21.09.2013 Views

Oefentoets Gelaatsbehandeling Schoonheidsspecialist Adobe ...

Oefentoets Gelaatsbehandeling Schoonheidsspecialist Adobe ...

Oefentoets Gelaatsbehandeling Schoonheidsspecialist Adobe ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Gelaatsbehandeling</strong> ID1127-110111<br />

1. Waardoor wordt een milium afgesloten?<br />

A) Door een opperhuidvliesje.<br />

B) Door een talgprop.<br />

C) Door een verhoornd haarzakje.<br />

2. Welk product bevat veel minerale vetten?<br />

A) Hydrofiele olie.<br />

B) Reinigingsgelei.<br />

C) Reinigingsmilk.<br />

3. Waarom gebruik je een lotion als nabehandeling bij een dieptereiniging?<br />

A) Om de hoornlaag te ontvetten<br />

B) Om de zuurgraad te herstellen.<br />

C) Om het product volledig te verwijderen.<br />

4. Wat is de juiste volgorde van de verschillende groeifasen van het haar?<br />

A) Anageen - katageen - telogeen.<br />

B) Anageen - telogeen - katageen.<br />

C) Katageen - telogeen - anageen.<br />

5. Welke bewering over chemische ontharingsmiddelen is juist?<br />

A) Deze lossen de haarschacht, de haarwortel en de hoornlaag op.<br />

B) Deze lossen de haarschacht en de haarwortel op.<br />

C) Deze lossen de haarschacht en de hoornlaag op.<br />

6. Wat gebeurt er meestal wanneer een mimische spier samentrekt?<br />

A) De spieraanhechting gaat in de richting van de spieroorsprong.<br />

B) De spieroorsprong en de spieraanhechting gaan in elkaars richting.<br />

C) De spieroorsprong gaat in de richting van de spieraanhechting.<br />

Capabel Examens © 2011 Pagina 1


<strong>Gelaatsbehandeling</strong> ID1127-110111<br />

7. Welke spier heeft deze vorm?<br />

A) De lachspier.<br />

B) De slaapkauwspier.<br />

C) De voorhoofdsspier.<br />

8. Waar komen myogelosen het meest voor?<br />

A) Waar de pezen aan de botten bevestigd zijn.<br />

B) Waar de spierbuik het dikst is.<br />

C) Waar de spieren het slechtst doorbloed zijn.<br />

9. Wat gebeurt er bij een isotonische spierbeweging?<br />

A) De spieren veroorzaken geen beweging in de gewrichten.<br />

B) De spierspanning blijft gelijk, de lengte van de spier verandert.<br />

C) De spierspanning wordt hoger, de lengte van de spier blijft gelijk.<br />

10. Waar is de aanhechting van de kauwspieren?<br />

A) Aan de bovenkaak.<br />

B) Aan de onderkaak.<br />

C) Aan het jukbeen.<br />

11. Welke spier veroorzaakt het kuiltje in de wang?<br />

A) De kleine jukbeenspier.<br />

B) De lachspier.<br />

C) De trompetspier.<br />

Capabel Examens © 2011 Pagina 2


<strong>Gelaatsbehandeling</strong> ID1127-110111<br />

12. Waar bevindt zich de aanhechtingsplaats van de achterhoofdsspier?<br />

A) Aan het achterhoofdsbeen.<br />

B) Aan het schedelpeesblad.<br />

C) Aan het wandbeen.<br />

13. Waar vindt men bij de schedel gewrichtskraakbeen?<br />

A) Tussen achterhoofdsbeen en atlas.<br />

B) Tussen jukbeen en slaapbeen.<br />

C) Tussen onderkaak en bovenkaak.<br />

14. Met welke beenderen heeft het slaapbeen een naadverbinding?<br />

15.<br />

A) Met het achterhoofdsbeen, het wandbeen en de onderkaak.<br />

B) Met het achterhoofdsbeen, het wandbeen en het wiggebeen.<br />

C) Met het wiggebeen, de onderkaak en het wandbeen.<br />

