Jaarboek no. 87. 2008/2009 - Koninklijke Maatschappij voor ...
Jaarboek no. 87. 2008/2009 - Koninklijke Maatschappij voor ...
Jaarboek no. 87. 2008/2009 - Koninklijke Maatschappij voor ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
34 Diligentia<br />
beer met de b-klank begint, maar ook dat het woord beer een bepaald grammaticaal<br />
geslacht heeft. Het is de beer en daarom een grote beer. Dit in tegenstelling tot onzijdige<br />
woorden zoals huis. Het is het huis en een groot huis en niet een grote huis. Al deze kennis<br />
moet u razendsnel uit uw geheugen hebben opgehaald alvorens u ‘een grote beer' kunt<br />
roepen. Deze ophaalprocessen en hun tijdsverloop staan de laatste jaren volop in de<br />
belangstelling van taalpsychologen.<br />
Miranda van Turen<strong>no</strong>ut, Colin Brown en ik bedachten dat we dit tijdsverloop op een geheel<br />
nieuwe wijze zouden kunnen bestuderen, en wel door gebruik te maken van het registreren<br />
van elektrische hersenactiviteit. In ons onderzoek registreerden we hersenpotentialen<br />
over de motorschors. Dat is het deel van de hersenen dat bij de <strong>voor</strong>bereiding<br />
en uitvoering van bewegingen betrokken is. De daar gemeten hersenpotentialen zijn<br />
afgeleid van de elektrische activiteit van de hersenen, die <strong>voor</strong> de informatieoverdracht<br />
in ons brein zorg draagt. Als informatie in het brein beschikbaar komt die gebruikt kan<br />
worden om een respons (bij<strong>voor</strong>beeld het drukken op een k<strong>no</strong>p) <strong>voor</strong> te bereiden, wordt<br />
die onmiddellijk doorgeseind naar de motorschors. In het Nederlands zouden we deze<br />
gemeten hersenactiviteit kunnen omschrijven als de ‘het-is-zover’ potentiaal. Van dat<br />
gegeven maakten we gebruik om te achterhalen op welk moment verschillende vormen<br />
van kennis over woorden beschikbaar komen.<br />
Van een hele reeks experimenten zal ik hier als <strong>voor</strong>beeld onze proef beschrijven die in<br />
1998 in Science verscheen. Daarbij ging het om de vraag hoeveel eerder de grammaticale<br />
informatie over woorden beschikbaar is dan hun klankpatroon. Om dit te achterhalen<br />
werden plaatjes van objecten aan proefpersonen aangeboden. De proefpersonen<br />
moesten de namen van die plaatjes uit het geheugen ophalen. In sommige gevallen<br />
waren dat onzijdige woorden (bij<strong>voor</strong>beeld het schaap), in andere gevallen waren dit<br />
woorden met het grammaticale geslacht <strong>voor</strong> vrouwelijke en mannelijke woorden (bij<strong>voor</strong>beeld<br />
de schoen). Bij het-woorden moesten de proefpersonen met de ene hand op<br />
een k<strong>no</strong>p drukken, bij de-woorden met de andere hand. Maar, en dit was het cruciale<br />
aspect van het experiment, proefpersonen mochten alleen met een van de handen op<br />
de k<strong>no</strong>ppen drukken als het woord met een bepaalde medeklinker begon (bij<strong>voor</strong>beeld<br />
met de b), en niet als het woord met een andere medeklinker begon (zie figuur 1).<br />
Figuur 1. Voorbeelden van de plaatjes in het onderzoek naar het tijdsverloop van spreken.<br />
De namen van de bovenste plaatjes beginnen met een /b/. Daarop moet worden gereageerd<br />
(go). De onderste plaatjes beginnen met een /s/. Daarop mocht geen respons gegeven worden.<br />
Bij de-woorden beginnend met een /b/ werd met de linker hand gereageerd, bij het-woorden<br />
beginnend met een /b/ met de rechter hand. Rechts: Voor een periode van 40 milliseconden<br />
gaat de ‘het-is-zover’ potentiaal <strong>voor</strong> de <strong>no</strong> go-items samen op met die <strong>voor</strong> de go-items.<br />
Dwalen in de taaltuin