaten. Ik
denk dat hij er zal toe komen aalmoezenier
genoemd te worden. Er wordt voor gewerkt!
't Ware een beste keuze!
181
En hij heeft me foto's getoond van Assche! Mijn
leidsman en hartevriend Pater Ockhuizen was
er bij. 't Deed me genoegen zijn ingoed wezen
al was 't maar in beeld te mogen aanschouwen.
Als Ued. gelegenheid hebt, vraag hem
eens dat hij mijn familie niet uit het oog en
hart verlieze, ze trooste en opbeure! Hij is daar
een meester in! Dank
24-6-15
[Aan zijn vrouw]
… langs H. Hart Tilburg,
Mevrouwe,
't Is reeds lang dat ik van U niets meer vernam.
Hoe staat het met den cigarenhandel? Ik
veronderstel dat hij goed draait. Ik heb er
laatst een goede bestelling ontvangen van een
huis uit Tilburg; goede kennis van heer Ockhuizen.
En hoe is 't met heer Ockhuizen? Komt hij
soms nog ten huize? Mijn beste groeten aan
hem. Ik hoop dat het met de lieve kindertjes
nog steeds goed gaat? Ik zit nog altijd aan
't zelfde werk; veel, zeer veel bezigheid maar
werk dat me gaadt! Vraag dat maar Dr. De
Smedt, die weet er iets van.
Wilt ge U gelasten mijn hartelijkste groeten
over te maken aan Uwe geëerde moeder en in
de Kalkestraat? Met vreugde zie ik ze te gemoet:de
beste zorgen zullen er aan besteed
worden.
Innig genegene groeten L. Geeurickx Kosters
Missiehuis H. Hart Steenweg van Breda Tilburg
(Holl.)
28-6-15
Aan EP. Dom Franco De Wyels: dank – adres J.
De Smedt
Aan EP Aug. Verhaegen te Exeter
Aan Pater Lauwerijs
Aan "De Stem uit België" Russell Square WC
London
Eerwaarde,
Dank U hartelijk voor Ued. welwillend toestemmen.
't Volgende dan voor "De Stem":
We zijn er in gelukt een 150tal namen van
Opwycksche soldaten te verzamelen. Van het
grootste getal daarvan hebben we niet het
volledig adres. Die, waarvan we het volledig
adres bezitten, laten we hier volgen: …… Lijst.
Indien bij bovengenoemde zijn, wier adres
veranderd is, dat zij het ons laten weten, dan
geven we die verandering in een andere lijst.
Van de volgende soldaten zouden we gaarne
het volledig adres vernemen; dat zij zelven of
hunne vrienden het ons sturen: …. Lijst.

182
Al de vrienden, die nog andere Opwycksche
soldaten kennen gelieve ons hunne namen te
sturen, met volledig adres, te sturen. Wie met
zijn familie niet in briefwisseling kan komen,
late ons zulks weten: we zullen hem een middel
aan de hand doen om naar huis te schrijven.
Voor Ben. Willems van Droeshout hebben
we een brief liggen, hem door zijn vader geschreven.
Waar zit hij? "Tot hiertoe gaat te
Opwyck alles opperbest." Zoo zegt eene kaart
van 13 Juni.
1-7-15
Aan EH. Brabants H E A.
Eerwaarde en goede vriend,
Hoe stelt Ued. het daar? Reeds gewend? En het
werk gaat U? Ik heb voor een paar dagen naar
L.V.Malderen geschreven per Holl. postkaart
me door een geïnterneerde gezonden. Zoo ik
antwoord krijg laat ik het Ued. weten. EH. Bernaerts
reeds gezien? En het blad voor St. Jans
Molenbeek? Weet Ued. reeds dat l'oeuvre du
M. du S. verboden is als "sous les octars charitables
éminement suspecte?" Ik geloof daar
niets van, ook anderen zijn van mijne mening.
Ik geloof dat daar iets anders onder schuilt.
Spijtig want de antwoorden vloeiden toe, sedert
eenige dagen.
EH Beynen is naar Octeville vertrokken. Van
Ru… naar Vielle Eglise. Verhaest aum. Adj.
2 cl. genoemd. EH. Huybrechts adj. 1 cl. In
Engeland "sur sa demande". EH Steyaert verwachten
we vandaag. EH. Marinis gisteren hier
geweest. Daar hebt ge dus een handvol
nieuws.
En het magazijn? Mag ik U verzoeken mij bij
gelegenheid te laten geworden 100 cigarillos
en 1 kg. Chocolat, bij voorkeur met Chef
d'Equipe van TEMS Paul Lindemans. Ik zal de
vergoeding met den brenger medegeven; doe
er dus een rekening bij.
Eerbiedig en genegen groet Ued.
