Jaarboek no. 87. 2008/2009 - Koninklijke Maatschappij voor ...
Jaarboek no. 87. 2008/2009 - Koninklijke Maatschappij voor ...
Jaarboek no. 87. 2008/2009 - Koninklijke Maatschappij voor ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Inleiding<br />
MOLECULAIRE PALEONTOLOGIE:<br />
MOLECULEN UIT EEN VER VERLEDEN<br />
door<br />
Prof. dr. ir. J.S. Sinninghe Damsté<br />
Koninklijk Nederlands Instituut <strong>voor</strong> Onderzoek der Zee (NIOZ), Texel, en Universiteit Utrecht<br />
Afzettingsgesteenten vormen een archief van het vroegste leven op aarde in de vorm van<br />
gepreserveerde fossielen. We kennen allemaal de <strong>voor</strong>beelden van botten van di<strong>no</strong>saurussen<br />
en afdrukken van bijzondere planten. Daarnaast zijn er microfossielen, vaak afkomstig<br />
van eencellige plantjes of dieren, die een schat aan informatie met zich mee dragen. Hiermee<br />
kunnen paleontologen de evolutionaire geschiedenis van het leven reconstrueren.<br />
Helaas is hun werkgebied beperkt tot die organismen die fossiele resten achter laten.<br />
In het vakgebied van de moleculaire paleontologie bestuderen we een andere vorm van<br />
fossielen: de chemische of moleculaire fossielen. Dit zijn specifieke organische verbindingen<br />
die <strong>voor</strong>komen in sedimenten. Deze kunnen worden gerelateerd aan specifieke<br />
organismen en geven informatie over fysische, chemische of biologische processen tijdens<br />
de afzetting. Het bestuderen van de fossiele organische moleculen is één van de weinige<br />
manieren om informatie over microben, zoals (cya<strong>no</strong>-)bacteriën, archaea, microalgen en<br />
eencellige heterotrofe eukaryoten, uit het verleden te verkrijgen.<br />
In het vervolg zal blijken hoe we de resten van de celmembraan van koudwater-archaea<br />
(minuscule organismen, kleiner dan 1 µm, die gedurende de laatste 100 miljoen jaar wijd<br />
verbreid in de oceaan <strong>voor</strong>komen) kunnen gebruiken om vroegere zeewatertemperaturen<br />
en daarmee klimaatveranderingen te reconstrueren.<br />
We weten <strong>no</strong>g maar heel weinig van de microbiële diversiteit in de oceaan. Een van de<br />
grootste verassingen van de laatste tien jaar is dat elke liter zeewater 1 tot 100 miljoen<br />
archaea bevat. Archaea lijken uiterlijk op bacteriën maar zijn genetisch niet verwant en<br />
onderscheiden zich ook door een ander celmembraan en vormen daarmee het derde<br />
domein van het leven (figuur 1). Archaea werden oorspronkelijk gedacht alleen in extreme<br />
milieu’s <strong>voor</strong> te komen. Zo leven hyperthermofiele archaea bij temperaturen boven de<br />
zestig graden Celsius. Acidofielen gedijen bij hoge zuurgraad, halofielen leven in een zeer<br />
zoute omgeving en metha<strong>no</strong>genen groeien in zuurstofloze milieus. Vanwege deze eigenschappen<br />
die mogelijk op de condities van de vroege aarde zouden lijken en vanwege hun<br />
visuele gelijkenis met bacteriën werden ze oorspronkelijk archaeabacteriën of oerbacteriën<br />
ge<strong>no</strong>emd. De schematische stamboom van het leven (zie figuur 1) laat echter zien dat<br />
archaea niet als de <strong>voor</strong>loper van de bacteriën gezien kunnen worden.<br />
Archaea in de oceaan<br />
Begin jaren negentig van de vorige eeuw kwamen de eerste aanwijzingen dat het domein<br />
Archaea niet alleen extremofiele organismen omvat, maar ook archaea die onder ‘<strong>no</strong>r-<br />
Natuurkundige Voordrachten Nieuwe reeks <strong>87.</strong> Lezing gehouden <strong>voor</strong> de <strong>Koninklijke</strong><br />
<strong>Maatschappij</strong> <strong>voor</strong> Natuurkunde ‘Diligentia’ te ’s-Gravenhage op 9 februari <strong>2009</strong>.<br />
Moleculaire paleontologie: moleculen uit een ver verleden