CONGENITALE EN PEDIATRISCHE CARDIOLOGIE - UZ Leuven
CONGENITALE EN PEDIATRISCHE CARDIOLOGIE - UZ Leuven CONGENITALE EN PEDIATRISCHE CARDIOLOGIE - UZ Leuven
endogeen: cave manipulatie - stimulatie exogeen: cave: winst contractiliteit < verlies naar long • nipride • ACE-I • fosfo-diesterase remmers corotroop, amrinone, milrinone c/ cardiale inflow • restrictief ASD bij tricuspiedklepatresie Rashkind, blade septectomie 5.5.4 Frequent voorkomende klinische problemen 5.5.4.1 Aortaboogprobleem bij neonatus Bij presentatie: shock: DD tss sepsis en cardiopathie Initiële opvang: • na afname culturen: breed spectrum antibiotica • ventilatie verzekeren: zo nodig intubatie, O2, lichte hyperventilatie • circulatie ondersteunen: opvullen, acidose corrigeren, adrenergica zo nodig • zo geen pulsaties AF: start PG-IV; echo-cardio aanvragen Na diagnose ductus dependente systeemcirculatie: • vermijdt pulm vasodilatatie: geen O2, geen hyperventilatie (gecontroleerde hypoventilatie lucht) • evt opdrijven PEEP • acidose corrigeren (zeer cardiodeprimerend) • vasopressoren vermijden; evt vasodilatatie • AB doorgeven: vermijden NEC, tot sepsis uitgesloten 5.5.4.2 Banding AP bij univentriculair hart De band wordt “op de groei” aangebracht, dus iets te laks; daardoor onmiddellijk post-op nog steeds pulmonaire overvulling; zo nodig • Longweerstand verhogen: PEEP, geen O2, geen hyperventilatie • Systeemweerstand verlagen: geen vasopressoren, eerder DPI 5.5.4.3 Blalock-Taussig shunt bij pulmonaalklepatresie Bij persisterende cyanose post-op: • Circulatoir opvullen: bloed moet “overlopen” in shunt; opvullen tot hepar 2 cm ORR • Longweerstand laag: O2, licht hyperventileren, PEEP laag • Systeemweerstand hoog: vasopressie (evt NOR); cf squatting bij cyanogene spell 26
Hoofdstuk VI - BONDIG OVERZICHT VAN ENKELE AFWIJKINGEN 6.1 COARCTATIO AORTAE CoAo ANATOMIE Vernauwing van aorta thoracalis, meestal juist distaal van de aftakking van de linker arteria subclavia vlak bij het ligamentum arteriosum (de gefibroseerde ductus arteriosus). Meestal bevindt de coarctatie zich post-ligamentair of post-ductaal, soms pre-ductaal. PATHOFYSIOLOGIE De klinische presentatie is afhankelijk van de ernst va de vernauwing: A/ neonatus - zuigeling: veelal zeer ernstige vorm met tevens hypoplasie van de istmus. Tijdens het foetaal leven wordt de onderste lichaamshelft nagenoeg uitsluitend bevloeid via de ductus arteriosus; de istmus voorziet slechts in een klein deel van de perfusie van de onderste lichaamshelft (± 15%). Elke afwijking van het foetale linker hart die gepaard gaat met een verminderd debiet door de aorta en dus ook de istmus (vb MS, AS, malalignment VSD) kan resulteren in een verminderde groei van de istmus, met hypoplasie en coarctatio van de aorta voor gevolg. De ductus is gepreprogrameerd om te sluiten tijdens de eerste dagen van het post-natale leven, waarbij de circulatie van de onderste lichaamshelft bijna volledig wegvalt. Dit gaat dan gepaard met acute hartsdecompensatie - shock bij de neonatus - zuigeling. B/ ouder kind - volwassene Bij de mildere vormen zal de sluiting van de ductus in de neonatale periode verdragen worden. Deze zone zal evenwel slecht meegroeien, waardoor progressieve stenose voor gevolg. 27
- Page 1 and 2: Katholieke Universiteit te Leuven F
- Page 3 and 4: Hoofdstuk I - HEMODYNAMISCHE BEGRIP
- Page 5 and 6: Diast. -2 - 2 0-5 7-12 5-10 60 > 90
