z - Santiago

z - Santiago z - Santiago

santiago.dev.schoonbrood.com
from santiago.dev.schoonbrood.com More from this publisher

SSTA


In juni dit jaar hebben wij weer een<br />

reis naar SANTIAGO DE COMPOSTELA<br />

Wij hebben ook reizen naar AMERIKA,<br />

THAILAND, MAROKKO en INDONESIE;<br />

in EUROPA naar ZWITSERLAND, IERLAND,<br />

PRAAG enz.; en naar BIJBELSE landen<br />

onder leiding van een theoloog.<br />

BEL: 03438 - l 51 22 h u krijgt<br />

onze reisgids GRATIS toegestuurd.<br />

Fietsen naar Santia<br />

28 augustus - 20 september 1992<br />

Vanaf de Frans/Spaanse grens<br />

naar <strong>Santiago</strong> de Compostela.<br />

Gemiddelde dagafstand ca 60 km.<br />

Heen/terugreis per bus of trein<br />

Wij verzorgen<br />

het fiets- en bagagevervoer<br />

Reissom: v.a f 1840,-<br />

Folder: 020 - 6 204 304<br />

SINGEL 393 e 1012 WN AMSTERDAM<br />

gidsen & detailkaarten voor bergsport.<br />

voet-, fiets-, kano-, langlauf- en skitochten<br />

SANTIAGO-GANGERS!<br />

SZuu f0.65 aan po&tzeg&<br />

in een envelop en U ent-<br />

vangt onze nieuwe ba2e.L-<br />

gjaZ "SIMT- JACOBSROUTE"<br />

open ma tlm za 11-17<br />

(van 114 tot 3U7 do ook van 17-21)<br />

postorderservice op<br />

schriftelijke bestelling<br />

telefoon 020 - 274455


COLOFON<br />

DE JACOBSSTAF is het<br />

verenigingsblad van het<br />

Nederlands Genootschap<br />

van Sint-Jacob. Het<br />

verschijnt viermaal per<br />

jaar.<br />

Oplage: 825<br />

ISSN 0923- 1 145<br />

Redactie:<br />

Cees Hilberdink,<br />

Peter Jas,<br />

Herman Stokmans,<br />

Frank Claessen.<br />

Mede werkers: R. Conens<br />

H. van Ei1<br />

Redactie-adres:<br />

Grote Noord 3<br />

162 7 KD HOORN telefoon:<br />

(02290) 1 52 10.<br />

@ Nederlands Genoot-<br />

schap van Sint-Jacob.<br />

Niets uit deze uitgave<br />

mag worden verveelvoudigd<br />

en/of openbaar gemaakt<br />

door middel van<br />

druk, fotokopie of op<br />

welke andere wijze dan<br />

ook, zonder voorafgaande<br />

schriftelijke toestemming<br />

van de uitgever.<br />

Omslag : R. Conens<br />

Druk: NV SDU 's-Gravenhage<br />

INHOUD<br />

nr. 13 jaargang 4 (1 992) maart<br />

Linosnede<br />

Van de redactie<br />

Bij de dertiende Jacobsstaf (Dircksens)<br />

Heilige pelgrims en pelgrimsheiligen IMadou)<br />

St. Jacobus in Bergen op Zoom (van Koppen)<br />

Zoekertjes<br />

Een gevelsteen in Haarlem (van der Werff)<br />

Uit de regio's<br />

Oude <strong>Santiago</strong>-gangers (Moussault)<br />

IN-DRUK<br />

Geknipt voor u<br />

Voorjaarsvergadering<br />

Oproep<br />

Van onze buitenlandse vrienden<br />

Compostellana's<br />

Agenda<br />

Ons postorderbedrijf<br />

LEDENADMINISTRATIE:<br />

Nico Zijp, Marsdiepstraat 5 12, 1784 AZ Den Helder<br />

telefoon: (022301 3 25 72


LINOSNEDE<br />

De hiernaast staande linosnede is er een uit een serie die Ruud Harmsen uit<br />

Beuningen gemaakt heeft naar aanleiding van zijn tocht naar <strong>Santiago</strong> de Com-<br />

postela. Het is de bedoeling dat een deel van deze serie zal worden geëxposeerd<br />

tijdens de voorjaarsvergadering in 's-Hertogenbosch.<br />

Het commentaar van de maker bij deze afbeelding luidt als volgt:<br />

"Deze afbeelding heeft geen directe relatie met mijn voettocht of route, dat wil<br />

zeggen, hij is niet aan een bepaalde plaats of gebeurtenis gebonden. Wel heeft<br />

hij een meer algemene betekenis: de mens, als pelgrim, op zijn weg.<br />

De voorstelling toont een pelgrim in wijde mantel met in de hand een wandelstok<br />

met daaraan een kalebas. Op de achtergrond is het <strong>Santiago</strong>kruis aanwezig.<br />

Boven verschijnt een hand uit de hemel. In de middeleeuwse iconografie is dit<br />

vaak de hand Gods die de mens insprireert, zegent of diens (levenslweg leidt.<br />

In deze kontekst is het de hand van Jacobus. Aan weerszijden is een Grieks<br />

motief, namelijk de "lopende hond", uitgesneden.<br />

Deze afbeelding heeft betrekking op de gehele serie omdat ik onderweg het<br />

gevoel heb gehad dat Jacobus mij voortdreef, leidde of soms ook liet stilstaan".


VAN DE REDACTIE<br />

Een nieuw jaar. (Hartelijk dank voor uw Nieuwjaarswensen) Een nieuwe redactie.<br />

Dat is gelukkig voor JACOBSSTAF en genootschap niet elk jaar het geval ge-<br />

weest. Integendeel zelfs, want het is Annet van Wiechen geweest die de drijven-<br />

de kracht achter "ons blad" is geweest. Rubrieken verzon zij, artikelen schreef<br />

zij, de inspiratiebron voor de huidige presentatie van DE JACOBSSTAF was zij<br />

(en Ruud Conens niet te vergeten) en ook de minder leuke dingen als teksten<br />

verwerken en bewerken, de contacten met de drukker en de verzending ontsnap-<br />

ten niet aan haar aandacht. Als er ooit "een gulden pelgrimssandaal" als blijk van<br />

zeer grote waardering gaat worden uitgereikt dan zal Annet ongetwijfeld de<br />

eerste zijn die hem krijgt. Hulde Annet en bedankt namens ons allemaal.<br />

Het feit dat DE JACOBSSTAF anno 1992 er ongeveer hetzelfde uitziet als voor-<br />

gaande jaren, is het beste bewijs dat de (gedeeltelijk) vernieuwde redactie graag<br />

verder werkt aan datgene dat gebleken is goed te zijn. Een handzaam formaat,<br />

met vaste rubrieken, ruimschoots informatie en bovenal een (geschreven) plat-<br />

vorm voor de leden van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob. Want DE<br />

JACOBSSTAF is er niet voor de redactie maar voor de leden en de lezers. En wie<br />

uit deze woorden begrijpt dat er vooral veel moet worden geschreven, veel com-<br />

mentaar moet worden geleverd, opbouwende kritieken moeten worden gegeven,<br />

en ideeën en suggesties moeten worden aangedragen, die heeft het goed begre-<br />

pen (liefst op schijf (WP) en anders bij voorkeur getypt)! Op één voorwaarde: let<br />

steeds op de uiterste verzenddatum voor de kopij, anders komt de verzending in<br />

gevaar.<br />

De nieuwe redactie bestaat voorlopig uit:<br />

Frank Claessen, eindredacteur<br />

Cees Hilberdink, redacteur<br />

Peter Jas, redactiesecretaris<br />

- Herman Stokmans, verzending<br />

In DE volgende JACOBSSTAF stellen zij zich wat uitgebreider aan u voor.<br />

De uiterste inleverdatum van copy voor het volgende nummer<br />

is 11 april<br />

Nieuw redactie-adres: Grote Noord 3, 1621 KD Hoorn


BIJ DE DERTIENDE JACOBSSTAF<br />

In een blad als DE JACOBSSTAF is de actualiteit moeilijk aan te houden. Zo<br />

moet ik u allen, namens het bestuur van het Nederlands Genootschap van Sint-<br />

Jacob, natuurlijk nog een goed 1992 wensen, maar als ik dit tik is het al 28<br />

januari en voordat het u onder ogen komt zitten we al ver in maart. Niettemin,<br />

van harte! Een tweede onderwerp, waaraan de tand des tijds al heeft geknab-<br />

beld, is het internationale congres over het Heilig Jaar (19931, dat op 23 en 24<br />

november in <strong>Santiago</strong> gehouden werd. Het was georganiseerd door de 'Consel-<br />

leria de Relacións Institucionais e Portavoz do Goberno' van de Xunta de Galicia.<br />

Ik schrijf dat even op, niet alleen om het organiserend comité de lof toe te<br />

zwaaien die het toekomt, maar vooral om die naam. Spreek maar eens hardop<br />

uit! Zelfs als je geen Castiliaans of Galicisch verstaat klinkt die als een lied ....<br />

Maar goed. Behalve talrijke politici en ambtenaren waren er tientallen reisonder-<br />

nemingen uit de hele wereld aanwezig; niet alleen vele Europese landen, maar<br />

ook de Verenigde Staten, Latijns Amerika en zelfs Japan waren vertegenwoor-<br />

digd. Als tegenwicht tegen al dat commerciële en toeristische geweld waren ook<br />

officiële vertegenwoordigers van alle Europese genootschappen (behalve het<br />

Vlaamse) aanwezig. Zij verenigden zich in hun verzet tegen de aanslagen die er<br />

op 'hun' pelgrimsroute gepleegd dreigden te worden. Het ergste plan was intus-<br />

sen van tafel verdwenen: een supermarkt op de Monte del Gozo. Maar ook een<br />

vijfsterren-hotel hoort daar niet te worden gebouwd. En het dichtsmeren van de<br />

route met een drie meter breed asfaltpad kon ook al niet op veel sympathie van<br />

de genootschappen rekenen. Wordt de aantrekkelijkheid van de route immers<br />

niet verhoogd doordat de tocht zelf ons ontberingen doet doorstaan? Het kan<br />

toch niet zijn dat een eeuwenoude pelgrimsroute verwordt tot een soort super-<br />

vierdaagse, een wandeltocht met volop friettenten langs de weg! Het enige waar<br />

wij namens de pelgrims om vragen is voldoende verkeersveiligheid, bijvoorbeeld<br />

door autoverkeer en voetgangers gescheiden te houden.<br />

Voordat verontruste, toeristisch ingestelde leden zich nu gaan afvragen of zij<br />

soms minder welkom zijn op de wegen naar Sint-Jacob dan pelgrims die de<br />

route geheel of gedeeltelijk te voet afleggen, een korte geruststelling: niet alleen<br />

zijn zij even welkom als wie dan ook, ons Genootschap heeft juist steeds uit-<br />

drukkelijk uitgesproken dat er op de wegen naar <strong>Santiago</strong> plaats móét zijn voor<br />

ieders persoonlijke beleving ervan. In een volgende Jacobsstaf wil ik hierop nog<br />

eens wat dieper ingaan. Koen Dircksens, voorzitter.


