22.09.2013 Views

De Journalist

De Journalist

De Journalist

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

3de Jaargang Nos. 1 -2<br />

Verschijnt maandelijks<br />

Aug./Sepi. 1948<br />

<strong>De</strong> <strong>Journalist</strong><br />

Redactie: J. J F. v. d. Bergh<br />

Mr. E. hiias - Yge Foppema<br />

ORGAAN VAN DE NEDERLANDSE JOURNALISTENKRING<br />

VERVULDE VERWACHTING<br />

EINDELIJK is het zover, dat de<br />

*-* collectieve arbeidsovereenkomst<br />

op het punt staat ingevoerd te<br />

worden. Weliswaar moet het College<br />

van Rijksbemiddelaars nog zijn<br />

formele goedkeuring aan het contract<br />

hechten, doch het staat na de met<br />

deze instantie gevoerde besprekingen<br />

en na het aanbrengen van de daaruit<br />

voortgevloeide wijzigingen wel vast,<br />

dat deze goedkeuring nu zal worden<br />

verleend. Ik kan mij voorstellen, dat<br />

sommige leden van de N.J.K. en de<br />

K.N.J.K. t.a.v. het collectieve contract"<br />

in een ietwat pessimistische<br />

stemming zijn geraakt. Zouden de<br />

gewekte verwachtingen ooit in vervulling<br />

gaan? <strong>De</strong> besturen begrijpen<br />

deze gevoelens ten volle, overtuigd<br />

als zij ervan zijn, dat de in de C.A.O.<br />

vervatte arbeidsvoorwaarden het<br />

minimum vormen van wat voor een<br />

redelijke rechtspositie van de journalist<br />

geboden is. Zij zijn dan ook voldoende<br />

diligent geweest, doch zij<br />

hadden het niet in de hand, om<br />

andere instanties de beslissing te<br />

laten nemen, welke in het journalistenkamp<br />

met zoveel ongeduld werd<br />

verbeid. Wat de wederpartij, de<br />

Vereniging „<strong>De</strong> Nederlandse Dagbladpers<br />

1945" aangaat, hebben wij<br />

ons mogen verheugen in de vlotte<br />

aanneming van het contract in zijn<br />

eerste lezing door de Algemene Vergadering;<br />

de daarbij in overweging<br />

gegeven wijzigingen konden zonder<br />

veel bezwaar door onze instanties<br />

worden aanvaard. Even vóór de<br />

finijsh dreigde onze partner echter te<br />

Struikelen. Verzet uit de Algemene<br />

Vergadering, die eind Juli de door<br />

het College van Rijksbemiddelaars<br />

gevorderde wijzigingen had te aanvaarden,<br />

tegen de — in eerste instantie<br />

aangenomen — opzet van de<br />

voorlopige pensioenregeling, had oorzaak<br />

kunnen worden, dat de zaak op<br />

de lange baan zou zijn geschoven tot<br />

heropening der onderhandelingen,<br />

ware het niet, dat het gezonde inzicht<br />

van enkele leden van de N.D.P.<br />

tenslotte de overhand wist te krijgen.<br />

Wij verheugen ons hierover. <strong>De</strong><br />

eerste onderhandelingen met de delegaties<br />

van de N.D.P. waren immers<br />

in een geest van goede verstandhouding<br />

en wederzijds begrip gevoerd;<br />

aan beide zijden was de wil<br />

aanwezig om met een voor alle partijen<br />

aanvaardbaar resultaat van dp.<br />

conferentietafel op te staan. <strong>De</strong><br />

hierboven reeds gereleveerde vlotte<br />

behandeling door de Algemene<br />

Vergadering van de N.D.P., welke<br />

vooral aan de doortastende leiding<br />

van de voorzitter, de heer Van der<br />

Klieft, was te danken, hield de<br />

belofte van een spoedige toepassing<br />

in. <strong>De</strong> vertraging echter, welke<br />

— buiten schuld van de betrokken<br />

partijen — uit de inschakeling van<br />

het College van Rijksbemiddelaars<br />

moest voortvloeien, maakte verscheidene<br />

onzer leden, niet ten onrechte<br />

wat ongeduldig, zo niet mismoedig.<br />

Indien, bij deze stand van zaken, onze<br />

wederpartij, de N.D.P., thans een<br />

definitieve beslissing had willen<br />

uitstellen, zou aan de reeds gelegde<br />

vertrouwensbasis op ernstige wijze<br />

afbreuk zijn gedaan. Dit argument<br />

was het vooral — als ik goed ben<br />

ingelicht —, dat in de N.D.P.-vergadering<br />

de balans naar de goede kant<br />

heeft laten doorslaan. En ik meen<br />

geen geheim te verklappen, indien ik<br />

mededeel, dat het de voorzitter van<br />

de N.D.P.-delegatie, de heer R. Peereboom,<br />

is geweest, die dit argument<br />

met. de meeste kracht heeft onderstreept<br />

om zijn collega's van het<br />

heilloze van hernieuwd uitstel te<br />

overtuigen. Wij begrijpen enerzijds,<br />

dat sommige dagbladdirecteuren juist<br />

de pensioenbepalingen, wegens hun<br />

vermeende verre .strekking, in het<br />

bijzonder onder de loupa wensten te<br />

nemen. Anderzijds moest in aanmerking<br />

worden genomen, dat de Ln de<br />

voorliggende C.A.O. te dezen aanzien<br />

opgenomen artikelen slechts van<br />

provisorische betekenis waren en dat<br />

op de inhoud van de definitieve<br />

pensioenovereenkomst niet werd<br />

vooruitgelopen, zodat, indien er al<br />

enig bezwaar tegerr een thans overeengekomen<br />

onderdeel mocht worden<br />

gevoeld, de aanvaarding daarvan<br />

geen onherstelbare toestand in het<br />

leven zou roepen. Zoals gezegd, het<br />

gezonde inzicht heeft het bij de<br />

N.D.P. gewonnen en aan een goedkeuring<br />

door Rijksbemiddelaars behoeft<br />

thans niets meer in de weg te<br />

staan. Ik waag mij intussen ïiiet aan<br />

het noemen van een datum, waarop<br />

de toepassing van de C.A.O. een feit<br />

zal zijn; reed,s eerder is aan bepaalde<br />

verwachtingen de bodem ingeslagen.<br />

<strong>De</strong> leden kunnen er echter van overtuigd<br />

zijn, dat de besturen in verder<br />

onnodig uitstel niet zullen bewilligen.<br />

E EN van de bezwaren, welke van<br />

de zijde van Rijksbemiddelaars<br />

waren te verwachten, was het ontbreken<br />

van een z.g. maximum-bepaling<br />

t.a.v. de salarissen. <strong>De</strong> in de<br />

C.A.O. opgenomen schaal behelst<br />

immers minimu m—salarissen,<br />

waarboven de ondernemingen mogen<br />

uitgaan. In verband met de algemene<br />

loonstop en met de dienovereenkomstig<br />

in andere collectieve contracten<br />

opgenomen maximum-begrenzing<br />

van de daarin geregelde<br />

bezoldigingen meenden Rijksbemiddelaars<br />

hun eis tot opneming van zulk<br />

een maximum-lbepailing to onzls<br />

C.A.O. niet te mogen laten vallen.<br />

Hoezeer zowel van de zijde der<br />

journalisten als van die der directeuren<br />

tegenover de vertegenwoordiger<br />

van het College, prof. Levenbach,<br />

ook werd betoogd, dat in de journalistiek<br />

de beloning van bepaalde<br />

kwaliteitsfuncties niet van een<br />

„plafond" mag worden voorzien —<br />

zulks teneinde* te voorkomen, dat de<br />

journalistiek zich de besten ziet ontgaan<br />

—, het College bleef eisen, dat<br />

enigerlei begrenzing van de salarissen<br />

moest worden bepaald. Het<br />

toonde echter begrip voor ons argument<br />

dat een bepaald maximum voor<br />

elke journalist tot ernstige moeilijkheden;<br />

in de personeelsbezetting van<br />

sommige dagbladen aanleiding zou<br />

geven; vandaar de concessie, dat het<br />

totaal van de door een onderneming<br />

uitgekeerde salarissen —<br />

waarbij dat van de hoofdredacteur<br />

volgens het College buiten beschouwing<br />

zou moeten blijven — niet meer<br />

dan 1101% van de som volgens de<br />

normen der C.A.O. mag overschrijden.


Hierbij hebben de partijen zich moeten<br />

neerleggen.<br />

Een ander bezwaar lag in de voorlopige<br />

inhouding van maximaal<br />

8 pet als reserve voor toekomistige,<br />

nader overeen te komen, pensioenverplichtingen.<br />

Het B.W. verzet er<br />

Zich n.1. tegen, dat zulke inhoudingen<br />

geschieden, indien de desbetreffende<br />

pensioenregeling van overheidswege<br />

niet is goedgekeurd. Nadat hiervoor '<br />

in overleg met het College een aanvaardbare<br />

oplossing was gezocht,<br />

brachten de hierboven reeds gereleveerde<br />

bezwaren van de Algemene<br />

Vergadering nog weer enkele wijzigingen<br />

mede, welke aan de beginselen<br />

van de aan de leden bekende<br />

bepalingen niet te zeer afbreuk<br />

hebben gedaan.<br />

Evenmin konden Rijksbemiddelaars<br />

zich verenigen met de uitgebreide<br />

bevoegdheden van de Raad van Uit-<br />

- voering, hoewel de .C.A.O. voor de<br />

typografie deze vorm van uitvoering<br />

sinds jaren kent en de meeste leden<br />

van onze wederpartij, de N.D.P., met<br />

deze uitgebreide bevoegdheden reeds<br />

ervaring hebben. <strong>De</strong> beperkingen,<br />

welke het College te dezen aanzien<br />

noodzakelijk oordeelde, hebben echter<br />

de grondslag van 's Raads bevoegdheden<br />

in stand gehouden. En zo<br />

mogen wij verwachten, dat de beslissingen<br />

van de paritair samen te<br />

stellen Raad van Uitvoering een<br />

even grote betekenis zullen krijgen<br />

als die van de Centrale Commissie<br />

voor de typografie. En naar ik hoop,<br />

ook een even groot gezag zullen<br />

genieten. .<br />

•TELEURSTELLEND was de onver-<br />

* zettelijke houding van Rijksbemiddelaars<br />

t.a.v. het* verplichte<br />

lidmaatschap, dat in onze C.A.O. was<br />

opgenomen. Ook hier kon een beroep<br />

op de door het College goedgekeurde<br />

C.A.O. voor de typografie niet baten;<br />

het wenste eerst af te wachten, wat<br />

de Stichting van de Arbeid op dit<br />

stuk zou adviseren, alvorens voor<br />

nieuwe contracten een verplicht<br />

lidmaatschap te accepteren. Ons<br />

argument, dat de bewuste bepaling<br />

niet strekte tot versterking der<br />

journalistenorganisaties, doch in de<br />

allereerste plaats ten doel had alle<br />

dagbladjournalisten langs deze weg<br />

automatisch te brengen onder de<br />

nu ingestelde verenigingstuchtrechtspraak,<br />

kon ten deze geen doorslag<br />

geven. Wij betreuren dit, omdat een<br />

althans alle dagbladjournalisten omvattende<br />

tuchtrechtspraak zulk een<br />

sprekend blijk geweest zou zijn van<br />

de vaste wil om de persvrijheid in<br />

gelouterde vorm te handhaven.<br />

Intussen, de onthouding van goedkeuring<br />

aan het verplichte lidmaatschap<br />

heeft) ook belangrijke materiële<br />

gevolgen en wel voor de dagbladjournalisten,<br />

die hun plicht tegenover<br />

de organisatie (nog) niet verstaan.<br />

<strong>De</strong> wet op de C.A.O. houdt n.1. wel de<br />

bepaling in, dat de werkgever verplicht<br />

is de overeengekomen arbeidsvoorwaarden<br />

ook voor niet-georganiseerde<br />

journalisten toe te passen,<br />

doch deze kunnen daaraan individueel<br />

geen enkel recht tegenover hun<br />

2<br />

GEBOORTE VAN HET SPLINTERNIEUWS<br />

N de dagen, waarin wij water en<br />

S bloed transpireerden, bij het uitkoken<br />

van een berg nieuws tot een<br />

extract, dat het halve velletje papier<br />

—• ons dagelijks rantsoen in het<br />

eerste halfjaar na de bevrijding —<br />

zou vullen, in die dagen, waarin de<br />

lawine der ingezonden stukken heviger<br />

was dan ooit tevoren, in die<br />

dagen is de rubriek Kort Nieuws geboren.<br />

Een geboorte, die verademing<br />

bracht.<br />

Nu was de vergaarbak van nieuws<br />

in alle variaties, gereed. Nu kon in<br />

enkele woorden gezegd worden, wat<br />

anders in grote zinnen den volke bekend<br />

zou worden gemaakt. <strong>De</strong> rubriek<br />

floreerde. Redacteuren binnenen<br />

buitenland wierpen zich er op als<br />

bokken op de haverkist. Geen blad<br />

bezat niet zijn Snippernieuws, zijn<br />

Koirt-af, zijn In Weinig Woorden of<br />

zijn Van de Hak op de Tak. Complete<br />

'binnenlandse en buitenlandse<br />

overzichten werden gecomprimeerd<br />

in Kort Nieuws, financiële (en zelfs<br />

een enkele parlementaire) redacteu-<br />

' ren vatten, hetgeen zij te zeggen<br />

hadden, in telegramstijl samen.<br />

Het had er alle schijn van dat deze<br />

jonge loot aan de journalistieke stam<br />

roemloos sterven zou, zodra de papiersituatie<br />

het levenslicht zou bieden<br />

aan een „veelheid" van normale berichten.<br />

Edoch, het viel anders uit.<br />

Toen inderdaad iets meer papier beschikbaar<br />

kwam, bleven de rubrieken,<br />

aanvankelijk voor samenvatting<br />

van veel nieuws in weinig woorden<br />

bedoeld, bestaan. Hun karakter echter<br />

wijzigde zich, of werd gewijzigd.<br />

Langs wegen van geleidelijkheid en<br />

wellicht zonder opzet groeide de rubriek<br />

tot het vrolijke oog van de<br />

krant, zoals een hoofdredacteur onlangs<br />

't driepootje in zijn eigen blad<br />

betitelde. <strong>De</strong> rubriek, laten we haar<br />

„Splinternieuws"' noemen, verheugde<br />

zich in de aanvang reeds in een grote<br />

belangstelling van de zijde der lezers.<br />

Men stelde het lezen van veel<br />

nieuws in luttele zinnen op prijs en<br />

gaf daarvan vaak ondubbelzinnig<br />

blijk, daarmee de correspondentie<br />

werkgever ontlenen. Indien deze<br />

andere, minder gunstige arbeidsvoorwaarden<br />

op de niet-georganiseerden<br />

willen toepassen, zijn deze arbeidsovereenkomsten<br />

niet nietig. Alleen de<br />

journalistenorganisaties hebben een<br />

actie tot handhaving van de bewuste<br />

arbeidsovereenkomsten. .<br />

<strong>De</strong> besturen van de journalistenorganisaties<br />

hebben echter<br />

besloten vooralsnog zulk een actie<br />

niet in te stellen; de niet-georganiseerde<br />

journalisten worden dus<br />

aan hun eigen, weinig benjjdenswaardig<br />

lot overgelaten.<br />

Tenzij zij alsnog besluiten, zich<br />

als lid aan te melden en mede de<br />

lasten, welke de belangrijke taken<br />

der organisatie meebrengen, te dragen.<br />

Doen zij dit niet, dan zijn zjj ook<br />

van de redactie (toch al zo ontstellend,<br />

omvangrijk in die dagen) aanzienlijk<br />

vergrotend. <strong>De</strong>ze interesse<br />

van de lezers echter zal er zeker toe<br />

hebben bijgedragen, dat de hoofdredacteuren<br />

ongaarne hun Splinterternieuws<br />

zouden hebben zien verdwijnen.<br />

Ongemerkt sloop in de voor die<br />

tijd uitsluitend met binnenlandse berichten<br />

gevulde rubriek, het berichtje<br />

met een buitenlands kleurtje binnen<br />

(en omgekeerd, hoewel dit zeldzaam<br />

voorkwam) en toen het hek eenmaal<br />

van de dam was, was het karakter<br />

van het Splinternieuws vrijwel ineens<br />

een gans ander geworden als wat in<br />

opzet bedoeld werd. Humor en curiosa,<br />

namen steeds meer de overhand<br />

en de eigenlijke nieuwsgeving kwam<br />

hoe langer hoe meer op de achtergrond.<br />

Als vuilnisbak — men vergeve<br />

mij het woord —• behield de rubriek<br />

echter haar betekenis. Veel<br />

niet actuele berichten, die om een<br />

of andere reden tóch — zij het in<br />

luttele woorden — mee moesten, vonden<br />

hun plaats in het Splinternieuws,<br />

dat er in aantrekkelijkheid aan won.<br />

<strong>De</strong> rubriek veroverde zich in haar<br />

vernieuwde vorm een even grote en<br />

misschien nog grotere plaats in de<br />

welwillende aandacht van de lezers,<br />

die vaak op begrijpende, soms op<br />

volkomen onbegrijpende wijze reageerden.<br />

Naast de dagelijkse portie,<br />

die de glimlachende philosoof van elk<br />

blad, het lezerscorps presenteert,<br />

(men mist Grimbeert de ^ Das nog<br />

immer in <strong>De</strong> Maasbode!) werd de<br />

rubriek Splinternieuws een onderdeel<br />

van het journalistieke werk, dat zich<br />

een vaste plaats op de pagina en in<br />

het dagelijks werk veroverde.<br />

<strong>De</strong> rubriek nestelde zich muurvast<br />

in de krant en zal daaruit, zo wij het<br />

goed zien, niet spoedig verdreven<br />

worden. Want als het waar is, dat<br />

de Nederlandse krant, te weinig aan<br />

humor biedt, dan maakt de rubriek<br />

Splinternieuws, zoals zij door meerdere<br />

collega's verzorgd wordt, daarop<br />

in ieder geval een gunstige uitzondering.<br />

HENRI KERKHOFFS.<br />

verstoken van 't beroep op de Raad<br />

van Uitvoering, indien enig geschil<br />

over de arbeidsovereenkomst ontstaat.<br />

En dit betekent, dat zij van de<br />

deskundige rechtspraak van eigen<br />

vakgenoten blijven verstoken.<br />

Allemaal redenen voor degenen, die<br />

nog afzijdig bleven staan, zich ten<br />

spoedigste aan te melden. En evenzeer<br />

voor de leden om collega's, die<br />

nog geen lid zijn, tot aanmelding op<br />

te wekken. Waarbij onze leden de<br />

anderen er op kunnen wijzen, dat hun<br />

vertegenwoordiging in het overleg<br />

binnen de onderneming (door<br />

middel van de redactiecommissies) al<br />

evenzeer op losse schroeven staat.<br />

Ik verwacht, dat degenen, die nog<br />

geen lid zijn, over hun bezwaren<br />

zullen heenstappen en dat de laatste<br />

vrijbuiters zich zullen aanmelden.<br />

ROOY.