11-7-15
Aan Adv. JR. De Smedt Leopold II laan 231,
Brussel
Mijn beste Jozef,
1. Hoe stelt ge het in Brussel?
2. 't Is reeds zoolang geleden dat ik nog iets
van U gehoord heb. Weinig werk op den winkel
voorzeker? Woont onze vriend Jozef nog op
den Jetschen Steenweg 179? En hoe staat het
met de vlaamsche beweging; wordt er in Brussel
nog wat aan gedaan? Als ge bij gelegenheid
naar huis gaat, breng dan mijn beste groeten
over aan Uwe geëerde moeder op den Cingel.
Met mij alles opperbest. Ik ben nog steeds
Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickxl
op 't zelfde bureel werkzaam en voel er mij
zeer gelukkig. Een goeden dag van de vrienden
Aloys, Paul, Jan en Eugeen. Hoe staat het met
Uw trouwen? Wat uitgesteld waarschijnlijk?
Gansch hartelijk Uw Louis
12-7-15
Aan Mr. Le Dir. Du Courier de l'Armée ,
Etant ordonnance et secrétaire du R.M. l'Aumônier
divisionaire de la base de C. je n'ai
presque jamais l'occasion de lire le C. de l'A. et
le Legerbode. Ne serait-ce pas trop demander
de votre beinveillance de me faire inscrire pour
un ab. grat. sur ces 2 publications? Je pouvais
ainsi rendre plus de service aux 250 soldats de
ma commune dont j'ai les adresses et qui me
demandent assez souvent des rens. sur d'autres
soldats. Si vous le jugeriez utile je pourrais
envoyer aussi de temps à autres un article
pour le Legerbode.
Esperant voir réserver un acceuil favorable à
ma demande, je vous présente M.L. Dir. avec
le plus grand respec, mes remerciements anticipés.
L.G.
17-8-15
Aan EH. Van Gestel langs Lt. Meeus Ossendrecht
Uw briefje goed ontvangen. 'k En tracht niet U
te zeggen hoeveel genoegen het me gedaan
heeft. 't Zal me aansporen om me zoo mogelijk
nog meer met de mannen onzer gemeente
bezig te houden. (reeds van twee verschillende
personen mag ik een klein geschenk aan ieder
zenden: van een ingenieur, met wien ik eenige
genoeglijke dagen verlof doorbracht en van
Mr. J. W.-C. ) Het is er nu voor mij om te doen,
tijd en waar te vinden. 'k Zal zweten. Voor
't oogenblik ben ik bezig een nieuwe meer volledige
lijst op te maken: ik zal trachten hem U
te laten geworden binnen enkele weken. Met
groote blijdschap heb ik vernomen dat met
mijne familie alles goed gaat. Ge zult haar mijn
meest hartelijke groeten overmaken, nietwaar?
Met al de jongens over wien ik U vroeger
schreef, gaat het nog opperbest.
Van links en rechts hoor ik wat nieuws over
onze gemeente en bind dat soms in een busselken
samen voor de gazet waarin de jongens
dat met plezier lezen. Over Schal. Van
Hil. vroeg ik reeds inlichtingen, maar dat gaat
altijd schroomelijk traag: tot hiertoe nog geen
antwoord. Dat er soms nog buien waaien doet
me leed. Van harte goedheil om Uw schoon
werk voor de krijgsgevangenen! Aan Paul zijn
uw groeten reeds overgemaakt, hij heeft ze
gelezen. Aan de anderen bij gelegenheid.

Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickx
Van harte goedheil om de opheffing van den
"ban". Ik ben er zoo gelukkig om dat ge terug
uw onschatbare diensten aan onze jongens en
hunne familieën kunt bewijzen. Ik zal medewerken
zooveel 't enigszins in mijne macht is.
Van alle kanten, ook van hooggeplaatste personen
kwamen me reeds aanvragen voor uwe
nieuwe soort briefjes en omslagen. Kwam mijn
brief van voor een paar weken U toe? Mag ik
me zoohaast mogelijk aan mijne groote bestelling
verwachten? Velen snakken er naar?
God zegene U om Uw liefdevol werk!
30-8-15
Aan J. Geeurickx – Meert;
Mijn goede broeder,
Ik heb de kaarten van Louise en Celine zeer
goed ontvangen. Met groot genoegen verneem
ik er in dat met U allen het nog goed gaat, ook
in de Kalkestraat. De fotos die Celine me vroeger
opgestuurd heeft heb ik ook goed ontvangen.
Waneer krijg ik er nog eens een? Laat U
eens trekken in den hof met Jozefken en Maria
en stuur dat zoomaar bloot op met een 10
centiemzegel. Daar het tegenwoordig zoo
moeilijk is de reis te ondernemen, kan dat een
bezoek vervangen. Hier op mijn bureel altijd
't zelfde en veel werk. 'k Doe het nochtans met
veel genoegen.
