Contactpersoon Marcel Langeveld Datum Ons kenmerk WSV ...

Contactpersoon Marcel Langeveld Datum Ons kenmerk WSV ... Contactpersoon Marcel Langeveld Datum Ons kenmerk WSV ...

22.09.2013 Views

WSV/ betreffende vaargebied, de effecten van windturbineparken op de radar en de internationale ontwikkelingen met betrekking tot de bouw van windturbineparken op zee. Q7 WP Figuur: Ligging van het windturbinepark ‘IJmuiden’ (in geel met rode rand, ook aangeduid met nummer 1 op de hieronder genoemde bronkaart) t.o.v. het ankergebied (= roze ‘ruitvorm’) en de omliggende vaarroutes/scheepvaartroutes en t.o.v. andere parken/initiatieven en/of gebruiksfuncties. (bron: ’Windturbineparken gepubliceerde startnotities op 12 juni 2006’, www.noordzeeloket.nl). Ten aanzien van het windmolenpark IJmuiden heeft de adviesgroep het volgende overwogen en geadviseerd: Invloed van de windturbineparken Q7 en OWEZ op het verkeersgedrag Uit rapportages van het kustwachtcentrum en de verkeerspost IJmuiden blijkt dat schepen de route tussen het in aanbouw zijnde windpark Q7 en het Offshore Windpark Egmond aan Zee (OWEZ) mijden. Deze, destijds in het MER niet voorziene, verandering in verkeersgedrag leidt in de praktijk tot grotere verkeersintensiteiten ten westen en ten zuiden van het aangevraagde windpark IJmuiden. Ook anderszins is sprake van gewijzigd verkeersgedrag. In de oorspronkelijke situatie, dus zonder de windparken Q7 en OWEZ, kon het verkeer vanuit Texel naar IJmuiden de noord gaande route van Hoek van Holland naar Texel Verkeersscheidingsstelsel snel ‘oversteken’. Door het omvaren rond de windparken Q7 en OWEZ is men nu langer bezig deze noord gaande route te kruisen. Er is daardoor meer en langer kruisend verkeer en daarbij is de manier van kruisen riskanter. 6 OWEZ WP IJmuiden

WSV/ Volgens de nautische adviesgroep leidt realisering van het aangevraagde windmolenpark, gelet op bovenstaand gewijzigd verkeersgedrag, tot een ontoelaatbare vergroting van de kans op ongevallen. Wellicht ten overvloede, heeft de adviesgroep aangegeven dat nieuwe berekeningen met modellering van het bovenstaande deze verminderde scheepvaartveiligheid zullen aantonen. Ligging van het park t.o.v. het ankergebied Ten oosten van het aangevraagde windturbinepark ligt een ankergebied. De situatie ter plaatse is als volgt: • Het ankergebied wordt zeer intensief gebruikt, er liggen regelmatig 10-15 schepen ten anker. • Schepen zullen, in lijn met goed zeemanschap, niet binnen 1 mijl van obstakels ten anker gaan. • Schepen gaan tegenstrooms ten anker, behalve als het zo hard waait dat de gevolgen van de wind sterker zijn dan die van de stroom. Dan gaan ze tegen de wind in ten anker. • Schepen die, uit de zuid komend en op een zuidelijke koers ten anker moeten komen, varen nu via de westelijke zijde van het ankergebied en draaien ten noorden van het ankergebied tegen de stroom het ankergebied in. • De overwegende stroomrichting langs de kust is ZZW en NNO. De aanvrager stelt zelf in het MER dat realisering van het windturbinepark tot gevolg heeft dat een extra risico ontstaat voor het raken van een windturbine door een op drift geraakte ankerligger. In het MER (pagina 239) wordt voorgesteld dit risico te beperken door het westelijk deel van het ankergebied niet te gebruiken. Zoals hiervoor is aangegeven, wordt het ankergebied zeer intensief gebruikt. Uit scheepvaartveiligheidsoverwegingen is het niet wenselijk dit gebied te verkleinen. Gewezen wordt op het volgende. In het ontwerp van een redegebied/aanloopgebied naar een zeehaven spreekt het voor zich dat de 'lay-out' van dergelijke zeegebieden veilig en verantwoord dient te zijn. Dergelijke ontwerpen worden onderworpen aan veiligheidsstudies alvorens ze kunnen worden geïmplementeerd. Ankergebieden dienen aan de behoefte van het bewuste zeegebied en de zeehaven(s) te voldoen. Grootte en bereikbaarheid van een ankergebied of -gebieden zijn daarbij elementaire uitgangspunten die bijdragen aan de veiligheid van het geheel. Het verkleinen van het ankergebied is daarmee in strijd. Verplaatsing van het ankergebied is door de nautische adviesgroep bestudeerd maar geen optie gebleken. Verplaatsing van het ankergebied naar het zuiden is onmogelijk. Daardoor zou immers de gehele toegang naar IJmuiden worden geblokkeerd; de toegang vanuit het noorden door de windturbineparken en de toegang vanuit het zuiden door het ankergebied. Verplaatsing naar het noorden, waarbij het ankergebied aansluit op het windpark Q7, behoort evenmin tot de mogelijkheden. De zuidelijke vaart, die op een zuidelijke koers ten 7