HEILIGE PELGRIMS<br />

ASTURIAS<br />

pelgrimsheiligen en heiligdommen langs de weg<br />

Ast ura, het water van de bergen. Dit zou de vroegere naam geweest zijn van de<br />

rivier die thans de Esla heet. Sinds onheuglijke tijden draagt het land, door deze<br />

rivier bespoeld, de naam Asturias. Het is een klein land, tussen Galicië en Canta-<br />

brië gelegen, omsloten door haast ondoordringbare bergen - de Picos de Europa -<br />

maar openliggend naar de oceaan. Geografisch gezien moeilijk toegankelijk en<br />

daardoor relatief geïsoleerd, is Asturië als laatste gewest in Spanje door de Ro-<br />

meinen veroverd en later, onder de visigotische koningen, bleef het een randge-<br />

bied van weinig betekenis. In de zeer ingewikkelde geschiedenis van Spanje na<br />

de Moorse invallen van 71 1 heeft Asturië echter een hoofdrol gespeeld. Daar<br />

immers is de bakermat van de reconquista, het georganizeerde verzet tegen de<br />

vreemde overheerser. Daar vinden we de eerste sporen van de Jacobusverering<br />

en daar ontstaat in de loop van de negende eeuw een kunst die zonder enige<br />

overdrijving schitterend genoemd mag worden. Bovendien bood de hoofdstad<br />

Oviedo aan de <strong>Santiago</strong>pelgrims de gelegenheid aldaar de goddelijke Zaligmaker,<br />

San Salvador, te vereren, want:


Qui a esté a Saint Jacques<br />

et n'esté a Sainct Salvateur<br />

a visité Ie serviteur<br />

et a laissé /e Seigneur (Pelgrimslied, 1583).<br />

Er zijn dus voldoende redenen om ons, in dit voor Spanje haast magische jaar<br />

1992, met de "Jacobsstaf" terug te trekken in het land waar de rivier Ast ura<br />

vloeit, ver van het feestgewoel van Sevilla of Barcelona, ver van "Granada<br />

1492" en de reis van Columbus, nu precies vijfhonderd jaar geleden.<br />

In vier bijdragen zal achtereenvolgens aandacht besteed worden aan de geschie-<br />

denis van het Asturische rijk en zijn koningen, aan de Asturische kunst en aan<br />

de bedevaart naar San Salvador in Oviedo, een bijzondere etappe op een alterna-<br />

tieve camino de <strong>Santiago</strong>.<br />

HET VOORSPEL: OPKOMST EN GROEI VAN HET ASTURISCHE RIJK (71 8-791 )<br />

De slag bij de rivier Guadalete op 19 juli 71 1 betekende het einde van ruim an-<br />

derhalve eeuw visigotische heerschappij over Spanje. Innerlijke verdeeldheid en<br />

onophoudelijke twisten hadden dit door Germanen bestuurde rijk ondermijnd,<br />

zodat het een gemakkelijke prooi werd voor de muzelmanse invallen vanuit<br />

Noord-Afrika. De verwarring binnen Spanje was dan ook niet te overzien en het<br />

is moeilijk te achterhalen wat er in de eerste decennia van de achtste eeuw alle-<br />

maal gebeurd is. Geschreven bronnen over deze periode dateren immers uit de<br />

negende eeuw en zijn derhalve reeds gekleurd door een uitgesproken interpreta-<br />

tie van de feiten. De nevelen waarin de oudste geschiedenis van Asturië gehuld<br />

is waren in de negende eeuw reeds verjaagd door het licht van een nieuwe men-<br />

taliteit die alle geloof hechtte aan tradities en legenden. Zo ontstond het verhaal<br />

over de heldhaftige visigotische edelmar! Pelayo die met een ware doodsverach-<br />

ting de strijd tegen de Moren aanbond en zegevierend de leider werd van een<br />

handvol christenen, de harde kern van het verzet tegen de indringer. Met de<br />

mythe van Pelayo begint aldus de historie van het Spanje na Guadalete.<br />

Algemeen wordt aangenomen dat het ruwe Asturische bergland de wijkplaats<br />

was voor vele visigotische vluchtelingen. De Moren volgden hen echter op de<br />

voet en in de plaats Gijón installeerde zich de Moorse gouverneur Munuza. Nie-<br />

mand dacht eraan een opstand tegen de bezetter te ontketenen tot het volgende<br />

gebeurde. Pelayo, een vluchteling als vele anderen, was in dienst getreden van


de Berber Munuza. Deze laatste liet zijn oog vallen op de mooie zuster van Pelay-<br />

o en tegen de zin van het meisje nam hij haar tot vrouw. Hij stuurde Pelayo met<br />

een missie naar Córdoba, maar in 717 slaagde deze erin te vluchten en keerde<br />

terug naar Asturië waar hij zich terugtrok in de vallei van Cangas de Onis. Zijn<br />

persoonlijke wraakgevoelens ten overstaan van Munuza deden hem plannen<br />

smeden tot een opstand. Door handig in te spelen op de vrijheidszin van de As-<br />

turische bergbewoners kon hij hen winnen voor een rebellie tegen Munuza en<br />

diens gevolg. De eerste pogingen om het Moorse juk af te werpen waren dus<br />

niet ingegeven door politieke noch door religieuze motieven!<br />

Berichten over schermutselingen in Asturië tussen de inheemse bevolking en de<br />

bezetter drongen wel door tot in Córdoba, doch wekten aldaar weinig belangstel-<br />

ling. De nieuwe machthebbers hadden de handen vol met de organisatie van hun<br />

territorium en bovendien bereidden de muzelmannen een veldtocht naar Gallië<br />

voor. Op herhaald aandringen van Munuza stuurde men, vermoedelijk in de lente<br />

van 722, een strafexpeditie vanuit al-Andalus naar het Noorden. Bisschop Oppa<br />

van Sevilla, vriend van de Moren, werd met de troepen meegestuurd om met<br />

Pelayo over vrede te onderhandelen.


Bij het vernemen van dit bericht verdeelde Pelayo zijn manschappen over enkele<br />

strategische hoogten in het gebergte en zelf trok hij zich met een kleine groep<br />

strijders terug in de grot van Covadonga, die volgens een niet controleerbare<br />

traditie, toegewijd was aan de heilige Maagd. Covadonga was de cova Domini-<br />

ca, de grot van de Vrouwe. In die grot kreeg Pelayo een visioen: een groot vlam-<br />

mend kruis verscheen hem. Dit teken gaf de leider moed en terstond vervaardig-<br />

de hij een kruis uit eikenhout dat hij als standaard in de komende strijd zou mee-<br />

dragen. Een andere versie van de legende luidt dat Pelayo een eikenhouten kruis<br />

kreeg van een eremiet die in de grot leefde. De heilige man verzekerde Pelayo<br />

dat dit kruis het teken was van de victorie. Op dit kruis zal verder nog terugge-<br />

komen worden.<br />

Intussen naderde het Moorse leger de grot van Covadonga. Oppa riep Pelayo op<br />

om zich over te geven doch kreeg als antwoord dat er met een verrader niet<br />

onderhandeld werd. In woede ontstoken gaf Oppa het bevel tot de aanval. De<br />

christenen hadden een groot vertrouwen in Maria en op mirakuleuze wijze verleende<br />

zij haar tussenkomst. Het regende weldra pijlen en stenen op de grot,<br />

maar alles ketste af op de rotsen en viel terug op de aanvallers. Een uitval van<br />

Pelayo en de zijnen verhoogde nog de paniek die in de vijandelijke linies ontstaan<br />

was en de Moren sloegen op de vlucht. Helaas waren zij niet vertrouwd met het<br />

terrein. Op de bergpaden werden zij bekogeld door rotsblokken en boomstammen.<br />

De wachters die Pelayo op de bergtoppen had uitgezet deden hun werk<br />

goed. In de smalle bergkloven zat de vijand als een muis in de val. Tot overmaat<br />

van ramp brak een vreselijke storm los en een groot deel van het Moorse leger<br />

verdronk in de rivier de Deva. Aldus behaalden de christenen hun eerste overwinning<br />

op 28 mei 722.<br />

Munuza haastte zich uit Gijón te ontkomen maar hij werd onderweg gedood.<br />

Pelayo organiseerde nu een leger dat versterking kreeg uit Galicië en uit Canta-<br />

brië. Hij maakte Cangas de Onis tot hoofdplaats van zijn rijk en de traditie wil<br />

dat sinds de slag bij Covadonga geen enkele moslim het nog waagde naar de<br />

overzijde van de Cantabrische bergen te gaan.<br />

De slag bij Sovadonga was vooral vanuit psychologisch standpunt gezien van<br />

enorme betekenis. Latere kroniekschrijvers maakten van Pelayo een held en<br />

bestempelden hem eenduidig als de man onder wiens leiding Spanje aan een<br />

nieuwe fase van zijn geschiedenis begon. De providentiële tussenkomst in die<br />

eerste veldslag beschouwde men als een argument te meer om te bewijzen dat


het christene Spanje inderdaad geroepen was om tot in lengte van dagen de<br />

muzelmannen te bestrijden. Covadonga groeide uit tot een druk bezocht Maria-<br />

oord van nationale betekenis. In de 19de eeuw bouwde men bij de grot een<br />

indrukwekkende basiliek en Pelayo kreeg er een standbeeld. Zo werd Asturië de<br />

wieg van Spanje. Daar is tenslotte alles begonnen wat tot in 1492 de binnen-<br />

landse politiek van Spanje zou bepalen, namelijk de reconquista. Het zal dan ook<br />

niemand verbazen dat de eretitel van Princpe de Asturias, prins van Asturië,<br />

enkel voorbehouden blijft voor de Spaanse kroonprins.<br />

Doch keren we teri?g naar de geschiedenis.<br />

Nog tijdens het leven van Pelayo, die nog meer gevechten tegen de Moren ge-<br />

voerd zou hebben, had Karel Martel in 732 tussen Tours en Poitiers de legers<br />

van de muzelmannen een verpletterende nederlaag bezorgd. De expansiedrift van<br />

de islam naar het Noorden was hiermede voor goed afgeremd.<br />

Pelayo stierf in 737 in Cangas de Onis en werd begraven in een door hem ge-<br />

sticht kerkje in de buurt van Covadonga. Zijn stoffelijke resten en die van zijn<br />

vrouw Gaudiosa werden tijdens de regering van Alfonso X ( 1252- 1284) overge-<br />

bracht naar de grot van Covadonga en bijgezet in een graf naast het Maria-al-<br />

taar. Het graf is er nu nog te zien.


