CONGENITALE EN PEDIATRISCHE CARDIOLOGIE - UZ Leuven
CONGENITALE EN PEDIATRISCHE CARDIOLOGIE - UZ Leuven CONGENITALE EN PEDIATRISCHE CARDIOLOGIE - UZ Leuven
6.5 ATRIUM SEPTUM DEFECT ASD Bij grotere kinderen en volwassenen de meest voorkomende afwijking. Beduidend frequenter bij vrouwen dan bij mannen. ANATOMIE Essentieel 3 localisaties : • Ostium primum defect ASD 1: vlak boven de tricuspidalisklep, zonder onderrand en zeer vaak geassocieerd met mitralisinsufficiëntie (vorm van intermediair atrio-ventrikulair defect AVSD); • Ostium secundum defect ASD 2: meest frequent, gelocaliseerd t.h.v. het foramen ovale; • Sinus venosus defect, geassocieerd met abnormale drainage van een deel van de longvenen (steeds de rechtszijdige longvenen) in de vena cava superior of hoog in het rechter atrium PAPVU; Zeldzaam • Sinus coronarius SC defect of unroofed coronary sinus: communicatie tussen LA en RA via SC; • ASD analoog: communicatie tussen LA en RA: LA > Li VCS > vena anonyma > Re VCS > RA. PATHOFYSIOLOGIE 38
Wegens hogere druk in linker atrium en de lagere compliantie van de linker ventrikel ontstaat een atriale links-rechts-shunt. Enkel het rechter atrium, de rechter ventrikel en de longvaten worden overbelast: het abnormale debiet stroomt door de tricuspidklep naar de rechter ventrikel, vandaar door de pulmonalisklep naar de longcirculatie en terug naar het linker atrium. Op termijn (3 à 4 decades) zal het R hart voor klinische problemen zorgen: • RA: dilatatie waardoor arytmien: sick sinus syndroom SSS, VK flutter + fibrillatie; • RV: dilatatie, decompensatie, TI met atriale R>L shunt; eventueel paradoxaal embool; • AP: obstructieve PHT na 3 à 5 decades. SUBJECTIEVE SYMPTOMEN Zeldzaam bij kinderen, vaak pas in 4de, 5de of 6de levensdecade; dyspnoe en eventueel laattijdige rechter hartsdecompensatie. Enkel bij een zeer grote shunt (zeer groot ASD-monoatrium of bij relatieve MS (door Li VCS via SC naar RA)), of bij trisomie 21 kunnen er zich klinische problemen voordoen op zuigelingenleeftijd tgv het ASD. FYSISCH ONDERZOEK • Inspectie : graciele lichaamsbouw is minder frequent dan klassiek wordt aangegeven; geen cyanose. • Palpatie : hyperdynamische rechter ictus. • Auscultatie : • zacht systolisch ejectiegeruis (soms nauwelijks hoorbaar) veroorzaakt door relatieve stenose van de pulmonalisklep die een abnormaal groot debiet krijgt; • gefixeerde splijting van de 2de toon, niet beïnvloed door de fazen van ademhaling (fixed splitting); • diastolisch geruis van relatieve tricuspiedstenose. 39
- Page 1 and 2: Katholieke Universiteit te Leuven F
- Page 3 and 4: Hoofdstuk I - HEMODYNAMISCHE BEGRIP
- Page 5 and 6: Diast. -2 - 2 0-5 7-12 5-10 60 > 90
- Page 7 and 8: druk in L.A. gemiddeld 7 mmHg longd
- Page 9 and 10: Hoofdstuk II - FREQUENTIE VAN CONGE
- Page 11 and 12: progressie naar obstructieve pulmon
- Page 13 and 14: • Coenzyme Q reductase deficienti
- Page 15 and 16: Ao: • geeft eerst Li + Re coronai
- Page 17 and 18: Tabel 5.1: Cardiovasculaire verande
- Page 19 and 20: zich in enkele seconden te ontplooi
- Page 21 and 22: • bronchitis krachtdadig bestrijd