Nederlandse Journa<br />

O<br />

P uitnodiging van de regering dei-<br />

Hongaarse Republiek hebben zes<br />

Nederlandse journalisten van. 1 tot<br />

12 Juni een bezoek gebracht aan het<br />

land der Magyaren. Sinds 1933 was<br />

er geen delegatie van de Nederlandse<br />

pers meer in Boedapest ontvangen.<br />

Evenals destijds had zich ook nu de<br />

in Nederland gevestigde Hongaarse<br />

journalist Pal Balazs bij de groep<br />

gevoegd, die niet alleen gaarne deze<br />

gelegenheid aangreep om zichzelf opnieuw<br />

te oriënteren in zijn vaderland,<br />

waar sedert het einde van de oorlog<br />

zoveel veranderd is, maar die ook<br />

voor zijn Nederlandse collega's als<br />

vriend, leidsman en af en toe als tolk<br />

grote efl belangrijke diensten heeft<br />

verricht, waarvoor hem hier openlijk<br />

dank wordt gebracht.<br />

<strong>De</strong> delegatie werd ontvangen door<br />

de heer Ivan Boldizsar, gewezen<br />

journalist, thans staatssecretaris van<br />

Buitenlandse Zaken en hoofd van de<br />

Inlichtingendienst voor de Buitenlandse<br />

Pers. Natuurlijk was er, gelijk<br />

te doen gebruikelijk, een programma<br />

voor ons uitgestippeld, maar toen wij<br />

de wens te kennen gaven daarin<br />

enige veranderingen aan te brengen,<br />

bleek daartegen geen enkel bezwaar<br />

te bestaan. Men had overigens van<br />

te voren reeds rekening gehouden<br />

met de ook in Nederland bestaande<br />

goede gewoonte alle dingen van twee<br />

kanten te bekijken. Zo hadden wij,<br />

om een enkel voorbeeld te noemen,<br />

niet alleen met de heer Gyula Ortutay,<br />

minister van Onderwijs en Eredienst,<br />

een gesprek over de thans zo<br />

actuele kerk- en schoolstrijd, maar<br />

ookj met kardinaal Joszef Mindszenty,<br />

de grootste tegenstander van de<br />

regering op dit gebied. Ook dit laatste<br />

gesprek was door de dienst van<br />

de heer Boldizsar georganiseerd;<br />

geen zijner vertegenwoordigers was<br />

er bij aanwezig, zodat er volkomen<br />

vrij-uit van gedachten gewisseld kon<br />

worden.<br />

Telkens weer deden wij de ervaring<br />

op, dat men niets trachtte te verbergen;<br />

geen enkele gevraagde inlichting<br />

werd ons' onthouden en nergens<br />

werd ons belemmerd zelf zonder<br />

geleide op onderzoek uit te gaan.<br />

Sommigen onzer hebben van die vrijheid<br />

in ruime mate gebruik gemaakt<br />

om de officiële voorstelling van<br />

zaken te toetsen aan de practijk.<br />

Een onzer, die kort tevoren een reis<br />

door Polen had gemaakt, had daar<br />

een geheel andere ervaring opgedaan.<br />

En toen wij op onze terugreis<br />

een halve dag te Praag overbleven,<br />

bleek, dat de Tsjechen in veel grotere<br />

mate bevreesd zijn hun persoonlijke<br />

mening te kennen te geven dan<br />

de Hongaren dat tegenover ons hadden<br />

gedaan.<br />

Het is te Boedapest en ook in het<br />

land voor privé-personen bepaaldelijk<br />

niet verboden er een andere mening<br />

op na te houden dan de officiële; in<br />

isten te Boedapest<br />

veel mindere mate geldt dat echter<br />

voor de binnenlandse pers, hoewel<br />

van een algehele gelijkschakeling<br />

niet, althans nog niet, gesproken kan<br />

worden. <strong>De</strong> grote groep der kleinhandelaren<br />

en kleinindustriëlen heeft<br />

haar eigen dagblad, „Vilag", dat<br />

onder leiding staat van redacteuren<br />

van het vroegere liberale avondblad<br />

„Az Est"; het publiceert meermalen<br />

gematigd-critische artikelen over<br />

regeringsmaatregelen. Een katholiek<br />

dagblad is er echter niet.<br />

Van Westerse cultuur is Boedapest<br />

niet afkerig. Amerikaanse, Engelse<br />

en Franse bladen en tijdschriften zijn<br />

er openlijk te koop aan de kiosken.<br />

Tijdens ons bezoek hield Kingsley<br />

Martin, hoofdredacteur van het<br />

weekblad „New Statesman and<br />

Nation" er op uitnodiging van een<br />

semi-officiële instelling een rede over<br />

de Engelse buitenlandse politiek, die<br />

door honderden parlementsleden,<br />

journalisten en zakenlieden werd<br />

aangehoord. Louis Piérard, voorzitter<br />

van de Belgische Pen-club, hield er<br />

een lezing over leven en werken van<br />

Vincent van Gogh, die in deze stad,<br />

waar meer dan duizend schilders<br />

wonen, sterk de aandacht trok. Tijdens<br />

een bezoek aan de radiostudio's<br />

trof ik er een Brits componist (zijn<br />

naam is mij ontschoten), die eigen<br />

werken voor koor en orkest dirigeerde.<br />

Ikzelf heb er een lezing gehouden<br />

over Nederland voor de Hongaarse<br />

<strong>Journalist</strong>enkring; de tekst<br />

was niet tevoren gecensureerd.<br />

Er bleek in vele kringen menig<br />

misverstand te bestaan over de toestanden<br />

in de „onder de dictatuur<br />

van Marshall" staande landen van<br />

West-Europa. Aan de andere kant is<br />

ons wel gebleken, dat wij in Nederland<br />

geen juiste voorstelling hebben<br />

van de gang van zaken in Hongarije<br />

en al heel gauw geneigd zijn alle<br />

landen achter „het IJzeren Gordijn"<br />

over één kam , te scheren, hetgeen<br />

niet juist is.<br />

GERHARD WERKMAN<br />

ENERGIEK<br />

REDACTEUR-VERSLAGGEVER,,<br />

32 j., gen., m. 12 j. erv. op alle<br />

gebieden beh. sport en muziek,<br />

momenteel werkz. bij gr. landel.<br />

dagblad (kopblad) in het centrum<br />

des lands, zag zich gaarne geplaatst<br />

op red. van prov. of stedelijk<br />

dagblad c.q. combinatie<br />

van prov. dagbladen voor het verzorgen<br />

van grote reportages, leiding<br />

nieuwsdienst o.i.d. Bekend<br />

met opmaak. Ev. uitzending naar<br />

Indonesië of West-Indië geen bezwaar.<br />

Brieven onder Nr. 36/48<br />

van „<strong>De</strong> <strong>Journalist</strong>".<br />

:<br />

Bioscoopbond tast vrijheid<br />

van critiek aan<br />

Alle Amsterdamse dagbladen hebben<br />

5 Augustus geweigerd, de gebruikelijke<br />

Donderdagse bioscoopadvertentie<br />

te plaatsen. <strong>De</strong> directies<br />

der zeven Amsterdamse kranten hebben<br />

dit besluit genomen als protest<br />

tegen een advies van de afd. Amsterdam<br />

van de Nederlandse' Bioscoopbond<br />

om voorlopig niet in „de<br />

Volkskrant" te adverteren. Zij zien<br />

dit advies als „een poging, om de<br />

vrijheid van critiek aan te tasten"<br />

(Het Parool) en menen, dat er „een<br />

aantasting in ligt van de persvrijheid"<br />

(Algemeen Handelsblad).<br />

Het bestuur der afd. Amsterdam<br />

van de Ned. Bioscoopbond had namelijk<br />

haar leden 'n circulaire toegezonden,<br />

ondertekend door de secretaris<br />

de heer Dubbeldeman, waarin het<br />

zegt van oordeel te zijn, dat het nut<br />

van een filmrecensie daarin is gelegen,<br />

dat het publiek een juiste voorlichting<br />

krijgt. „<strong>De</strong>ze kan zowel<br />

goed- als afkeurend zijn, maar vermeden<br />

dient te worden, dat de<br />

woordkeus en de toon van de recensie<br />

er op gericht zijn, om de film<br />

bespottelijk te maken en de lachlust<br />

van de lezers op te wekken en dat<br />

hierdoor het doel van de recensie niet<br />

wordt bereikt en het bedrijf ook<br />

schaadt. Dit is, naar de mening van<br />

het bestuur, de laatste tijd herhaaldelijk<br />

voorgekomen in de filmcritiek<br />

van „<strong>De</strong> Volkskrant". Het bestuur<br />

heeft daarom besloten, dringend te<br />

adviseren het adverteren in „<strong>De</strong><br />

Volkskrant" voorlopig achterwege te<br />

laten."<br />

Nadat als gevolg hiervan de wekelijkse<br />

bioscoop-advertentie aan<br />

„<strong>De</strong> Volkskrant" was onthouden,<br />

hebben de directies van alle Amsterdamse<br />

dagbladen unaniem besloten,<br />

deze advertenties eveneens niet op te<br />

nemen,<br />

Een juiste daad, gelukkig gesteld<br />

in volkomen eensgezindheid.<br />

Krantenbezorger<br />

langs de bedden<br />

In menig Nederlands hotel vindt<br />

de logeergast 's morgens het ochtendblad<br />

bij zijn ontbijtbordje. Dat is<br />

een attentie van de hotelier aan zijn<br />

gasten, ongeveer zoals de attentie in<br />

sommige Londense hotels, waar de<br />

kellner 's morgens een doosje sigaretten<br />

aanbiedt: 20 for you en 4 for<br />

your friend. <strong>De</strong>genen, die deze<br />

maand de Rolduc'se Sociale Week<br />

bezochten, ondergingen een dagbladservice,<br />

zoals die in ons land tot dusverre<br />

ongekend was: de Volkskrant<br />

werd op bed bezorgd, bij wijze van<br />

huis-aan-huis verspreiding! Helemaal<br />

tegen de Duitse igrens aan; en het<br />

was pas zeven uur in de vroege<br />

ochtend, na een korte nacht!<br />

3


„Waarom de Pers in Holland zo machtig is"<br />

Onder dit opschrift publiceerde het Italiaanse blad II Popoio van 12 Juni<br />

19Ji8 een brief uit Rotterdam van zijn correspondent Riccardo Forte. Hoewel<br />

bij enkele van gijn uitspraken wel een vraagteken zou kunnen worden gezet,<br />

leek het ons belangwekkend eens te laten zien hoe een buitenlander over ons<br />

en ons werk oordeelt. Wij laten hieronder de hoofdzaken uit het artikel van<br />

