Basispracticum Biologische Chemie - Biochemistry
Basispracticum Biologische Chemie - Biochemistry
Basispracticum Biologische Chemie - Biochemistry
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
KLINISCHE ENZYMACTIVITEITEN<br />
Het doel van het experiment<br />
Het nauwkeurig kunnen uitvoeren van een gekoppelde spectrofotometrische<br />
enzymactiviteitsmeting en het kunnen interpreteren van de juistheid<br />
van het verkregen resultaat door een vervolgexperiment uit te voeren. Daarnaast<br />
wordt geoefend in het omzetten van een meerresultaat (vakjes op een<br />
recorder) naar enzymunits (μmol.min -1 .L serum -1 ).<br />
Inleiding<br />
De cellen van hogere organismen zijn sterk gedifferentieerd en zijn gegroepeerd<br />
in weefsels met specifieke functies. Deze specialisatie wordt door het<br />
cellulaire enzympatroon bepaald. Van het feit, dat cellen enzymologisch te<br />
karakteriseren zijn, wordt in de klinische chemie veelvuldig gebruik gemaakt.<br />
Bij ziekte sterven cellen af en lyseren. De inhoud van de cel komt in het bloed<br />
terecht. De meting van weefselspecifieke enzymen in het bloed kan de medicus<br />
helpen een objectieve diagnose te stellen. Vragen zoals “welke orgaan<br />
is beschadigd, wat is de omvang van de beschadiging en hoe verloopt het<br />
herstellingsproces?” kunnen mede door enzymactiviteitsmetingen beantwoord<br />
worden. In deze proef zal in serum de activiteit van glutamaat oxaloacetaat<br />
transaminase (GOT) en glutamaat pyruvaat transaminase (GPT) getest<br />
worden. De absolute grootte en de verhouding van deze enzymactiviteiten<br />
geeft informatie over het functioneren van hart en lever.<br />
Achtergrond informatie<br />
Twee veel toegepaste indicatorenzymen voor het functioneren van lever en<br />
hart zijn het glutamaat oxaloacetaat transaminase (GOT) en glutamaat pyruvaat<br />
transaminase (GPT). Beide zijn enzymen die onder meer in het cytoplasma<br />
voorkomen en dus bij beschadiging van het celmembraan relatief snel in<br />
de bloedbaan terechtkomen. Ook komen beide enzymen nagenoeg in alle<br />
lichaamscellen voor. Maar er is wel een verschil in concentratie. In hartcellen<br />
is de GOT concentratie relatief hoog en in levercellen is de GPT concentratie<br />
relatief hoog. Als iemand een hartinfarct heeft gekregen stijgt in 95% van de<br />
gevallen binnen 4-6 uur de GOT activiteit in het serum tot 30 U/l (1 U/l = een<br />
μmol substraat omgezet.min -1 .l -1 serum). Na 24-48 uur wordt het maximum<br />
bereikt (50-150 U/l) dat indicatief is voor de omvang van het getroffen gebied.<br />
Na 4-7 dagen zakt de GOT activiteit weer naar normale waarden. Dit is<br />
een maximum van 12 U/l.<br />
Het GPT kan beschouwd worden als een indicator voor sterfte van levercellen.<br />
Bij gezonde mensen is de GPT activiteit lager dan 12 U/l, bij een chronische<br />
leverontsteking is GPT > 20 U/l en bij een acute hepatitis of vergiftiging<br />
worden waarden tussen 150 en 500 U/l gevonden. Ondanks dat de concentratie<br />
GOT in levercellen relatief laag is, kan een verhoogde GOT activiteit<br />
(150-500 U/l) ook veroorzaakt worden door een massale leversterfte zoals<br />
wordt waargenomen bij een acute hepatitis. Dit wordt veroorzaakt door het<br />
feit dat het GPT in levercellen alleen in hoge concentratie in het cytoplasma<br />
voorkomt, terwijl het GOT in zowel het cytoplasma als in de mitochondriën<br />
voorkomt. Als cellen meer dan alleen maar beschadigd worden, maar volledig<br />
lyseren komt ook de inhoud van de mitochondriën in de bloedbaan<br />
terecht. Vandaar dat men om te kunnen discrimineren tussen sterfte van<br />
hartcellen of levercellen, altijd beide transaminases moet meten. Als naast<br />
- 50 -