Basispracticum Biologische Chemie - Biochemistry
Basispracticum Biologische Chemie - Biochemistry
Basispracticum Biologische Chemie - Biochemistry
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Meten onder v MAX condities<br />
De Michaelis-Menten vergelijking<br />
is: v = s * V MAX / (s + K M )<br />
Als men onder V MAX condities<br />
wil meten dan kiest men een<br />
substraatconcentratie die 10<br />
maal de K M is. Men meet dan<br />
91% van de theoretisch haalbare<br />
enzymactiviteit.<br />
v = 10*K M *V MAX /(10*K M +K M )<br />
= 10/11 * V MAX<br />
= 0.91 * v MAX<br />
Om 95% van de v MAX te meten<br />
moet de substraatconcentratie<br />
worden opgevoerd tot 18.9 maal<br />
de K M . v = 18.9/19.9 * v MAX<br />
Het rekenvoorbeeld geeft aan<br />
dat het praktisch nooit mogelijk<br />
is de v MAX te kunnen meten. Om<br />
een paar procent meer dan de<br />
91 % van de maximaal haalbare<br />
activiteit te meten moet de<br />
substraatconcentratie veel hoger<br />
worden met het gevaar van substraatremming<br />
en ander artifacten<br />
zoals hoge zoutconcentraties.<br />
Vandaar dat men kiest voor 10<br />
* de K M als conditie om onder<br />
v MAX condities te meten.<br />
toevoegen dan 5 μL van een onverdunde oplossing.<br />
- 20 μL plantenextract is een goede hoeveelheid om de substraat afhankelijkheid<br />
van de enzymactiviteit te testen.<br />
- Met behulp genoemde punten moet je in staat zijn een uitvoeringsprotocol<br />
te maken.<br />
GUS METINGEN<br />
Er moeten een drietal experimenten uitgevoerd worden.<br />
1) Eerst moet de fluorimeter worden gekalibreerd.<br />
2) Vervolgens wordt er bij een vaste hoeveelheid enzym een aantal experimenten<br />
uitgevoerd om de V MAX en K M te kunnen bepalen.<br />
3) Als laatste wordt onder V MAX condities de activiteit bij drie verschillende<br />
enzymconcentraties gemeten.<br />
Overleg met je assistent over het uitvoeringsprotocol en begin daarna met<br />
het vullen van virtuele cuvetten.<br />
- Volg de fluorescentie in de tijd op de recorder. De gevoeligheid van de<br />
fotomultiplier neemt direct na het begin van een meting af. Begin wel<br />
meteen met meten maar realiseer je dat na ongeveer 1-2 minuten de gevoeligheid<br />
stabiel is. Let dus goed op dat de activiteitsmeting niet door<br />
dit fenomeen en ander niet-lineaire fenomenen wordt beïnvloed. Voor<br />
een betrouwbare interpretatie van de enzymactiviteit moet de toename<br />
van de fluorescentie enkele minuten gevolgd kunnen worden op de recorder<br />
en moet de recordertrace een voldoende lineair stuk bevatten om<br />
er zeker van te zijn dat de activiteitsmeting stabiel is.<br />
- In het programma kan een raaklijn aan de curve worden getrokken. Noteer<br />
steeds de gebruikte concentratie enzym, substraat en de gemeten<br />
helling.<br />
1) Het kalibreren van de fluorimeter<br />
De gevoeligheid van de fluorimeter moet geijkt worden. Dit kan door een<br />
interne ijking uit te voeren. Aan reactiebuffer wordt MUB (het fluorescente<br />
product) toegevoegd. Bereken de concentratie en registreer de fluorescentie<br />
. Test meerdere concentraties MUB.<br />
Gebruik deze set waarnemingen om de ijkfactor voor de fluorescentiemetingen<br />
te bereken.<br />
2) Het bepalen van de K M , V MAX waarden<br />
a. Test eerst bij een vaste hoeveelheid bladextract de relatie substraat en<br />
enzymactiviteit.<br />
b. Bepaal door een fit van de dataset (substraatconcetratie-enzymactiviteit)<br />
aan een hyperbool de K M en V MAX waarden voor het enzympreparaat.<br />
3. Wanneer de gegevens niet goed genoeg zijn voor een goede betrouwbare<br />
analyse, herhaal dan enige metingen.<br />
3) Het bepalen van de MUG activiteit van het extract onder V MAX condities<br />
a. Nadat duidelijk is welke de V MAX condities zijn worden verschillende<br />
enzymhoeveelheden getest om te onderzoeken of er een lineair verband<br />
- 1 -