onze Italiaanse collega volgen.<br />

ALS het in Itaüë zo was als in<br />

*» Nederland (dat is nu wel heel<br />

gemakkelijk gezegd, maar laat ieder<br />

zeggen wat hij wil), zou de Corriere<br />

della Sera met een oplage van anderhalf<br />

millioen exemplaren uitkomen,<br />

en in Rome, Milaan, Napels en op Sicilië<br />

zouden bloeiende katholieke en<br />

liberale bladen bestaan, die ieder dagelijks<br />

van vier- tot achthonderdduizend<br />

kopers zouden vinden. Als liet<br />

in Italië zo was als in Holland, zouden<br />

de journalisten meer achting genieten<br />

en zekerder van hun bestaan<br />

kunnen zijn, omdat het publiek geregeld<br />

kranten zou kopen en de<br />

uitgevers meer achting zouden hebben<br />

voor de man met de vulpen, die<br />

zijn nachten doorwaakt om de krant<br />

verkoopbaar te maken.<br />

Verbaast u, gij uitgevers, directeuren<br />

en lezers: in Nederland —• een<br />

land dat nog voor meer dan de helft<br />

protestant is — heeft een uitgesproken<br />

katholiek blad als de Volkskrant<br />

173.000 abonné's, A. w. z. 173.000<br />

vaste lezers, waarop men het gehele<br />

jaar kan rekenen! Bedenk daarbij<br />

dat het Hollandse afzetgebied wordt<br />

betwist door niet minder dan 127<br />

dagbladen.<br />

Aangezien Nederland nauwelijks<br />

9% millioen inwoners heeft, waarvan<br />

minder dan de helft katholiek zijn,<br />

kan men zich gemakkelijk voorstellen<br />

hoe welvarend de pers in Italië<br />

zou zijn, als de Italianen eens niet zo<br />

veel zouden lezen als de Hollanders,<br />

en als ze zich eens even eerlijk tegenover<br />

hun krant zouden gedragen.<br />

Ik zeg eerlijk. Want het is soms niet<br />

een kwestie van waardering en eerlijkheid<br />

tegenover een krant, die men<br />

elke morgen bij zijn ontbijt vindt<br />

klaarliggen — een krant die de<br />

vrucht is van de stille en soms pijnlijke<br />

offers van honderden mensen,<br />

die bij nacht en ontij klaar staan —<br />

dat men die krant geregeld betaalt,<br />

en niet het exemplaar van zijn buurman<br />

meeleest — want dat getuigt van<br />

gebrek aan begrip en solidariteit.<br />

Als dus het publiek in Italië zich net<br />

zo gedroeg als de Nederlandse lezers,<br />

zouden wij hier in Italië algemeen<br />

oriënterende, liberale, socialistische<br />

en katholieke bladen hebben,<br />

die ieder een oplage van een millioen<br />

of meer exemplaren zouden hebben'.<br />

Het succes van de verkoop<br />

<strong>De</strong> organisatie van de Nederlandse<br />

pers is ongetwijfeld beter dan die<br />

van de onze, maar ik weet niet of<br />

de Hollandse pers ook zo goed<br />

zou zijn en ook zoveel succes zou<br />

oogsten met haar verkoop, als ze te<br />

kampen had met lezers, die zo onberekenbaar<br />

en zo weerspannig zijn<br />

wat betreft het nemen van een abonnement,<br />

als de Italianen. Maar bij<br />

4<br />

ons worden de kranten, die reeds<br />

weinig steun krijgen van hun halfonverschillige<br />

lezers, die voor een<br />

deel in de journalist nog de leegloper<br />

en dagdief anno 1910 zien, bovendien<br />

in hun* ontwikkeling geremd<br />

doordat de opvattingen van de uitgevers<br />

star-onvruchtbaar beperkt<br />

blijven tot de commerciële kant van<br />

de journalistieke zaak, zodat dit een<br />

slechte zaak is geworden — bij gebrek<br />

aan verbeelding en door de<br />

hardnekkige weigering om de journalistieke<br />

problemen nu ook eens van<br />

de journalistieke kant te bekijken.<br />

Laat ons nu zien hoe het in Holland<br />

gebeurt.<br />

Het eerste en belangrijkste verschil<br />

—• ik herhaal het —: andere<br />

mensen, andere mentaliteit. Zo trouw<br />

zijn deze lezers aan hun met zorgvuldigheid<br />

en na rijp beraad uitverkoren<br />

dagblad, dat ze slechts dan<br />

losse nummers kopen, als het eén<br />

andere krant betreft dan de hunne.<br />

<strong>De</strong> verkoop van losse nummers in de<br />

kiosken is uiterst beperkt; alleen op<br />

de drukke punten van de grote steden<br />

en op de stations worden ze gekocht.<br />

<strong>De</strong> eigenlijke lezerskring bestaat<br />

uit abonné's, die 95 %! of, zoals<br />

in het geval van de Volkskrant,<br />

97 % — van de oplage absorberen.<br />

Ook hierom is de organisatie anders<br />

dan bij ons. Aan het hoofd van<br />

de onderneming staat de directeur,<br />

wiens naam in de kop van de krant<br />

vermeld staat, en die de teugels geheel<br />

en al in handen heeft. Hij is de<br />

eigenlijke fabrikant van het journalistieke<br />

product. Door deze functie<br />

wordt .de Hollandse directeur een<br />

soort adjministratieur en uijtgever.<br />

Maar denk niet dat deze directeuradministrateur-uitgever<br />

een zakenman<br />

is die zich met redactiewerk<br />

bemoeit, of een journalist die zich op<br />

commercieel terrein waagt. Het dualisme,<br />

waardoor de Italiaanse pers<br />

gekenmerkt wordt, bestaat in Holland<br />

niet: de directeur-administrateur-uitgever<br />

is een man die zowel<br />

een politieke overtuiging heeft als<br />

een grote ervaring in het scheppen<br />

en besturen van een dagbladonderneming;<br />

een man die behalve zijn zakelijke<br />

inzichten ook geestelijke<br />

waarden erkent en handhaaft, zodat<br />

hij zijn oppermachtige functie niet<br />

alleen uitoefent op deskundige wijze,<br />

maar daarbij tevens binnen de politieke<br />

én zedelijke grenzen blijft die<br />

hij zelf heeft uitgestippeld.<br />

<strong>De</strong> organisatie<br />

Naast de directeur-uitgever staat<br />

de figuur van de hoofdredacteur, een<br />

zuiver journalistieke-functionaris, die<br />

belast is met de technische leiding<br />

van de krant. <strong>De</strong> directeur eerbiedigt<br />

de technische leiding van de hoofd-<br />

Meer papier<br />

Er bestaat veel kans, dat'<br />

de papiertoewijzing aan de<br />

dagbladen met ingang van<br />

1 October enigszins wordt<br />

verhoogd. Dit betekent, dat<br />

de landelijke dagbladen vier<br />

pagina's en de niet-landelijke<br />

dagbladen twee pagina's<br />

per week meer zouden<br />

mogen geven.<br />

redacteur in zodanige mate, dat het<br />

in dertig jaar tijds in Holland maar<br />

één keer is voorgekomen dat een redacteur<br />

op last van een directeur<br />

werd ontslagen — en in dat geval<br />

ging het om een zo beruchte, ontaarde<br />

persoonlijkheid, dat zijn aanblijven<br />

niet toelaatbaar kon worden<br />

geacht.<br />

Op technisch gebied wordt de<br />

hoofdredacteur geheel vrijgelaten.<br />

Ook is hij de man die in laatste instantie<br />

beslist over elke bevordering<br />

en over elk ontslag. <strong>De</strong> verhouding<br />

tussen redactie en directie is er trouwens<br />

een van nauwe samenwerking,<br />

gebaseerd op de erkenning van bebepaalde<br />

beginselen, die ook door de<br />

administratieve leiding met heilig<br />

vuur worden verdedigd. Zelf heb ik<br />

beleefd, dat de administratieve leiding<br />

er bij de redactie — tegen haar<br />

eigen financiële belang — met klem<br />

op aandrong, een advertentie te weigeren,<br />

die volgens deze laatste instantie<br />

wel, maar volgens de overtuiging<br />

van de directie-administratie<br />

niet toelaatbaar was. Dit zijn de dingen,<br />

waarin de Hollandse pers waarlijk<br />

groot is. Hierom is het, dat het<br />

publiek zulk een achting koestert<br />

voor zijn 'eigen krant, en het uit deze<br />

gevoelens in een ongeëvenaarde<br />

trouw. Men zou het — terecht —• als<br />

een unfairheid beschouwen als men<br />

zich anders gedroeg.<br />

REDACTEUR . . .<br />

Soms is er niets meer dat het hart<br />

nog raakt<br />

als heel de wereld en haar barre<br />

pijnen<br />

in vet, romein, cursief tussen de<br />

koperlijnen<br />

der dagelijkse krant ligt opgemaakt.<br />

<strong>De</strong> telex heeft zijn meters nieuws<br />

ontrold:<br />

de politiek, de beurs, de ongelukken,<br />

van een vertwijfeld mensdom alle<br />

dwaze nukken,<br />

het is nu al tot staal en lood gestold!<br />

Straks als de pers haar wentelingen<br />

staakt<br />

sta ik weer klaar kolommen druks<br />

te lozen.<br />

Met schaar én lijm stel ik de<br />

diagnose:<br />

soms is er.niets meer, dat het hart<br />

nog raakt<br />

OOR DENEER


DE TUCHTRAAD GEÏNSTALLEERD<br />

RIJDAGMIDDAG 23 Juli heeft<br />

V plaats gehad de installatie 'van<br />

de Raad van Tucht, ingesteld door<br />

de Federatie van Nederlandse <strong>Journalist</strong>en.<br />

<strong>De</strong>ze installatie-plechtigheid werd<br />

bijgewoond door de vertegenwoordiger<br />

van de minister van Onderwijs,<br />

Kunsten en Wetenschappen, Mr H.<br />

J. Schölvinck en de "vertegenwoordiger<br />

van de minister van Justitie, Mr<br />

B. H. Kazemier, die met de leden en<br />

plaatsvervangende leden van de Raad<br />

van Tucht en enkele andere gasten,<br />

onder wie Prof. Dr K. Baschwitz,<br />

buitengewoon hoogleraar aan de<br />

Gem. Universiteit van Amsterdam en<br />

Mr W. G. J. Veenhoven en Mr C. A.<br />

Steketee van het Secretariaat der<br />

Vereniging, de „Ned. Dagbladpers<br />

1945", de heren W. H. van Baarle en<br />

Mr N. Drost, resp. voorzitter en secretaris<br />

van de Ned. Org. van Tijdschriftuitgevers<br />

en bestuursleden der<br />

Federatie van Ned. <strong>Journalist</strong>en waren<br />

samengekomen in de vergaderzaal<br />

van het gebouw van ,,<strong>De</strong> Arbeiderspers"<br />

aan het Hekel veld te Amsterdam.<br />

Rede Mr. Kooy<br />

<strong>De</strong> voorzitter der Federatie van<br />

Ned. <strong>Journalist</strong>en, Mr M. Rooy heette<br />

in zijn openingswoord de aanwezigen<br />

hartelijk welkom, waarbij hij zich<br />

speciaal richtte tot de vertegenwoordigers<br />

van de minister van Onderwijs,<br />

Kunsten en Wetenschappen en<br />

van diens collega van Justitie en tot<br />

de andere gasten, waarbij hij hun<br />

aanwezigheid zag als een blijk van<br />

door de Federatie zeer gewaardeerde<br />

belangstelling voor de installatie van<br />

deze Raad van Tucht. Voorts richtte<br />

Mr Rooy woorden van dank tot de<br />

leden en plaatsvervangende leden van<br />

de Raad, voor hun bereidverklaring<br />

deel uit te maken van dit college,<br />

welks instelling door N.J.K. en K.N.<br />

J.K. hij ziet als een prijzenswaardig<br />

bewijs van de wens van het journalistiek<br />

organisatiewezen om naar buiten<br />

toe hun belangen als 'n eenheid<br />

te behartigen.<br />

Reeds voor de oorlog — aldus Mr<br />

Rooy — zijn pogingen gewaagd om<br />

tot de instelling van zulk een tuchtcollege<br />

te komen. Doch tot meer dan<br />

een embryonaal begin heeft dit niet<br />

geleid. Bij de tijdens de bezettingsjaren<br />

gevoerde besprekingen inzake de<br />

reconstructie der journalisten-organisatie<br />

(s) na de Bevrijding is ook van<br />

meet-af aan de instelling van zulk<br />

een tuchtcollege gedacht. En in zijn<br />

openingsrede in de vergadering, waar<br />

de wederoprichting van de Ned.<br />

<strong>Journalist</strong>en Kring haar beslag kreeg,<br />

heeft spr. drie punten genoemd, welke<br />

de nieuwe organisatie zo spoedig<br />

mogelijk moest trachten te verwezenlijken,<br />

nl.: 1. Verzekering der sociale<br />

positie van de Ned. journalisten.<br />

2. Instelling van een tuchtcollege<br />

en 3. Het in het leven roepen van<br />

een journalistieke opleiding. Het sub<br />

1 genoemde zal binnenkort door de<br />

afsluiting der Collectieve Arbeidsovereenkomst<br />

verwezenlijkt worden.<br />

Wat het sub 3 genoemde betreft,<br />

heeft de K.N.J.K. reeds een belangrijk<br />

resultaat bereikt, terwijl ook bij<br />

de N.J.K. plannen in voorbereiding<br />

zijn. En het sub 2 genoemde wordt<br />

thans door de installatie van deze<br />

Raad van Tucht verwezenlijkt.<br />

<strong>De</strong> instelling van dit college —• aldus<br />

vervolgde Mr Rooy — bewijst,<br />

dat de Nederlandse journalisten hun<br />

positie in het maatschappelijk leven<br />

zien als een dienende functie. Reeds<br />

in de Statuten der beide organisaties,<br />

welke deze Raad van Tucht hebben<br />

ingesteld, is voor de leden als norm<br />

gesteld, dat zij zich hebben te onthouden<br />

van elke handeling, welke de<br />

waardigheid van de journalistenstand<br />

zou kunnen schaden.<br />

<strong>De</strong> Raad van Tucht zal in zijn<br />

praktijk rechtsvindend kunnen optreden<br />

en uit de door dit college te vormen<br />

jurisprudentie zal zich op den<br />

duur een aantal regelen voor een<br />

erecode der journalisten kristalliseren.<br />

Bovendien zal het bestaan van zulk<br />

een Raad op zichzelf reeds een preventieve<br />

werking hebben. <strong>De</strong> samenstelling<br />

van de Raad waarborgt een<br />

juiste vervulling van zijn taak en in<br />

de personen van zijn leden ligt de<br />

waarborg voor rijpe ervaring op juridisch<br />

gebied en deskundigheid op<br />

het terrein van het perswezen.<br />

Mr Rooy zeide niet te willen vooruitlopen<br />

op de beslissingen van de<br />

Raad. Doch wellicht zal h'et de leden<br />

van de Raad interesseren te vernemen,<br />

wat de journalisten denken over<br />

de eisen, welke de waardigheid van<br />

de stand stelt, nl. dat van deze publicatie<br />

de inhoud feitelijk juist en<br />

naar de vorm veranwoord is, doch<br />

particuliere noden ontzien en dat het<br />

optreden van de journalist, zowel tegenover<br />

collega's als tegenover derden<br />

behoorlijk is.<br />

Na nog als zijn verwachting te<br />

hebben uitgesproken, dat de verenigingstucht-rechtspraak,<br />

die thans is<br />

ingesteld, straks — mede door de arbeid<br />

der Commissie-Pompe — een<br />

wettelijke grondslag zal • krijgen,<br />

sprak hij de wens uit, dat de Raad<br />

van Tucht zo weinig mogelijk zaken<br />

te behandelen zal krijgen. Helemaal<br />

gerust is hij echter daarop niet. Want<br />

er zijn verschijnselen, die 'erop wijzen,<br />

dat de Raad niet werkloos zal<br />

blijven.<br />

Met de wens, dat de Raad, onder<br />

de beproefde leiding van zijn voorzitter,<br />

tot zegen van de Nederlandse<br />

journalistiek werkzaam zal zijn, verklaarde<br />

Mr Rooy het nieuwe college<br />

voor geïnstalleerd.<br />

Prof. Van Hamel 'antwoordt<br />

<strong>De</strong> voorzitter van de Raad, Prof.<br />

Mr J. A. van Hamel, dankte namens<br />

allen, die deel. van de Raad uitmaken<br />

voor het hun geschonken vertrouwen<br />

en gaf de verzekering, dat<br />

elk lid zijn taak met alle verantwoordelijkheid<br />

zal opvatten. <strong>De</strong> Raad<br />

krijgt een zeer kiese en verantwoordelijke<br />

opdracht. Kies, omdat het leven<br />

van de pers rust op de individuele<br />

karakters van de journalisten.<br />

Daarom mag voor hen geen beambtenrecht<br />

gelden en hun geen eng<br />

keurslijf worden aangelegd.<br />

<strong>De</strong> essentie van het drukperswezen<br />

is vrije verantwoordelijkheid en verantwoordelijke<br />

vrijheid. Verantwoordelijk<br />

ook, om het besef van de grote<br />

invloed van de drukpers op alle lagen<br />

van de bevolking. <strong>De</strong> journalist<br />

heeft daarom zulk een invloedrijke en<br />

betekenisvolle taak omdat hij denkt<br />

voor honderden andere mensen. Het<br />

is zaak met een gezonde pers een invloed<br />

ten goede uit te oefenen op<br />

onze een beetje bandeloos geworden<br />

tijd.<br />

Prof. van Hamel hoopt met Mr<br />

Rooy dat het werk van de Raad<br />

schaars zal zijn en dat door zijn aanwezigheid<br />

de journalisten zich tweemaal<br />

rekenschap zullen geven van<br />

hun verantwoordelijkheid. Ereregels<br />

zijn reeds latent in hen aanwezig.<br />

Het zal minder nodig zijn deze te<br />

codificeren dan wel de naleving daarvan<br />

te waarborgen.<br />

Prof. van Hamel bracht de fanfare<br />

in herinnering, waarmee voor de oorlog<br />

een internationaal perstuchtcollege<br />

werd geïnstalleerd, dat slechts<br />

zeer kort bestond. Hij verheugde<br />

zich, dat deze tuchtraad in alle eenvoud<br />

is geïnstalleerd en besloot met<br />

het uitspreken van de hoop, dat men<br />

over 5 a 10 jaar zal zeggen, dat dit<br />

een nuttig begin is geweest.<br />

Hiermede was de installatiepleehtigheid<br />

geëindigd.<br />

Do Raad hield hierna zijn eerste<br />

vergadering.<br />

Voor ervaren<br />

REDACTEUR-BUITENLAND<br />

is een plaats beschikbaar bij een<br />

groot dagblad. Brieven no. 39/48,<br />

aan de <strong>Journalist</strong>.<br />

ALL ROUND JOURNALIST,<br />

35 jaar, P.G., zeer gevarieerde*<br />

journalistieke en organisatorische<br />

ervaring bij grote dag- en weekbl.,<br />

zoekt verantwoordelijke functie.<br />

Brieven onder no. 40/48 van<br />

<strong>De</strong> <strong>Journalist</strong>.<br />

EEN JONG, AMBITIEUS<br />

JOURNALIST,<br />

thans verbonden aan een landelijk<br />

dagblad, wil van werkkring<br />

veranderen. Hij heeft een voorkeur<br />

voor de redactie Buitenland. Wie<br />

kan hem gebruiken? Brieven onder<br />

Nr. 35/48 van „<strong>De</strong> <strong>Journalist</strong>".<br />

5


PERS IN DUITSLAND (I)<br />

Thans telt Berlijn 16 kranten en<br />

ongeveer 190 week- en maandbladen,<br />

tijdschriften en vakbladen.<br />

<strong>De</strong>.oplagen van deze bladen steken<br />

ver boven die van voor de oorlog uit,<br />

hoewel de bevolking van de Duitse<br />

hoofdstad nu toch circa een millioen<br />

zielen minder telt. En nog zijn de<br />

oplagen — althans van de niet onder<br />

Russische invloed staande bladen —<br />

te klein.<br />

<strong>De</strong> oplagen zijn trouwens altijd<br />

kleiner geweest dan men, naar het<br />

voorbeeld van de Franse, Engelse en<br />

Amerikaanse bladen, zou verwachten.<br />

<strong>De</strong> bladen van werkelijk wereldbetekenis,<br />

die trouwens in geen enkel<br />

land een grote oplaag hebben — men<br />

denke maar aan de Londense „Times"<br />

(350.000) —, hadden een oplaag, die<br />

al heel weinig boven die van de<br />

grootste Nederlandse kranten uitstak.<br />

<strong>De</strong> zestien, te Berlijn verschijnende<br />

kranten zijn — met daarachter vermeld<br />

de oplaag, voor zover bekend<br />

— Berliner Zeitung (450.000), <strong>De</strong>r<br />

Abend (100.000), <strong>De</strong>r Freie Bauer<br />

(Wochenzeit.), <strong>De</strong>r Kurier (250.000),<br />

<strong>De</strong>r Morgen (250.000), <strong>De</strong>r Sozialdemokrat<br />

(65.000), <strong>De</strong>r Tagesspiegel<br />

(315.000), Nacht-Express (250.000),<br />

Neues <strong>De</strong>utschl., Neue Zeit (100.000),<br />

Spandauer Volksblatt (30.000), Tagliche<br />

Rundschau, Telegraf (550.000),<br />

Tribune (Tageszeitung des Freien<br />

<strong>De</strong>utschen (Gewerkschaftbund)<br />

(300.000), Tribune (Wochenzeitung<br />

des FDGB) en Vorwarts.<br />

Tot 29 Februari van dit jaar verscheen<br />

ook nog de sterk anti-westerse,<br />

onder Russische controle<br />

staande, „Berlin a. Mittag" (150.000)<br />

maar dit blad werd wegens heftige<br />

critiek op de Franse regering en de<br />

Franse bezettingsautoriteiten verboden.<br />

Van de 16 bladen verschijnen er<br />

8 in de Sowjet-sector, 4 in de Britse,<br />

3 in de Amerikaanse en 1 in de<br />

Franse. Partijbladen zijn „Neues<br />

<strong>De</strong>utschlarïcï" en „Vorwarts" (Soc.<br />

Eenheidspartij), „<strong>De</strong>r Sozialdemokrat"<br />

(soc.-dem. partij), „Neue Zeit"<br />

(Chr.-<strong>De</strong>m. Unie) en „<strong>De</strong>r Morgen"<br />

(Lib. <strong>De</strong>m. Partij).<br />

Het meeste gezag heeft de in de<br />

Amerikaanse sector verschijnende<br />

„<strong>De</strong>r Tagesspiegel". Het blad<br />

verzet zich voortdurend openlijk tegen<br />

de in rood-Berlijn gevolgde politiek.<br />

Het wordt geredigeerd door<br />

voormalige redacteuren van de<br />

„Frankfurter Zeitung".<br />

<strong>De</strong> Engelsen stichtten „<strong>De</strong>r<br />

Berliner", een socialistisch getint,<br />

naar Britse opvattingen geredigeerd<br />

en opgemaakt blad. Wij weten echter<br />

niet of het nog bestaat.<br />

Onder Brits toezicht verschijnen<br />

o.m. nog de „Telegraf" en het „Spandauer<br />

Volksblatt".<br />

Onder Russisch toezicht verschijnen<br />

O.m. de „Neue Zeit", „<strong>De</strong>r<br />

6<br />

Morgen", de „Vorwarts", „Neues<br />

<strong>De</strong>utschland", „<strong>De</strong>r Sozialdemokrat"<br />

en de communistisch georiënteerde<br />

„Berliner Zeitung".<br />

Interessant is de in de Franse<br />

zone verschijnende „Kurier", die vrijwel<br />

uitsluitend uit Parijs van nieuws<br />

wordt voorzien. Het blad neemt een<br />

zo onafhankelijk mogelijke houding<br />

aan ten opzichte van de grote politieke<br />

problemen.<br />

<strong>De</strong> vroegere kapitalistische concerns<br />

zoals Hugenberg, Mosse en<br />

Ullstein zijn niet weer opgedoken.<br />

<strong>De</strong> Berlijnse pers heeft weer vorm<br />

en kleur gekregen. Er zijn zuivere<br />

partijbladen, meer of minder onafhankelijke<br />

kranten en interessant opgemaakte<br />

boulevard-bladen met het<br />

Be toestand in de<br />

ET ingang van 6 Juli hebben de<br />

Franse kranten hun verkoopsprijs<br />

vóór Parijs en omgeving op<br />

6 Franse francs gebracht. In het<br />

overige deel van Frankrijk zullen zij,<br />

evenals de provinciale pers, de prijs<br />

cp 5 Franse francs houden. Het lijkt<br />

ons de moeite waard om de oorzaken<br />

van dit prijsverschil te onderzoeken.<br />

Een studie van de toestand der<br />

Franse pers brengt de volgende<br />

punten aan het lic'ht:<br />

1. <strong>De</strong> globale oplaag van de Franse<br />

pers is tussen 1939 en 1948 gestegen<br />

met meer dan 1 millioen<br />

exemplaren (12.050.000 tegen<br />

10.990.000).<br />

2. <strong>De</strong>ze stijging is het gevolg van<br />

de opkomst van de provinciale<br />

pers (8.000.000 tegen 5.250.000).<br />

3. <strong>De</strong> oplaag van de Parijse pers is<br />

daarentegen teruggelopen van<br />

5.740.000 tot 4.050.000.<br />

4. <strong>De</strong> verkoop van de Parijse bladen<br />

is in Parijs hetzelfde gebleven als<br />

vóór de oorlog (1.500.000). Maar<br />

hun verkoop in de provincie is<br />

aanzienlijk gedaald (2.550.000 inplaats<br />

van 4.240.000).<br />

5. Het gemiddelde totaal van onverkochte<br />

exemplaren van de<br />

Parijse pers is aanzienlijk gestegen:<br />

19,5% i.p.v. 14,5% voor de<br />

expeditie in Parijs; 24% i.p.v.<br />

18% voor de expeditie in de provincie.<br />

(Percentages van Febr.<br />

1948 met betrekking tot die van<br />

Maart 1939.)<br />

<strong>De</strong>ze toestand heeft de volgende<br />

consequenties met zich gebracht.<br />

Het aantal Parijse dagbladen, 28 in<br />

1939 en 38 in 1945, bedraagt nu<br />

slechts 17. Geen van deze 17 heeft<br />

laatste nieuws en uitgebreide sport-,<br />

verslagen.<br />

Het formaat is even verscheiden<br />

als de inhoud. Meer dan ooit wordt<br />

de tekst met foto's verlucht. Ook<br />

partijbladen bevatten interessante<br />

reportages en goede, vaak uitgebreide<br />

sportrubrieken.<br />

<strong>De</strong> huidige Berlijnse pers is niet<br />

vrij in haar doen en laten. Zolang de<br />

bezettende machlen regeren, kunnen<br />

de journalisten — vooral in de Sowjet-sector<br />

— zich niet uiten zoals zij<br />

dat wel zouden willen. Met „tact en<br />

overleg" moeten zij hun werk verrichten.<br />

Maar als overgangsverschijning<br />

is de Berlijnse pers aller aandacht<br />

waard.<br />

Dat sommige van hun bladen niet<br />

in een andere sector of zone gelezen<br />

mogen worden, is niet van de journalisten<br />

uitgegaan ....<br />

(Het Vrije Volk).<br />

Franse Perswereld<br />

een groter oplage dan 1.000.000,<br />

waar twee kranten van voor de oorlog<br />

zich op konden beroemen. Het<br />

merendeel heeft een oplage, die ligt<br />

tussen de 50.000 en de 500.000. Het<br />

meest opmerkelijke feit is wel, dat,<br />

terwijl vóór de oorlog de Parijse<br />

kranten een uitstekende bestaansmogelijkheid<br />

hadden bij een oplaag<br />

van minder dan 50.000, de laatste,<br />

die zich op het huidige moment in<br />

die positie bevond, zo juist het strijdperk-<br />

heeft moeten verlaten.<br />

<strong>De</strong> verklaring van deze bestaansmoeilijkheden<br />

is gelegen in twee<br />

feiten, n.1. dat de ontvangsten ongeveer<br />

met 2/3 in absolute waarde<br />

verminderd en dat de productiekosten<br />

voor een krant aanzienlijk gestegen<br />

zijn.<br />

Wanneer een krant met een grote<br />

oplage voor 5 Franse francs verkocht<br />

wordt, dan calculeert men de<br />

verdeling van dit bedrag als volgt:<br />

Verspreidingsorganen = 2,10<br />

Productie<br />

(papier en vervaardiging) — 1,25<br />

Administratie = 0,95<br />

Redactie = 0,70<br />

<strong>De</strong> stand van zaken bij de periodieken<br />

zou een bijzondere bestudering<br />

vergen. Negen er van hebben<br />

een oplage boven de 100.000. Het<br />

record houdt een weekblad met een<br />

grote opzet, dat op een miniem aantal<br />

onverkochte nummers kan bogen,<br />

en de 600.000 exemplaren verre overschrijdt.<br />

Gevraagd<br />

van<br />

no.<br />

voor Encyclopedie<br />

JAARVERSLAGEN<br />

Nederlandse Dagbladen.<br />

41/48 aan <strong>De</strong> <strong>Journalist</strong>.<br />

Br.


