22.09.2013 Views

Jaargang 37 nummer 1 februari 2009 vissen - Amsterdamse ...

Jaargang 37 nummer 1 februari 2009 vissen - Amsterdamse ...

Jaargang 37 nummer 1 februari 2009 vissen - Amsterdamse ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Kunstaas<br />

Spinners: ideaal kunstaas<br />

om mee te beginnen<br />

“Alle begin is moeilijk” luidt een bekend gezegde dat ook van toepassing<br />

is op het <strong>vissen</strong> met kunstaas. Ik dacht er gisterenavond nog<br />

aan toen kleinzoon Danny met buurjongen en visvriendje Martijn<br />

met de fiets langskwam en hulp wilden met het optuigen van een<br />

hengel waarmee ze baarzen maar nog liever snoek wilden vangen.<br />

Ze wilden weten of het snoer op de molentjes sterk genoeg was,<br />

hoe ze een onderlijn aan de hoofdlijn moesten knopen en vooral<br />

welk kunstaas ze dan het beste aan die onderlijn konden hangen.<br />

OOnwillekeurig dacht ik toen terug<br />

aan mijn eerste ervaringen op<br />

kunstaasgebied. Ik moet dan wel<br />

53 jaar terug in de tijd gaan, maar mijn<br />

eerste roofvis met kunstaas gevangen,<br />

staat me nog heel duidelijk<br />

voor de geest, net als<br />

de plek waar ik deze<br />

Hier is het verschil tussen een onverzwaarde<br />

spinner, boven, en verzwaarde spinner duidelijk<br />

zichtbaar.<br />

baars van misschien net 20 cm ving.<br />

Ik viste bij de brug over de ringvaart<br />

van de Beemster bij het Oosteinde<br />

van het mooie dorp De Rijp met een<br />

kleine verzwaarde Veltic spinner,<br />

andere modellen waren nauwelijks<br />

te koop. Ik wist toen niet, dat zo’n<br />

verzwaarde spinner eigenlijk te diep<br />

ging op dit vrij ondiepe water en dat je<br />

veel beter een onverzwaarde spinner<br />

kon gebruiken. Ik had geen <strong>vissen</strong>de<br />

vader of opa en moest alles zelf in de<br />

harde praktijk met vallen en opstaan<br />

uitzoeken. Je was als de dood dat je<br />

de spinner zou verspelen als je aan<br />

de bodem vast zou raken, iets wat<br />

regelmatig gebeurde.<br />

Nu ruim 50 jaar later kan ik lezen<br />

en schrijven met alle soorten en<br />

modellen spinners, die je te kust en te<br />

keur in iedere hengelsportzaak kunt<br />

kopen. Ik vis nog steeds heel graag<br />

met spinners en ze hebben nog niets<br />

van hun vangkracht ingeleverd. Ik vind<br />

het nog steeds het ideale kunstaas<br />

voor beginnende kunstaasvissers<br />

omdat je er weinig fouten mee kunt<br />

maken en er alle roof<strong>vissen</strong>,<br />

ook de minder bekende<br />

zoals roofblei, forel,<br />

meerval en winde,<br />

mee kunt vangen.<br />

Een goede combinatie<br />

is het halve werk<br />

In de eerste aflevering van<br />

deze artikelenreeks heb ik<br />

de 5 hengel-molenlijn<br />

combinaties<br />

waarmee ik mijn<br />

totale kunstaasvisserij<br />

bedrijven kan,<br />

voorgesteld. Voor het<br />

<strong>vissen</strong> met spinners komen 2 combinaties<br />

in aanmerking. Voor het <strong>vissen</strong><br />

met de kleinste spinners gebruik ik de<br />

Rozemeijer Qualifier Spin Medium 240<br />

met de Xpert FTR 200 molen en voor<br />

beginners liefst 0,18 mm gevlochten<br />

lijn op de spoel. Deze wat dikkere lijn<br />

maakt dat je minder snel je spinner<br />

verspeelt en heb je later het inwerpen<br />

en drillen goed onder controle,<br />

dan kun je altijd nog wat dunnere lijn<br />

gebruiken, safety first!<br />

Voor de wat grotere en zwaardere<br />

spinners, die ook meer weerstand<br />

in het water hebben tijdens het<br />

binnendraaien, gebruik ik dan een<br />

middelzware spinhengel van 270<br />

cm met daarop een goede medium<br />

molen met 0,21 mm gevlochten lijn<br />

op de spoel. Je zou kunnen stellen<br />

dat laatstgenoemde combinatie<br />

mijn allround uitrusting is voor het<br />

poldergebeuren.<br />

Op deze Blue Fox spinners heb ik al heel wat mooie baarzen gevangen.<br />

Vergeet niet een stalen onderlijn te<br />

monteren, want tussen de scherpe<br />

tandjes van een snoek schuren zelfs<br />

een sterke dyneema lijn heel snel in<br />

stukken met alle ellende voor snoek<br />

en snoekvisser. Zelf gebruik ik voor<br />

de poldervisserij niet al te lange<br />

onderlijnen, 15 tot 22 cm, maar vis<br />

je op dieper water, dan kun je ze ook<br />

wat langer nemen. Op websites vind<br />

je diverse types stalen onderlijnen die<br />

Ik heb nog veel oude spinners uit de periode dat ik met kunstaas<strong>vissen</strong> begon bewaard, eigenlijk<br />