<strong>WSV</strong>/<br />

Volgens de nautische adviesgroep leidt realisering van het aangevraagde windmolenpark,<br />

gelet op bovenstaand gewijzigd verkeersgedrag, tot een ontoelaatbare vergroting van de<br />

kans op ongevallen. Wellicht ten overvloede, heeft de adviesgroep aangegeven dat<br />

nieuwe berekeningen met modellering van het bovenstaande deze verminderde<br />

scheepvaartveiligheid zullen aantonen.<br />

Ligging van het park t.o.v. het ankergebied<br />

Ten oosten van het aangevraagde windturbinepark ligt een ankergebied. De situatie ter<br />

plaatse is als volgt:<br />

• Het ankergebied wordt zeer intensief gebruikt, er liggen regelmatig 10-15<br />

schepen ten anker.<br />

• Schepen zullen, in lijn met goed zeemanschap, niet binnen 1 mijl van obstakels<br />

ten anker gaan.<br />

• Schepen gaan tegenstrooms ten anker, behalve als het zo hard waait dat de<br />

gevolgen van de wind sterker zijn dan die van de stroom. Dan gaan ze tegen de<br />

wind in ten anker.<br />

• Schepen die, uit de zuid komend en op een zuidelijke koers ten anker moeten<br />

komen, varen nu via de westelijke zijde van het ankergebied en draaien ten<br />

noorden van het ankergebied tegen de stroom het ankergebied in.<br />

• De overwegende stroomrichting langs de kust is ZZW en NNO.<br />

De aanvrager stelt zelf in het MER dat realisering van het windturbinepark tot gevolg<br />

heeft dat een extra risico ontstaat voor het raken van een windturbine door een op drift<br />

geraakte ankerligger. In het MER (pagina 239) wordt voorgesteld dit risico te beperken<br />

door het westelijk deel van het ankergebied niet te gebruiken.<br />

Zoals hiervoor is aangegeven, wordt het ankergebied zeer intensief gebruikt. Uit<br />

scheepvaartveiligheidsoverwegingen is het niet wenselijk dit gebied te verkleinen.<br />

Gewezen wordt op het volgende.<br />

In het ontwerp van een redegebied/aanloopgebied naar een zeehaven spreekt het voor<br />

zich dat de 'lay-out' van dergelijke zeegebieden veilig en verantwoord dient te zijn.<br />

Dergelijke ontwerpen worden onderworpen aan veiligheidsstudies alvorens ze kunnen<br />

worden geïmplementeerd. Ankergebieden dienen aan de behoefte van het bewuste<br />

zeegebied en de zeehaven(s) te voldoen. Grootte en bereikbaarheid van een<br />

ankergebied of -gebieden zijn daarbij elementaire uitgangspunten die bijdragen aan de<br />

veiligheid van het geheel. Het verkleinen van het ankergebied is daarmee in strijd.<br />

Verplaatsing van het ankergebied is door de nautische adviesgroep bestudeerd maar geen<br />

optie gebleken. Verplaatsing van het ankergebied naar het zuiden is onmogelijk. Daardoor<br />

zou immers de gehele toegang naar IJmuiden worden geblokkeerd; de toegang vanuit het<br />

noorden door de windturbineparken en de toegang vanuit het zuiden door het<br />

ankergebied.<br />

Verplaatsing naar het noorden, waarbij het ankergebied aansluit op het windpark Q7,<br />

behoort evenmin tot de mogelijkheden. De zuidelijke vaart, die op een zuidelijke koers ten<br />

7

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!