Mijnheer de Redacteur....<br />

BAZEN-CURSUS NODIG<br />

Wordt het aantal bazen in de<br />

journalistiek langzamerhand niet wat<br />

al te groot ? ».<br />

<strong>De</strong>ze vraag houdt geen critiek in<br />

op het beleid van hoofdredacteuren<br />

en directeuren. Integendeel, ze is bedoeld<br />

als een waarschuwing. Want<br />

er lopen in ons lieve land allerlei<br />

heren rond, die zich sterren wanen<br />

in de journalistiek en dus recht menen<br />

te hebben op stoelen, bestemd<br />

voor hoofdredacteuren en directeuren,<br />

te gaan zitten.<br />

Een paar voorbeelden:<br />

Een journalist krijgt opdracht een<br />

babbeltje te maken met graaf Bernadotte,<br />

die uit New York terugkomt.<br />

Hij gaat naar Schiphol, praat<br />

met de K.L.M.-persdienst, die z'n<br />

best heeft gedaan om een goede regeling<br />

te ontwerpen en komt terecht<br />

in de wachtkamer voor passagiers.<br />

Daar staat dan z'n baas in de uniform<br />

van een korporaal der Kon. Marechaussee.<br />

—! Bernadotte spreken? Ik zal wel<br />

eens zien, of hij iemand ontvangen<br />

wil!<br />

Prompt wordt de tussendeur gesloten<br />

en de hoogmogende heer<br />

draagt de jeugdige kellner een<br />

bleeks..;... van een jaar of zestien,<br />

zeventien — op te zorgen, dat niemand<br />

die deur openmaakt. Zelfs kijken<br />

naar het gezelschap van Bernadotte<br />

is verboden. <strong>De</strong> baas beveelt!<br />

Op zo'n moment mogen journalisten<br />

elkaar vertellen, dat een zekere<br />

minister Lieftinck opdracht heeft<br />

gegeven de journalisten op Schiphol<br />

faciliteiten te verlenen En als<br />

dan de AVRO met haar reportagedienst<br />

stukken te laat arriveert, mogen<br />

ze er getuige van zijn, dat deze<br />

vorm van publieke voorlichting zo<br />

maar zonder briefje van hele hoge<br />

bazen het „platform" op wandelt. Och<br />

ja, rangen en standen zijn. er.<br />

Ander geval:<br />

Een krant geeft opdracht foto's te<br />

maken van Christiansen. Mag niet!<br />

<strong>De</strong> advocaat-fiscaal heeft beslist, dat<br />

Christiansen een dag te voren zal<br />

poseren. Fotograaf van de krant<br />

wordt dus geweerd.<br />

Nou ja, wat doe je als je een opdracht<br />

hebt ? Je maakt toch een<br />

plaat. En wordt officieel gearresteerd<br />

met alle gevolgen van dien: in<br />

beslagneming van toestel, van film,<br />

proces-verbaal. Met aan 't slot een<br />

onderhoud met de advocaat-fiscaal,<br />

die betoogt, dat het in hoge mate onbehoorlijk<br />

is en oncollegiaal een<br />

foto te maken als de anderen er niet<br />

zijn. Hij zal dus de film zenden aan<br />

het A.N.P.<br />

Weer een baas in de journalistieke<br />

wereld er bij. Een hele hoge, wien<br />

het alleen maar ontbreekt aan kennis<br />

van ons vak en aan 'begrip voor<br />

wat een krant nodig heeft. Maar hij<br />

zit toch maar eventjes breed-uit op<br />

de stoel van de hoofdredactie, totdat<br />

er na wat heen en weer praten overeenstemming<br />

wordt bereikt. Voor<br />

het zo ver is, zijn echter vijf politiemannen<br />

en de advocaat-fiscaal in<br />

hevige actie geweest.<br />

Of dit:<br />

Je hebt iets gezegd in de krant<br />

over een hoogedelachtbaar politiecorps.<br />

Het was geen politienieuws,<br />

maar een bericht over de interne organisatie.<br />

Dan zegt de hoofdcommissaris:<br />

„Meneer, dat verbied ik. U<br />

hebt zich 't-e onthouden van allle<br />

nieuws, dat U Aiet van mijn dienst<br />

krijgt."<br />

Weer een baas ontdekt. Een hoge<br />

en een beste, als tot hem doordringt,<br />

dat een journalist in laatste instantie<br />

alleen orders aanneemt van zijn<br />

hoofdredacteur. Doch je moet eerst<br />

heel correct en toch een beetje parmantig<br />

zeggen: „Ik zal met Uw wensen<br />

en bevelen stipt rekening houden,<br />

zodra U hoofdredacteur bent geworden<br />

van mijn krant!"<br />

Al die directeuren en hoofdredacteuren<br />

buiten ons vak worden zo-etjes-aan<br />

een tikkeltje irriterend. Zou<br />

de Kring niet eens in overweging<br />

kunnen nemen een cursus te organiseren<br />

voor al die buiten het vak<br />

staande bazen. Een schriftelijke cursus,<br />

die langer duurt dan de beroemde<br />

cursus in bezettingstijd, waar<br />

ze iemand in een week klaarstoomden<br />

voor een belangrijk ambt. Want<br />

de heren zijn verduveld hardleers.<br />

HEIN VAN DE WEG<br />

SLECHTE rKKSMAJNLEBJflJN.<br />

Met enige ophef maakt de redactie<br />

van „<strong>De</strong> Nederlander" in haar nummer<br />

van 20 Juli gewag van een onjuiste<br />

propaganda-methode, welke<br />

door een colporteur van „Trouw"<br />

zou zijn toegepast. In grote opmaak<br />

signaleert zij enkele weken later (5<br />

Aug.) een soortgelijk geval van een<br />

colporteur van „<strong>De</strong> Rotterdammer",<br />

waarbij de naam van „Trouw" opnieuw<br />

in het geding wordt gebracht.<br />

<strong>De</strong> zaak is, dat een colporteur van<br />

„Trouw" tegen een abonné van „<strong>De</strong><br />

Nederlander" gezegd moet hebben,<br />

dat dit blad nog hoogstens één maand<br />

kon verschijnen en slechts 7000<br />

abonné's had. Een brief van deze<br />

abonné wordt in extenso gepubliceerd<br />

met een opschrift van de redactie,<br />

dat zij deze wijze van con­<br />

curreren „hoogst bedenkelijk vindt<br />

en opheldering verwacht van de directie<br />

van Trouw".<br />

Wij weten niet, hoe de verhoudingen<br />

bij „<strong>De</strong> Nederlander" liggen, maar de<br />

kolommen van „Trouw" staan niet<br />

open voor een polemiek, die de<br />

directie zou willen voeren. Evenmin<br />

zou de redactie zich inlaten met<br />

zaken, die niet de redactie maar de<br />

directie behoort te behandelen. Dit,<br />

om de verhouding directie-redactie,<br />

zo zuiver mogelijk te houden. Wél<br />

hebben wij ons — wat ook de<br />

directie maar niet de redactie van<br />

<strong>De</strong> Nederlander vóór haar publicatie<br />

had kunnen doen, — tot de directie<br />

van „Trouw" gewend, die ons verzekerde,<br />

dat alle colporteurs in haar<br />

dienst uitdrukkelijk opdracht hebben<br />

ontvangen de naam van „<strong>De</strong><br />

Nederlander" bij hun werving zelfs<br />

niet te noemen. Er blijkt bij oWerzoek<br />

één zwart schaap te zijn geweest.<br />

<strong>De</strong> schuldige is inmiddels ter<br />

verantwoording geroepen.<br />

Veel belangrijker en — van journalistiek<br />

standpunt bezien — zéér<br />

gevaarlijk, lijkt ons de door de redactie<br />

van „<strong>De</strong> Nederlander" gevolgde<br />

methode. Wij zouden zelfs de<br />

woorden „hoogst bedenkelijk", die<br />

deze redactie in de mond neemt, hier<br />

willen herhalen.<br />

<strong>De</strong> redactie van „<strong>De</strong> Nederlander"<br />

schrijft, dat het nauwelijks mogelijk<br />

is zich tegenover de toegepaste<br />

methode (van één colporteur!) te -<br />

verweren, maar inmiddels gebruikt<br />

zij de opening van de krant voor<br />

een verweer, dat die naam niet meer<br />

mag hebben, met een onderschrift,<br />

waarin zij zegt overtuigd te zijn, dat<br />

hier sprake is van een systematische<br />

campagne. Een verweer en een insinuatie<br />

dus, waartegenover de<br />

directie van „Trouw" machteloos<br />

staat, omdat zij hiervoor haar krant<br />

niet kan en mag misbruiken.<br />

Zou ooit de directie van „Trouw"<br />

zich met een soortgelijk geval tot<br />

haar redactie wenden met het verzoek<br />

tot publicatie hiervan over te<br />

gaan, dan zou de redactie van dit<br />

blad haar ongetwijfeld het advies<br />

geven, zich met haar klacht tot de<br />

directie van „<strong>De</strong> Nederlander" te<br />

wenden, een methode, die ons zowel<br />

fatsoenlijk als juist lijkt.<br />

A. A. K.<br />

„peRSBeUnQen" •<br />

VRAAGT<br />

L \WJM-JM- t_>


H<br />

VERGADERING MET RADIO­<br />

MEDEWERKERS.<br />

r>i3 afdeling Gooi van de N.J.K.<br />

*^7 en de afdi i Midden-Nederland<br />

van de K.N.J.K. hebben op Vrijdag<br />

16 Juli j.1. een vergadering belegd<br />

te Hilversum in ,,Hof van Holland",<br />

speciaal voor de medewerkers aan<br />

de iradio-omroep, wier arbeidsveld<br />

op journalistiek gebied ligt.<br />

j<strong>De</strong> bedoeling was na te gaan of<br />

het niet mogelijk en wenselijk was,<br />

dat bovengenoemde functionarissen<br />

in de journaHistJenorganisaties worden<br />

opgenomen.<br />

<strong>De</strong> vergadering was uitstekend bezocht.<br />

Ongeveer 30 belangstellenden<br />

hadden aan de uitnodiging van K.N.<br />

J.K. en N.J.K. gehoor gegeven. Een<br />

vijftiental omroepmedewerkers, wegens<br />

werkzaamheden verhinderd,<br />

had bericht van instemming en belangstelling<br />

gezonden. Namens de<br />

K.N.J.K. was collega van Oorschot<br />

aanwezig. Voorzitter van de vergadering<br />

was collega van Looi (afd.<br />

Gooi N.J.K), tevens initiatiefnemer.<br />

Mr. M. Rooy, Federatie-voorzitter<br />

en N.J.K.-praeses, hield een inleiding,<br />

waarin hij een uiteenzetting<br />

van doel en streven der journalistenorganisaties<br />

gaf. Spr. wees op de<br />

concrete resultaten van het werk<br />

dier organisaties, meer speciaal de<br />

collectieve arbeidsovereenkomst voor<br />

het dagbladbedrijf, de tuchtrechtuitspraak<br />

en de vakopleiding, en wees<br />

op de vele belangrijke zaken, die<br />

door de journalistenorganisaties behartigd<br />

worden of nog behartigd<br />

zullen worden.<br />

<strong>De</strong> inleider nam voorts de positie<br />

der omroepmedewerkers onder de<br />

loupe en uitte de mening, dat er<br />

onder hen velen waren, wier hoofdzakelijke<br />

arbeid op journalistiek terrein<br />

lag, b.v. radio-reporters, commentators,<br />

kortom allen, waarop de<br />

door collega van Looi, gevonden benaming<br />

„woord-publicisten" van toepassing<br />

was. Hun arbeid is inderdaad<br />

journalistiek werk, dat nu eens<br />

niet gedrukt, maar voor de microfoon<br />

uitgesproken in het publiek verschijnt.<br />

En voor zover deze arbeid<br />

de werkelijk voornaamste taak van<br />

een omroep-functionaris vormt, bestaat<br />

aanleiding te onderzoeken of<br />

zijn plaats niet in de journalistenorganisaties<br />

is.<br />

Vele aanwezigen maakten gebruik<br />

van de gelegenheid tot gedachtenwisseling<br />

of het stellen van vragen.<br />

Op deze wijze kwam al spoedig<br />

vast te staan, dat het omroepbedrijf<br />

nieuwe wegen in de journalistiek<br />

heeft geopend. Van sommige omroepmedewerkers<br />

kan zander aarzelen<br />

gezegd worden, dat zij volledig<br />

journalistiek werk doen. Anderen<br />

weer doen dit slechts ten dele. Er<br />

zijn b.v. vele omroepers, die zelf hun<br />

teksten en commentaren schrijven<br />

en daarvoor verantwoordelijkheid<br />

dragen. Nog andere omroepmedewerkers<br />

hebben gemengde functies.<br />

8<br />

E-NIEUWS<br />

In elk geval kwam vast te staan,<br />

dat de omroepmedewerkers geenszins<br />

afwijzend staan tegenover aansluiting<br />

bij de journalistenorganisaties<br />

voor zover hun functies en werkzaamheden<br />

dit wettigen, doch tevens<br />

bleek duidelijk, dat er ook functionarissen<br />

waren, die stellig niet tot<br />

de journalisten gerekend mogen<br />

worden. Daarenboven waren er heel<br />

wat z.g. „grensgevallen".<br />

<strong>De</strong> vergadering besloot, dat de<br />

betrokken regionale afdelingen van<br />

K.N.J.K. en N.J.K. een commissie<br />

zullen benoemen, waarin ook een<br />

aantal omroepmedewerkers wordt<br />

opgenomen. <strong>De</strong>ze commissie zal op<br />

korte termijn, na onderzoek, rapporteren<br />

welke categorieën omroepmedewerkers<br />

journalisten zijn of<br />

hoofdzakelijk journalistieke arbeid<br />

verrichten. <strong>De</strong> commissie zal omtrent<br />

de mogelijk- en wenselijkheden<br />

van opneming van deze functionarissen<br />

in de journalistenorganisaties<br />

prae-advies uitbrengen aan het<br />

Federatiebestuur.<br />

Alvorens bedoeld rapport uit te<br />

brengen zal de commissie eerst nog<br />

eens bijeenkomen met de omroepmedewerkers,<br />

zodat deze hun mening<br />

over het prae-advies kunnen<br />

kenbaar maken.<br />

Collega Rooy wees nog op de mogelijkheid<br />

van een eigen sectie of<br />

vakgroep van omroep-journalisten<br />

binnen de kringen, resp. federatie.<br />

Belangwekkend was tevens, dat<br />

onder de omroepmedewerkers bebelangsteliing<br />

bleek te bestaan voor<br />

de arbeid op 't gebied van vakopleiding.<br />

Men hoopte, dat dit t.z.t. ook<br />

voor de journalistieke medewerkers<br />

bij de omroep mogelijk zou worden.<br />

Uiteraard zou dit een speciale opleiding<br />

moeten worden.<br />

Indien de journalistieke medewerkers<br />

bij de radio-omroep zich<br />

inderdaad bij de journalistenorganisaties<br />

kunnen aansluiten zullen de<br />

afdelingen Noord-Holland van de<br />

K.N.J.K. en Gooi van de N.J.K. hiermede<br />

een aanzienlijke uitbreiding<br />

ondergaan en doet een belangwekkende<br />

groep collegae zijn intrede in<br />

ons organisatieleven.<br />

M. G. HARINGMAN<br />

Secretaris afd. Gooi N.J.K.<br />

AUSTRALISCHE COLLEGA<br />

ZOEKT CONTACT.<br />

Coll. Keith H. Hooper, sub-editor<br />

van het Australische blad de National<br />

Advocate, zou gaarne in contact<br />

komen met een Nederlands journalist,<br />

teneinde elkaar door een geregelde<br />

correspondentie op de hoogte<br />

te houden van de omstandigheden in<br />

beider landen. Nederlandse collega's,<br />

die^ voor een dergelijke briefwisseling<br />

gouden voelen, kunnen zich rechtstreeks<br />

tot hem wenden. Het adres<br />

van de heer Hooper is: Falmouth, 128<br />

Lambert Street, Bathurst, N.S.W.<br />

(Australië).<br />

OPRICHTING SECTIE<br />

TIJDSCHRIFTJOURNALISTEN<br />

<strong>De</strong> collega's: P. M. S. Donders,<br />

(lid K.N.J.K.), Mr E. Elias (lid<br />

N.J.K.) en J. Jasper Pzn., (lid N.J.<br />

K.) hebben het initiatief genomen<br />

tot oprichting van een Sectie Tijdschriftjournalisten.<br />

Aan de leden tijdschriftjournalisten,<br />

die lid zijn van de N.J.K. of<br />

de K.N.J.K., zonden zij onderstaande<br />

circulaire:<br />

Zeer geachte Collega,<br />

Wij achten het van belang, dat door<br />

de Federatie van Nederlandse <strong>Journalist</strong>en<br />

en de daarbij aangesloten<br />

organisaties meer aandacht dan<br />

voorheen wordt besteed aan de<br />

vraagstukken waarbij in het bijzonder<br />

de tijdschriftjournalisten betrokken<br />

zijn.<br />

Hierbij denken wij zowel aan de<br />

verbetering van de sociale positie<br />

van de tijdschriftjournalist, in de<br />

gevallen waarin deze nodig is, als<br />

aan een bestudering en behandeling<br />

van de verschillende problemen welke<br />

met de verheffing van het peil der<br />

periodieke pers samenhangen.<br />

Tot dusver kwamen deze aangelegenheden<br />

slechts incidenteel aan<br />

de orde. Een oorzaak daarvan is<br />

ongetwijfeld, dat de tijdschriftjournalisten,<br />

die lid zijn van de N.J.K.<br />

of van de K.N.J.K., slechts een betrekkelijk<br />

kleine minderheid in de<br />

Federatie vormen en er tussen hen<br />

geen georganiseerd contact bestaat.<br />

Bovendien hebben allerlei organisatorische<br />

en algemeen-journalistieke<br />

aangelegenheden, zo mede de voorbereiding<br />

en de afsluiting van een<br />

collectieve arbeidsovereenkomst voor<br />

dagbladjournalisten, in de afgelopen<br />

periode de aandacht der besturen<br />

opgeëist.<br />

Het is ons bekend dat het Bestuur<br />

der Federatie voornemens is thans<br />

ook t.a.v. daarvoor in aanmerking<br />

komende categorieën tijdschriften<br />

onderhandelingen te openen om de<br />

afsluiting van collectieve arbeidsovereenkomsten<br />

voor te bereiden en<br />

dat het daarbij gaarne de medewerking<br />

en de steun zou hebben van<br />

een goed georganiseerde en zo groot<br />

mogelijke groep tijdschriftjournalisten.<br />

Teneinde deze en de andere genoemde<br />

belangen der tijdschriftjournalisten<br />

te behartigen, achten wij<br />

het wenselijk over te gaan tot oprichting<br />

van een sectie Tijdschriftjournalisten<br />

binnen het verband der<br />

Federatie.<br />

Het ligt in de bedoeling om, wanneer<br />

de bedoelde sectie tot stand is<br />

gekomen, zo spoedig mogelijk op<br />

grote schaal de niet aangesloten tijdschriftjournalisten<br />

op te wekken<br />

zich bij de N.J.K. of de K.N.J.K. als<br />

lid aan te melden teneinde een krachtige<br />

en representatieve sectie te<br />

kunnen vormen.<br />

Er zijn vele en zeer uiteenlopende<br />

categorieën tijdschriften. Wanneer<br />

met de voorgestelde sectie een begin<br />

is gemaakt, zal nagegaan dienen


te worden of en in hoeverre de betrokken<br />

redacteuren voor aansluiting<br />

bij de sectie in aanmerking<br />

komen. Indien dit op den duur nodig<br />

mocht blijken, kan voorts overwogen<br />

worden om de sectie in enkele groepen—<br />

naar gelang van de aard van<br />

de tijdschriften — te splitsen. Doch<br />

dit is van later zorg. Eerst dient<br />

de sectie te worden opgericht, -wat<br />

alleen mogelijk is indien een voldoende<br />

aantal collega's hun instemming<br />

met ons streven betuigt.<br />

Tot zover de circulaire.<br />

Leden die in deze Sectie belang<br />

stellen en om de een of andere reden<br />

de circulaire niet mochten hebben<br />

ontvangen, kunnen onder opgave van<br />

het tijdschrift of de tijdschriften,<br />

waaraan zij verbonden zijn, hun<br />

adhaesie-betuiging doen toekomen<br />

p.a. Federatie van Nederlandse <strong>Journalist</strong>en,<br />

N.Z. Kolk 28, Amsterdam-C.<br />

ONTSLAGGEV ALLEN,<br />

VORDERINGEN ENZ.<br />

In de afgelopen periode verleende<br />

het Federatiebureau wederom zijn<br />

bemiddeling bij de behandeling van<br />

aanspraken van leden, die wegen,s<br />

hun gegeven ontslag nog salaris tegoed<br />

hadden of recht hadden op<br />

honorarium voor verleende medewerking,<br />

in enkele gevallen met<br />

bevredigend resultaat. Helaas kon<br />

slechts weinig worden bereikt voor<br />

een groep collega's, die door een<br />

onlangs opgeheven dagblad werden<br />

ontslagen. Ondanks de veelvuldige<br />

bemoeiingen van Federatiezijde en de<br />

medewerking van het Gewestelijk<br />

Arbeidsbureau, dat t.a.v. enkele<br />

dezer gevallen advies vroeg aan de<br />

Ontjslagcommissie van de N.D.P. en<br />

de Federatie, moesten de betrokkenen<br />

genoegen nemen met een hun aangeboden<br />

accoord, dat slechts ten dele<br />

aan hun aanspraken tegemoet kwam.<br />

<strong>De</strong> financiële situatie van de opgeheven<br />

onderneming was van zodanige<br />

aard, dat een faillissementsaanvrage<br />

waarschijnlijk tot een geringere uitkering<br />

zou hebben geleid.<br />

In de toekomst zal de Raad van<br />

Uitvoering, welke krachtens de<br />

CA.O. zal worden ingesteld, de aangewezen<br />

instantie zijn voor de behandeling<br />

van de salaris-aanspraken<br />

van dagbladjournalisten in ontslaggevallen,<br />

voorzover tenminste het in<br />

de C.A.O. voorziene overleg tussen<br />

journalisten en directie binnen de<br />

dagbladonderneming niet tot een<br />

gunstig resultaat heeft geleid. Verwacht<br />

mag worden dat te dezen<br />

aanzien slechts bij uitzondering een<br />

beroep op de Raad van Uitvoering<br />

zal behoeven te worden gedaan.<br />

Anders is het gesteld met de<br />

tijdschrift- en de nieuwsblad journalisten,<br />

die ontslagen worden zonder<br />

dat met de gebruikelijke opzegtermijnen<br />

van twee maanden bij een<br />

diensttijd korter dan een jaar en van<br />

drie maanden bij een langer dienstverband<br />

is rekening gehouden. Onder<br />

verwijzing naar de berichten hierover<br />

in vorige nummers, zij is er nogmaals<br />

op gewezen, dat de betrokkenen<br />

terstond bij hun directie tegen het<br />

ontslag dienen te protesteren en aan<br />

het Gewestelijk Arbeidsbureau ter<br />

plaatse moeten verzoeken geen toestemming<br />

tot het ontslag te verlenen,<br />

aangezien de in de journalistiek<br />

gebruikelijke termijnen voor opzegging<br />

niet in acht zijn genomen. Het<br />

is in hun belang onverwijld het<br />

Federatiebureau op de hoogte te<br />

stellen. Meermalen komt het voor,<br />

dat ontslagen collega's geruime tijd<br />

laten voorbijgaan, aleer zij tegen het<br />

ontslag in verzet komen of dat zij<br />

beginnen met een getuigschrift te<br />

vragen. In dergelijke gevallen stellen<br />

de Gewestelijke Arbeidsbureaux zich<br />

op het standpunt, dat de betrokkenen<br />

stilzwijgend met het gegeven ontslag<br />

zijn accoord gegaan, zodat hun toestemming<br />

dan niet vereist i,s. Indien<br />

het eenmaal zover is, valt er in de<br />

regel weinig meer te bereiken.<br />

Of het gegeven ontslag op zichzelf<br />

onredelijk moet worden geacht, wordt<br />

door de Arbeidsbureaux in het algemeen<br />

buiten beschouwing gelaten.<br />

Zolang er terzake geen wettelijke<br />

regeling bestaat (zoals men weet is<br />

een dergelijke regeling in voorbereiding),<br />

welke een beroep op de<br />

^rechter mogelijk maakt, zijn er<br />

•— behalve dan minnelijk overleg —<br />

geen middelen, waarmede een onredelijk<br />

ontslag ongedaan kan worden<br />

gemaakt.<br />

Hoewel het hier geen gewone<br />

vordering betreft, willen wij aan het<br />

slot van deze rubriek nog vermelden,<br />

dat aan de nagelaten betrekkingen<br />

van een overleden collega, die geen<br />

pensioenverzekering had, mede na<br />

tussenkomst van de Federatie, door<br />

de betrokken directie een jaarlijkse<br />

vrijwillige uitkering is toegezegd.<br />

INLICHTINGENDIENST VOOR DE<br />

VERENIGDE NATDES.<br />

i<br />

<strong>De</strong> Federatie zal haar medewerking<br />

verlenen aan de binnenkort op te<br />

richten Stichting Nederlandse Inlichtingendienst<br />

voor de Verenigde<br />

Naties (adres: Oranjestraat 7 te<br />

's-Cravenhage). <strong>De</strong>ze stichting stelt<br />

'zich ten doel het verbreiden van<br />

•kennis aangaande de Verenigde<br />

Naties en haar werkzaamheden onder<br />

het Nederlandse volk. In het bestuur<br />

der stichting zullen vertegenwoordigers<br />

van verschillende organisaties<br />

l(o.a. de Nederlandse Dagbladpers<br />

1945) zitting nemen. <strong>De</strong> Federatie<br />

zal daarin vertegenwoordigd worden<br />

door haar secretaris, Mr. A. E. van<br />

Riantwijk.<br />

JONG ONDERWIJZER,<br />

23 jaar, ongehuwd, zoekt werkkring<br />

teneinde opgeleid te worden<br />

voor journalist. Enig inzicht in<br />

politieke en culturele zaken door<br />

jeugdbeweging en andere organisaties.<br />

Geruime tijd reeds medewerker<br />

aan diverse bladen.<br />

Brieven met graag zo uitv. mog.<br />

inl. onder Nr. 33/48 van <strong>De</strong> <strong>Journalist</strong>,<br />

N.Z. Kolk 28, A'dam-C.<br />

VERGADERING VAN DE<br />