Pelayo had zijn dochter Ermesinda als bruid gegeven aan Alfonso, de zoon van<br />

de hertog van Cantabrië. Zijn zoon Favila werd tot zijn opvolger gekozen. De<br />

nieuwe heerser liet in Cangas de Onis een kerkje bouwen ter ere van het Heilig<br />

Kruis. Daar bewaarde men het eikenhouten kruis dat Pelayo tijdens zijn veldtoch-<br />

ten als standaard had gebruikt. Dit kerkje werd in 1936 volledig verwoest en<br />

onder het regime van Franco weer opgebouwd. Over het oorspronkelijke uitzicht<br />

van dit oudste monument van Asturische kunst kan men zich geen enkele voor-<br />

stelling meer vormen.<br />

De regering van Favila duurde slechts twee jaar. Hij verongelukte in 739 tijdens<br />

een berenjacht. Aan zij naam zijn geen noemenswaardige politieke noch militaire<br />

feiten verbonden.<br />

Hij werd opgevolgd door zijn zwager, Alfonso van Cantabrië. Deze Alfonso 1 is<br />

de eerste Asturische vorst die de titel van koning zou gedragen hebben. Zijn<br />

regering viel samen met een diepe crisis in het rijk van al-Andalus en zo werd<br />

Alfonso I niet gehinderd bij de uitbreiding van zijn grondgebied over de hele<br />

noordkust van Spanje, over Noord-Portugal, León, Castilië en Alava. Hij stootte<br />

door naar het zuiden tot aan de Duero en geholpen door zijn broer Fruela ont-<br />

volkte hij systematisch vele oude steden en ook de uitgestrekte vruchtbare<br />

graanvlakte, de oude campos góticos. De visigotische bevolking werd naar het<br />

Noorden gekanaliseerd wat leidde tot een dichtere populatie van Asturië en dus<br />

ook tot een groter potentieel aan weerstand tegen eventuele verdere aanvallen<br />

uit ai-Andalus. Het scheppen van dit grote strategische vacuüm ten zuiden van<br />

het kleine christene koninkrijk was een geniale onderneming. Asturië was te klein<br />

om de enorme grenzen te verdedigen en het totaal ontvolkte "niemandsland"<br />

leverde de Moren geen enkel voordeel, daar het gebied verstoken was van elke<br />

mogelijke bevoorrading voor de troepen. Het Asturische rijk was een realiteit<br />

geworden, door de autoriteiten van Córdoba ingeschat als een te duchten tegen-<br />

stander.<br />

Alfonso I, die de bijnaam "de Katholieke" kreeg, stierf te Cangas de Onis in 757<br />

en werd daar ook begraven. Later werd zijn gebeente overgebracht naar de grot<br />

van Covadonga waar hij een graf kreeg naast dat van Pelayo.<br />

Fruela I, naamgenoot van zijn oom, volgde zijn vader Alfonso I op. Van hem zegt<br />

men dat hij een dapper krijgsman was met veel politiek talent, maar buitenge-<br />

woon wreedaardig. Tegen de Moren voerde hij vooral een succesvolle defensieve<br />

politiek. Binnen zijn rijk had hij af te rekenen met opstanden in Galicië en moest


PELAYO<br />

71 8-737<br />

PEDRO<br />

herrog van Cantabrië<br />

r I r i<br />

FAVILA<br />

737-739<br />

l<br />

ERMESINDA x ALFONSO I<br />

739-757<br />

I 1 ,I,<br />

FRUELA I x MUNIA ADOSINDA x SILO MAUREGATO AURELIO BERMUDO I<br />

1<br />

757-768<br />

774-783 783-788 768-774 788-791<br />

(bastaard)<br />

1 l<br />

ALFONSO 11 l<br />

l<br />

i<br />

RAMIRO I GARCIA<br />

843-850<br />

7<br />

ALFONSO I11<br />

866-91 O<br />

hij strijd leveren tegen de Basken. In 761 was hij de toestand de baas. Onder de<br />

Baskische gevangenen koos hij zijn vrouw. Haar naam was Munia en zij werd de<br />

moeder van de latere Alfonso ll. Fruela I stichtte een kleine nederzetting met een<br />

paar kleine kerkjes, waaronder de San Salvador: dit plaatsje Ovetao zal later<br />

uitgroeien tot het belangrijke Oviedo.<br />

Tengevolge van de moord op zijn broer verloor de koning de gunst van het volk<br />

en niettegenstaande zijn pogingen tot verzoening werd hij in 768 te Cangas de<br />

Onis om het leven gebracht.<br />

Tot zijn opvolger koos men zijn neef Aurelio, een vorst die vrede sloot met de<br />

Moren. In 774 stierf hij na een ziekte. Zijn opvolging schiep nogal wat problemen<br />

maar uiteindelijk viel de keuze op Silo, de echtgenoot van Adosinda die zelf een<br />

dochter was van Alfonso I. Silo wist de vrede met de Moren te bewaren maar<br />

binnen zijn eigen rijk moest hij diverse opstanden de kop indrukken. Hij maakte<br />

Pravia tot hoofdstad van Asturië, vermoedelijk omdat hij vanuit deze plaats een<br />

betere controle kon uitoefenen op het lastige Galicië. In de buurt van Pravia<br />

stichtte hij het klooster van Santianes, toegewijd aan Johannes de Evangelist.<br />

De koning stierf kinderloos in 783. Zijn weduwe Adosinda beijverde zich om<br />

Alfonso, de zoon van Fruela en de Baskische Munia op de troon te helpen. De<br />

machtigen van het rijk waren evenwel onderling verdeeld. De enen steunden<br />

Adosinda in haar keuze, de anderen kozen partij voor Mauregato, een bastaard-<br />

zoon van Alfonso I. Mauregato greep de macht en Alfonso vluchtte naar Alava,<br />

bij de familie van zijn moeder. Adosinda nam de sluier in het klooster van Santi-<br />

anes bij Pravia.


Over de persoon van Mauregato is weinig geweten. Hij leefde in vrede met de<br />

Moren, maar de legende wil dat hij in ruil voor die vrede elk jaar honderd christe-<br />

ne meisjes naar Córdoba zou sturen. Het is het bekende verhaal van het tribuut<br />

van de cien doncellas.<br />

De populaire geschiedschrijving is geneigd Mauregato in een ongunstig daglicht<br />

m te stellen omwille van zijn vermeende Moorse sympathieën en heel zeker ook<br />

m -<br />

g<br />

o<br />

omwille van het tribuut van de cien doncellas. Dit laatste is echter een volkse<br />

5 legende uit de twaalfde eeuw en kan Mauregato niet ten laste gelegd worden.<br />

J<br />

2<br />

Wetenschappelijk controleerbare bronnen wijzen in een heel andere richting wat<br />

5<br />

Y<br />

.- a,<br />

v .-<br />

V)<br />

m<br />

n<br />

betreft de persoon van Mauregato. Tijdens zijn regering ontstond de liturgische<br />

hymne O Dei verbum patris waarvan de beginletters van de vijfde en zesde stro-<br />

Q fe de naam van de koning vormen en waarvan de tiende strofe aanvangt met<br />

O<br />

2 een aanroeping tot sint Jacob als "onze machtige beschermer en onze patroon".<br />

.- O<br />

N<br />

. Deze hymne laat toe te besluiten dat, nog vóór de ontdekking van het apostel-<br />

m<br />

o, graf in Compostella, <strong>Santiago</strong> reeds in Asturië vereerd werd. Het is derhalve<br />

O<br />

moeilijk aan te nemen dat een koning, in een zo nauw verband met <strong>Santiago</strong><br />

><br />

o genoemd, de vijand van de christenen zou gesteund hebben.