- Page 23 and 24: decompenseren. 5.3.4 Decompensatie
- Page 25 and 26: enerzijds, en de relatieve weerstan
- Page 27 and 28: Hoofdstuk VI - BONDIG OVERZICHT VAN
- Page 29 and 30: E.C.G. • zuigeling: RVH : door re
- Page 31 and 32: 6.2 AORTASTENOSE AS ANATOMIE Kan op
- Page 33 and 34: 6.3 PULMONALISSTENOSE PS ANATOMIE 3
- Page 35 and 36: • Bij een DCRV wordt de musculair
- Page 37: RÖNTGEN Niet specifiek, vaak groot
- Page 41 and 42: 6.6 VENTRIKEL SEPTUM DEFECT VSD Mee
- Page 43 and 44: • Eisenmenger: klein hart, gedila
- Page 45 and 46: VSD.xls VSD : klinisch spectrum + m
- Page 47 and 48: 6.8 OPEN DUCTUS BOTALLI ODB ANATOMI
- Page 49 and 50: ODB ODB : klinisch spectrum + manag
- Page 51 and 52: door de graad van PS: • licht PS:
- Page 53 and 54: • cyanose, reeds vanaf de eerste
- Page 55 and 56: TF.xls Tetralogie van Fallot : klin
- Page 57 and 58: (wanneer er weinig shuntmogelijkhed
- Page 59 and 60: 6.11 UNIVENTRICULAIR HART UH Pathof
- Page 61 and 62: Na de geboorte kunnen de lichaams-
- Page 63 and 64: • oedeem, pericardiale, pleurale
- Page 65 and 66: Hoofdstuk VII - INFLAMMATOIRE ZIEKT
- Page 67 and 68: verdikkingen van de klepranden. Dez
- Page 69 and 70: 3) chorea; 4) subcutane noduli; 5)
- Page 71 and 72: Hoelang ? • zolang het kind naar
- Page 73 and 74: • gamma-globulines-IV 400 mg/kg g
- Page 75 and 76: onderhouden dient het circuit te be
- Page 77 and 78: • duikreflex: aangewezen bij zuig
- Page 79: 3/ zeldzaam evolutie naar “plotse
Wegens hogere druk in linker atrium en de lagere compliantie van de linker ventrikel ontstaat een atriale<br />
links-rechts-shunt. Enkel het rechter atrium, de rechter ventrikel en de longvaten worden overbelast: het<br />
abnormale debiet stroomt door de tricuspidklep naar de rechter ventrikel, vandaar door de pulmonalisklep<br />
naar de longcirculatie en terug naar het linker atrium. Op termijn (3 à 4 decades) zal het R hart voor<br />
klinische problemen zorgen:<br />
• RA: dilatatie waardoor arytmien: sick sinus syndroom SSS, VK flutter + fibrillatie;<br />
• RV: dilatatie, decompensatie, TI met atriale R>L shunt; eventueel paradoxaal embool;<br />
• AP: obstructieve PHT na 3 à 5 decades.<br />
SUBJECTIEVE SYMPTOM<strong>EN</strong><br />
Zeldzaam bij kinderen, vaak pas in 4de, 5de of 6de levensdecade; dyspnoe en eventueel laattijdige<br />
rechter hartsdecompensatie. Enkel bij een zeer grote shunt (zeer groot ASD-monoatrium of bij relatieve<br />
MS (door Li VCS via SC naar RA)), of bij trisomie 21 kunnen er zich klinische problemen voordoen op<br />
zuigelingenleeftijd tgv het ASD.<br />
FYSISCH ONDERZOEK<br />
• Inspectie : graciele lichaamsbouw is minder frequent dan klassiek wordt aangegeven; geen cyanose.<br />
• Palpatie : hyperdynamische rechter ictus.<br />
• Auscultatie :<br />
• zacht systolisch ejectiegeruis (soms nauwelijks hoorbaar) veroorzaakt door relatieve stenose van<br />
de pulmonalisklep die een abnormaal groot debiet krijgt;<br />
• gefixeerde splijting van de 2de toon, niet beïnvloed door de fazen van ademhaling (fixed splitting);<br />
• diastolisch geruis van relatieve tricuspiedstenose.<br />
39