EXECUTIEVE DER I.O.J.<br />

Volgens van de I.O.J. ontvangen<br />

mededeling zal de Executieve der<br />

internationale organisatie binnenkort<br />

bijeenkomen. In deze bijeenkomst,<br />

welke waarschijnlijk te Luxemburg<br />

zal worden gehouden, zullen naar te<br />

verwachten valt de moeilijkheden in<br />

de I.O.J., welke een gevolg zijn van<br />

de bestaande tegenstellingen, aan de<br />

orde komen. <strong>De</strong> Federatie zal zich op<br />

dit congres door een of meer afgevaardigden<br />

laten vertegenwoordigen.<br />

Bijzonderhede» omtrent de agenda<br />

der vergadering zijn nog niet bekend.<br />

DE IDENTITEITSKAARTEN I.O.J.<br />

<strong>De</strong> lang verwachte indentiteitskaarten<br />

I.O.J. zijn thans op het Federaüebureau<br />

ontvangen. Zij zijn of<br />

worden zo spoedig mogelijk aan de<br />

betrokkenen doorgestuurd.<br />

Charivaria<br />

Het liggende kabinet<br />

Het gaat in ieder geval om de beste<br />

mensen en die zó gekozen dat ze in één<br />

vlak liggen en in staat zijn een team te<br />

vormen. (Tijd).<br />

Maar dan toch wel een erg plat<br />

team.<br />

Dubbel-op<br />

Doch dan diene men zijn pathologisch<br />

wantrouwen te verliezen. (Elsevier).<br />

<strong>De</strong> regie viel in het vijfde bedrijf weer<br />

terug naar de fouten van haar aanvang.<br />

(Elsevier).<br />

Voor de zoveelste keer.<br />

Tot voor drie maanden terug heeft de<br />

Republiek nooit om Nederlandse bijstand<br />

gevraagd. (Alg. Dagbl.).<br />

Gevaarlijk vaarwater<br />

Het verrassende nu is, dat er in deze<br />

opdracht iets lijkt te zitten, wat doet<br />

denken aan de dubbel-openslaande-portebrisée-deur..-..<br />

Maar dan komen we weer in het vaarwater<br />

van dat dubbel-openslaande geval.<br />

(Volkskr.).<br />

Literaire stijl<br />

Menno ter Braak was misschien een<br />

vent, maar in elk geval een heer. In<br />

een discussie over hem met Paul<br />

Rodenko schrijft J. B. Charles in<br />

Podium:<br />

Een eigen, gepassioneerd verteren of<br />

uitkotsen van het verworven ,quod erat<br />

demonstrandum'. — <strong>De</strong> vergulde hoerekastpaleizen,<br />

die de bouwmeesters der<br />

Barok hun machtige Europese vorsten<br />

bouwden. — Op zichzelf al kolder. —<br />

Dat is toch allemaal geklier met begrippen,<br />

polariteiten en antithesen. — Hektor<br />

komt als overwinnaar Troye binnen<br />

en zegt: ik verdom het langer. — <strong>De</strong><br />

Rodenko, die als maar aandringt op een<br />

engagement, op kiezen en beslissen,<br />

kliert er zelf meesterlijk in om. — Kiele<br />

"kiele. Ik begrijp er geen bliksem van. —<br />

Ik verdom het. — Ik duld niet dat zij<br />

hun bek opendoen over het lynchen van<br />

negers. —<br />

En de redactie van Podium laat<br />

dat allemaal maar drukken. Is ze<br />

besodemieterd ?<br />

9


EEN KLEIN KRANTJE<br />

Maar een goed krantje<br />

In de Nederlandse Nieuwsbladpers<br />

(N.N.P.), het orgaan van de Vereniging<br />

van in Nederland verschijnende<br />

Nieuwsbladen, is een interessante polemiek<br />

ontstaan over de betekenis en<br />

de journalistieke leiding van de<br />

nieuwsbladen. Het lijkt mij niet ondienstig,<br />

dat ook in ons orgaan, al is<br />

dit in hoofdzaak voor dagbladjournalisten<br />

bestemd, daarop de aandacht<br />

gevestigd wordt, vooreerst omdat de<br />

nieuwsbladpers een belangrijk onderdeel<br />

van de Nederl. pers is, maar ook<br />

omdat het gaat over een principiële<br />

strijd die, mutatis mutandis, ook in<br />

de dagbladjournalistiek nog niet geheel<br />

is uitgevochten. Er schijnen ook<br />

nog wel uitgevers van dagbladen te<br />

zijn, die de journalistieke leiding van<br />

hun blad dienstplichtig zouden willen<br />

zien aan hun commerciële belang, zoals<br />

zij dat begrijpen, en de hoofdredactie<br />

liefst in handen zouden willen<br />

stellen van hun adverteerders. Ik<br />

weet wel dat de meesten niet zo denken,<br />

zo goed als ik weet, dat het „ex<br />

uno disce omnes" onbillijk is en onwaar.<br />

Aanleiding tot de pennestrijd was<br />

een artikel van collega Lodewijk in<br />

N.N.P. van Mei. <strong>De</strong> schijver constateert,<br />

dat bij de nieuwsbladpers het<br />

commerciële belang veelal het journa-'<br />

listieke belang overheerst, en dat vele<br />

uitgevers - drukkers - redacteuren dit<br />

laatste op grond van te eng begrensde<br />

commerciële overwegingen lager<br />

waarderen dan juist voor het zakelijk<br />

belang van hun nieuwsblad gewenst<br />

moet worden geacht. Hij betoogt, dat<br />

men, door de redactionele inhoud<br />

van het blad op hoger peil te brengen,<br />

ook de zakelijke waarde er van,<br />

niettegenstaande mogelijk hogere uitgaven,<br />

zal dienen. Coll. Lodewijk<br />

pleit er voor, de journalistieke leiding<br />

van het nieuwsblad in handen te geven<br />

van een journalist, een vakman<br />

dus, die zijn verantwoordelijke taak<br />

in volle vrijheid, door goede journalistieke<br />

beginselen geleid, . vervult, en<br />

onafhankelijk staat van zuiver commerciële<br />

invloeden, van de adverteerders<br />

vooral, doch uiteraard niet buiten<br />

beschouwing mag laten, dat het<br />

uitgeven van een krant wel degelijk<br />

ook zijn commerciële zijde heeft.<br />

Dit betoog lokte in het Juni-nummer<br />

van N.N.P. een ingezonden stuk<br />

uit van een der persbureaux, die de<br />

nieuwsbladpers van artikelen voorzien,<br />

en waarover coll. Lodewijk, bij<br />

alle waardering voor hun werk, toch<br />

ook enkele critische opmerkingen<br />

maakte. Op dit gedeelte van de pennestrijd<br />

zal ik niet ingaan, omdat het<br />

minder principiële 'betekenis heeft en<br />

meer een oratio pro domo is, hetgeen<br />

ook de schrijver van het artikel niet<br />

betwist.<br />

Van meer belang £cht ik de rechtstreekse<br />

bestrijding die de opvatting<br />

van coll. Lodewijk en de journalistieke<br />

waarde van het nieuwsblad bij een<br />

10<br />

uitgever van een nieuwsblad zelf vonden.<br />

<strong>De</strong>ze zou het blijkbaar wel een<br />

„ideale toestand in ons dorpswereldje"<br />

vinden, wanneer aan het plaatselijk<br />

nieuwsblad inderdaad de mogelijkheid<br />

gegeven ware voor zijn mening uit te<br />

komen, de kleine krant tot een echte<br />

krant te maken, en toch het bedrijf<br />

commercieel verantwoord te doen zijn.<br />

Maar „die concurrentie, geachte<br />

collega, die alles tot de onmogelijkheden<br />

voert."<br />

<strong>De</strong> opponent van coll. Lodewijk<br />

daagt de uitgever van zulk een plaatselijk<br />

nieuwsblad uit, het maar eens<br />

te proberen „met een eerlijk critisch<br />

verslag van de dorpstoneel-vereniging<br />

aan te komen, als de collega niets<br />

dan goeds weet te vertellen van het<br />

stuk en de „sublieme" wijze waarop<br />

alle spelers (met naam en toenaam<br />

vermeld) hun rol vervulden".<br />

„Waag het eens," zo gaat hij voort,<br />

„Uw gemeentebestuur te verwijten,<br />

dat het deze of gene zaak niet democratisch<br />

aanpakt en signaleer eens<br />

het feit, dat uw burgemeester de belangen<br />

van de kleine gemeente over<br />

het hoofd zag, toen hij de bouw van<br />

de nieuwe brug per se aan de stadsfirma<br />

wilde gunnen. Ik zeg U, dat<br />

't nieuwsblad onmiddellijk alle abonnees,<br />

lid of donateur der toneelvereniging,<br />

en alle raadsleden mitsgaders<br />

hun aanhang kan afschrijven."<br />

Wat de ongebreideldheid der concurrentie<br />

betreft mag deze uitgever<br />

van een nieuwsblad misschien gelijk<br />

hebben, — zij is een zaak die de Vereniging<br />

van Nieuwsbladen, niet ons,<br />

aangaat. Over de vrees voor vrijmoedige<br />

critiek plaatste de redactie van<br />

N.N.P. onder het stuk een opmerking.<br />

Zij schreef, zich niet te kunnen voorstellen,<br />

dat een amateur-toneelgezelschap<br />

het de uitgever of de redacteur<br />

van een plaatselijk nieuwsblad<br />

kwalijk zou nemen, dat hij in zijn<br />

blad opbouwende critiek over het gebodene<br />

opneemt, en zij meent, dat<br />

ook de burgemeester en de raad in<br />

objectieve, correct gestelde critiek op<br />

hun beleid in de regel waarlijk geen<br />

aanleiding zullen vinden als abonné<br />

te bedanken. Het komt de redactie<br />

dan ook voor, dat de schrijver van<br />

het stuk wellicht als gevolg van enige<br />

persoonlijk teleurstellende ervaringen<br />

op dit gebied


Hulde gebracht aan „Gouden Schotel"<br />

Het grapje van „de kop en de<br />

schotel" heeft ruimschoots opgeld<br />

gedaan bij het gouden jubileum van<br />

onze verdienstelijke collega J. C.<br />

Schotel Fzn. <strong>De</strong> velen, die Schotel<br />

kennen, weten wel, dat hij een kop<br />

heeft en dat er nog wat in zit ook.<br />

Niet alleen de journalistiek -heeft dat<br />

ervaren, maar ook de Kring weet<br />

er van mee te praten en zeker de<br />

plaatselijke . joumalistenorganisatie<br />

„<strong>De</strong> Amsterdamse Pers", welker<br />

ijverige secretaris hij dertien jaar<br />

lang is geweest.<br />

Daarom was het niet te verwonderen,<br />

dat zijn grote broeder J. J. F.<br />

van den Bergh, wiens eerste schreden<br />

op het pad der journalistiek hij<br />

nog heeft geleid, de eerste spreker<br />

was op de ontvangst, die hem Dinsdag<br />

3 Augustus in Krasnapolsky<br />

werd bereid. Collega Van den Bergh<br />

liet niet na, dit in zijn toespraak te<br />

memoreren en daaraan een overzicht<br />

vast te knopen van de verdienstelijke<br />

staat van dienst, waarop de jubilaris<br />

in zijn vak mag wijzen.<br />

„Schotel was er vroeg bij", zo vertelde<br />

collega Van den Bergh. ,,Op<br />

zijn zeventiende jaar diende hij het<br />

vak reeds bij het „Nieuwsblad voor<br />

Nederland" en daarna legde het<br />

„Algemeen Handelsblad" 33 jaar<br />

lang beslag op zijn activiteit. Hier<br />

was hij in de verslaggeving met zijn<br />

hulpvaardigheid en hartelijkheid een<br />

steun voor velen en een waardig<br />

ambassadeur voor het „Handelsblad",<br />

binnen welks muren hij zich later op<br />

de Redactie Buitenland verschanste.<br />

Hoewel officieel „met pensioen",<br />

staat hij nog in het journalistieke<br />

leven als correspondent van Scandinavische<br />

bladen en als actief functionaris<br />

van en propagandist voor<br />

het Persmuseum." Onder aanbieding<br />

van een geschenk onder couvert<br />

wenste collega Van den Bergh de<br />

jubilaris nog tal van jaren in ge-<br />

(Foto E. 3. Noordhoff, Amsterdam)<br />

waardeerde werkzaamheid en daarna<br />

hopelijk ook nog in welverdiende rust.<br />

Mr H. M. Planten maakte zich tot<br />

tolk van directie en hoofdredactie<br />

van het „Handelsblad", toen hij er<br />

aan herinnerde, hoezeer men daar<br />

Schotel's werk altijd op hoge prijs<br />

heeft gesteld. „Verwonderlijk", aldus<br />

deze woordvoerder, „is de pit, die<br />

bedaagde journalisten kenmerkt, in<br />

wier naam „Schot" zit en die het<br />

„Handelsblad" nog steeds beslag doet<br />

leggen op uw krachten, zij het dan<br />

in een niet-journalistieke functie".<br />

Als afgezant van burgemeester<br />

Arn. dAilly en als voorzitter van<br />

het Persmuseum sprak mr P. J.<br />

Mijksenaar de jubilaris toe. „Gij hebt<br />

de stad grote diensten bewezen" was<br />

het woord uit Vondel's „Gysbrecht",<br />

dat spreker op collega Sciotel toepasselijk<br />

maakte en dat hij^ergezeld<br />

deed gaan van een autobiografie van<br />

een collega met dezelfde „gouden"<br />

staat van dienst. Als voorzitter van<br />

het Persmuseum, dat in het die dag<br />

juist gestichte Persinstituut nog een<br />

grote rol zou kunnen spelen, wenste<br />

mr Mijksenaar collega Schotel toe,<br />

dat deze ook daarin zijn steentje<br />

zou mogen bijdragen.<br />

Namens de Buitenlandse Persvereniging<br />

bood collega M. S. Vaz Dias<br />

de jubilaris met een toepasselijk<br />

woord een boekwerk over Amsterdam<br />

aan. „<strong>De</strong> arbeid", aldus spreker, ,,in<br />

een periode van rust verricht, kan<br />

vaak nog veel meer voldoening geven<br />

dan die in officiële activiteit".<br />

In overeenstemming met zijn<br />

tegenwoordige functies dook Collega<br />

Schotel bij de beantwoording der<br />

sprekers in het archief van .zijn<br />

loopbaan en vroeg zich af, of hij het<br />

wel was, over wie deze middag al<br />

deze lof werd uitgestort. Maar hij<br />

erkende, dat de totstandkoming dor<br />

tegenwoordige federatieve journalistenorganisatie<br />

ook voor hem een<br />

Hulde aan „<strong>De</strong> Witte"<br />

„<strong>De</strong> Witte" (zo schrijft <strong>De</strong> Nieuwe<br />

Courant) heeft in de afgelopen dagen<br />

van de Haagse conferentie der Vijf,<br />

het' werkelijk alle journalisten,<br />

buitenlanders en landgenoten, voor<br />

wie zij voor deze gelegenheid haar<br />

deuren had opengesteld, ten volle naar<br />

de zin gemaakt. Daar, vlak bij, ja<br />

met het gezicht op het Ministerie van<br />

Buitenlandse Zaken op het Plein,<br />

hebben de dienaressen en dienaren<br />

van 'de pers volop gelegenheid gekregen<br />

hun werk op even practische<br />

als aangename wijze te verrichten.<br />

<strong>De</strong> geboden gastvrijheid is, naar wij<br />

weten, door allen die hiervan hebben<br />

kunnen genieten, op buitengewoon<br />

hoge prijs gesteld. Vandaar dat er<br />

aanleiding bestaat voor grote erkentelijkheid<br />

tegenover het Bestuur van<br />

„<strong>De</strong> Witte", alsook tegenover de leiding<br />

van de Dienst Buitenlandse<br />

Voorlichting van het Ministerie van<br />

Buitenlandse Zaken, waar men het<br />

uitermate gelukkige initiatief had<br />

genomen om aan dat bestuur gastvrijheid<br />

voor de pers te vragen. Op<br />

deze wijize heeft „<strong>De</strong> Witte" de openbare<br />

zaak ten zeerste gediend.<br />

Wist Lldat.,,-<br />

= Het Batavia's Nieuwsblad weer is<br />

verschenen ?<br />

=; „Mandril" niet — zoals wij abusievelijk<br />

schreven — een maandblad,<br />

doch een weekblad zal worden?<br />

= In <strong>De</strong>n Haag een weekblad (ad<br />

20 pagina's) zal verschijnen, dat<br />

Groen en Geel zal heten ?<br />

=z Collega S. Davids geen lid van de<br />

hoofdredactie van „<strong>De</strong> Groene" meer<br />

is?<br />

= In Nederland een krant (2 maal<br />

per week) is verschenen met een<br />

bloemlezing uit de in Indonesië verschijnende<br />

bladen en<br />

= „<strong>De</strong> Zakenwereld" daarvan de<br />

directie voert en<br />

= Dat blad in flans naar Nederland<br />

gezonden zal worden?<br />

= <strong>De</strong> naam Algemeen Handelsblad<br />

toch gehandhaafd mag blijven?<br />

grote persoonlijke voldoening is. In<br />

zijn antwoord aan mr Planten herinnerde<br />

hij er aan, dat ook de „voortreffelijke<br />

verslaggever" altijd nog<br />

wel een steekje kan laten vallen. Mr<br />

Mijksenaar verzocht hij, de burgemeester<br />

zijn dank over te brengen<br />

voor zijn vriendelijke woorden en<br />

collega Vaz Dias voegde hij toe: „Er<br />

is maar één mooi vak: de journalistiek".<br />

Daarna werd ruimschoots gebruik<br />

gemaakt van de gelegenheid, de gehuldigde<br />

en zijn familie- en huisgenoten<br />

persoonlijk geluk 'te wensen<br />

en dit hield het gezelschap nog<br />

«•eruime tijd in gezellig samenzijn<br />

11


JOURNALISTIEK JOURNAAL<br />

• Eerst de balk uit het eigen<br />

oog: Vorige maal schreven wij twee<br />

maal journeaux in plaats van journaux<br />

en wij kregen twee briefjes<br />

daarover: een charmante, collegiale<br />

terechtwijzing van onze oude polyglotte<br />

vriend Edouard de Nève en<br />

een bits, zuur en schoolmeesterend<br />

snauwtje van een jonge collega wiens<br />

naam wij maar niet zullen noemen.<br />

Het ergste is dat het geen zetfout,<br />

geen drukfout, geen tikfout en geen<br />

schrijffout was, doch gewoon: een<br />

fout.<br />

0 Dat verschil tussien die beide<br />

briefjes, in vorm, in toon, in aard en<br />

vooral: in beschaving is niet zó onbelangrijk<br />

als het lijkt. Wij geloven<br />

niet dat dit verschil in de leeftijd<br />

zit, maair wel in de aard van het<br />

beestje. Met Edouard zouden wij<br />

graag de kermis op gaan. Met die<br />

andere knaap niet. En juist dat dekermis-opgaan<br />

is (voor ons) een<br />

maatstaf.<br />

• En nu even een splinter uit<br />

andermans kijkers: Leidsch Dagblad<br />

schreef: ,, Fanny Blankers „the<br />

flying Dutch girl, mother from two<br />

children" zoals een Londense krant<br />

het so typisch zei " Ja, typisch<br />

zeker voor een Londense krant.<br />

Wanneer een Leidse courant from<br />

in plaats van off zou schrijven zou<br />

dat zo typisch niet zijn, maar een<br />

Londense<br />

0 Over Fanny geschreven<br />

Zo maar een vraag: hoeveel krantenlezers<br />

zouden alles over haar gelezen<br />

hebben ®n hoeveel alles over<br />

de kabinetsformatie?<br />

0 Wij nemen onmiddellijk aan<br />

dat Fanny honderden procenten meer<br />

belangstellenden heeft dan alle 'excellenties<br />

bij elkaar. Dat is begrijpelijk<br />

en niet eens betreurenswaardig. Een<br />

snob, die daar een traan om zou laten.<br />

Maar hier dringt zich onmiddellijk<br />

een andere vraag op: hoeveel,<br />

laten wij zeggen: intellectuelen hebben<br />

de voor. en nabeschouwingen<br />

over die kabinetsformatie gelezen?<br />

Wij hebben zo'n vaag idee dat dit<br />

aantal niet zou meevallen. Dat de<br />

tijd van wikken-en-wegen-op-voorhand<br />

voorbij is. Dat de wereldgebeurtenissen<br />

te dynamisch zijn geworden<br />

voor (grauwe) theorie. En dat men<br />

wacht op feiten • en daden. Wij geloven<br />

met name dat de waardebepaling<br />

van de beschouwende functie<br />

van de krant sterk gedaald is. En<br />

dat meer dan ooit nieuws en feiten<br />

de belangstelling der lezers hebben.<br />

Met andere woorden: • wij geloven<br />

dat onze hoofdartikels véél te lang<br />

zijn vooir het „rhythme van de tijd".<br />

Dit is overigens onze persoonlijke<br />

mening die wij voor beter geven<br />

12<br />

wanneer een opinie-onderzoek ons in<br />

het ongelijk zou stellen.<br />

0 Elders in dit blad wordt gewaagd<br />

van het conflict-met-de-bioscopen<br />

in Amsterdam. Wij hebben<br />

ons verheugd oveir de solidariteit<br />

der dagbladen die daarbij is gebleken.<br />

Omdat wij ons altijd verheugen<br />

wanneer de eer van ons vak wordt<br />

hoog gehouden.<br />

0 Er stond in <strong>De</strong> Volkskrant<br />

een (gissend) berichtje over een mogelijke<br />

samensmelting van drie<br />

Amsterdams-landelijke weekbladen.<br />

Waaruit blijkt dat het sommige dezer<br />

weekbladen niet naar den vleze<br />

gaat. En dit betreuren wij. Vooral<br />

omdat dit naar onze stellige overtuiging<br />

niet zo had behaetven te zijn.<br />

Uiteraard spreekt de' conjunctuur<br />

een woordje mee. En uiteraard was<br />

het korte bloeitijdperk voor alle bladen<br />

dat na de bevrijding inzette geen<br />

maatstaf. Maar wij geloven stellig<br />

dat hier ook de factor van het vakmanschap<br />

in het spel is. Dat met<br />

name wat wij zouden willen noemen:<br />

„de kunst der dosering'' niet<br />

voldoende beoefend is. Elk algemeen<br />

weekblad, hoe waardig en belangrijk<br />

en respectabel zijn idealen ook zijn;<br />

hoe belangwekkend zijn standpunten<br />

ook, moet nu eenmaal „voor elk wat<br />

wils" bieden, hoe gemeenplaatsig<br />

en „burgerlijk" dit ook klinkt. En of<br />

men dit betreurt of niet. En hieraan<br />

schort het dikwijls, met gevolgen die,<br />

om méér dan één reden, te betreuren<br />

zijn. Zowel materialiter als idealiter.<br />

0 Aan een onwaardige vertoning,<br />

aan een onwaarachtig fenomeen is<br />

een eindtógekomen. <strong>De</strong> geïllustreerde<br />

weekbladen worden weer tveekbla,den.<br />

En de (gedwongen) flauwiteit<br />

van één en het zelfde blad, dat om de<br />

andere week een andere naam had,<br />

kan worden nagelaten. <strong>De</strong> Week<br />

wordt weer ronduit <strong>De</strong> Wereldkroniek<br />

en <strong>De</strong> Beiaard der Lage Landen heet<br />

weeir Ons Vrije Nederland. Wat heeft<br />

dit kinderachtig gedoe voor nut gehad?<br />

0 Over kinderachtig gesproken:<br />

wij houden nu zeker op met de grapjes<br />

over Heinekens Bier? Dat (gedoe)<br />

ligt ons even zwaar op de maag<br />

als het perpetueel gezeur over de<br />

new look.<br />

Sit modus in rebus journalisticis.<br />

Nederlandse Dagbladen in<br />

België<br />

Aan „Benelux-Handelsbelangen",<br />

officieel orgaan van het Comité van<br />

deze naam, dat de vorige maand voor<br />

het eerst uitkwam ontlenen wij het<br />

volgende:<br />

Terwijl men in Nederland dagelijks<br />

de Belgische dagbladen kan kopen,<br />

zijn de Nederlandse dagbladen in<br />

België vrijwel niet te koop.<br />

Alleen te Antwerpen kan men een<br />

bekend Nederlands dagblad van dezelfde<br />

dag verkrijgen, doch niet vóór<br />

10 uur 's avonds en dan nog maar<br />

op één enkel adres.<br />

Te Brussel kan men datzelfde dagblad<br />

ook kopen, doch dan is 't reeds<br />

twee dagen oud.<br />

<strong>De</strong>ze toestand is in alle opzichten<br />

ongewenst. Niet alleen .voor de Nederlanders,<br />

die in België tijdelijk of<br />

permanent verblijven, speciaal voor<br />

de zakenlieden onder hen, maar ook<br />

omdat het op het Belgische publiek<br />

een indruk van laksheid maakt.<br />

Indien nu de Belgische dagbladen<br />

op de dag van verschijning kans zien<br />

in alle grote steden van Nederland<br />

op straat te komen, waarom kunnen<br />

de Nederlandse dagbladen dit dan<br />

niet op hun beurt in België?<br />

<strong>De</strong> Nederlandse afdeling van het<br />

„Comité Benelux-Handelsbelangen",<br />

heeft voor deze aangelegenheid de<br />

bijzondere aandacht van het bestuur<br />

van de Vereniging „<strong>De</strong> Nederlandse<br />

Dagbladpers'' gevraagd.<br />

„Hogeschoor'-<strong>Journalist</strong>iek<br />

|_JET Wit-Gele Kruiscongres liep<br />

T. ten einde. Achter in de zaal<br />

reikte men een krant uit, met het<br />

volgende gedrukte opschrift van het<br />

bandje: "„<strong>De</strong> Tijd — actueel —<br />

brengt U het verslag van Uw vergadering".<br />

En zó actueel was dit<br />

verslag, dat de congressisten er het<br />

uittreksel in vonden van een rede,<br />

die .... niet gehouden was. Immers,<br />

enkele minuten tevoren had de voorzitter<br />

meegedeeld, dat deze rede<br />

(van dr. Mol) wegens het vergevorderde<br />

uur niet kon worden uitgesproken!<br />

Dat komt er van, als men, vanwege<br />

de „actualiteit" gemakshalve<br />

steunt op voorverslagen, zoals perschef<br />

Edmond Nicolas, goedbedoeld,<br />

die had uitgereikt. Helaas moest het<br />

een dagblad van formaat zijn, blunderend<br />

op een wijze, die wij ons herinneren<br />

uit de slechtste dagen der<br />

voor-oorlogse concurrentie-journalistiek.