Hier zie je het bovenaanzicht van een dwarsdoorsnede van de schedel.<br />

Naar welk deel van de schedel wijst de pijl?<br />

A) Slaapbeen.<br />

B) Wiggebeen.<br />

C) Zeefbeen.<br />

Capabel Examens © 2011 Pagina 3


<strong>Gelaatsbehandeling</strong> ID1127-110111<br />

16. Welk been vormt een deel van het dak van de neusholte?<br />

A) Het neusbeen.<br />

B) Het voorhoofdsbeen.<br />

C) Het zeefbeen.<br />

17. Op welk gedeelte van de onderkaak voer je hoofdzakelijk petrissages uit?<br />

A) Op de gewrichtsuitsteeksels van de onderkaak.<br />

B) Op het horizontale gedeelte van de onderkaak<br />

C) Op het verticale gedeelte van de onderkaak.<br />

18. Waardoor wordt de rug van de neus gevormd?<br />

A) Door de neusbeentjes.<br />

B) Door het voorhoofdsbeen.<br />

C) Door het zeefbeen.<br />

19. Welk gebied wordt door de inwendige halsslagader van bloed voorzien?<br />

A) De gezichtshuid.<br />

B) De hals.<br />

C) De hersenen.<br />

20. Naar welke ader wijst de pijl op de afbeelding?<br />

A) De oppervlakkige oogader.<br />

B) De oppervlakkige slaapader.<br />

C) De voorste gelaatsader.<br />

Capabel Examens © 2011 Pagina 4


<strong>Gelaatsbehandeling</strong> ID1127-110111<br />

21. Wat behoort tot de primaire effecten van de massage?<br />

A) Het ontstaan van een vlekkerige roodheid.<br />

B) Het verbeteren van de spiertonus.<br />

C) Het verplaatsen van bloed en lymfe.<br />

22. Wat is het biochemische effect van dwarse effleurages?<br />

A) De spiertonus verbetert.<br />

B) De talgafscheiding vermindert.<br />

C) De vorming van mestcellen wordt geactiveerd.<br />

23. Welke bewering over de massage is juist?<br />

A) Kort en diep uitgevoerde grepen werken ontspannend.<br />

B) Kort en snel uitgevoerde grepen werken ontspannend.<br />

C) Kort en snel uitgevoerde grepen werken stimulerend.<br />

24. Wat is het uiteindelijke doel van een pincementsmassage bij een oudere huid?<br />

A) De beïnvloeding van de vochthuishouding in het weefsel.<br />

B) De tonisering van de mimische spieren.<br />

C) De verbetering van de kwaliteit van het bindweefsel.<br />

25. Welke maskers hebben voornamelijk een reinigend effect?<br />

A) Lijnzaadpakkingen.<br />

B) Paraffinepakkingen.<br />

C) Poedermaskers.<br />

26. Welke bewering over paraffinemaskers is juist?<br />

A) Een paraffinemasker bevordert de zweetuitscheiding.<br />

B) Een paraffinemasker remt de vetopslag in de onderhuid.<br />

C) Een paraffinemasker verdunt de hoornlaag.<br />

27. Wat is doorgaans de volgorde voor het aanbrengen van make-up?<br />

A) Camouflage - crèmerouge - foundation.<br />

B) Camouflage - foundation - crèmerouge.<br />

C) Foundation - camouflage - poederrouge.<br />

28. Wat is een effect van een donkere kajal op de binnenrand van het onderooglid?<br />

A) De ogen lijken groter.<br />

B) De ogen lijken kleiner.<br />

C) De ogen lijken verder uit elkaar te staan.<br />

29. Hoe kunnen te ver uit elkaar staande ogen worden gecorrigeerd?<br />

A) Door de eyeliner bij de buitenooghoek te verlengen.<br />

B) Door de wenkbrauwen op de neusbrug dichter bij elkaar te tekenen.<br />

C) Door het opbrengen van een lichte kleur oogschaduw op het gehele bovenooglid.<br />