En draait de handel in Brussel een weinig? Veel
minder dan vroeger waarschijnlijk? Schrijf mij
daarover eens een woordje. Met Jozefien en
Camiel en heel de root gaat het ook goed?
Tot ziens en aan gansch de fam. de b. gr.
4-9-15
Aan J. Geeurickx – Vermeir (Pater Celinus
Geeurickx)
Mijn goede Broeder,
Paul heeft aan zijn zuster Marie reeds geschreven
welke soort fotos ik gaarne zou ontvangen.
Marie zal dat wel goed doen: ze is reeds artiste-fotograaf:
de specimens die Paul me toonde
zijn wonderschoon. Stuur die maar bloot op. Ik
heb vandaag onder de H. Mis het H. Hart van
Jezus gesmeken dat hij U allen moge zegenen
en bewaren. Gijlie vergeet toch ook nonkel
Pater in uwe gebeden niet? Cesar, Louis en Jan
waren zeer verheugd met Uw laatste schrijven.
Van advokaat De Smedt ontving ik laatst ook
een schrijven uit Groenlo. Verheugd daarin te
vernemen dat het met U allen goed gaat: insgelijks
met mij. Groeten van Paul Jan en Eugeen!
Aloys stelt het ook zeer goed! Tot later!
183
1-11-15
Aan vader, broeders en zusters, bij 't afsterven
mijner beminde moeder –
Aan J. Geeurickx – Vermeir
Beminde Broeder,
Hard is de slag die ons allen treft, door het
overlijden onzer lieve moeder. Dezen morgen
kwam 't droeve nieuws mij toe door de kaart
van Celine. Die van Désiré had me wel doen
vreezen maar dat kon ik toch me niet inbeelden.
't Kruisje dat ze mij op 't voorhoofd drukte
bij mijn laatste reis is dus haren laatsten zegen
geweest! Den laatsten! Moeder heeft dus de
kaart niet meer gezien die ik haar over 8 dagen
schreef. Moeder, lieve moeder! Haar niet meer
tezullen zien … Bij hare laatste oogenblikken
niet kunnen tegenwoordig zijn … Hard! Gods H.
Wil is geschied! Zijn naam zij gezegend! Vele
missen zullen hier voor haar den Heere opgedragen
worden. Vurige gebeden zullen opstijgen.
Daar ook zal aan dien bevlogen plicht niet
te kort gebleven worden. De Heer zal onze
gebeden verhooren. Ik verwacht een kort verhaal
van hare laatste dagen en oogenblikken.
Mijn beste groeten aan U allen. De harten
hoog! Besten zegen voor de kinderen.
15-5-16
Naar huis, bij vaders overlijden (langs broeder
Jozef)
Dierbare broeder,
"De Heer heeft ze ons gegeven; de Heer heeft
ze ons ontnomen; geheiligd zij Zijn Naam!"
Ik ben er zeker van dat vader een laatsten
zegen voor mij heeft achtergelaten in Uwe
handen. Hij heeft moeder dan van zoo nabij
opgevolgd naar 't betere leven, ons als weezen
achterlatende. Pijnlijke slagen! bijzonder voor
mij, die weer 't geluk niet had bij zijn laatste
oogenblikken aanwezig te zijn. Gelukkig dat we
christenen zijn! Dagelijks draag ik de H. Mis en
Communie voor vader op. Talrijke missen worden
hier, in korten tijd voor hem geofferd, zooals
't ook voor moeder 't geval was. Zorg goed
voor onzen oudsten broeder. Besten zegen
voor Celine en hare kinderen. Vergeet nooit de
zielen van vader en moeder: woeker voor hen
met aflaten!

184
17-8-16
A Mr. Ferd. Passelecq au B. D. B. du Min.
d.l. guerre 52 rue des Gobelins Le Havre
Comme suite à votre lettre du 8 de ce mois.
J'ai l'avantage de vous adresser les 16 premiers
nos. de notre «Stem uit Opwyck», moins
le n° 1, dont je n'ai plus d'ex. disponible. Je
demanderai à un de mes lecteurs de bien vouloir
le renvoyer pour compléter votre collection;
Nous continuerons à vous envoyer les
Gedachten, brieven, opstellen 1914-'18 van Louis Geeurickxl
nos. à parâitre. L'abonnement est gratuit. La
moindre petite somme, pour nous aider à couvrir
les frais de papier et autres, sera acceptée
avec gratitude.
Veuillez accepter, Monsieur Passelecq, l'expression
de ma haute considération.
L. Geeurickx