Op het kerkelijke vlak rees tijdens de regering van Mauregato het probleem van<br />

het adoptionisme, een taaie ketterij die vooral in Spanje nogal wat aanhangers<br />

kende. De vurigste bestrijder van deze dwaalleer was Beatus van Liébana. In<br />

785 vertoefde deze erudiete en invloedrijke geestelijke in Pravia. Hij was aanwe-<br />

zig bij de kloosterintrede te Santianes van de koningin-weduwe Adosinda. Of hij<br />

bij deze gelegenheid in contact kwam met het hof moet hier in het midden blij-<br />

ven. Of de koning zelf zich met het probleem van het adoptionisme heeft ingela-<br />

ten is evenmin te achterhalen. Wel is het zeker dat Mauregato met de kerkelijke<br />

toestanden begaan was. Hij was de stichter van drie kloosters in Galicië en drie<br />

kloosters in de streek van Liébana.<br />

Na de dood van de koning in 788 koos de adel Bermudo l, broer van Aureiio, tot<br />

zijn opvolger. De man was diaken gewijd maar trad alsnog in het huwelijk en<br />

kreeg twee zonen, Ramiro en Garcia. Hij was een vredelievend vorst die nood-<br />

gedwongen ten strijde moest trekken tegen de oprukkende Moren. In een veld-<br />

slag bij het huidige Villafranca del Bierzo leed hij in 791 de nederlaag. Dit deed<br />

Bermudo besluiten aan de troon te verzaken ten gunste van Aifonso II die nu<br />

eindelijk uit zijn Baskische ballingschap kon terugkeren. Bermudo bleef zijn hele<br />

verdere leven de nieuwe souverein, de eerste in de geschiedenis van Asturië die<br />

tot koning gezalfd werd, trouw bijstaan. Na zijn dood werd hij begraven in Ovie-<br />

do.<br />

Onder Alfonso II, in de geschiedenis bekend als el Casto, de Kuise, breekt de<br />

eerste bloeiperiode aan van de Asturische kunst. Met deze vorst begint ook een<br />

tweede periode in de Asturische geschiedenis: het rijk van Oviedo.<br />

Mireiile Madou


SINT JACOBUS IN BERGEN OP ZOOM<br />

Begin augustus 1975 begonnen in Bergen op Zoom sloopwerkzaamheden aan de<br />

Vismarkt, waarbij restanten werden aangetroffen van de vroegere bebouwing ter<br />

plaatse, waarvan de Sint Jacobskapel het voornaamste bouwwerk vormde. De<br />

verrassende vondst van de funderingen van die kapel bracht als vanzelf de nood-<br />

zaak met zich de geschiedenis ervan en van haar omgeving te onderzoeken.<br />

De grotere steden in de Nederlanden hadden kerken, kapellen of gasthuizen aan<br />

Sint Jacob gewijd. Het is niet duidelijk of het ontstaan van deze godshuizen<br />

verband hield met de pelgrimsweg naar Compostela die in Frankrijk wel is gere-<br />

construeerd, doch waarvan in de Nederlanden nog geen studie is gemaakt. Ber-<br />

gen op Zoom kan op die route gelegen hebben; ten noorden had Steenbergen<br />

Sint Jacob als kerkpatroon, ten zuiden waren er kapellen van deze heilige op<br />

Hoogschoten onder Ekeren, ook te Kapellen, alsmede te Antwerpen zelf. Een<br />

nieuw bedijkte parochie onder het markiezaat van Bergen op Zoom, Fijnaart, had<br />

een zegel met een afbeelding van Sint Jacob en werd ook Sint Jacobsland ge-<br />

noemd. Een Bergen op Zoomse zilversmid vervaardigde nog in 1595 voor de Sint<br />

Jacobsbroeders te Sint Maartensdijk een zilveren beker waarop een beeldje van<br />

de heilige als pelgrim.<br />

Zoals bekend werd de pelgrimstocht naar Compostela dikwijls als boete opgelegd.<br />

Een uitzonderlijk voorbeeld vormde in 1485 het geval van de bastaardkinderen<br />

van Antheunis Hubrecht Danielszoon, alias Coman Thuene, verwekt bij<br />

Cornelie Jacop Lemsdochter. Hij bezat te Bergen op Zoom een huis aan de<br />

Steenbergse poort. Om dit te kunnen erven (bastaarden hadden geen erfrecht)<br />

legden de schepenen van Bergen op Zoom hen de verplichting op een pelgrimage<br />

te doen naar Sint Jacob te Compostela in Galicië en van daar over zee naar Onze<br />

Lieve Vrouw te Finisterre (Bretagne).<br />

Nog in de 17de eeuw getuigden talrijke huisnamen in Bergen op Zoom van de<br />

populariteit van de heilige en deze bleven ondanks de reformatie nog jarenlang<br />

gehandhaafd. Zo had men het huis "Sint Jacobsstaf" en "Sint Jacobsmale".<br />

(onder "male" moeten we hier de reiszak verstaan, waarmee Sint Jacob vaak<br />

werd afgebeeld. Vergelijk het Engelse woord "male", dat postzak betekent). Er<br />

was de "Sint Jacobshoek" en verscheidene huizen droegen gewoon de naam<br />

"Sint Jacob". De overkluizing van de Grebbe heette "Sint Jacobsbrug" en er was<br />

een Jacobspoort.


Het Sint Jacobsgilde<br />

De pelgrims die naar Compostela waren geweest kregen een bijzondere status.<br />

Aangezien hun maatschappelijke contacten vaak voorgoed verbroken waren,<br />

hadden zij bij hun terugkomst materiële ondersteuning nodig en soms - bij het<br />

ontbreken van verwanten en nabestaanden - kost en onderdak. De broeders<br />

sloten zich dan aaneen tot een Sint Jacobsgilde, dat een of meerdere huizen<br />

bezat en meestal werd het voornaamste daarvan het Sint Jacobsgasthuis ge-<br />

noemd. Daar konden ook pelgrims op weg van of naar <strong>Santiago</strong> de Compostela<br />

een pleisterplaats vinden.<br />

Te Bergen op Zoom werd de Sint Jacobskapel voor het eerst genoemd in 1424,<br />

het gilde in 1444 en het gasthuis in 1470. Het is echter wel aannemelijk dat zij<br />

gelijktijdig ontstonden, wellicht bij de aanleg van de Vismarkt aan het eind van<br />

de 14de eeuw. Dat de broeders een gilde-organisatie kenden wijst erop dat zij de<br />

lekenstatus behielden. Er zijn geen motieven aan te tonen om te veronderstellen<br />

dat zij geestelijke wijdingen ontvingen. De magistraat had het toezicht op de<br />

stoffelijke bezittingen van het gilde. Schout, burgemeester en schepenen heetten<br />

dan ook wel "opperste van der capellen".<br />

Zo nu en dan vermelden de stadsarchieven dan ook financiële transakties van<br />

het gilde. Zonder deze archieven zouden we vrijwel niets van het gilde weten<br />

want het archief van het Sint Jacobshuis is verloren gegaan.<br />

Het bestuur van het gilde bestond uit een deken en een aantal gezworenen, ook<br />

regeerders of gildemeesters genoemd. De inwoners van het huis heetten gilde-<br />

broeders of Sint Jacobsbroeders. In 1651 waren er twee: Pieter Houtman en<br />

Jacob Visch. Door de hervorming werden de goederen van het gilde niet ge-<br />

naast, wel werden zij door prins Maurits bij voorhand toegewezen aan het stede-<br />

lijk gasthuis, doch met liet de broeders in het bezit ervan tot het college zou<br />

uitsterven. Ze hebben het nog meer dan een eeuw weten te rekken. In 1704<br />

noemt Niclaes van Boven zich "eenighste Sint Jacobsbroeder oft jegenwoordige<br />

levende in de Confrerie van die gene dewelcke van hier te Sint Jacob in Galicien<br />

geweest zijn". Op 2 juli 1714 hadden de momboirs (regenten) van het stedelijk<br />

gasthuis de dokumenten en gelden afkomstig van de laatste Sint Jacobsbroeder<br />

overgenomen. De schenkingsakte van Maurits uit 1602 was eindelijk in werking<br />

getreden.<br />

In 1723 verzocht Fr. Heuvelmans "inboorlingh deser stadt" omdat het van "oude<br />

en inmemoriale tijden" door diegenen "die een reijse van hier hadde gedaan na


Sint Jacob" hadden geprofiteerd van "sekere huijsjes opde Vismakt" om hetzelf-<br />

de recht als "bij zijne voorsaten" tevoren was genoten. Dit verzoek werd afge-<br />

wezen. Van 1743 tot 1763 betaalde het gasthuis FL. 26,-- per jaar uit (1 0 stui-<br />

vers per week) aan Jan van de Water, Sint Jacobsbroeder. Als we mogen aan-<br />

nemen dat deze Jan inderdaad nog te Compostela was geweest, dan verliet met<br />

zijn overlijden in 1763 de laatste Sint Jacobsbroeder uit Bergen op Zoom deze<br />

wereld. Aldus is het gilde door de hervorming van 1580 uit de stad verdwenen,<br />

doch geleidelijk op natuurlijke wijze uitgestorven.<br />

De kapel<br />

Die bestond in ieder geval in 1424. Ook uit de gevonden bouwresten is niet<br />

exact op te maken hoe oud de kapel was. De kapel had een altaar en was dus<br />

geen simpele bidkapel. Een buurvrouw kreeg in 1487 vergunning een tralieven-<br />

ster aan te brengen, van waaruit zij de missen in de kapel kon volgen. De hervor-<br />

ming zal ook deze kapel niet ongemoeid hebben gelaten. Details zijn echter niet<br />

bekend. Pas in 1597 blijkt dat de Jacobsbroeders het erf waar de kapel had<br />

gestaan hebben verkocht aan burgemeester Moermans. Wellicht bestonden er<br />

nog resten van de kapel in 1682. In dat jaar verkochten de Sint Jacobsbroeders<br />

een afhang aan een huis dat zich uitstrekte tot aan de "runne" (ruïne) van de<br />

Sint Jacobskapel.


leder die meer wil weten over Sint Jacob in Bergen op Zoom raadplege het boek-<br />

je "De Sint Jacobskapel aan de Vismarkt te Bergen op Zoom", uitgegeven door<br />

de Geschiedkundige Kring Stad en Land van Bergen op Zoom in 1976, in het<br />

bijzonder het artikel van de heer W.A. van Ham, die welwillend toestemming gaf<br />

dit uittreksel te publiceren.<br />

ZOEKERTJES<br />

W.A. van Koppen<br />

In 5 jaarlijkse etappes van 3 weken wil ik naar <strong>Santiago</strong><br />

de Compostela lopen. Ik wil medio juni starten. Wil ie-<br />

mand mij vergezellen? Jos Haentjes Dekker, Amsterdam.<br />

tel. 020 - 6 18 98 91 of 6 71 28 1 1<br />

Op 17-8-1991 zongen twee Nederlandse pelgrims (op weg<br />

naar huis) samen met twee anderen in de kapel van EUNATE<br />

een meerstemmig lied. Graag kom ik in het bezit van tekst<br />

en muziek.<br />

Bert Haddink, Boschhoekweg 1 1, 7431 AX Diepenveen


EEN GEVELSTEEN IN HAARLEM<br />

Vanaf de oprichting van ons Genootschap (en allicht ook daarvoor) zijn veel van<br />

onze leden niet slechts bedevaartgangers naar <strong>Santiago</strong> geweest, maar heeft<br />

ook een aantal zich er op toegelegd om sporen te vinden van een Jacobus-tradi-<br />

tie in Nederland. Op het begin van de Nederlandse weg naar Compostela blijkt<br />

dat eigenlijk niet eens zo gemakkelijk, met als gevolg dat voor de meeaten van,<br />

ons de camino toch eigenlijk pas in Parijs bij de Tour Saint Jacques of in Vézelay<br />

bij de Sainte Madeleine echt begint.<br />

Een studenten-werkgroep heeft in 1986 geprobeerd sporen van een Jacobus-<br />

traditie in de Lage Landen te ontdekken; maar het resultaat daarvan was nogal<br />

mager. Wel bestaan er natuurlijk overal plaatsen met een kerk die aan <strong>Santiago</strong><br />

is toegewijd, en ook een aantal beelden en schilderijen kon worden geregi-<br />

streerd, meestal in samenhang met die kerken. Ook in oude Nederlandse hand-<br />

schriften komt zijn afbeelding voor. Hij wordt daarbij meestal afgebeeld als pel-<br />