Capabel Examens © 2011 Pagina 5


<strong>Gelaatsbehandeling</strong> ID1127-110111<br />

30. Welke soort oogschaduw gebruik je bij voorkeur bij iemand die een bril draagt?<br />

A) Een crème.<br />

B) Een poeder.<br />

C) Een vette stift.<br />

31. Waarmee vul je het metalen reservoir van een koeldampapparaat?<br />

A) Met gedestilleerd water.<br />

B) Met lotion.<br />

C) Met lotion gemengd met water.<br />

32. Bij het gebruik van welk apparaat is het besmettingsrisico het grootst?<br />

A) Bij het borstelmassage-apparaat.<br />

B) Bij het elektrische desincrustatie-apparaat.<br />

C) Bij het iontoforese-apparaat.<br />

33. Welke apparaten gebruik je voor het toedienen van mechanische prikkels?<br />

A) Een gezichtssauna en een borstelapparaat.<br />

B) Een gezichtsvibrator en een vacuümzuigapparaat.<br />

C) Een vacuümzuigapparaat en een elektrokinesie-apparaat.<br />

34. Welke elektrode leg je bij een iontoforesebehandeling als tegenelektrode aan?<br />

A) De actieve elektrode.<br />

B) De passieve elektrode.<br />

C) De rolelektrode.<br />

35. Waar is een behandeling met hoogfrequentiemassage vooral op gericht?<br />

A) Op het verbeteren van de huiddoorbloeding.<br />

B) Op het verbeteren van de spiertonus.<br />

C) Op het verbeteren van de talgklierfunctie.<br />

36. Wat is de invloed van infraroodbestraling op de huid?<br />

A) Het reguleert de vochthuishouding.<br />

B) Het stimuleert de doorbloeding.<br />

C) Het werkt kalmerend.<br />

37. Welke bewering over een hogedrukpan is juist?<br />

A) Hierin kan men materialen alleen desinfecteren.<br />

B) Hierin kan men materialen alleen steriliseren.<br />

C) Hierin kan men materialen desinfecteren en steriliseren.<br />

38. Wat is de invloed van UV-B straling op de huid?<br />

A) Ze bevorderen de directe pigmentvorming.<br />

B) Ze bevorderen de indirecte pigmentvorming.<br />

C) Ze hebben een kiemdodende werking.<br />

Capabel Examens © 2011 Pagina 6


<strong>Gelaatsbehandeling</strong> ID1127-110111<br />

39. Wat zijn anionen?<br />

A) Negatief geladen deeltjes die zich in de richting van de anode bewegen.<br />

B) Negatief geladen deeltjes die zich in de richting van de kathode bewegen.<br />

C) Positief geladen deeltjes die zich in de richting van de anode bewegen.<br />

40. Welke stroomsoort wordt gebruikt bij elektrolyse?<br />

A) Continue gelijkstroom.<br />

B) Hoogfrequente wisselstroom.<br />

C) Middelfrequente wisselstroom.<br />

Capabel Examens © 2011 Pagina 7


<strong>Gelaatsbehandeling</strong> ID1127-110111<br />

Answer Key<br />

K:\Itembank\Examiner\SV-bank\SchVerz.xam "GelBeh-110111" Exam ID: 1127<br />

K:\Itembank\Examiner\SV-bank\SchVerz\BV000000.TKY<br />

The answer key lists the item number, then item difficulty, then the correct answer. For multiple-choice items,<br />

this is followed by the points required for mastery, and, if there is more than one correct response, a list of<br />

points for each alternative. Other item types show the answer. The item identifier is listed below the item<br />

number. The Total Points is the number of possible points in the test. The Number of points required for<br />

