20.09.2013 Views

verslag

verslag

verslag

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

5. Algemene conclusie<br />

57 Stuk 38 (2000-2001) – Nr. 1<br />

Het Rekenhof concludeert dat een aantal voorwaarden om tot een<br />

doelmatige werking van het instrument milieuheffing te komen, niet of<br />

nauwelijks zijn vervuld.<br />

Het beleidsniveau geeft onvoldoende sturing aan de milieuheffende organisaties:<br />

het heeft zijn doelstellingen – in het bijzonder de regulerende<br />

werking van de milieuheffingen - onvoldoende transparant geformuleerd<br />

en gecommuniceerd. Ook de terugkoppeling naar het beleidsniveau laat<br />

te wensen over: de organisaties kregen weinig inspraak in de beleidsvorming,<br />

die doorgaans weinig evaluatie kent. De verschillende heffingsregelingen<br />

divergeren sterk en vertonen tal van tekortkomingen. De<br />

veelvuldige wijzigingen hebben de regelgeving in het algemeen onstabiel<br />

gemaakt.<br />

Het gebrek aan duidelijkheid, uniformiteit en coördinatie vertaalt zich op<br />

het niveau van de organisaties (beheersniveau) in een beperkt gebleven<br />

ontwikkeling van strategische en operationele doelstellingen, een sterk<br />

variërende integratie van de heffingsfunctie en een gebrek aan samenwerking<br />

en overleg. De organisaties divergeren ook in de mate waarin zij<br />

plannings- en beheersinstrumenten gebruiken. Prestatiemaatstaven zijn<br />

er weinig. Managementsinformatiesystemen zijn nog in ontwikkeling en<br />

verschillen van heffing tot heffing. Interne controlecomponenten zijn er<br />

doorgaans wel (organogrammen, personeelsplannen, functiebeschrijvingen,<br />

stroomdiagrammen,…), maar het interne controleproces is onvoldoende<br />

expliciet in de organisaties ingebouwd en vastgelegd. De<br />

heffingsorganisaties hebben onvoldoende zicht op de kostprijs van de<br />

heffingen en op de relatie tussen procesinput en -output. Prestatiebegrotingen<br />

zijn er niet.<br />

De organisaties slagen erin de decretale tijdslimieten voor de vestiging<br />

van de verschillende milieuheffingen te halen, ondanks een karige administratieve<br />

uitwerking van bv. dossierbehandelingstermijnen. Secundaire<br />

invorderingstermijnen zijn er niet. De organisaties hebben onvoldoende<br />

zicht op de volledigheid van de bestanden van heffingsplichtigen<br />

en ontberen een volwaardig controlebeleid.<br />

De organisaties beschikken ten slotte wel over de noodzakelijke financiele,<br />

budgettaire en boekhoudkundige basisinformatie, maar de boekhoudkundige<br />

verwerking van de ontvangsten is niet altijd homogeen en<br />

de informatie erover stroomt niet steeds systematisch door naar het beleidsniveau.<br />

Het Rekenhof waardeert het dat de Vlaamse ministers van Financiën en<br />

Begroting en van Leefmilieu de krachtlijnen van het rapport hebben onderschreven.<br />

De ministers hebben evenwel niet op alle conclusies en<br />

aanbevelingen gereageerd en bleken het niet met het Rekenhof eens te<br />

zijn over het gevolg dat zij dienen te geven aan de aanbevelingen inzake<br />

fiscaliteit, regelgeving en samenwerking tussen de overheidsactoren.<br />

Voor de uitvoering van de aangekondigde verbeteracties stelden zij<br />

geen termijnen vast. Tot op heden zetten zij evenmin al concrete stappen.<br />

Het Rekenhof is ervan overtuigd dat algemene richtlijnen en acties

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!