- grim. Maar dat die naamgevingen en afbeeldingen daarom verband houden met<br />

V><br />

c<br />

a, de camino kon niet worden vastgesteld.<br />

C<br />

O<br />

o De St. Jacobskapel in Galder (bij Breda), waarnaast wij op 12 november 1988<br />

U<br />

; onze ledenvergadering hielden, kwam daar nog het dichtste bij. Toch werd er<br />

- rx<br />

vanuit onze streken druk gepelgrimeerd. Ik herinner daarbij aan het relaas, dat<br />

C<br />

P><br />

o, een bezoeker aan Noord-Spanje door zijn notaris liet optekenen naar aanleiding<br />

t-<br />

- v><br />

van zijn ontmoeting met "de haan en de hen" in de kerk van Santo Domingo de<br />

a,<br />

O<br />

t-<br />

la Calzada'. Die drukke pelgrimage blijkt ook uit het feit, dat er in de latere mid-<br />

,g deleeuwen in de grote steden zogenaamde broederschappen ontstonden, die de<br />

v)<br />

c.'<br />

r pelgrims naar <strong>Santiago</strong> hulp en onderdak wilden bieden en die hun, na hun terug-<br />

.- O<br />

fl keer, gelegenheid gaven te verhalen van hetgeen zij op hun pelgrimstocht had-<br />

S<br />

0 den beleefd2.


Uit de archieven weten wij, dat zulke broederschappen onder andere bestonden<br />

in Den Bosch, Utrecht, Leiden, Bergen op Zoom, Maastricht en Haarlem. Wat<br />

Haarlem betreft mogen wij aannemen, dat het "Loffelijck en Aloud Gild ende<br />

Orde van StJacob", dat tot op de huidige dag een duidelijke rol speelt in het<br />

culturele leven van de stad, er mede de stoot toe heeft gegeven dat in een akte<br />

uit 1437 voor de Haarlemse rechtbank bij testament werd bepaald, dat een gast-<br />

huis voor arme lieden moest worden opgericht "met bedingh dat het Sinte Ja-<br />

cops Gasthuus soude hietenW3. Uit dit "Gaasthuus", dat oorspronkelijk in het<br />

centrum van de stad was gelegen en dat daar eeuwenlang bekend was onder de<br />

naam "Sint Jacobs-Godshuis", heeft zich in de loop der tijden een complex van<br />

weldadigheid ten behoeve van arme wezen en bejaarden ontwikkeld. In stede<br />

van een gasthuis en pleisterplaats voor pelgrims beheert het Bestuur, na een<br />

bewogen geschiedenis, thans het moderne bejaardenhuis "Sint Jacob in de<br />

Hout" en het verpleeghuis "Boerhave" van de Stichting Pius XII.<br />

Van de oude vestiging aan de Hagestraat zijn nog een aantal aandenkens be-<br />

waard gebleven, Wat daarvan voor ons interessant is, is een oude gevelsteen,<br />

waarop zich schijnbaar een pelgrimsgebeuren afspeelt. Momenteel bevindt zich<br />

deze steen, die ongeveer 98 x 26 cm meet en die uit beigeiroze zandsteen be-<br />

staat, zich in de Regentenkamer van het Bejaardenhuis Sint Jacob in de Hout.<br />

Het beeldhouwwerk is kwalitatief niet zo bijzonder, maar wat er op staat afge-<br />

beeld is dat wel.<br />

De steen is zeer moeilijk te dateren. Tot aan de verhuizing van het bejaardenhuis<br />

van de vestiging in de Hagestraat in de Haarlemse binnenstad sierde hij de gevel<br />

van het oude tehuis. Het is niet bekend wanneer hij daar werd geplaatst. Het<br />

lijkt mij zeker niet de steen waarover Heerkens Thijssen4 spreekt in zijn geschie-<br />

denis van het Jacobsgilde; want die zou daar al in 1436 zijn aangebracht. Als<br />

het al om hetzelfde exemplaar gaat, dan is de onze van veel latere datum. De<br />

steen is namelijk nog tamelijk gaaf, te gaaf om meer dan vijf eeuwen lang weer<br />

en wind te hebben getrotseerd. Ook op stilistische gronden past een datering<br />

van bijvoorbeeld medio 17de eeuw beter.<br />

Verdeeld over de steen zijn vijf scenes afgebeeld. Centraal is daarbij de figuur<br />

van <strong>Santiago</strong> (C). Zijn rijzige gestalte staat frontaal in het midden.


Hij is in volledig pelgrimsornaat: hoed met schelp, pelgrimsstaf, een wijde man-<br />

tel; onder zijn rechter arm bungelt de scerpe. Zijn linker arm strekt hij uitnodi-<br />

gend uit naar een figuur die naast hem staat (D). Hoewel deze door zijn zwierige<br />

hoed en zijn staf wel zijn best doet om op een pelgrim te gelijken, is de arme<br />

stakker dat toch vermoedelijk niet, want hij heeft een houten been.<br />

Geheel rechts (E) ziet men een deur, die half open staat. Een persoon steekt<br />

voorzichtig zijn hoofd om de hoek. Een pelgrim lijkt hij niet, want zijn kleding<br />

beantwoordt daar niet aan en hij heeft ook verder geen enkel attribuut.<br />

Geheel links zit een gezelschap mannen rond een brandend haardvuur (A). De<br />

vlammen laaien hoog op en verdwijnen in de schoorsteen. Links van het vuur<br />

zitten zes mannen; rechts twee. Een dienstmaagd met sluier op het hoofd komt<br />

iets (voedsel, drank?) aandragen.<br />

C<br />

al<br />

C<br />

O<br />

O De figuur tussen <strong>Santiago</strong> en het haardvuur tenslotte, is nogal raadselachtig. Een<br />

n<br />

z jonge man in steedse kleding (B), wendt zich tot Sint Jacob. Hij heeft een mand<br />

5<br />

m aan de arm.<br />

3<br />

a<br />

O<br />

m


Met welke intentie werd deze gevelsteen indertijd aangebracht? Naar mijn me-<br />

ning gaat het hier om een "gewone" gevelsteen, want hij bevat geen enkele<br />

verwijzing naar de camino. Door de naam van het Gasthuis dat aan Jacobus was<br />

toegewijd, neemt de figuur van de apostel vanzelfsprekend de centrale plaats in.<br />

Daarom ook is hij groter dan alle andere figuren. Voorts wil men met de voorstel-<br />

ling te kennen geven dat het hier om een gasthuis gaat: Jacobus heet de arme<br />

invalide man (D) met een zwierig gebaar van harte welkom.<br />

Een nieuwe gast (of is het een bezoeker?) (E) dient zich aan. De figuur B, met de<br />

korf aan de arm, stelt de goede behandeling en de overvloed voor, die de patien- z<br />

[r<br />

ten in het gasthuis ervaren. De scene rond het haardvuur (A) is voor tweeërlei T<br />

3<br />

3<br />

uitleg vatbaar: het kunnen de zieken en ouden van dagen zijn, die zich koesteren ><br />

in de liefdevolle warmte van de instelling; het kan, met enige goede wil en veel<br />

fantasie, ook een verre verwijzing zijn naar pelgrims naar Compostela, die uitrus- J_<br />

L<br />

ten van een vermoeiende reisdag en die bezig zijn elkaar hun belevenissen te<br />

vertellen. Dat zou dan overeenstemmen met het doel waartoe het "Gasthuus" in 2<br />

O<br />

V)<br />

het midden van de 15de eeuw werd opgericht door de rijke Lysbeth, de weduwe a;<br />

van Jan Bette, die de zoon was van Heinric.<br />

-<br />

2<br />

I<br />

al<br />

c<br />

O<br />

o<br />

m<br />

2<br />

s<br />

L<br />

2<br />

n<br />

N<br />

al<br />

O


Overigens, indien men de Regentenkamer in "Sint Jacob in de Hout" bezoekt,<br />

wordt men daar ook nog verrast door een groot, gekleurd, vermoedelijk 19de<br />

eeuws beeld van <strong>Santiago</strong>. Voorts bevindt zich tegen de muur in de tuin een<br />

fraaie, met festoenen versierde schelp (18de eeuws) terwijl buiten tegen de<br />

muur van de kapel een modern Jacobus-beeld is aangebracht, waarop een haan<br />

en een hen nostalgische herinneringen oproepen aan Canto Domingo de la Calza-<br />

da.<br />

C<br />

O ' Zie De Jacobsstaf 1989 (I), pag. 30 en 1989 (21, pag. 62.<br />

U<br />

z H.F. Heerkens Thijssen, De geschiedenis van het Haarlemse<br />

a SintJacobgilde,DenHaag1955,pag.9.<br />

2 B. Speet en H. Bouwknegt, Het Sint Jacobs-Godshuis,<br />

al<br />

2 Haarlem 1987, pag. 13.<br />

a<br />

><br />

c H.F. Heerkens Thijssen, t.a.p., pag. 16.<br />

-<br />

2 3<br />

Koos van der Werff


UIT DE REGIO'S<br />

REGIO NIJMEGEN<br />

Contactpersoon: Ruud Harmsen, Vizier 5, 6641 HJ Beuningen,<br />

e 08897-7 1 183<br />

Hoewel ondergetekende ongeveer veertig leden aangeschreven heeft, was de<br />

opkomst erg laag; op enkele ziekmeldingen na, in totaal zes leden.<br />

De vraagstelling was: Bestaat er in de regio behoefte om bijeenkomsten te hou-<br />

den en in welke vorm? Bij de aanwezige leden bestaat die behoefte wel en de<br />

wens is om één a twee keer per jaar bij elkaar te komen. Vooral om in kleine<br />

kring ervaringen uit te wisselen en voor diegenen die de tocht nog willen lopen -<br />

het vuur, de animo brandende te houden.<br />

Aktiviteiten als het bezoeken van kerken of kapellen, of wandelingen maken,<br />

behoren ook tot de mogelijkheden.<br />

Van de aanwezige leden hebben vier het plan de tocht naar <strong>Santiago</strong> te maken.<br />