mastery is the points required to pass the exam.<br />

Number Difficulty Answer<br />

1: 0.50 A<br />

(35.1.2.1.1.1.2)<br />

Any Response Feedback: #<br />

2: 0.77 C<br />

(36.1.3.1.1.1.2)<br />

3: 0.50 B<br />

(39.2.3.1.1.1.1)<br />

4: 0.91 A<br />

(40.2.1.1.1.1.2)<br />

Any Response Feedback: #<br />

5: 0.50 C<br />

(41.1.1.2.1.1.1)<br />

Any Response Feedback: #<br />

6: 0.63 A<br />

(43.2.2.1.1.1.1)<br />

Any Response Feedback: #<br />

7: 0.50 B<br />

(43.3.4.1.1.1.4)<br />

8: 0.50 C<br />

(43.4.2.5.1.1.1)<br />

Any Response Feedback: #<br />

9: 0.50 B<br />

(43.4.4.2.1.1.1)<br />

10: 0.59 B<br />

(43.5.1.1.5.1.2)<br />

Any Response Feedback: #<br />

11: 0.50 B<br />

(43.5.2.1.11.1.3)<br />

12: 0.61 B<br />

(43.5.2.1.17.1.4)<br />

Any Response Feedback: #<br />

13: 0.66 A<br />

(44.2.2.2.1.1.1)<br />

Any Response Feedback: #<br />

Capabel Examens © 2011 Pagina 1


<strong>Gelaatsbehandeling</strong> ID1127-110111<br />

Number Difficulty Answer<br />

14: 0.78 B<br />

(44.3.1.2.3.1.1)<br />

Any Response Feedback: #<br />

15: 0.50 A<br />

(44.3.1.2.3.1.2)<br />

16: 0.60 C<br />

(44.3.1.2.5.1.3)<br />

17: 0.50 B<br />

(44.3.2.3.1.1.1)<br />

18: 0.56 A<br />

(44.3.2.4.1.1.1)<br />

Any Response Feedback: #<br />

19: 0.54 C<br />

(45.1.2.1.1.1.2)<br />

Any Response Feedback: #<br />

20: 0.62 C<br />

(45.2.3.1.1.1.1)<br />

Any Response Feedback: #<br />

21: 0.50 C<br />

(46.1.1.1.1.1.5)<br />

Any Response Feedback: #<br />

22: 0.26 C<br />

(47.1.1.2.1.1.2)<br />

23: 0.50 C<br />

(48.1.3.1.1.1.1)<br />

24: 0.65 C<br />

(50.1.2.1.1.1.1)<br />

Any Response Feedback: #<br />

25: 0.91 C<br />

(52.1.5.1.1.1.1)<br />

26: 0.76 A<br />

(52.1.7.1.1.1.3)<br />

Any Response Feedback: #<br />

27: 0.85 B<br />

(55.1.1.1.1.1.1)<br />

Any Response Feedback: #<br />

28: 0.69 B<br />

(56.3.3.5.1.1.1)<br />

29: 0.72 B<br />

(57.2.7.1.1.1.2)<br />

Answer Key<br />

Capabel Examens © 2011 Pagina 2


<strong>Gelaatsbehandeling</strong> ID1127-110111<br />

Number Difficulty Answer<br />

30: 0.86 B<br />

(58.1.4.3.1.1.1)<br />

31: 0.84 A<br />

(61.1.5.1.1.1.4)<br />

32: 0.87 A<br />

(61.2.1.1.1.1.1)<br />

33: 0.50 B<br />

(61.2.4.1.1.1.2)<br />

34: 0.50 B<br />

(61.3.1.2.1.1.4)<br />

35: 0.50 A<br />

(61.3.2.2.2.1.4)<br />

36: 0.90 B<br />

(61.4.1.1.1.1.1)<br />

Any Response Feedback: #<br />

37: 0.50 A<br />

(61.5.4.1.1.1.1)<br />

Any Response Feedback: #<br />

38: 0.50 B<br />

(61.6.2.2.2.1.1)<br />

Any Response Feedback: #<br />

39: 0.70 A<br />

(61.7.13.1.1.1.1)<br />

40: 0.54 A<br />

(61.7.17.1.1.1.2)<br />

Total points = 40<br />

Percentage required for mastery = 65% (26 points)<br />

Answer Key<br />

Capabel Examens © 2011 Pagina 3

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!