JG 20 nr 2 - Reynaertgenootschap
JG 20 nr 2 - Reynaertgenootschap
JG 20 nr 2 - Reynaertgenootschap
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
overtuigende manier met het Middelnederlandse dierenepos verbinden, bewijst de<br />
onverminderde potentie van dit mysterieuze ‘voorwerp’. Uit het verhaal (zie p. 163)<br />
en de afsluitende, ironische epiloog blijkt dat de graal voor meer dan één gat te vangen<br />
is en voor vele doelen inzetbaar.<br />
Een sleutelroman?<br />
180<br />
Wanneer Rosseel zijn graalhypothese te berde brengt, legt hij er de nadruk op dat<br />
hij leeft ‘in literatuur, poëtica en retorica. In taal en fictie. Ik zoek alleen op dát<br />
niveau’ (p. 47). Wat Rosseel onderzoekt of betoogt, heeft dus een louter fictioneel<br />
karakter. En dat klopt natuurlijk volkomen, want de graal bestaat niet echt, evenmin<br />
als de schat van koning Erme<strong>nr</strong>ike. Hetzelfde kan worden gezegd van de personages<br />
in Het leugenverhaal. Zoals Verhuyck in het al geciteerde Klara-interview<br />
onderstreept, zijn alle actoren verzonnen, al opereren ze in een heel herkenbare<br />
geografische ruimte. Wat voor Van den vos Reynaerde geldt, zou dus ook voor deze<br />
roman kunnen gelden: imaginaire personages in een reële ruimte (Hulst,<br />
Saeftinghe, Doel, Boudelo, Kriekeputte, Graauw), al haasten de auteurs zich om in<br />
hun verantwoording ook ‘de topografie van Graauw’ imaginair te noemen (p. 319).<br />
Toch kan men, bij nadere lectuur, niet ontkennen dat een paar personages erg<br />
dicht op de huid zitten van bestaande of historische personen. Zelfs als het de<br />
bedoeling niet was, kan ik de associatie van broeder Hiëronymus (de kloosternaam<br />
van Rosseel, zie p. 242 en p. 257) met broeder Aloïs moeilijk onderdrukken. Al<br />
behoort het fictieve personage tot de orde van de (wel degelijk bestaande) barnabieten<br />
(p. 72) en is broeder Aloïs (alias Jaak Vandervee) een allang overleden hiëronymiet,<br />
toch komen ze, behalve in hun broederlijke functie, ook in hun liefde voor<br />
de Reynaertfilologie niet onaardig met elkaar overeen. En zelfs als de ene niets met<br />
de andere gemeen heeft, is hier in ieder geval sprake van een leuk ‘spiegeleffect’ 16 .<br />
Iets gelijkaardigs overvalt me ook bij het herlezen van de bladzijden waarin notaris<br />
Notenbaert optreedt. Deze Vlaams-nationalist met grijs sikje is duidelijk van min of<br />
meer rechtse signatuur en doet me onverminderd denken aan een Vlaamse politicus<br />
die op zijn minst even rechts en bebaard is, en bovendien, net als Notenbaert,<br />
advocaat van beroep/vorming. Hoewel professor Ludolf maar een kortstondig optreden<br />
wordt gegund, doet de verwijzing naar ‘spruitjeslucht’ in de Nederlandse<br />
samenleving (zie p. 191) me hoe dan ook denken aan professor Ton Anbeek, die in<br />
vroeger jaren meer dan eens de beperkte horizon van de Nederlandse roman heeft<br />
betreurd.<br />
Toegegeven, bovenstaande subjectieve identificaties maken van Het leugenverhaal<br />
geen sleutelroman. Maar er kan niet ontkend worden dat het boek zich gul van<br />
de werkelijkheid bedient. Wie enigszins thuis is in de wereld van het ‘vossenonderzoek’,<br />
kan bij de volgende karakteristiek wellicht alleen aan het ‘<strong>Reynaertgenootschap</strong>’<br />
denken: ‘Er was zelfs een vereniging actief die elke letter van het middeleeuwse<br />
epos al ontelbare keren had omgedraaid en toch steeds weer met nieuwe<br />
inzichten en feitjes kwam aandragen’ (p. 51). De ‘fervente reinaerdianen’ waarvan<br />
sprake op dezelfde bladzijde, publiceren in het tijdschrift Tiecelijn, waaraan Paul<br />
Verhuyck zelf overigens menige bijdrage heeft geleverd. Voorts komen in de roman<br />
een aantal skinheads voor die met Germaanse symbolen stoeien en zich bekennen<br />
tot het gedachtegoed van dé leider en van een extreemrechtse Blikpartij. Natuurlijk<br />
wordt met geen woord verwezen naar eender welke Vlaamse politieke partij, maar<br />
Tiecelijn, <strong>20</strong>, <strong>20</strong>07