Vooral de belevenissen van Jeroen Gooskens die in het voorjaar van Groesbeek<br />

tot bijna Ie Puy heeft gelopen, bleken in dit opzicht boeiend en instructief. In het<br />

voorjaar van 1992 loopt hij het gedeelte naar de Pyreneën. Al met al zijn er vele<br />

zaken tijdens de avond aangestipt, die in de volgende bijeenkomst (gepland op<br />

21 maart) wellicht verder uitgediept kunnen worden.<br />

REGIO BOLLENSTREEK - RIJNLAND<br />

Ruud Harmsen<br />

Contactpersoon: C.G. van Tongeren, Pijlkruidstraat 15, 221 5 GE Voorhout,<br />

e 02522-3 1 147<br />

Op zondag 19 januari stond op het regio-programma een bezoek aan een ten-<br />

toonstelling in Leiden.<br />

"Naar Jeruzalem: de dure reis van een middeieeuwse graaf". Nadere informatie<br />

over deze tentoonstelling staat in DE JACOBSSTAF nummer 9, pagina 37; het<br />

mooi uitgegeven boekje en het verhaal van de reis staat ook beschreven in STAF<br />

nummer 12, pagina 172.<br />

Er waren geen convocaties verstuurd, de deelname was beperkt. Doch het is<br />

gebleken dat ook met zo'n klein groepje een bezoek aan een museum over een<br />

onderwerp dat verwant is aan bedevaarten naar Compostela de prettige band<br />

tussen de leden kan versterken en bovendien bijdraagt aan de kennis van de<br />

middeleeuwen.


Volgende bijeenkomst: 7 maart om 10.30 uur - in het Broederhuis "Nieuw<br />

Schoonoord" Leidsestraat 2 Voorhout. Er volgt nog een convocatie met het<br />

programma, noteer alvast de datum.<br />

REGIO MIDDEN NEDERLAND<br />

Contactpersoon: Hanny Pouderoyen, Fazantenkamp 576,<br />

3607 DG Maarsenbroek, 03465-69 133<br />

Bert Roebert<br />

Op 13 januari was er een grote opkomst in Laren. 't Was een geanimeerde<br />

avond mede door de vele nieuwe gezichten.<br />

Volgende bijeenkomst: dinsdag 17-3 a.s. bij Ria Janson, Noolseweg 16, Laren.<br />

REGIO OOST NEDERLAND<br />

Contactpersoon: A. van Gessel, Enschedesestraat 1 1 6, 755 1 ES Hengelo,<br />

e 074-9 1 7879<br />

De volgende bijeenkomst in onze regio vindt plaats op vrijdag 27 maart a.s. om<br />

20.00 uur. De avond staat in het teken van "Muziek rond de Camino". Paul<br />

Schaepman zal deze avond verzorgen. De plaats van samenkomst is afhankelijk<br />

van het aantal deelnemers. Belangstellenden kunnen zich aanmelden op boven-<br />

genoemd adres. Men krijgt dan een uitnodiging toegestuurd.<br />

REGIO 'S-HERTOGENBOSCH - OSS<br />

Ton van Gessel<br />

Contactpersoon: Vera Stassen-Susa, Doornakkerlaan 14, 5282 PS Boxtel,<br />

e 041 16-72793<br />

Zondagmiddag 26 januari 1992: Onze regiogenoot Jan in 't Veld gaat ons wat<br />

vertellen over de ontwikkeling van de Christelijke kerkbouw langs de Jacobsrou-<br />

te. De laatste tien jaar heeft hij veel gezien van de verschillende kerken onder-<br />

weg. Hij bestudeert nu op het ogenblik de verschillende bouwstijlen.<br />

De invloed van het Romeinse Rijk is in heel West-Europa, Noord-Afrika en ten<br />

oosten van de Middellandse Zee merkbaar.<br />

De basilica was een openbaar gebouw, bijvoorbeeld een markt, rechthoekig van<br />

vorm. De kerken kregen ook die vorm, o.a. in Trier. Een apsis naar het oosten<br />

gericht, een zuilengang kwam daar later nog bij. Priesterkoor, zijkapellen en<br />

transepten vormden weer nieuwe uitbreidingen. De prachtige kruisvorm van de<br />

kathedraal van <strong>Santiago</strong> was duidelijk te zien op de schematische voorstelling.<br />

Een belangrijk punt in het betoog van Jan was ook de verdeling van de druk op


de muren. In de Romaanse kerk werd zowel de druk van boven naar beneden als<br />

de horizontale druk over de hele muur opgevangen. In de Gotische bouwstijl<br />

werd de druk op bepaalde punten opgevangen, zodat er ruimte was voor ramen<br />

en deuren.<br />

Aan de nieuwe bouwstijl werd ook een symboliek toegekend. Het zou het neer-<br />

dalen van het Nieuwe Jeruzalem aanduiden, dat uit de hemel zou neerdalen.<br />

Na de gezellige pauze hebben we een aantal dia's gezien van Vezelay. De voor-<br />

gevel, de nartex, het timpaan en een aantal kapitelen. Er viel heel wat te kijken<br />

en te vertellen en dat niet alleen door Jan. Tot slot vertelde hij ook nog over zijn<br />

opbergsysteem - zeer uitgebreid en heel nauwkeurig op onderwerp.<br />

Omdat ik binnenkort aan mijn voettocht nar <strong>Santiago</strong> begin, was er een nieuwe<br />

contactpersoon nodig, haar naam ziet u hierboven al vermeld.<br />

De volgende regio bijeenkomst zal waarschijnlijk op 5 april a.s. zijn, maar hier-<br />

over ontvangt u nog nader bericht.<br />

REGIO AMSTERDAM<br />

Annemarie Roebert<br />

Contactpersoon: Janna Baaijers, Geerdinkhof 3 1, 1 103 PP Amsterdam, -<br />

REGIO GRONINGEN<br />

e 020-69961 73<br />

Contactpersoon: Thom Oosterhof, Mozartstraat 31, 9722 EB Groningen,<br />

REGIO FRIESLAND<br />

e 050-255 144<br />

Contactpersoon: C.P.J. Meijer, Mauritsplein 31, 8931 DL Leeuwarden.<br />

REGIO LIMBURG<br />

Contactpersoon: Chr. Janssen, Eurenderweg 107, 641 7 PA Heerlen,<br />

e 045-41 9406<br />

Voor deze regio wordt nog steeds een nieuwe contactpersoon gezocht. Belang-<br />

stellenden kunnen contact opnemen met bovenstaand adres.<br />

REGIO DEN HAAG<br />

Contactpersoon: Geertrui van Traa, Elia Kazanstrook 104, 2726 VG Zoetermeer,<br />

e 079-425344 en<br />

Janneke Kootte-v/d Heuvel, Parkweg 137, 2771 AH Voorburg.


REGIO TILBURG<br />

Contactpersoon: E.C.C.M. van Helmond-van Berkel, "Leyenhorst", Gemullen-<br />

hoekenweg 14C. 5062 CD Oisterwijk, e 02442-1 6582<br />

Ter afsluiting van het oude jaar organiseerde de regio Tilburg op 15 december<br />

een wandeling in het Mastbos, ten zuiden van Breda, waar we de gasten waren<br />

van Matti en Rien Vrencken. Op 10 januari kwam men weer bij elkaar bij Ria<br />

Seveke in Tilburg, die een interessante voordracht met dia's hield over de langs<br />

de pelgrimsweg van Arles naar Toulouse liggende kerken van Saint Guilhem-le-<br />

Désert en Saint Martin-de-Londres. Zij schetste de stamboom en levensloop van<br />

Guillaume de Gellone. Deze trok zich, na een zeer turbulent leven, in Gellone<br />

terug als kluizenaar en stierf daar in 81 1. Na zijn dood werd deze plaats een<br />

pelgrimsoord. Een verre nazaat van hem, Guillaume Ie Pieux was de stichter van<br />

Cluny.<br />

De volgende bijeenkomst is waarschijnlijk bij Ton en Diny van Oss in Loon op<br />

Zand op vrijdag l0 april.<br />

Els van Helmond<br />

REGIO BREDA<br />

Contactpersoon: A. Claessen, Raaimoeren 31, 4824 KA Breda.<br />

REGIO NOORD-HOLLAND BOVEN HET Y<br />

Contactpersoon: Mieneke Jas, Grote Noord 3, 1621 KD Hoorn,<br />

e O2290-152IO


OUDE SANTIAGO-GANGERS<br />

Franciscus van Assisië, pelgrim naar <strong>Santiago</strong>?<br />

Niet ver van de kathedraal van <strong>Santiago</strong>; tegenover de abdij van St. Martinus en z<br />

aan de boulevard Johannes XIII, ligt het klooster van de paters Franciscanen. De 2<br />

calle de S. Francesco verbindt dit klooster rechtstreeks met de plazza del Obra-<br />

doiro. Op een pleintje voor dit gebouw werd in 1926, ter gelegenheid van de<br />

C<br />

700 jarige sterfdag van Franciscus, een monument geplaatst, vervaardigd door g<br />

L<br />

de kunstenaar Francesco Asorey. Het is een enorm kruis met de figuren van 2<br />

Christus, Johannes en Maria. Op gelijke hoogte staat v66r het kruis: Franciscus,<br />

beide handen zegenend uitgestrekt richting kathedraal en stad. Bij het zien van z<br />

.-<br />

dit monument en klooster, rijst de vraag: Is Franciscus zelf ooit in <strong>Santiago</strong> ge- g<br />

m<br />

weest? LL<br />

-<br />

3<br />

-.<br />

V)<br />

3<br />

5<br />

E<br />

h


Wie is Franciscus?<br />

Hij werd in 11 82 in Assisië (Italië) geboren als de oudste zoon van de lakenkoop-<br />

man Pietro Bernadone en diens vrouw Pica. Na een min of meer losbandig leven,<br />

wordt hij door God geroepen om een leven van armoede en afzondering te gaan<br />

leiden. Op 24 jarige leeftijd doet hij ten overstaan van zijn vader en van de bis-<br />

schop van Assisie, afstand van al zijn bezittingen en trekt zich terug in eenzaam-<br />

heid. In steden en dorpen bedelt hij voor zijn levensonderhoud en preekt er het<br />

evangelie. Al spoedig krijgt hij volgelingen en stelt voor hen een levensregel vast.<br />