- Page 7 and 8: druk in L.A. gemiddeld 7 mmHg longd
- Page 9 and 10: Hoofdstuk II - FREQUENTIE VAN CONGE
- Page 11 and 12: progressie naar obstructieve pulmon
- Page 13 and 14: • Coenzyme Q reductase deficienti
- Page 15 and 16: Ao: • geeft eerst Li + Re coronai
- Page 17 and 18: Tabel 5.1: Cardiovasculaire verande
- Page 19 and 20: zich in enkele seconden te ontplooi
- Page 21 and 22: • bronchitis krachtdadig bestrijd
- Page 23 and 24: decompenseren. 5.3.4 Decompensatie
- Page 25: enerzijds, en de relatieve weerstan
- Page 29 and 30: E.C.G. • zuigeling: RVH : door re
- Page 31 and 32: 6.2 AORTASTENOSE AS ANATOMIE Kan op
- Page 33 and 34: 6.3 PULMONALISSTENOSE PS ANATOMIE 3
- Page 35 and 36: • Bij een DCRV wordt de musculair
- Page 37 and 38: RÖNTGEN Niet specifiek, vaak groot
- Page 39 and 40: Wegens hogere druk in linker atrium
- Page 41 and 42: 6.6 VENTRIKEL SEPTUM DEFECT VSD Mee
- Page 43 and 44: • Eisenmenger: klein hart, gedila
- Page 45 and 46: VSD.xls VSD : klinisch spectrum + m
- Page 47 and 48: 6.8 OPEN DUCTUS BOTALLI ODB ANATOMI
- Page 49 and 50: ODB ODB : klinisch spectrum + manag
- Page 51 and 52: door de graad van PS: • licht PS:
- Page 53 and 54: • cyanose, reeds vanaf de eerste
- Page 55 and 56: TF.xls Tetralogie van Fallot : klin
- Page 57 and 58: (wanneer er weinig shuntmogelijkhed
- Page 59 and 60: 6.11 UNIVENTRICULAIR HART UH Pathof
- Page 61 and 62: Na de geboorte kunnen de lichaams-
- Page 63 and 64: • oedeem, pericardiale, pleurale
- Page 65 and 66: Hoofdstuk VII - INFLAMMATOIRE ZIEKT
- Page 67 and 68: verdikkingen van de klepranden. Dez
- Page 69 and 70: 3) chorea; 4) subcutane noduli; 5)
- Page 71 and 72: Hoelang ? • zolang het kind naar
- Page 73 and 74: • gamma-globulines-IV 400 mg/kg g
- Page 75 and 76: onderhouden dient het circuit te be
Hoofdstuk VI - BONDIG OVERZICHT VAN <strong>EN</strong>KELE AFWIJKING<strong>EN</strong><br />
6.1 COARCTATIO AORTAE CoAo<br />
ANATOMIE<br />
Vernauwing van aorta thoracalis, meestal juist distaal van de aftakking van de linker arteria subclavia vlak<br />
bij het ligamentum arteriosum (de gefibroseerde ductus arteriosus). Meestal bevindt de coarctatie zich<br />
post-ligamentair of post-ductaal, soms pre-ductaal.<br />
PATHOFYSIOLOGIE<br />
De klinische presentatie is afhankelijk van de ernst va de vernauwing:<br />
A/ neonatus - zuigeling: veelal zeer ernstige vorm met tevens hypoplasie van de istmus.<br />
Tijdens het foetaal leven wordt de onderste lichaamshelft nagenoeg uitsluitend bevloeid via de ductus<br />
arteriosus; de istmus voorziet slechts in een klein deel van de perfusie van de onderste lichaamshelft<br />
(± 15%). Elke afwijking van het foetale linker hart die gepaard gaat met een verminderd debiet door de<br />
aorta en dus ook de istmus (vb MS, AS, malalignment VSD) kan resulteren in een verminderde groei van<br />
de istmus, met hypoplasie en coarctatio van de aorta voor gevolg. De ductus is gepreprogrameerd om te<br />
sluiten tijdens de eerste dagen van het post-natale leven, waarbij de circulatie van de onderste<br />
lichaamshelft bijna volledig wegvalt. Dit gaat dan gepaard met acute hartsdecompensatie - shock bij de<br />
neonatus - zuigeling.<br />
B/ ouder kind - volwassene<br />
Bij de mildere vormen zal de sluiting van de ductus in de neonatale periode verdragen worden. Deze<br />
zone zal evenwel slecht meegroeien, waardoor progressieve stenose voor gevolg.<br />
27