UIT DE NJ.K.<br />

NIEUW AANGENOMEN LEDEN<br />

PER 1 AUGUSTUS 1948<br />

Azimal A., Celelbeslaan 8, Hilversum<br />

(iRadio Ned. Wereldomroep).<br />

Barkey Wolf A. G., Zeestraat 66 b.,<br />

<strong>De</strong>n Haag (Weekblad Timotheus).<br />

v. d. Bergh J. A. A., Kokosnootstraat<br />

57, <strong>De</strong>n Haag (Elsevier,<br />

Het Dagblad).<br />

Beukman M. A. C, Lindelaan 28,<br />

Rijswijk (Het Daglblad', <strong>De</strong> Nederlander,<br />

e.a.).<br />

Beijersbergen C, Burg. iv. Tuylïkadie<br />

20 bis, 'Zuilen (<strong>De</strong> Sportwereld).<br />

Bresser P., Utrechtsestraat 2, Arnhem<br />

(Het Vrije Volk, Arnhem).<br />

de Bruin K. J., Melis Stokelaan 61,<br />

<strong>De</strong>n Haag (Haagse Courant).<br />

Bunste E. H., Simon Stevinstraat 2,<br />

Utrecht (Dagblad Trouiw).<br />

Dane H. P., Floralaan 180, Eindhoven<br />

(<strong>De</strong> Arbeiderspers).<br />

Duif A„ Loosdiuinseweg 641, <strong>De</strong>n<br />

Haag (Het Lichtspoor).<br />

van Emmenes, Ir. A., Pauwenlaan<br />

116, <strong>De</strong>n Haag (N.V. Olympus,<br />

Sportweekbladen).<br />

Fris B. J., Prof. Ritzama Beslaan 99,<br />

Tuindorp Maartensdijk, posit<br />

Utrecht (Het Parool)..<br />

Fuchs J. M., Herengracht 276, Amsterdam<br />

(Het Parool').<br />

Houwaart D. P., Uddelstraat 103,<br />

<strong>De</strong>n Haag (N.V. Cetenum Censo).<br />

lsselman J. C, Tollenskade 29, Voorburg<br />

(<strong>De</strong> Nieuwe Courant).<br />

Jans P. G., Keizersgracht 30, Meppel<br />

(Meppeler Courant).<br />

Kienhuis P. Th., Malakkastraat 38,<br />

<strong>De</strong>n Haag (Haags Daglblad).<br />

Kiers J. E. A., •Naohtiegaaïstraat 32,<br />

Almelo (Dagblad v. h. Oosten).<br />

Martens P., Barjonetstraat 101, Rotterdam<br />

(<strong>De</strong> Waarheid).<br />

Mahieu C. J. E., Gevers <strong>De</strong>ynootiweg<br />

36, Sdheveningen (Algemeen Dagblad).<br />

Mokveld D. E.,, Sdhaikseweg 2, Leerdam<br />

(<strong>De</strong> Gecombineerde).<br />

Nolet J. A. M., p/a Haagse Courant,<br />

<strong>De</strong>n Haag (Haagse Courant).<br />

Polak K., Hunizestraat 43, Hilversum<br />

(<strong>De</strong> Arbeiderspers).<br />

Russchen Jan, Etamastraat 59, Meppel<br />

(Meppeler Courant).<br />

Russel P. W. H. D., Staringplein 81,<br />

Amsterdam (<strong>De</strong> Nieuwe Post).<br />

v. d. Sandt C. G. R., Burg. Meineszlaan<br />

79, Rotterdam (Algemeen<br />

Dagblad).<br />

Schuurman A., Victoria Hotel, Am-<br />

Sterdam (Het Lichtspoor, <strong>De</strong> Spiegel,<br />

e.a.).<br />

Sluyser M., Gabrdëllaan 1, Bussum<br />

(<strong>De</strong> Arbeiderspers).<br />

Smith N. J. P., Middenweg 200, Amsterdam<br />

(Onafh. Persbureau).<br />

Steehouwer H. J., Stationsstraat 15,<br />

Alphen a/d Rijn (<strong>De</strong> Pers, Dagbl.<br />

van R* en Gouwe).<br />

van 't Veer P., Appelstraat 139, <strong>De</strong>n<br />

Haag (<strong>De</strong> Telegraaf).<br />

de Vos J., Diephiuisstraat 4öa, Groningen<br />

(Het Vrije Volk).<br />

Vreedenburgh C, Rochussenötraait<br />

317 b, Rotterdam (Lawn Tennis,<br />

Edelmetaal).<br />

van Wamelen Ir. J. W., Laan van<br />

Meerdervoort 399, <strong>De</strong>n Haag<br />

.(K.iN.A.C., <strong>De</strong> Auto).<br />

Weemhoff R., Hoofdstraat 30, Emmen<br />

(Emmer Courant).<br />

Wiersma J. P., Lekkumerweg 38,<br />

Leeuwarden ('Nwe Rotterdamse<br />

Courant).<br />

de Wit |H., PI. Pank'laan 5IH, Amsterdam<br />

(Aflig. Handelsblad).<br />

LEDEN VERGADERING G.D.J.V.<br />

Acht leden en twee bestuursleden<br />

in een holle zaal in de nok van „<strong>De</strong><br />

Faun'' te Groningen. Dat was het<br />

beeld van de op 3 Juni gehouden ledenvergadering<br />

van de Gron. Drentse<br />

journalistenvereniging.<br />

<strong>De</strong> G.D.J.V. telt momenteel een<br />

dertig leden, van wie ruim de helft in<br />

de stad Groningen, de rest verspreid<br />

in de provincies Groningen, Drente<br />

wonen. Het contact is, mede gezien de<br />

geringe middelen waarover de afdeling<br />

beschikt, uiterst gering, zodat<br />

van een opgewekt verenigingsleven<br />

geen sprake is.<br />

<strong>De</strong> voorzitter, coll. Bonder kon op<br />

deze vergadering zegge en schrijve<br />

twee leden van buiten de stad Groningen<br />

welkom heten. Aan de orde<br />

was de verkiezing van een nieuw bestuurslid<br />

in de vacature coll. E. Evenhuis,<br />

onze ijverige secretaris, aan<br />

wiens activiteit het voor een belangrijk<br />

deel te danken is geweest, dat er<br />

ondanks de weinig ten dienste staande<br />

middelen in de afdeling belangrijk<br />

organisatorisch werk kon worden<br />

verricht.<br />

<strong>De</strong> voorzitter deelde mee, dat hem<br />

kort voor zijn vertrek naar Indonesië,<br />

waar hij thans als eerste-redacteur<br />

van de Nieuwe Courant te Soerabaja<br />

werkzaam is, als blijk van waardering<br />

namens de G.D.J.V. een zilveren<br />

potlood met inscriptie werd overhandigd.<br />

.<br />

Tot zijn opvolger werd met algemene<br />

stemmen gekozen coll. R. K.<br />

Hèys van de N. Prov. Gron. Crt, die<br />

in zijn bed, waarin hij na een zware<br />

nachtdienst op deze Zaterdagmiddag<br />

nog toefde, van de benoeming op de<br />

hoogte werd gebracht. Waarna hij<br />

met een snelheid, alsof het een uitslaande<br />

brand betrof, zich naar het<br />

toneel van de vergadering spoedde en<br />

er nog tijdig verscheen om de gelukwensen<br />

van de voorzitter in ontvangst<br />

te nemen.<br />

In deze vergadering werden voorts<br />

nog enige vertegenwoordigers voor<br />

de Kringraad gekozen, zulks eveneens<br />

in verband met het vertrek van<br />

collega Evenhuis en met dat van collega<br />

Vink naar <strong>De</strong>n Haag. Gekozen<br />

werden de collega's R. H. Heys plv.<br />

J. U. Reinders en P. H. Barkema plv.<br />

C. W. H. van Twisk.<br />

Een huishoudelijk reglement werd<br />

vastgesteld overeenkomstig het door<br />

het Kringbestuur toegezonden model.<br />

Enkele leden waagden een schuchtere<br />

opmerking over enige activering der<br />

vereniging, waarop de voorzitter toezegde,<br />

dat het 'bestuur nog eens diepzinnig<br />

zal bepeinzen wat er gaan kan<br />

worden.<br />

R.<br />

DRINGEND VERZOEK AAN<br />

G.D.J.V.-LEDEN.<br />

In de vergadering van 14 Febr. '48<br />

werd besloten om jaarlijks een contributie<br />

van ƒ 2.50 per afdelingslid te<br />

heffen ten bate van de afdelingskas.<br />

Verschillende leden, speciaal in de<br />

provincie, hebben deze contributie<br />

nog niet voldaan. Willen zij thans het<br />

verschuldigde bedrag zo spoedig mogelijk<br />

overmaken aan de penningmeester<br />

per postwissel of giro 42469 ?<br />

<strong>De</strong> Penningmeester der G.D.J.V.<br />

J. U. REINDERS,<br />

Oranjesingel 20, Groningen.<br />

„HET OOSTEN".<br />

In een 19 Juni j.1. te Almelo gehouden<br />

bijeenkomst is besloten tot<br />

oprichting van de <strong>Journalist</strong>envereniging<br />

„Het Oosten", omvattende de<br />

provincie Overijsel en de gemeente<br />

Apeldoorn.<br />

Het bestuur is als volgt samengesteld:<br />

J. C. Visser, Apeldoorn, voorzitter;<br />

J. C. Rugaart, Prins Mauritslaan<br />

21, Apeldoorn, secretaris. Telef.<br />

2436; C. J. Rotteveel, Zwolle, H.<br />

KKlaassen, Almelo, H. van Heerde,<br />

Kampen, leden.<br />

Als lid van de Kringraad werden<br />

aangewezen: J. C. Visser, Apeldoorn<br />

en C. J. Rotteveel, Zwolle.<br />

Als plv. lid J. T. Brinkerhof, <strong>De</strong>venter<br />

en N. Lulofs, Apeldoorn.<br />

Getracht zal worden een provinciale<br />

bijeenkomst te organiseren voor<br />

dagbladdirecties, journalisten, industriëlen<br />

en anderen, ter belichting van<br />

de positie van het dagblad en de<br />

journalist in het maatschappelijk leven.<br />

BIJEENKOMST H.J.V. EN K.N.J.K.<br />

Op 31 Mei j.1. hebben de Haagse<br />

<strong>Journalist</strong>en Vereniging en de Kring<br />

Zuid-Holland van de Kath. Ned. <strong>Journalist</strong>en-Kring,<br />

onder leiding van collega<br />

P- van der Valk, een gecombineerde<br />

vergadering gehouden, waarin<br />

collega Mr. Jan <strong>De</strong>rks op zeer onderhoudende<br />

wijze heeft gesproken<br />

over de Geneefse Conferentie over de<br />

vrijheid van informatie. <strong>De</strong> talrijke<br />

afwezigen hebben veel gemist; met<br />

enig recht kunnen zij zich verontschuldigen<br />

met een beroep op het<br />

overladen conferentie- en vergaderprogramma<br />

van <strong>De</strong>n Haag in die dagen.<br />

Voordat aan Mr. <strong>De</strong>rks het woord<br />

werd verleend, herdacht de voorzitter<br />

der H.J.V., collega Lambooy, in een<br />

kort woord onze overleden persbroeder<br />

C. Wildenberg. Hij schetste hem<br />

als een voortreffelijk journalist, een<br />

algemeen geachte figuur op de pers-<br />

13


Het recht op de waarheid<br />

Feiten zijn heilig<br />

Het onderstaande nemen<br />

wij over uit PSF, het<br />

orgaan der Studievereniging<br />

van de faculteit<br />

der Politieke en Sociale<br />

"Wetenschappen van de<br />

Universiteit van Amsterdam.<br />

jT%E directeur-generaal van het<br />

^-' „Agence France-Presse", Paul<br />

Louis Bret, heeft zich eens laten interviewen<br />

door C. H. Lecomte van<br />

„Le Monde" (6-3-'48). Onderwerp van<br />

gesprek was het „recht op waarheid"<br />

en in verband daarmee de eisen,<br />

waaraan de voorlichting moet voldoen,<br />

't Interview lijkt ons van meer<br />

dan actueel belang' voor Frankrijk<br />

alleen; vandaar een verkorte weergave.<br />

Het vraaggesprek met de man<br />

— jurist en philosoof — die „slechts<br />

één passie kent — de objectiviteit"<br />

—, begint met diens opvatting<br />

over de voorlichting, thans en in de<br />

toekomst.<br />

,,<strong>De</strong> voorlichting is tot nu toe vooral<br />

empirisch en voor een te groot<br />

deel subjectief geweest. <strong>De</strong> voorlichting<br />

van morgen, die zich op objec-<br />

(Vervolg van pag. 13).<br />

tribune in de Kamers, als penningmeester<br />

van de H.J.V., als verdienstelijk<br />

secretaris der N.J.K. en beminnelijk<br />

mens. Wijlen Wildenberg is in de<br />

bezettingstijd met Mr. Rooy al bezig<br />

geweest om de N.J.K. weer op poten<br />

te zetten. Als een prettige vriend en<br />

een goed collega zal Wildenberg in<br />

onze herinnering blijven voortleven.<br />

Vervolgens hield Mr. <strong>De</strong>rks zijn<br />

causerie. Hij zette in korte trekken,<br />

in beelden en termen, die aan duidelijkheid<br />

niets te wensen overlieten de<br />

tegengestelde standpunten uiteen,<br />

van waaruit men te Genéve moest<br />

trachten te komen tot een positief resultaat.<br />

En. over dit resultaat was hij<br />

niet ontevreden, daar men een begin<br />

heeft kunnen maken aan een positief<br />

internationaal recht van informatie.<br />

Men had te maken met de opvatting<br />

van het Slavische blok op het gebied<br />

van de persvrijheid: vrijheid slechts<br />

om het publiek te waarschuwen tegen<br />

fascisme, nazisme en oorlogsgevaar;<br />

met de Amerikaanse opvatting<br />

van het „laisser faire, laisser passer".<br />

Dan was er de derde opvatting, bij<br />

welke die der Nederlandse delegatie<br />

zich aansloot: aan elke vrijheid is<br />

verantwoordelijkheid inhaerent. Dit<br />

standpunt houdt een zekere beperking<br />

in, welke de Nederlandse delegatie<br />

wilde ontlenen aan wat in 't Charter<br />

der 'U.N.O. is vastgelegd omtrent de<br />

rechten van de mens.<br />

Wij -menen, met deze hoofdlijnen te<br />

mogen volstaan. Op prettige wijze is<br />

met de inleider van gedachten gewisseld.<br />

14<br />

tiviteit als regel en ideaal zal stellen,<br />

moet voortkomen uit strenge methoden<br />

en een techniek, die zoveel mogelijk<br />

getoetst is aan wetenschappelijke<br />

werkwijzen."<br />

<strong>De</strong> heer Bret wijst erop, dat de<br />

democratie pas functionneert bij kennis<br />

van de juiste feiten en dat, als<br />

men de democratie voor een recht<br />

houdt, de kennis van het feit een<br />

ander recht is.<br />

„Of men erkent het recht van de<br />

mens om te weten wat er gebeurt,<br />

of men dwingt hem te geloven wat<br />

men hem zegt. <strong>De</strong>ze twee criteria<br />

verdelen thans onze wereld en alle<br />

mensen zullen eens moeten overgaan<br />

tot de keuze tussen die twee."<br />

Het „feit", definieert hij: „C'est<br />

simplement 1'événement". Ik meen<br />

dus dat de weergave van het feit<br />

moet zijn als de fotografie van de<br />

gebeurtenis zonder retouche. <strong>De</strong><br />

moeilijkheid, komt daarvan, dat men<br />

de weergave van feiten tot 'n winstgevend<br />

bedrijf of middel van beïnvloeding,<br />

heeft willen maken.<br />

Maar ,het werktuig heeft zijn krachten<br />

sterk verbruikt. Het verschaft<br />

noch winst noch invloed meer. Het<br />

gebruik ervan heeft volslagen achterdocht<br />

opgewekt. Bet is heus geen<br />

grote verdienste om terug te keren<br />

tot de eenvoudige eerlijkheid. Dat is<br />

namelijk de enige weg, die open<br />

blijft.<br />

Maar, zo volgt de vraag, hoe wilt<br />

U de berichtgever weerhouden van<br />

het verzwijgen van feiten of het kiezen<br />

hieruit. En hoe wilt U voorkomen,<br />

dat de feiten op hun weg van<br />

het agentschap naar de kranten in<br />

commentaren gehuld en. de strekkingen<br />

aldus vervalst' worden ? Langs<br />

een omweg komt 't antwoord: „Men<br />

werpt mij dikwijls tegen: „zuivere<br />

objectiviteit is niet te verwezenlijken."<br />

Het streven naar objectiviteit<br />

vereist een geloof in de democratie<br />

(foi civique), een zelfverloochening<br />

en een techniek, steunend op beroepsvaardigheid.<br />

Het uitgangspunt<br />

van dit streven is de aanhankelijkheid<br />

van de uitvoerders aan de gedachte,<br />

dat zij zonder commentaar<br />

WIST U DAT....<br />

= Nenni is afgetreden als hoofdredacteur<br />

van „Avanti" ?<br />

== <strong>De</strong> commissie voor de perszuivering<br />

heeft bepaald, dat gedurende<br />

tien jaar geen persorgaan mag worden<br />

uitgegeven onder de naam Rotterdams<br />

Nieuwsblad, Goudse Courant<br />

of Dordrechts Nieuwsblad en<br />

gedurende twintig jaar geen persorgaan<br />

onder de naam van Dagblad<br />

van het Zuiden, overwegende „dat de<br />

bladen zich in zeer ernstige mate aan<br />

propaganda voor nationaal-socialistische<br />

en vijandelijke denkbeelden<br />

hebben schuldig gemaakt" ?<br />

hunnerzijds, uitsluitend de feiten<br />

rapporteenden, zoals deze ontstaan<br />

door waargenomen gebeurtenissen —<br />

de visu et auditu —, maar ook zoals<br />

deze ontstaan door verklaringen en<br />

meningen, op de formele voorwaarde,<br />

dat zij hun zegsman citeren.<br />

In de weergave van tegenstellingen<br />

past het de argumenten van de<br />

twee partijen evenveel ruimte te geven;<br />

steeds dient men daarbij het<br />

essentiële van het pro en contra te<br />

zoeken. Wat de keuze van. 't nieuws<br />

betreft, deze moet alleen voorgeschreven<br />

worden door het onderscheid<br />

tussen het essentiële en het<br />

secundaire. Op dit terrein valt nog<br />

een hele techniek te perfectionneren,<br />

ja zelfs te scheppen."<br />

<strong>De</strong> heer Bret wil de naam Havas<br />

weer invoeren, ondanks de associaties,<br />

die deze naam wekt aan liet begrip<br />

reclame. „<strong>De</strong> juiste voorlichting<br />

kan slechts plaats vinden, als ze<br />

beveiligd is tegen elke mogelijkheid<br />

van pressie door de staat, de partijen<br />

of* andere belanghebbenden. Daarom<br />

kan er in de nieuwsvoorziening geen<br />

verband zijn tussen reclame en voorlichting.<br />

<strong>De</strong>ze kwestie lijkt me voorgoed<br />

afgedaan." En omdat bijna alle<br />

buitenlandse afnemers de naam<br />

Havas terugwensen, was zijn voorstel:<br />

„Institut Havas d'information".<br />

<strong>De</strong> financiering hiervan en de vrijwaring<br />

van regeringsinmenging<br />

komt aan de orde. Aangezien nieuwsverspreiding<br />

over de gehele wereld<br />

onvermijdelijk een tekort meebrengt,<br />

wil de heer Bret in de toekomst een<br />

financiering door publieke fondsen<br />

zonder inmenging van de staat. Voorlopig<br />

zou het tekort gedekt moeten<br />

worden door de kranten (die ook nu<br />

betalen) en de radioluisteraars. Een<br />

raad van trustees zal toezicht houden<br />

op de werkzaamheden van het voorgestelde<br />

Institut Hava*s, en zo nodig<br />

als tuchtrechter optreden.<br />

Het vraaggesprek eindigt: „Dit<br />

plan is werkelijk uitsluitend geplaatst<br />

op het ,,plan civique et collectif", en<br />

het belaagt natuurlijk ieder, die zich<br />

laat leiden door materiële belangen<br />

van zichzelf, een economische groep<br />

of een politieke partij."<br />

W. F. S.<br />

=2 <strong>De</strong>zelfde commissie heeft bepaald,<br />

dat gedurende vijftien jaar<br />

geen persorganen mogen worden uitgegeven<br />

onder de naam Het Dagblad<br />

"van Rotterdam, Het Dagblad van<br />

Gouda, <strong>De</strong> Dordtse Courant of het<br />

Maandagochtendblad ?<br />

— <strong>De</strong> Courant Het Vaderland, <strong>De</strong><br />

Courant Het Vaderland mag blijven<br />

heten, doch dat er geen Courant Het<br />

Vaderland meer bestaat (althans niet<br />

dagelijks-tastbaar) ?<br />

= J. M. Pattist een kwart-eeuw<br />

werkzaam was bij de N.R.C, en deswege<br />

(terecht) hartelijk is gehuldigd?