Het grootste ideaal van Franciscus echter is: De moren bekeren en als martelaar<br />

sterven. Wat ligt meer voor de hand dan dat hij plannen begint te maken om<br />

naar Marokko te gaan en daar zijn ideaal te verwezenlijken.<br />

Naar Spanje<br />

Zeker is dat Franciscus geprobeerd heeft om via Spanje Marokko te bereiken.<br />

Zijn levensbeschrijver, Thomas van Celano, die Franciscus persoonlijk heeft<br />

gekend, zegt in zijn Vita I: 'Toen hij al op weg was (naar Spanje) deed een opge-<br />

lopen ziekte hem terugkeren van zijn reis' Ook Bonaventura, kerkleraar en volge-<br />

ling van Franciscus, zegt later hetzelfde in Legenda Maior: Toen hij Spanje al had<br />

bereikt,. . . . . . werd hij zwaar ziek, waardoor hij zijn plannen niet af kon maken'<br />

In de Fioretti daarentegen, een boekje vol wonderverhalen over Franciscus en<br />

zijn eerste volgelingen, verzameld in de tweede helft van de XIII de eeuw, dus na<br />

zijn dood, lezen wij het volgende: 'In het begin, toen er nog maar weinig broe-<br />

ders waren en ze nog geen vaste woonplaatsen hadden, ging Franciscus op<br />

pelgrimsreis naar <strong>Santiago</strong> de Compostela. Hij nam enige van zijn broeders mee,<br />

waaronder broeder Bernhard, Toen ze op weg waren, kwamen ze op een zekere<br />

plaats een arme zieke man tegen. Omdat Franciscus medelijden had, zei hij tot<br />

broeder Bernhard: "Dierbare zoon, ik wil dat jij bij deze zieke blijft om hem te<br />

verzorgen". Nederig knielde broeder Bernhard voor Franciscus neer, boog zijn<br />

hoofd en nam gehoorzaam de opdracht aan en bleef op deze plaats achter. Fran-<br />

ciscus en zijn broeders vervolgden hun reis naar <strong>Santiago</strong>. Toen zij daar 's<br />

nachts zaten te bidden in de kerk van de heilige Jacobus, kreeg Franciscus van<br />

God een openbaring. Hij zou over de hele wereld veel nederzettingen stichten.<br />

Zijn orde zou zich overal verspreiden en het aantal broeders zou geweldig toene-<br />

men. Daarom begon Franciscus al meteen in de omgeving nederzettingen te<br />

stichten. Op zijn thuisreis, waarop hij dezelfde route volgde, vond hij broeder


Bernhard terug daar waar hij hem had achter gelaten. De zieke was weer hele-<br />

maal gezond. Daarom stond Franciscus broeder Bernhard toe om het volgende<br />

jaar naar <strong>Santiago</strong> te gaan.<br />

Een heel ander getuigenis vinden we in de hal van het Franciscanen klooster in<br />

<strong>Santiago</strong> zelf. Daar staat het volgende te lezen: Toen onze vader Franciscus de<br />

apostel Jacobus kwam bezoeken, gaf een arrne kolenbrander, Cotolay geheten<br />

en wiens huis naast de kluizenarij van Sint Payo lag, op de helling van de berg<br />

Pedroso, hem onderdak. Van daaruit ging de heilige 's nachts de berg op om te<br />

bidden. De Heer openbaarde hem daar dat Hij wilde dat hij een klooster stichtte<br />

op die plaats, genaamd vallei van God en hel. Franciscus, wetende dat dit gebied<br />

toebehoorde aan de abdij van St Martinus, ging vader abt vragen om hem dit<br />

land te schenken. Als tegenprestatie zou hij hem elk jaar een mandje vis bren-<br />

gen. De abt accepteerde zijn aanbod en ze maakten een contract op dat zij bei-<br />

den ondertekenden. Toen hJ deze plaats eenmaal verworven had, sprak hij tot<br />

Cotolay: God wil dat je voor mij hier een klooster voor mijn orde bouwt". Coro-<br />

lay antwoordde: "Hoe kan een arrne kolenbrander als ik dat doen?" Waarop de<br />

heilige sprak: "Ga naar de bron, daar zal God je tonen waarmee je dat kunt<br />

doen. " Cotolay gehoorzaamde en vond een grote schat waarvan hij het klooster<br />

bouwde, God zegende het huis van Cotolay. Hij trouwde, werd schepen van de<br />

stad en stierf in grote rijkdom.<br />

Er zijn ook nog enige andere oude bronnen die we kunnen raadplegen. Zo staat<br />

er in de kronieken van vele Spaanse kloosters in Catalonië vermeld dat ze door<br />

Franciscus zelf zijn gesticht, zoals van Perpignan, Barcelona, Gerona en Lerida.<br />

Franciscus Ximenez, bisschop van Elna spreekt in zijn eerste boek over het chris-<br />

tendom, hoofdstuk 59, over de stichting van een klooster door Franciscus in<br />

121 1 te Barcelona. En zo zegt een zekere P. Vidal dat, toen de collegekerk van<br />

San Juan te Perpignan gebouwd werd in 121 1, broeder Dominicus en broeder<br />

Franciscus met enige vrome mannen in de stad waren. Ook kloosters in Navarra<br />

menen dat ze door Franciscus persoonlijk zijn gesticht.<br />

Naar <strong>Santiago</strong><br />

Dat Franciscus in Spanje is geweest, mag men met vrij grote zekerheid aanne-<br />

men. Vooral de getuigenis van Thomas van Celano is hiervoor van doorslag<br />

gevende betekenis. Voor zijn verblijf in <strong>Santiago</strong> echter, hebben we maar twee


zeer twijfelachtige getuigenissen, twee verhalen die ons sterk doen vermoeden<br />

dat het maar verhaaltjes of legenden zijn.<br />

Een algemeen bekend gegeven is dat wonderverhalen, die aan een heilige wor-<br />

den toegeschreven, meestal pas jaren na de dood van de persoon ontstaan. In<br />

Cu<br />

die dagen werd er nog weinig schriftelijk vastgelegd, alles werd mondeling over-<br />

.g O<br />

geleverd en daarbij veranderd, vervormd en verfraaid en wel zo dat de heiligheid<br />

van de persoon in kwestie nog beter naar voren kwam.<br />

Helene Nolthenius' zegt het zo: 'Hoe langer de verhalen doorgefluisterd, ver-<br />

5<br />

O<br />

'O brokkeld en verbasterd werden, des te weliger tierden miraculeuse details, die<br />

V)<br />

3<br />

2<br />

hen voor de tgdgenoten geloofwaardiger maakten en voor de historicus onbe-<br />

.-<br />

O<br />

r trou wbaarder,<br />

m<br />

L<br />

In de verhalen die op dergelijke wijze zijn ontstaan, kan men enkele typische<br />

+-'<br />

C<br />

vj elementen terugkennen:


l] DE OPDRACHT - De heilige krijgt een visioen of openbaring. (Franciscus<br />

moet kloosters stichten)<br />

21 HET BEWIJS - Er geschiedt een wonder. (Geld bij de bron, genezing van<br />

de zieke)<br />

31 DE UITVOERING - Het visioen wordt geëffectueerd. (kloosters in Spanje en<br />

<strong>Santiago</strong>)<br />

41 DE BELONING - (Cotolay wordt rijk en schepen van <strong>Santiago</strong>, broeder Bernhard<br />

mag naar <strong>Santiago</strong>IVindt men dus een dergelijk verloop<br />

van het verhaal, dan mag men met recht aan de historiciteit<br />

ervan gaan twijfelen.<br />

Er zijn evenwel nog andere redenen waarom men kan vermoeden dat Franciscus<br />

nooit in <strong>Santiago</strong> is geweest: Volgens Th. van Celano is Franciscus maar één<br />

maal in Spanje geweest en wel tussen uiterlijk 121 1 en 121 5 want in 1 21 5 was<br />

hij aanwezig op het Lateraans Concilie. Hij was toen op weg naar Marokko, dan<br />

lijkt het niet voor de hand liggend dat hij via <strong>Santiago</strong> zou zijn gereisd.<br />

Franciscus kreeg zijn eerste volgelingen pas in het jaar 1208. Het is dus niet erg<br />

aannemelijk dat hij drie jaar later al zoveel broeders zou gehad hebben, dat hij<br />

overal kloosters kon stichten en er broeders achter laten. De getuigenissen van<br />

de kronieken zijn ook allemaal van later datum.<br />

Conclusie<br />

Hoogst waarschijnlijk is Franciscus nooit in <strong>Santiago</strong> geweest. Toch bewijzen<br />

deze verhalen wat een belangrijke plaats <strong>Santiago</strong> in die dagen moet zijn ge-<br />

weest. Voor de vereerders van Franciscus heeft het zonder meer zo moeten zijn<br />

dat hun heilige vader die plaats bezocht heeft.<br />

Trouwens welk belang heeft historiciteit voor Compostella als het over St. Jaco-<br />

bus zelf gaat? Je zou misschien zelfs mogen zeggen dat het meer aannemelijk is<br />

dat Franciscus er geweest is dan onze heilige Jacobus.<br />

Uiteindelijk gaat het er niet om of zij er geweest zijn of niet, maar dat wij er<br />

geweest zijn en of het voor ons iets te betekenen heeft gehad voor nu en ons<br />

verdere leven. Al het andere is per slot van rekening maar bijzaak en onbelang-<br />

rijk.<br />

F. Moussault<br />

' Helene Nolthenius: Een man uit het dal van Spoleto, Franciscus tussen zijn<br />

tijdgenoten. E. Querido's Amsterdam 1988.<br />

Literatuur: Fr. Atanso López, 0.f.m. Viaje de San Francisco á España./1274). ex<br />

Archivo Ibero-Americano (1 9 14)