is er in al die jaren weinig veranderd.<br />

allemaal goed zijn. De ene visser heeft<br />

liever een flexibele onderlijn, de ander<br />

liever een massief stalen spinstang<br />

met verende springveersluiting die<br />

nooit open springt, zelfs niet tijdens de<br />

dril van de sterkste snoek.<br />

Veel startende kunstaasvissers weten<br />

niet goed hoe ze die onderlijn aan<br />

hun hoofdlijn moeten knopen. Vooral<br />

bij de gevlochten superlijnen is de<br />

juiste knoop van groot belang. Zelf<br />

gebruik ik altijd de z.g. “verbeterde<br />

kunstaasknoop”. Deze gaat als volgt:<br />

steek de hoofdlijn door het oog van<br />

de wartel en ga vervolgens nog een<br />

keer door dit oog maar trek de lus<br />

niet aan. Ik houd die lus open door<br />

mijn duim en wijsvinger er op te<br />

leggen en vervolgens draai ik met het<br />

losse uiteinde van mijn lijn 4-5 keer<br />

om de hoofdlijn. Is dat gedaan, krijg<br />

ik weer een soort lus en nu steek ik<br />

het uiteinde van mijn lijn door beide<br />

lussen. Het lijkt ingewikkeld, maar als<br />

je het in de praktijk nu even toepast,<br />

zul je zien dat het een fluitje van een<br />

cent is.<br />

Even een beetje spuug op deze knoop,<br />

dan glijdt het beter, en vervolgens aan<br />

de hoofdlijn trekken en dan zul je zien<br />

dat de knoop muurvast komt te zitten.<br />

Ga je maar een keer met je lijn door<br />

het oog van de wartel, dan zul je zien<br />

dat je deze knoop, die voor nylon wel<br />

goed is, uit elkaar getrokken wordt bij<br />

spanning die maar een fractie van de<br />

hoge trekkracht van de gevlochten lijn<br />

is. Je hoort dan vaak vissers mopperen<br />

dat die nieuwe lijn kl...ten of sh...<br />

t is, maar de oorzaak is een totaal<br />

verkeerde knoop. Geloof me, je kunt de<br />

beste hengel, molen, lijn en kunstaas<br />

hebben, maar maak je verkeerde<br />

knopen om je onderlijn mee vast te<br />

zetten, dan verspeel je iedere gehaakte<br />

vis en dat is nu net niet de bedoeling.<br />

Als het bovenstaande voor elkaar is,<br />

wordt het tijd om een spinner aan<br />

de onderlijn te hangen. Tja, en dan<br />

komt de vraag die iedere beginnende<br />

kunstaasvisser het moeilijkste<br />

vindt: welke spinner hang ik aan die<br />

onderlijn? Ik zal jullie een beetje helpen<br />

en eerst eens wat meer vertellen over<br />

spinners en hun eigenschappen.<br />

Hoe kies je de juiste spinner?<br />

Ik heb jullie al eerder verteld dat de<br />

juiste presentatie vaak het verschil<br />

maakt tussen vis vangen en met een<br />

plezierig gevoel naar huis gaan of niks<br />

vangen, kunstaas op de bodem parkeren<br />

en met de pest in je lijf thuiskomen.<br />

Eigenlijk zou iedere kunstaasvisser<br />

een portie basisinformatie moeten<br />

hebben over het viswater waar hij de<br />

roofvis aan de schubben wil komen.<br />

Ik denk dan aan zaken zoals: wat is<br />

de gemiddelde diepte, hoe verloopt<br />

het bodemprofiel, is er veel of weinig<br />

stroming, zit er veel rommel op de<br />

bodem en hoe is de zichtdiepte. Dit zijn<br />

allemaal zaken die je vrij gemakkelijk<br />

zelf uit kunt zoeken en lukt dat niet,<br />

dan kun je nog altijd aan vismaten en<br />

de lokale hengelsportwinkelier informatie<br />

vragen. Zelf heb ik altijd lol als<br />

Duitse gastvissers me vragen hoe ik nu<br />

weet dat de diepte voor en onder een<br />

betonnen duiker vaak nog een keer<br />

zo diep is als in de poldersloot zelf. Ik<br />

Kunstaas<br />

vertel ze dan dat er een speciale Hollandse<br />

dieptemeter is die je in een paar<br />

seconden de juiste diepte laat zien. Op<br />

de volgende vraag of ik zo’n dieptemeter<br />

mee heb, kan ik ook bevestigend<br />

antwoorden en ik wil wel even laten<br />

zien hoe zo’n ding werkt. Groot is dan<br />

de verbazing op de gezichten als ik<br />

mijn spinhengel omkeer en de top tot<br />

op de bodem onder water steek en ze<br />

vertel dat het hier 170 cm diep is. Heel<br />

eenvoudig maar heel praktisch, maar<br />

dit kunstjes kun je natuurlijk niet in een<br />

5 meter diepe haven langs de Maas<br />

doen.<br />

Maar goed, ik weet de diepte van mijn<br />

viswater en op stekken die niet dieper<br />

zijn dan 150 cm gebruik ik meestal<br />

onverzwaarde spinners. Dat zijn<br />

spinners waar het lijf, ook wel body<br />

genoemd, gemaakt is van een stukje<br />

licht plastic of een paar losse kraaltjes<br />

die weinig wegen.<br />

Bij een verzwaarde spinner bestaat<br />

dat lijfje uit een stukje koper, messing,<br />

soms lood of ander metaal. Het gevolg<br />

is dat deze spinner veel sneller zinkt.<br />

Dat betekent dan ook weer, dat zo’n<br />

verzwaarde spinner in ondiep water<br />

veel sneller aan de bodem vastraakt<br />

met alle problematische gevolgen<br />

zoals lijnbreuk en het verspelen van<br />

deze spinner.<br />

Om dit lijfje draait nu het meest<br />

essentiële onderdeel van dit stukje<br />

kunstaas: het spinnerblad.<br />

Ook metersnoeken pakken zo nu en dan een<br />

tandemspinner.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!