Rehabilitatie van coll R* Kiek<br />

Het door coll. R. Kiek voor het<br />

persbureau Aneta gemaakte verslag<br />

van de persconferentie, welke de<br />

Commissie "van Goede Diensten in<br />

Februari te Lake Success hield, heeft<br />

destijds, zowel in officiële als in<br />

journalistieke kringen, de gemoederen<br />

nogal in beweging gebracht. Coll.<br />

Kiek werd verweten, dat hij bij het<br />

uitbrengen van zijn verslag geen<br />

rekening zou hebben gehouden met<br />

het vertrouwelijk karakter der conferentie<br />

en bovendien de behandelde<br />

punten ten dele onjuist of zonder<br />

voldoende nuances zou hebben weergegeven.<br />

Zoals bekend, heeft de<br />

Federatie van Ned. <strong>Journalist</strong>en, gezien<br />

het bijzonder belang van deze<br />

aangelegenheid, in overleg met en na<br />

verkregen medewerking van de betrokkenen,<br />

een commissie van onderzoek<br />

ingesteld, teneinde rapport uit<br />

te brengen omtrent de journalistieke<br />

gerechtvaardigdheid van het verslag<br />

van coll. Kiek. In deze commissie<br />

namen zitting: prof. mr A.' J. P.<br />

Tammes, hoogleraar aan de Universiteit<br />

van Amsterdam, voorzitter;<br />

coll. R. W. P. Peereboom, directeurhoofdredacteur<br />

van het Haarlems<br />

Dagblad en coll. dr E. van Raalte,<br />

lid van de redactie van-de Nieuwe<br />

Rotterdamse Courant; mr A. E. van<br />

Rantwijk, secretaris van de Federatie<br />

van Ned. <strong>Journalist</strong>en, trad als<br />

secretaris van de commissie op.<br />

In haar rapport heeft de Commissie<br />

uitvoerige beschouwingen gewijd<br />

aan de vraag van de vertrouwelijkheid,<br />

en over die van de juistheid<br />

van de inhoud van het verslag;<br />

tevens heeft zij naar een verklaring<br />

gezocht van de ontstane opschudding<br />

over Kiek's verslag. Gaarne<br />

hadden wij dit belangwekkende rapport<br />

in extenso gepubliceerd; daar<br />

dit document twaalf compact getypte<br />

foliovellen beslaat, moeten wij hier-<br />

= Het Lichtspoor onder nieuwe leiding<br />

komt?<br />

= Mr. Dr. J. G. van Maasdijk persofficier<br />

wordt van Koningin Juliana ?<br />

=± En kapitein Gerand Rutten zijn<br />

huidige functie na de 'kroningsfeesten<br />

zal neerleggen?<br />

= Het bulletin van de Voorlichtingsdienst<br />

der Franse Ambassade feestelijkerwijs<br />

zijn nieuwe vorm heeft ingewijd<br />

en<br />

= de voormalige Attaché d'Information,<br />

de heer Berveiller een hoge<br />

Nederlandse onderscheiding heeft<br />

gekregen ?<br />

= Arnold (de baard) Vas Dias,<br />

N.R.C.'s correspondent in de V.S.,<br />

bestuurslid werd van de Vereniging<br />

van Correspondenten bij de V.N. ?<br />

== Het aantal betalende abonné's der<br />

Nederlandse dagbladen op 1 Juni j.1.<br />

2.846.000 bedroeg tegen 2.841.000 een<br />

jaar geleden ?<br />

= Rusland de drie intenna)tïonale<br />

conventies, .die dn April te Genève<br />

van wegens gebrek aan plaatsruimte<br />

noodgedwongen afzien en ons tot het<br />

weergeven van conclusies beperken.<br />

Wel willen wij uit het rapport nog<br />

aanstippen de door de Commissie<br />

geheel in ihet algemeen uitgesproken<br />

wenselijkheid ,,dat bij iedere persconferentie<br />

het karakter daarvan<br />

duidelijk geformuleerd worde". Gezien<br />

de misverstanden, die zich in de<br />

practijk nog wel eens voordoen,<br />

achten wij het uitspreken van deze<br />

wenselijkheid allerminst overbodig!<br />

Hier volgen dan de conclusies van<br />

het rapport:<br />

„<strong>De</strong> Commissie is van oordeel:<br />

a. dat de heer Kiek geen blaam<br />

treft als zou hij gehandeld hebben<br />

in strijd met de journalistieke<br />

ere-code door de publicatie van<br />

iets wat als vertrouwelijk („off<br />

the record") zou zijn medegedeeld<br />

en daarom niet gepubliceerd had<br />

mogen worden;<br />

b. dat de heer Kiek geen blaam treft<br />

als zou de inhoud van zijn verslag<br />

uit een oogpunt van goede, betrouwbare,<br />

weergave, onvoldoende<br />

of onjuist genoemd moeten<br />

worden.<br />

<strong>De</strong> Commissie is dan ook tot de<br />

slotsom gekomen, dat de heer Kiek<br />

het slachtoffer is geworden, buiten<br />

zijn schuld, van een ongelukkige<br />

samenloop van omstandigheden. Zijn<br />

werk en optreden als journalist zijn<br />

aan ernstige critiek blootgesteld geweest<br />

en deze critiek is ook in de<br />

openbaarheid gekomen. <strong>De</strong> Commissie<br />

heeft zich ervan overtuigd, dat<br />

voor deze critiek onvoldoende grond<br />

heeft bestaan en heeft er ook zelf<br />

geen toereikende grond voor kunnen<br />

\ inden. Men zou kuxii.en menen, dat<br />

de heer Kiek, ook in de volle overtuiging<br />

van zijn vrijheid om het ver-<br />

door de conferentie van 55 landen<br />

over de vrijheid van berichtgeving<br />

werden opgesteld, heeft verworpen?<br />

— en dat ons dit helemaal niet verbaast<br />

?<br />

= Paul de Groot als hoofdredacteur<br />

van <strong>De</strong> Waarheid moest plaatsmaken<br />

voor Fred Schooneberg en dat<br />

= deze de eerste hoofdredacteur is<br />

die zo maar Fred ;heet?, en<br />

= dat wij dit echt-plezierig-familiair<br />

vinden ?<br />

= <strong>De</strong> eis van de A'damse Off. van<br />

Justitie tegen de hoofdred. van „<strong>De</strong><br />

Nieuwe Post", L. A. Rodrigues Lopes,<br />

wegens smaadschrift jegens de<br />

Haagse politieman H. P. Huisman<br />

ƒ 500 inplaats van ƒ 250 zou zijn geweest,<br />

als verdachte niet reeds ƒ 4000<br />

aan beledigde had moeten betalen bij<br />

civiele vordering?<br />

Wanneer U dit allemaal niet bekend<br />

was, vindt U het dan niet fijn,<br />

dat wij dat allemaal voor U hebben<br />

uitgezocht ?<br />

slag aan een persconferentie van de<br />

Cie. van Goede Diensten toe te schrijven<br />

en van de feitelijke juistheid van<br />

zijn weergave en samenvatting van<br />

het gesprokene, niettemin toch eigener<br />

beweging meer indirecte, vage<br />

en diplomatieke toeschrijvingen en<br />

formuleringen had kunnen kiezen,<br />

gezien de gevoeligheid van het onderwerp.<br />

<strong>De</strong> Commissie van Onderzoek<br />

meent hiertoe te kunnen opmerken,<br />

dat het in deze de taak en<br />

de opdracht van de heer K.ek is geweest<br />

zo juist mogelijk verslag uit<br />

te brengen onder inachtneming van<br />

de publicatievoorwaarden, zoals hij<br />

deze voorwaarden had moeten verstaan.<br />

Het beleggen van deze persconferentie<br />

kan geen andere bedoeling<br />

hebben gehad, dan dat de aanwezige<br />

leden van de Cie. van Goede<br />

Diensten hun meningen op juiste<br />

wijze in de pers wilden zien weergegeven,<br />

sommige van welke meningen,<br />

enige dagen nadien nogmaals<br />

in de Veiligheidsraad publiekelijk tot<br />

-uiting zouden komen. Uit niets is<br />

gebleken, dat de aanwezige leden van<br />

de Commissie hun uitgesproken meningen<br />

op vage wijze weergegeven<br />

wilden zien. <strong>De</strong> heer Kiek had dit<br />

dus niet behoeven te doen; hij had<br />

het kunnen doen, maar hij heeft het<br />

niet willen doen wegens het belang<br />

door hem gehecht aan deze meningen.<br />

<strong>De</strong> Commissie van Onderzoek<br />

meent derhalve dat de heer Kiek hier<br />

geen verwijt kan treffen. <strong>De</strong> Commissie<br />

twijfelt alleen omtrent de<br />

vraag, of het punt van de uitbreiding<br />

van de bevoegdheden geheel<br />

adequaat is weergegeven; zij acht<br />

dit onderdeel echter zo onzeker en in<br />

eventuele toerekenbaarheid zo weinig<br />

in evenredigheid staande tot het<br />

op het werk van de heer Kiek uitgeoefende<br />

critiek,- dat de Commissie<br />

meent, dat dit onderdeel niet kan<br />

verhinderen om de schade, toegebracht<br />

aan de naam van de heer<br />

Kiek als journalist, ongedaan te maken.<br />

<strong>De</strong> Commissie wenst de resultaten<br />

van haar onderzoek beschouwd<br />

te zien als een rehabilitatie van de<br />

heer Kiek.<br />

Wegens het onrecht, dat door de<br />

bovengenoemde samenloop van omstandigheden<br />

aan de heer Kiek is<br />

aangedaan, meent de Commissie aan<br />

het Bestuur van de Federatie van<br />

Nederlandse <strong>Journalist</strong>en met klem<br />

te moeten aanbevelen, dat dit rehabiliterende<br />

rapport volledig ter kennis<br />

worde gebracht van meer personen<br />

dan het Bestuur aanvankelijk<br />

op het oog heeft gehad. Allen, die in<br />

enigerlei hoedanigheid met deze zaak<br />

in aanraking zijn gekomen, behoren<br />

van de volledige overwegingen door<br />

de Commissie eenstemmig in aanmerking<br />

genomen, te kunnen kennis<br />

nemen. Dit rapport draagt om geen<br />

reden een vertrouwelijk karakter; er<br />

wordt geen-critiek op bepaalde personen<br />

geoefend en het bevat geen<br />

aanhalingen, waarvan de bekendheid<br />

thans nog enig belang zou kunnen<br />

benadelen".<br />

15


DE FREE<br />

Nadat in uw kolommen één onzer<br />

collegae wees op de volgens hem onjuiste<br />

uitdrukking „free lancer", is<br />

„<strong>De</strong> <strong>Journalist</strong>" zo aan een schuldcomplex<br />

gaan lijden, dat onder Charivaria<br />

de uitdrukking Free Lancer<br />

vermeld wordt als „net niet Engels".<br />

Als free lancer nu kan ik niet<br />

gedogen, dat onze goede oude <strong>Journalist</strong><br />

(hij had nota bene zelf deze<br />

uitdrukking gebruikt) gaat lijden<br />

onder een misplaatst gevoel van<br />

schuld en schaamte. Daarom het<br />

volgende:<br />

Lance betekent zowel speer als ook<br />

speerdrager.<br />

Lancer duidt alléén de drager aan<br />

(lancier, Lanzer).<br />

Wil men dus een onafhankelijk<br />

man, een. vrije lansdrager of lancier,<br />

aanduiden, of overdrachtelijk, een los<br />

journalist, dan kan men zeggen hetzij<br />

free lance, hetzij free lancer. <strong>De</strong> Bengaalse<br />

lanciers hadden dus óók de<br />

Bengal Lances kunnen heten en mijn<br />

collegae kunnen dus met evenveel<br />

vrucht betiteld worden met free<br />

lancers als met free lances, eyenals<br />

men kan spreken over een gentlemans<br />

agreement en een gentlemens<br />

agreement.<br />

<strong>De</strong> uitdrukking free lance bestond<br />

echter reeds voordat men nog nooit<br />

van een krant, laat staan van een<br />

linotype, gedroomd had. Ja, de uitdrukking<br />

in haar journalistieke betekenis<br />

is waarschijnlijk volgens analogie<br />

ontstaan uit de oude betekenis,<br />

welkd was: onafhankelijk parlementslid,<br />

een „wilde".<br />

Zette ik boven uiteen, dat men in<br />

goed Engels de „r" al of niet kan<br />

gebruiken, het is idiomatisch juister,<br />

waarde collega, om de „r" wèl te<br />

gebruiken. Men spreekt n.1. algemeen<br />

in de Angelsaksische landen over onafhankelijke<br />

of wilde journalisten als<br />

free lancers, zoals U trouwens vrijwel<br />

wekelijks hebt kunnen lezen in<br />

, het vaak geciteerde weekblad, dat ik<br />

zelf graag betitel als „the best bad<br />

weekly in the world", n.1. Time.<br />

Mr. K.,<br />

free lancer.<br />

[Discipulus, door de redactie onderhanden<br />

genomen, erkende dat hij<br />

gesoesd had toen hij zijn kritiek op<br />

„free lancer" (die was blijven overstaan)<br />

niet schrapte nadat een ander<br />

er in <strong>De</strong> <strong>Journalist</strong> het zijne van had<br />

gezegd. Waarop de redactie gestrengelijk<br />

sprak: „Indignus, quandoque<br />

bonus dormitat Discipulus", hetgeen<br />

de toegesprokene des te deemoediger<br />

het hoofd deed buigen omdat hij het<br />

niet helemaal verstond.<br />

Daarna echter vatte hij moed en<br />

kwam met vele kilogrammen Universal<br />

English Dictionary van professor<br />

Wyld aandragen, waaruit hij het<br />

volgende voorlas:<br />

„Freelance, n. a (hist.) Soldier who<br />

fought as mercenary for any one<br />

who would pay him for his service;<br />

b (fig.) one who acts as his principles<br />

16<br />

LANCE(R)<br />

or inclinations prompt; one not controlled<br />

bij a particular party, or body<br />

of authority; c journalist, writer on<br />

miscellaneous subjects, not attached<br />

to a particular paper &c."<br />

— En free lancer? vroeg de redactie.<br />

— Staat er niet in, zei Discipulus,<br />

Waarop de redactie op haar beurt<br />

begon voor te lezen:<br />

„Men spreekt n.1. algemeen in de<br />

Angelsaksische landen over onafhankelijke<br />

of wilde journalisten als free<br />

lancers ...."<br />

— Wacht even, zei Discipulus. Hij<br />

graaide in een stapeltje weekbladen<br />

met blauwe omslagen en vertoonde<br />

triomfantelijk de World's Press News<br />

van 15 April 1948. — Een weekblad<br />

uit een Angelsaksisch land, als ik<br />

me niet vergis, zei hij alvorens hij<br />

begon voor te lezen:<br />

„Institute Freelances Back Merger.<br />

Reginald M. Lester, chairman of the<br />

Institute Freelance Section and<br />

member of the Council, has issued<br />

the following statement: —<br />

„Institute freelance members, have<br />

<strong>De</strong> schrobbering van de President<br />

van een Bijzonder Gerechtshof en een<br />

wrevelig stukje in ,)<strong>De</strong> Nieuwe<br />

Eeuw" van mr. v. d. Putt hebben de<br />

redactie de vraag doen stellen of de<br />

kunstbroeders met hun rechtbankverslagen<br />

op de verkeerde weg zijn.<br />

Ter verbetering, althans als punten<br />

van discussie, doet zij een paar suggestief<br />

aan de hand in de vorm van<br />

een aantal alternatieven, waarvan de<br />

uitersten elkander niet uitsluiten, en<br />

naar mijn smaak daarom liever te<br />

vermijden zijn. Aan de nationale<br />

opvoedingsdrift wordt al meer toegegeven<br />

dan menigeen lief is, terwijl<br />

het prikkelen van de sensatielüst ook<br />

al een erkende ondeugd van de pers<br />

is.<br />

Mr. v. d. Putt vraagt om meer<br />

„objectiviteit". Maar dan blijven we<br />

toch zitten met de vraag, welke<br />

objectiviteit: die van de raadsman,<br />

waarmee hij de naar de bekende<br />

formule van Trapman de subjectieve<br />

positie van verdachte'a geval beoordeelt,<br />

of die van de zaak, waarover<br />

het O.M. subjectief het oordeel velt?<br />

Of moet de verslaggever zich tenslotte<br />

vermeten aansluiting te zoeken<br />

bij de rechter, die de objectieve<br />

positie objectief te beoordelen<br />

tracht? En trouwens, waarom zou<br />

hij, bij nadere beschouwing, helemaal<br />

objectief moeten zijn? Het wil er bij<br />

mij niet in, dat een journalist de heer<br />

Rauter, ondanks de mogelijke juridische<br />

mérites van diens zaak, niet nog<br />

eens aan zijn publiek mag voorstellen<br />

al|s een weinig gevierde<br />

persoonlijkheid in den lande, zo goed<br />

als zijn collega van de toneelrubriek<br />

mag herinneren aan de geringe<br />

not, as a whole .. .."<br />

— Spaar ons de rest, wil je ? vroeg<br />

de redactie.<br />

Discipulus begon genadeloos aan<br />

een andere rubriek: „Obituary. Herbert<br />

W. Gadsden, aged 65. Born in<br />

Bournemouth, where he received his<br />

early training.... For some years<br />

he worked as a freelance ...."<br />

<strong>De</strong> rbdactie is' atilletjes weggegaan;<br />

Discipulus leest vermoedelijk nog, de<br />

man is ietwat hardnekkig. Tussendoor<br />

heeft hij tijd gevonden om de<br />

redactie op te bellen met de mededeling<br />

dat „a free lance is a gentleman<br />

who may be described as one<br />

who was once a reporter, but who<br />

now only works when the right thing<br />

tumbles his way and when he has no<br />

beer into which to dip his beak" —<br />

waarop de redactie hem vroeg of dit<br />

citaat (uit F. J. Mansfield: Gentlemen,<br />

the Press!) persoonlijk bedoeld<br />

was.<br />

— Persoonlijk tegen wie? vroeg<br />

hij. Hij was de aanleiding van zijn<br />

opzoekingen al lang vergeten.<br />

Overigens kan die definitie niet op<br />

mr. K. slaan, want die is free lancer<br />

(met een R). En hij zal óók wel gelijk<br />

hebben, want hij leest Time.]<br />

Over Rechtbankverslagen<br />

zedelijke voortreffelijkheid van de<br />

heer Macbeth. Nu we van Huizinga<br />

weten, dat ook de openbare strafzitting<br />

een spel is, geloof ik, dat we<br />

het verschil niet zo scherp mogen<br />

stellen. En zomin t als er een vast<br />

schema bestaat voor de toneelbespreking,<br />

zomin is er, dunkt me,<br />

een voor het rechtbankverslag. Of<br />

het moest dat zijn van het wetboek<br />

van strafvordering; een nauwelijks<br />

volmaakt en zeker een saai schema.<br />

Een schema nochtans, dat de<br />

rechtbankverslaggever moet kennen,<br />

zo goed als de toneelcriticus het<br />

schema van het klassieke drama<br />

kent. En daar is het, naar het me<br />

voorkomt, dat de schoen wringt, die<br />

President en verdediger zulke lelijke<br />

gezichten deed trekken. Ik geloof<br />

niet, dat mr. v. d. Putt er principieel<br />

bezwaar tegen kan maken, wanneer<br />

een journalist hem zegt: „Alles bij<br />

elkaar genomen vind ik uw cliënt<br />

toch maar een nare jongen". Wanneer<br />

hij evenwel in zijn krant leest,<br />

dat een of andere verdachte een<br />

gitzwarte ziel heeft, zal hij terecht<br />

boos worden. Hij wenst namelijk niet<br />

bedot te worden. <strong>De</strong> verslaggever nu,<br />

die zulke dwaze dingen neerschrijft,<br />

doet dit uit ondeskundigheid.<br />

Het gaat er namelijk niet op dè<br />

eerste plaats om, of een verdachte<br />

een nare jongen is; het gaat erom, of<br />

het gedrag van verdachte strafbaar<br />

is naar bepaalde rechtsnormen. Die<br />

gedraging van verdachte wordt in het<br />

algemeen ter openbare terechtzitting<br />

ampel besproken, doch de verslag-<br />

(Sldt op pag, 19)


VAN ALLERLEI KANTEN EN KRANTEN<br />

BAARDEN OF JOURNALISTEN<br />

The Foreign Press News<br />

is het gestencilde maandblad van de<br />

(New Yorkse) Foreign Press Association<br />

(pres.: onze landgenoot Simon<br />

Koster; lid van het bestuur o.a.:<br />

onze - landgenoot Fred Vas Dias).<br />

Ons bereikte het Mei-nummer van<br />

dit blad, waarin een artikel <strong>Journalist</strong>s<br />

and Beards, geschreven door<br />

N.R.C.'s Arnold Vas Dias, zelf een<br />

baardman van-uw-welste. Wij nemen<br />

dat gehele stuk over, voorzien van<br />

een (daarin voorkomend) portret<br />

van de schrijver, getekend door de<br />

befaamde Hongaar Kelen:<br />

JOURNALISTS AND BEARDS<br />

by Arnold Vas Dias<br />

In an unguarded moment J promised<br />

the untiring editor of THE<br />

FOREIGN PRESS NEWS a contribution<br />

on „The Beard in Journalism'".<br />

I did not realize what I let myself<br />

in for. This subject is too "vast —<br />

and too important — to be treated<br />

in a superficial and, may be, flippant<br />

manner. Contrary to my friends and<br />

to my detractors, who like to use<br />

the beard as an element for ridicule,<br />

I take my beard seriously. It has<br />

been my mainstay in times of stress,<br />

the firm rock (covered by fertile<br />

vegetation) on which my reputation<br />

has been built.<br />

Several other members of the<br />

Dutch journalistic community bear<br />

the same last name as myself and<br />

any reference to my person is always<br />

accompanied by a graphic description:<br />

"Vas Dias, you mean the man<br />

with ....", here the hand is brought<br />

toward the chin in a waving movement.<br />

"Yes, yes", is the reply and<br />

another hand is raised, making a<br />

stroking movement along both<br />

cheeks. It is the same kind of<br />

compelling gesture, which underlines<br />

the description of a spiral staircase.<br />

"The Beard in Journalism" can<br />

only be the subject for a book, which<br />

I yet hope to write when I shall<br />

have retired from active newspaperwork.<br />

I shall dedicate it to Reuters'<br />

Michael Fry, that brilliant<br />

young journalist who, some months<br />

ago, saw the light and whose steadily<br />

maturing beard — although not yet<br />

quite in its full flowering — has<br />

already made its mark in the lounges<br />

and at the bars at Lake Success and<br />

Flushing. He readily recognizes that<br />

he found inspiration in my example.<br />

He calls me reverently: "My Master".<br />

I have trained many young journaliats<br />

in my time, but none of them<br />

ever showed such a degree of vener­<br />

ation. This proves what the beard<br />

can do.<br />

The present article can, therefore,<br />

only raze the surface of this engrossing<br />

subject. In my book I shall surely<br />

treat of illustrious precursors. There<br />

was a time when the editor of any<br />

well established newspaper, whose<br />

opinions were held in great esteem,<br />

had to have a beard. The beard<br />

stood for- well-founded views, for<br />

stability and ripeness. That was the<br />

time when readers first opened their<br />

papers at the editorial page, when<br />

leading articles made news. Now'the<br />

newspapers, edited by beardless indi-<br />

Arnold Vas Dias<br />

viduals, seek their strength in facts,<br />

as bare and naked as the chins of<br />

the journalists, who are supposed to<br />

marshall them.<br />

There are few great newspapers<br />

on which bearded journalists have<br />

not left their mark. I like to remember<br />

my good friend Frederick Birchall,<br />

who contributed so greatly to<br />

building up the world news service<br />

of the New York Times. Was<br />

it not because he gave free, though<br />

well-clipped, scope to all the hairs<br />

that are fit to grow, that he was so<br />

successful in gathering in the capitals<br />

of Europe all the news that is fit to<br />

print ?<br />

Who can say how much the<br />

Christian Science Monitor<br />

has owed to Sisley Huddleston's<br />

beard? And, coming to British journalism,<br />

dit not George Slocombe's<br />

red beard become one of the land­<br />

marks of Paris? In Dutch journalism,<br />

too, we had a famous redbeard<br />

in the person of J. C. Schroder, a<br />

much read commentator and much<br />

feared theatrical critic, whose nomde-plume,<br />

Barbarossa, made many a<br />

playwright and actor or actress<br />

miss a heartbeat.<br />

I have some hesitation in dealing<br />

with the case of Wickham Steed. His<br />

was a timorous approach, it was a<br />

beard and yet not a beard, a compromise<br />

which made one doubt<br />

whether he had the full courage of<br />

his convictions. In fact, there was a<br />

suggestion that he was trying to<br />

split hairs.<br />

It is true that some- journalists<br />

have made a success of their career<br />

and a mark on their profession without<br />

this adornment, which James<br />

Reston in a historic article on the<br />

San Francisco conference once called<br />

"magnificent". A spiteful colleague<br />

suggested that in this category I<br />

should mention in the first place<br />

Madame Tabouis. This, I think, is<br />

ungenerous. Let us leave the ladies<br />

out of this, they surely are ' hors<br />

concours". Confining myself to men,<br />

I am willing to concede that some<br />

beardless correspondents did not do<br />

too badly. But who can tell how<br />

much better they would have done<br />

if only they would have sported this<br />

additional attraction? Dit not<br />

Hemingway and Steinbeck find it<br />

an indispensable attribute to the<br />

make-up of a war correspondent?<br />

In my experience the beard has<br />

proved its worth. It made people<br />

remember me and single me out<br />

where other colleagues went unnoticed.<br />

At least two British Prime<br />

Ministers gave me their confidence<br />

because of it.<br />

When the ill-fated World Economic<br />

Conference was assembled in London,<br />

the British government gave a reception<br />

for the delegates in-Lancaster<br />

House. It was a dazzling affair. At<br />

the head of the monumental staircase<br />

stood Prime Minister Ramsay Mac-<br />

Donald, flanked by his daughter<br />

Ishbel, receiving the thousands of<br />

guests, shaking hands, uttering formal<br />

greetings until I came<br />

within his field of vision. I could see<br />

his face reflect his innermost<br />

thoughts. They must have been<br />

something like this: "I have seen<br />

this man before. Who the devil is<br />

he ? He looks like somebody. I m u s t<br />

know him!" And so, to cut the<br />

dilemma short and be sure to do the<br />

right thing, he advanced with outstretched<br />

hands two steps down the<br />

17


stairs, took both my hands in his<br />

and, with a great show of cordiality,<br />

exclaimed: 'How do you do!" Later<br />

he must have realized that this exuberance<br />

on his part was not called<br />

for, but he has never forgotten me<br />

since.<br />

And there was Winston Churchill.<br />

That was during an election campaign<br />

in the thirties when the principal<br />

plank in his program was antibolshevism.<br />

Three of us, foreign<br />

correspondents, decided to follow<br />

Churchill during a night of campaigning.<br />

It was, I must own, a<br />

remarkable combination: Svenska<br />

Dagbladet's Eric Swenne, tall,<br />

lank, fair, and very Scandinavian;<br />

A. B. C. ' s Pedro Castro, Spanish,<br />

dark en somehow sinister looking;<br />

finally your bearded Hollander,<br />

whose black frontispiece was plastered<br />

all over his front-page. Together,<br />

armed with bulging briefcases<br />

which might have contained<br />

anything — even bombs, we could<br />

not fail to attract attention.<br />

Churchill was campaigning in his<br />

Epping district, which is partly rural<br />

and partly London suburban. He<br />

held three meetings that night. The<br />

first was in an outlying villageschool.<br />

Here we made a spectacular<br />

entry, when he was already addressing<br />

his constituents, making the<br />

blood of placid farmers and old<br />

maids curdle. He gave us one black<br />

look and went on. At the secondmeeting,<br />

where we followed him by<br />

car, we were already In our seats on<br />

a front bench, when Churchill appeared<br />

on the platform. Another<br />

grim look in our direction. When at<br />

the third meeting our mysterious<br />

trio bobbed up again, it became too<br />

much, even for such a seasoned<br />

campaigner as Winston. While the<br />

chairman introduced the speaker to<br />

this torbulent meeting in the heart<br />

of industrial London, Churchill bent<br />

over to his secretary and whispered<br />

something in his ear.<br />

Duly his emissary arrived. Would<br />

we mind telling who we were? The<br />

message, with which the secretary<br />

returned, clearly brought much relief<br />

to the candidate, who with his accustomed<br />

gusto threw himself into<br />

the fray and, within ten minutes,<br />

forced an uproarious audience to<br />

silence and rapt attention. Meanwhile<br />

the emissary had come back<br />

to us. Would we accept Mr. Churchill's<br />

invitation to join him, after the<br />

meeting, in his temporary home in<br />

Epping Forest? Of course we would<br />

be delighted.<br />

It was a long drive at the hour<br />

of midnight through the dark lanes<br />

of tjhe forest. Finally we arrived<br />

before a stately mansion in the<br />

woods. Churchill, who had stepped<br />

out of his car, was waiting for us on<br />

the portico. There were smiling<br />

introductions, followed by cocktails<br />

18<br />

inside. A candlelight supper round<br />

an oval table, with Churchill's<br />

daughter Sarah as hostess, ensued.<br />

For a long time we remained<br />

talking over our brandies, served in<br />

huge bowls, and Churchillian cigars.<br />

Winston was in one of his best<br />

moods. . He painted an engrossing<br />

picture of the political situation at<br />

home and the international stresses<br />

abroad, highlighted by an inexhaustible<br />

store of anecdotes. It was a rare<br />

feast for a journalist. When we got<br />

back to Whitehall, Big Ben struck<br />

four.<br />

I am inclined to believe that the<br />

peculiar combination of our incongruous<br />

types made that singular<br />

impression, which prompted Churchill<br />

to get to the bottom of what we<br />

were and why we followed him like<br />

shadows.<br />

But my friends disagreed. "Arnold",<br />

they said, "we have your<br />

beard to thank for this".<br />

So here you have an illustration<br />

of the role of the beard in journalism.<br />

Some think that they can do without<br />

it. Well, let them. I shall not discourage<br />

their views, for it is the<br />

lone beard which is most effective.<br />

I know what I owe to it. I shall<br />

never shave it off.<br />

PLUIMPJE (I)<br />

Het Lichtspoor schreef:<br />

VER de aanwezigheid van de vele<br />

O voorlichtingsdiensten is menig<br />

woordje gesproken en geschreven;<br />

in het eerste na-oorlogse jaar vaak<br />

in niet-prijzenswaarójige bewoordingen.<br />

Als paddestoelen uit de grond verrezen<br />

na de bevrijding voorlichtingsen<br />

persdiensten, die ieder door het<br />

uitschrijven van een ,,persconferentie"<br />

van hun — vaak nutteloos —<br />

bestaan blijk wensten te geven. Aan<br />

het einde van zo'n bijeenkomst werd<br />

dan een gestencild communiqué aangeboden,<br />

waaruit dan ten overvloede<br />

duidelijk bleek, dat de gehele persconferentie<br />

overbodig was geweest.<br />

Particuliere instellingen volgden dat<br />

voorbeeld van de overheid en „concurreerden"<br />

door het aanbieden van<br />

uitgebreide lunches, borreluurtjes, en<br />

wat dies meer zij.<br />

In de loop der na-oorlogse jaren is<br />

gelukkig — door ingrijpen van de<br />

Nederlandse <strong>Journalist</strong>enkring — veel<br />

gereorganiseerd en verbeterd: tal<br />

van overheids- en particuliere persdiensten<br />

en -dienstjes zijn verdwenen<br />

en de thans nog bestaande voorlichtingsorganen<br />

leggen veelal op<br />

lofwaardige wijze getuigenis af van<br />

de opvatting hunner taken.<br />

In het bijzonder willen wij de aandacht<br />

vestigen op de Legervoorlichtingsdienst,<br />

die door het organiseren<br />

van de legertentoonstelling op voortreffelijke<br />

wijze het begrip „voorlichting"<br />

tot uiting heeft gebracht. Van<br />

de „Sherman-tank", die — zoals al­<br />

les op deze expositie — van onder tot<br />

boven en van buiten tot b'innen bekeken<br />

kan worden, tot de dagelijkse<br />

broodbelegging van de soldaat toe<br />

wordt getoond. Onvolkomenheden<br />

worden ronduit erkend; soms is de<br />

oorzaak van een misstand geld-,<br />

soms materiaalgebrek, maar ook<br />

worden zonder meer klachten geaccepteerd<br />

en voor verbetering genoteerd.<br />

Voorlichting op deze wijze billijkt<br />

niet alleen het bestaan van een voorlichtingsdienst<br />

als die van ons leger,<br />

doch bewijst de noodzakelijkheid<br />

daarvan. Hetgeen nog niet van alle<br />

persdiensten kan worden gezegd!<br />

Ter navolging dus!<br />

Ni.<br />

PLUIMPJE (II)<br />

In de memorie van antwoord betreffende<br />

de begroting 1948 van het<br />

ministerie van Algemene Zaken<br />

komt o.m. ter sprake het werk van<br />

de commissie-Van Heuven Goedhart<br />

inzake de regeringsvoorlichtingsdienst<br />

en de persdiensten der departementen.<br />

Volgens de memorie stelt<br />

de later ingestelde ambtlijke reorganisatie-commissie<br />

voor, het voorlichtingsbeleid<br />

omtrent de verschillende<br />

takken van overheidsdienst<br />

onder de verantwoordelijkheid der<br />

onderscheiden ministers te doen<br />

vallen.<br />

Wat de kostenbecijfering betreft,<br />

kwam de ambtelijke reorganisatiecommissie<br />

tot veel gunstiger resultaten<br />

dan de commissie-Van Heuven<br />

Goedhart. Becijferde deze een bedrag<br />

van ruim negen millioen plus enkele<br />

memorieposten voor het begrotingsjaar<br />

1946 en meende zij een tendenz<br />

tot stijging waar te nemen, de reorganisatiecommissie<br />

heeft alles overgecijferd<br />

en is tot de conclusie gekomen,<br />

dat ondanks twee salarisverhogingen<br />

de kosten met bijna twee millioen<br />

waren verminderd. Volgens haar<br />

komen de totale kosten aan voorlichting<br />

in de strikte zin van het woord<br />

slechts op ruim drie millioen. Verder<br />

becijferde zij de verhouding tussen de<br />

kosten voor de buitenlandse en voor<br />

de binnenlandse voorlichting niet op<br />

2 : 7 gelijk de commissie-Van Heuven<br />

Goedhart meende, doch op 3:2.<br />

Ernstige klachten over de regeringsvoorlichtingsdienst<br />

hebben de<br />

regering niet bereikt; integendeel<br />

constateert de minister van Algemene<br />

Zaken, na de reorganisatie, een toenemende<br />

waardering voor het werk<br />

van de regeringsvoorlichtingsdienst.<br />

PLUIMPJE (III)<br />

Het is nu eenmaal zo, dat <strong>De</strong> Gooien<br />

Eemlander (zo schrijft <strong>De</strong> Gooien<br />

Eemlander) redactioneel niet<br />

onder doet voor de z,g. grote bladen<br />

en zulks nog wel ondanks alle zuiveringsmanipulaties,<br />

die .ons blad heeft<br />

meegemaakt en waarvan sommige<br />

bladen om voor ons niet Iheldere<br />

redenen gevrijwaard zijn gebleven. <strong>De</strong><br />

vrucht van onze uitstekende redact!»


weerspiegelt zich duidelijk in de<br />

dagelijkse groei van onze lezerskring.<br />

(WIT) PLUIMPJE (IV)<br />

„As a journalist I salute him for<br />

having produced a newspaper which<br />

is among the 12 greatest newspapers<br />

in the world, although near the hottorn<br />

of the list. As a Britisher, I<br />

would not weep if he got caught up<br />

in his own presses and added a fifth<br />

colour to the cartoons."<br />

(Beverly Baxter, MP, over<br />

Robert Mc.Cormick, directeur<br />

Chicago Tribune).<br />

ROBOT NODIG?<br />

Telephonoigraphy is a word which<br />

appears likely to come into the average<br />

vocabulary goon through the inventive<br />

powers of Willi Mueller, a<br />

German-born Swiss expert in the<br />

science. When he -leaves for New<br />

York this month he will take with<br />

him plans for the commercial development<br />

of his "Notaphonie", 'an instrument<br />

which combines the functions<br />

of telephone and phonograph<br />

for the purpose of talking messages<br />

in the subscriber's absence.<br />

Writing to World's Press News<br />

Frederick Sands describes the ad>vantages<br />

the Notaphone would have<br />

for a newspaperman. He hired such<br />

a machine after it had been demonstrated<br />

in Switzerland and refers to<br />

it now as his "robot secretary." The<br />

Notaphone answers all telephone<br />

calls if the receiver has not been lifted<br />

after three rings, takes whatever<br />

messages are dictated to it, recording<br />

them on a 12-inch disc with a<br />

capacity of nearly half an hour, and<br />

will then play them back in response<br />

to a secret code known only to its<br />

owner. The owner may phone his<br />

own office and by uttering a code of<br />

vowel sounds have 'the recording<br />

played back to hitm.<br />

Earlier technical achievements in<br />

this field have failed in a commercial<br />

sense because of high rental and installation<br />

costs, (but the (Mueller machine<br />

is expected to be within reach<br />

of average incomes. Mr. Sands says<br />

the cost of his robot secretary is<br />

about 2 guineas a month.<br />

R.D.B.<br />

Dat waren de initialen van Ralph<br />

D. Btamenfeld, onlangs overleden,<br />

voonmalïg hoofdredacteur van de<br />

(Londense) Daily Express. — Dit<br />

schrijft Roy Johnson over hem in<br />

Inky Way Annual:<br />

"To the young journalist of today<br />

he is merely a name; to the old<br />

hand, a happy memory. To Fleet<br />

Street he is, and ought to foe, a tradition;<br />

so much that is good about<br />

the profession of journaMsim—and<br />

nothing that is bad about it—derives<br />

from him.<br />

"That phrase 'the profession 1 of<br />

journalism' is not to him a vain and<br />

bombastic piece of self-assertion. He<br />

envisages a journalist as a man or<br />

woman with this equipment: Sound<br />

and thorough education; knowledge<br />

of life; wit, and, if possible, humour;<br />

a keen but kindly scepticism—a<br />

swift perception of the bogus, whether<br />

in a person or in a story; social<br />

an!d (mental culture; practical knowledge<br />

of every technical stage in the<br />

making of a newspaper; and, of<br />

course, a flair for mews.<br />

"These were the qualities he required<br />

of his men. He did not mind verymuch<br />

in what order they were acquired<br />

... .<br />

Set Type<br />

"R.D.B. himself .had learned his alphabet<br />

by setting it in type, in the<br />

composing room of the rustic newspaper<br />

his father edited and printed.<br />

He learned world geography by sending<br />

news despatches at 40 words a<br />

minute as stand-in for the local telegraph<br />

clerk. Between times he read<br />

everything he could lay his hands, on,<br />

from Marx to Thackeray. Be could<br />

not only sell a 'Linotype machine, he<br />

could erect lone. (His only 'deflection<br />

from journalism was a lucrative spell<br />

at this; but when Alfred Harmsworth<br />

called him, from the adjoining<br />

chair in Carter's hairdiressing saloon,<br />

to come back to the craft and be<br />

news editor of the Daily Mail, he<br />

recanted gladly.)<br />

"After .two years (19O0-2) at Carmelite<br />

House he came to Shoe Lane<br />

to edit the Daily Express, gathered<br />

his mixed crew and 'made them the<br />

happiest ship Fleet Street has ever<br />

known.<br />

"He proved himself the finest<br />

journalist of his day. It is a tenable<br />

opinion—I, for one, hold it—that<br />

Fleet Street has never seen his equal.<br />

He knew more people, and more secrets,<br />

than any man in the newspaper<br />

world. He was the Ambassador<br />

of Journalism; the best [Public Relations<br />

Officer the Press has ever<br />

had<br />

"I think R.D.B. was outstanding<br />

for four reasons.<br />

'IHe had the keenest sense of prestige.<br />

Salisbury's biting comment on<br />

the Daily Mail—'a paper written by<br />

office boys for office boys'—was unjust<br />

and untrue; but it stuck. R.D.B.<br />

meant to make sure it never stuck to<br />

the Daily Express. He chose men<br />

who would be 'in the picture' as he<br />

always was himself; whether the<br />

picture was Lansdowne House or<br />

Llmehouse.<br />

"He treated 1 his readers with the<br />

same tact as he treated his guests.<br />

He did not instruct them. Still less<br />

did he take the line 'Let us find out<br />

about this together.' He assumed they<br />

knew—as, of course, the Daily Express<br />

did. If they did not, how flattering<br />

to foe reminded, as if you did.<br />

' "He could discern a faker—social,<br />

political, philahthropical or journalistic<br />

— with the shrewdness' of<br />

a beagle. However clever their piece,<br />

fakers did not iget into the Daily Express;<br />

or, if they did, they were<br />

sorry. He was as canny with a fake<br />

story<br />

"Finally, R.D.B. was as kind as an<br />

editor as he was as a man. He shot<br />

no lines about the sacred duty of<br />

printing all the news. 'Take that bit<br />

out. That girl's really nothing to do<br />

with the ease, and it'll only upset<br />

her. Yes, I know. It does brighten<br />

'the story. All the same, cut it out.'<br />

"Happy memories, R.D.B.! Fleet<br />

Street owes you more than it<br />

knows."<br />

OVER RECHTBANKVERSLAGEN<br />

(Slot van pag. 16)<br />

gever zal er goed aan doen in alle<br />

bescheidenheid te bedenken, dat<br />

rechter, O.M. en verdediger door<br />

bestudering van persoon en dossier<br />

van verdachte in die gedraging een<br />

beter inzicht hebben dan hij. Eén<br />

weinig kennis van de criminologie,<br />

samen met de beroepsmatige oplettendheid<br />

en snel verwerken der<br />

gegevens, zou hem die voorsprong<br />

enigszins doen inhalen.<br />

Ook enige bekendheid met de<br />

normen, waarnaar en volgens welke<br />

die gedraging getoetst wordt, zou de<br />

verslaggever niet ontsieren. Hij zou<br />

dan bijvoorbeeld weten, dat de verdediging<br />

in onze rechtspleging een zo<br />

wezenlijk deel uitmaakt, dat het<br />

weglaten ervan uit een rechtbankverslag<br />

een even grote dwaasheid is<br />

als het weglaten van de hoofdrol uit<br />

de „Lucifer", uit zedelijke verontwaardiging<br />

over diens wangedrag.<br />

<strong>De</strong> verslaggever, die min of meer<br />

deskundig is, zal zulk een blunder<br />

niet begaan; ook als hij tenslotte<br />

de partij van het O.M. kiest. Hij zal<br />

dan ook aan andere blunders ontkomen;<br />

van de kleine onzin om het<br />

O.M. een straf op te laten leggen<br />

— zulke dingen staan er soms in<br />

kranten! — tot de ten top gevoerde<br />

belachelijkheid om een verdediger,<br />

die — en hoe voortreffelijk soms —<br />

zijn vaderlandse plicht staat te vervullen,<br />

aan te vallen. Zulke dingen<br />

zijn weinig geschikt om bij het publiek,<br />

dat ook niet helemaal van<br />

gisteren is, de eerbied voor het<br />

krantenvak op te wekken.<br />

Geloof ik dus niet aan de „objectie<br />

viteit" van mr. v. d. Putt, noch aan de<br />

vaste regels, die de redactie voor het<br />

rechtbankverslag zoekt, wel meen ik,<br />

dat enige deskundigheid de bezwaren<br />

kan wegnemen, die tegen de verslagen-<br />

van sommige strafzittingen<br />

terecht worden aangevoerd. En hoe<br />

meer eigen oordeel, hoe meer deskundigheid.<br />

Helaas zou ik niet weten, waar de<br />

minder ervaren journalist die zou<br />

moeten halen; of het zou uit de gebruikelijke,<br />

te uitvoerige handboeken<br />

moeten zijn. Misschien schrijft eens<br />

een oudere vakbroeder het handige<br />

boekje, dat de jongere collegae<br />

wegwijs maakt in de belangrijkste<br />

problemen van strafrecht, strafprocesrecht<br />

en criminologie. Of is het<br />

iets voor'de bekende strafpleiter mr.<br />

v. d. Putt, om daarmee de journalistiek<br />

een dienst te bewijzen ?<br />

mr. W. S.<br />

19


Lagere school<br />

CHARIVARIA<br />

D» IJffeltoren in stroomlicht.<br />

(Alg. HM.)<br />

<strong>De</strong>ze dappere mannen, die eens hun<br />

leven en gezondheid feil hadden voor<br />

Nederland. (Voorwaarts).<br />

Een deel van de pers is daarvan blijkbaar<br />

zo verschrikt (N.R.C.).<br />

Parijs' commentaar (Elsevier).<br />

Voorbereidend hoger onderwijs<br />

<strong>De</strong> Volkskrant heeft in de zesde<br />

druk van de Winkler Prins verschillende<br />

„ïapsi" ontdekt. Na de va-,<br />

cantie zal ze aan de vierde declinatie<br />

heginnen.<br />

„Melk voorlopig vrij' , kondigde<br />

Het Vrije Volk aan en zijn tekenaar<br />

zette daarbij een melkfles met het<br />

opschrift VRY. Waarschynlyk volgde<br />

hy tydelyk de schryfwyze van wylen<br />

Multatuli.<br />

Hetzelfde blad beschrijft 't afscheid<br />

van een hoogste klas lagere school:<br />

afscheid van de school en van de<br />

ïïl&GStGr •<br />

Drie jaar zijn ook zij samen opgetrokken<br />

<strong>De</strong> meester kent zijn kinderen ....<br />

<strong>De</strong> meester heeft over enkele weken een<br />

nieuwe derde klas.<br />

Hoeyeel klassen heeft een lagere<br />

school ?<br />

Trouw aan de naamvals-n<br />

waarin hij den nabestaanden de<br />

verzekering gaf dat, dank zij den goeden<br />

zorgen van den directeur.... — wu zijn<br />

onzen doden onwaardig.<br />

.... tot in het vrouwelijke<br />

Wh vlogen bij helderen maan hoog<br />

over de stad. (Trouw).<br />

Na vijf jaar Duits<br />

Een plicht die een actieve stellingname<br />

vereist. (Alg. Hbl.).<br />

Opname van gedemobiliseerden in het<br />

•^reSEJSSSSi- door generaal<br />

«gSFSJEFSttf voorstellen de<br />

besprekingen doorkruiste. (Alg. HblJ.<br />

Wij zijn vóór gelijkberechtiging. (Tijd).<br />

In toneelmatige vorm. (Tijd).<br />

Het personeel, dat verschillende rijksdiensten<br />

afstoten. (Volkskr.).<br />

Het beste is hij er aan toe, die zich<br />

de baan zoekt, die hem het b^ 1 ^*;^.<br />

<strong>De</strong> zaak is al misselijk genoeg. (Tijd).<br />

Een verdwijnende minderheid.<br />

Een uitputtende opsomming.<br />

<strong>De</strong> margarine-industrie zal haar belangen<br />

veilig gesteld zien. - Een ordening<br />

die de waarachtige vrijheid veiligstelt.<br />

Het karakter van raamwet. (Parool).<br />

Veesmokkel ontdekt. (Tijd).<br />

Veesmokkel per pantserauto. (Trouw).<br />

Het betreffende artikel. (Alg. Hbl.).<br />

<strong>De</strong> betreffende socialistische verklaring.<br />

(Volkskr.).<br />

Nederland, we voelen het dagelijks, is<br />

niet meer „steenrijk". (Volkskr.).<br />

Dit is daarom belangrijk, omdat<br />

(Volkskr.)<br />

Even later vraagt de president: lag er<br />

een gerechtelijk vonnis voor? (Alg. Hbl.).<br />

<strong>De</strong> z.g. Woltersomse organisaties.<br />

(schrijft de Voskuilse krant).<br />

Tussen de perioden van zaaien, ver-<br />

20<br />

plegen en oogsten heeft de kleine boer<br />

weinig te doen. (Parool).<br />

Een aardigheid, die de Duitsers eerst<br />

recht arm zal maken. (Elsevier).<br />

Toen wilde het eerst recht niet meer.<br />

(Parool).<br />

Dora Paulsen is een vrouw, die— de<br />

zin van een tekst moeiteloos over hét<br />

voetlicht weet te brengen. (Parool).<br />

Da stellt ein Wort<br />

zur rechten Zeit sich ein<br />

<strong>De</strong> E.H.B.O.'ers zullen zich instellen<br />

voor de Roode-Kruis-Campagne.<br />

, (Trouw)<br />

Het Parool vindt dat Dora Paulsen<br />

„liever in zuiver Duits dan in gebroken<br />

Nederlands" zou moeten<br />

zeggen. wat zij te zeggen heeft.<br />

Discipulus denkt wel eens hetzelfde<br />

van sommigen onder zijn collega's.<br />

Engels<br />

<strong>De</strong> vraag is hoe dit precies uit te vin-,<br />

den. — Gallup vond dit uit. (Trouw).<br />

Een tripartite conferentie. (N.R.C.).<br />

<strong>De</strong> editorialist van het Eindhovensch<br />

Dagblad. (Spectator).<br />

En al moet het bedrijfsleven dan nog<br />

,,organisatie-minded" worden (Parool).<br />

<strong>De</strong> Belgische liberalen realiseren zich<br />

gevaren voor de monarchie. (N.R.C.).<br />

dat de huidige impasse nauwelijks<br />

veel langer kan duren. (N.R.C.)<br />

Voorstel Baiidoengconferentie voor<br />

overgangsbestuur. — Bondowoso-transport<br />

voor de krijgsraad. (Vrije Volk).<br />

Operatie broodwinner. (Groene).<br />

Een straat met nondescript© huizen.<br />

(Elsevier).<br />

Daar hebben we in Nederland nu practisch<br />

veel te veel van. (Volkskr.).<br />

Accoord.<br />

Geen Engels<br />

Happy ending. (Elsevier).<br />

Frans<br />

Britten heeft een muziek doen klinken<br />

van ontroerende schoonheid; soms<br />

is deze muziek van een sombere grootheid.<br />

(Vrije Volk).<br />

Half Duits, half Engels<br />

<strong>De</strong> zware dieptrommen van de Arnhem-band.<br />

(Volkskr.).<br />

Half Duits, half Frans<br />

Het zijn alleen de geschoolde krachten,<br />

die nog behoorlijke kansen krijgen.<br />

Hachelijk experiment<br />

dat de door hem behandelde instrumenten<br />

— wat klankzuiverte betreft<br />

— die van Stradivari evenaren. (Parool).<br />

Als de speelbaarte van het instrument<br />

er nu maar niet onder geleden<br />

heeft.<br />

Hogere literatuur<br />

<strong>De</strong> zondoorschoten aula van het Velsense<br />

crematorium. (N.R.C.).<br />

<strong>De</strong> vrouw die voor hem d e vrouw versymboliseert.<br />

(Ned. BiM.).<br />

<strong>De</strong> schrijver verinterpreteert hiermee<br />

natuurlijk alleen zijn eigen<br />

opvatting.<br />

Hogere meetkunde<br />

<strong>De</strong>kens van langwerpig vierkante<br />

vorm. (Elsevier).<br />

In tegenstelling tot kleedjes, die<br />

soms ovaal rond zijn.<br />

Hogere rekenkunde<br />

<strong>De</strong> statistiek leert ons voorts dat er<br />

nog geen duizend Nederlanders in Paramaribo<br />

verblijven (700 mannen en 350<br />

vrouwen). (Oost en West).<br />

Hogere physiologie<br />

Hersenen, niet op de hoogte van<br />

E.H.B.O., kunnen deze methode gemakkelijk<br />

nadoen door afkijken.<br />

(Ned. Rode Kruis).<br />

Het dwaselijke adjectief<br />

Geen waarlijke verzetslieden. (Elsevier).<br />

Onze regering bewijst haar waarlijke<br />

progressiviteit. (Vrije Volk).<br />

<strong>De</strong> bezittende klassen<br />

Een vak waarvan zelfs de primitiefste<br />

volken enige kennis bezaten. — Doornspij<br />

k bezit een fabriek voor het drogen<br />

van kruiden. — <strong>De</strong> kruidenzoeker moest<br />

de onverklaarbare eigenschap bezitten.<br />

(Parool).<br />

Het geheel bezat routine. (Elsevier).<br />

Mislukte poging<br />

Ik had getracht vrij zuiver in te stellen.<br />

(Elsevier).<br />

Discipulus heeft tevergeefs getracht<br />

zich zuiver voor te stellen<br />

wat de schrijver nu eigenlijk gedaan<br />

heeft.<br />

Nog een mislukte poging<br />

Het chic Ostende. (Volkskr.).<br />

Discipulus gaat liever naar het<br />

coquet Le Coq.<br />

Het halve woord<br />

Een goed verstaander heeft maar een<br />

half woord nodig: uranium. (Volkskr.).<br />

Hoe luidt de'andere helft?<br />

Mulder, wiens kind twee dagen' na zijn<br />

arrestatie geboren werd en dat hij nog<br />

nooit had gezien<br />

Dit zinnetje, welks stijl miserabel<br />

is en die ik daarom moet veroordelen,<br />

stond in Het Vrije Volk.<br />

In wat?<br />

<strong>De</strong> trailer werd doormidden gereden,<br />

waarbij de cabine in tact bleef.<br />

Kecept<br />

Men neme:<br />

vlees,<br />

bloed,<br />

vakmanschap,<br />

en spanning,<br />

en wat krijgt men ? U raadt het<br />

nooit — regie:<br />

Een opera-regie van vlees en bloed en<br />

van uitmuntend vakmanschap en grote<br />

spanning. (Elsevier).<br />

Stijl-onderwijs<br />

Natuurlijk zijn de technische grondslagen<br />

zuivere spelling, zinsvorming, interpunctie,<br />

alinering, uiterlijke woordenkeus<br />

en de vermijding van stijlfouten<br />

belangrijk en onontbeerlijk. Daartoe<br />

moet de basis in de drie eerste cursusjaren<br />

worden gelegd. (Alg. Hbl.).<br />

Met het eerste is Discipulus het eens,<br />

maar hij vindt het overdreven, de<br />

leerlingen daarvoor drie jaar in de<br />

eerste klas te laten zitten.<br />

Discipulus zegt de inzenders van<br />

knipsels dank voor hun steun bij het<br />

zware werk. Wie helpt (mee?

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!