IN-DRUK<br />

Onze vorige opgave was kennelijk heel moeilijk. Er kwam maar een reactie op en<br />

die drukken we hieronder af.<br />

Op zaterdag 30 juli 1988, de zestigste dag van onze voettocht van Den Bosch<br />

naar <strong>Santiago</strong>, liepen we van Yesa naar Monreal, een afstand van 29 kilometer.<br />

We dronken koffie in Liédena, op 5 kilometer van Sanguesa en 5 kilometer te-<br />

rug, toch 10 kilometer 'extra1, teveel oordeelden wij als voetpelgrims.<br />

Hierdoor misten we echter de kerk van Santa Maria la Real met een van de<br />

mooiste portalen in Spanje. Een lyrische beschrijving hiervan staat op pagina<br />

141 en 142 van het boek 'Vakantie op een pelgrimsroute' van René Brynaert.<br />

Een citaat: 'De slanke zuilvormige figuren links en rechts van het portaal vallen<br />

op door hun sier1l;ke gratie. ' En hij noemt hen: Maria Magdalena, Maria de moe-<br />

der van Jezus en de 'andere' Maria, moeder van Jacobus de Mindere. Die inter-<br />

pretatie is in mijn ogen onjuist.<br />

De foto op pagina 177 van De Jacobsstaf nr. 12 is een van de drie vrouwen-<br />

beelden. voorstellende 'De drie Maria's', volgens de grote W.P., 1973, deel 12,<br />

pagina 631: Maria van Klompas, Maria Magdalena en Maria Salome, die, naast<br />

Maria de moeder van Jezus, de vrouwen zijn die aanwezig waren bij de kruisi-<br />

ging en die na de opstanding het lege graf bezochten.<br />

Dit komt overeen met Markus 15:40 'Ook enige vrouwen stonden van verre toe<br />

te zien; onder anderen, Maria Magdalena, Maria de moeder van Jacobus de<br />

jongere en van Josef en Salome. ' En met Matheus 27:56 'Maria Magdalena,<br />

Maria de moeder van Jacobus en Josef en de moeder van de zonen van<br />

Zebedeus. ' En Markus 1 6: 1 zegt: 'Toen de sabbat voorbij was, kochten Maria<br />

Magdalena, Maria van Jacobus en Salome specerijen om Jezus te gaan balse-<br />

men. '<br />

Op het boek dat de gezochte vrouwenfiguur draagt staat: 'Maria lacobi. ' Maar is<br />

het de moeder van Jacobus de Mindere en Josef, of Maria Salome, echtgenote<br />

van Zebedeus en moeder van Jacobus de Meerdere en Johannes?<br />

Ik neig naar de eerste interpretatie,maar de kunsthistorici onder ons moeten<br />

maar uitsluitsel geven. De 'Drie Maria's' van Sanguesa zijn o.m. te zien op foto's<br />

op pagina 55 van 'EI Camino de <strong>Santiago</strong>' van Eusebio Goicoechea Arrondo, op<br />

pagina 89 van het gelijknamige, recent verschenen boek van Luis Carandell e.a.<br />

en op afbeelding 232 en vooral 234 van 'Spanien' van Palol/Hirmer - zie bespre-


king op pagina 168 van De Jacobsstaf nr. 12.<br />

Na die dag scheidden ons nog 650 kilometer van <strong>Santiago</strong> de Compostela, waar<br />

we op 23 augustus aankwamen.<br />

DIT IS NIET ZOMAAR EEN PRIJSVRAAG!<br />

Anneke en Wim Bettonvil<br />

Dit moet een <strong>Santiago</strong>-ganger bekend voorkomen. Wij willen niet alleen van u<br />

weten waar deze fot gemaakt is en wat het voorstelt, maar ook welke indruk-<br />

ken, herinneringen, en emoties deze afbeelding bij u oproept. Uw reacties worden<br />

dan in het volgende nummer van DE JACOBSSTAF vermeld. Onder de inu;<br />

C<br />

a<br />

zenders verloten we dit keer een foto van 12 x 47 cm, gemaakt van een meer<br />

dan manshoog beeld van de Heilige Jacobus de Meerdere.<br />

0 2<br />

3<br />

Graag ontvangen wij uw reacties op het nieuwe redactie-adres: O<br />

i-<br />

O<br />

Peter Jas, Grote Noord 3, 1621 KD Hoorn 5<br />

3 4<br />

a<br />

. .


GEKNIPT VOOR U<br />

Van verschillende kanten bereikte ons een kranteknipsel van het Brabants Dag-<br />

blad over de vondst van een uniek Jacobsbeeld onder de vloer van een kelder in<br />

Den Bosch. Wij hopen hierop in een volgend nummer uitgebreid terug te kunnen<br />

komen.<br />

Op 11 februari werd bij Capi-Lux Vak, Basisweg 42 in Amsterdam een fototen-<br />

toonstelling geopend van de Amsterdamse fotojournaliste Jutka Rona die in de<br />

afgelopen drie jaar grote delen van de pelgrimsroute meeliep met verschillende<br />

pelgrims, ook leden van ons genootschap. De tentoonstelling loopt tot en met 6<br />

april 1992 en is te bezichtigen op werkdagen van 8.30 - 17.30 uur.<br />

VOORJAARSVERGADERING<br />

Het bestuur deelt u mede dat op 28 maart 1992 een voorjaarsvergadering zal<br />

worden gehouden in het Sint-Janslyceum, Sweelinckplein 3 in 's-Hertogenbosch.<br />

Het programma ziet er als volgt uit:<br />

10.00 - 10.30 Ontvangst met koffie.<br />

10.30 - 12.00 Ledenvergergadering: opening, ingekomen stukken, medede-<br />

lingen, jaarverslagen van penningmeester en secretaris, ver-<br />

slag kascommissie, bestuurssamenstelling, taakverdeling be-<br />

stuur, rondvraag, sluiting.<br />

12.00 - 14.00 Lunchpauze met vanaf 13.00 indeling in lopersgroep en fiet-<br />

sersgroep voor uitwisseling van ervaringen en informatie.<br />

14.00 - 15.00 Lezing door Mireille Madou over Europa 1492-1992 en de<br />

Camino de <strong>Santiago</strong>.<br />

75.00 - 16.00 Pelgrimsparade en gelegenheid tot het stellen van vragen.<br />

Wie met openbaar vervoer komt, kan gebruik maken van een treintaxi of van een<br />

stadsbus (lijn 1) richting Aawijk. Uitstappen bij het Sweelinckplein.<br />

Het bestuur verzoekt de deelnemers om op de kleding een naamkaartje te dra-<br />

gen. Voor de vergadering ontvangt u nog een schriftelijke uitnodiging met ant-<br />

woordstroo kje.<br />

FC


OPROEP<br />

Het bestuur van het genootschap zoekt leden of een regio die bereid zijn op 7<br />

november 1992 de najaarsvergadering te organiseren. Het bestuur denkt hierbij<br />

aan Haarlem, Zutphen of Deventer, maar andere plaatsen zijn natuurlijk ook<br />

moge1ijk.U kunt zich hiervoor opgeven bij:<br />

de heer J.A. Gigengack, Opaal 15, 1703 CA Heerhugowaard.<br />

VAN ONZE BUITENLANDSE VRIENDEN<br />

en vrienden in het buitenland<br />

Het BULLETIN of the Confraternity of Saint James, nummer 40 meldt dat het<br />

Engelse BBC Everyman t.v.-programma in juni en juli 1992 opnamen wil maken<br />

van pelgrims langs de camino. Indien u daaraan wil meewerken, kunt u uw ge-<br />

schatte reisprogramma opgeven aan Patricia Quaife, 57 Leopold Road, London<br />

N.2 8BG. Het hoofdartikel van J. Sherman Bleakney gaat over de schelp als<br />

symbool van de pelgrimstocht naar <strong>Santiago</strong>. Verder bevat dit nummer een arti-<br />

kel over het "hospitaal van de Engelsen" in Herrerias. Bij de verslagen van ge-<br />

beurtenissen in de afgelopen tijd vonden we nog een compliment over de organi-<br />

satie van het pelgrimsweekend in Maastricht.<br />

Nummer 41 begint met een opsomming van de aktiviteiten in het nieuwe jaar.<br />

Het grootste deel van dit nummer wordt in beslag genomen door mededelingen<br />

over de door de Confraternity gepromote restauratiewerkzaamheden aan de<br />

refugio van Rabanal. Deze is nu officieel geopend, hetgeen uitgebreid wordt<br />

verslagen. De naam van deze refugio is overigens: Refugio Gaucelmo<br />

LE PECTEN van het Waalse genootschap begint met een weergave van de toe-<br />

spraak die de Waalse voorzitter heeft gehouden in november in <strong>Santiago</strong> waar<br />

alle Europese genootschappen vertegenwoordigd waren. Daarna volgt een artikel<br />

over wijn en de weg van Sint Jacob alsook een groot uittreksel uit de Legenda<br />

Auria van Jacques de Voragine (eind 13de eeuw) en dan natuurlijk de passage<br />

waar het gaat over Jacobus de Meerdere.<br />

DE PELGRIM van het Vlaams genootschap doet verslag van een tocht over de<br />

Via de Plata, de zuid-noord pelgrimsroute door Spanje van Sevilla naar Astorga<br />

en geeft een vervolg van de beschrijving van de route vanuit Vézelay.<br />

LE BOURDON heet het verbindende tijdschrift van de Jacobusverenigingen in<br />

Aquitanië. Het nummer dat wij ontvingen bevat 67 pagina's op A4-formaat.<br />

Daarin staat het tweede deel van een artikel over Roncevaux door D. Javier<br />

Navarro over de bouw en de geschiedenis van deze belangrijke plaats aan het


egin van de carnino francès. Dan volgen uitgebreide artikelen over de pelgrims-<br />

wegen van Soulac (waar Engelsen en Hollanders aan land kwamen) en van Gra-<br />

dignan naar de Spaanse grens. Clement Urrutibehety schrijft over pelgrimshospi-<br />

talen. Gezien de inhoud en de uitvoering mag dit tijdschrift als een waardevolle<br />

aanvulling op de bestaande reeks bladen beschouwd worden.<br />

PEREGRINO nummer 23 is o.a. gewijd aan de "andere" camino in Navarra en<br />

Aragon en aan de plaats Sanguesa. Ook hier een beschrijving van de Via de la<br />

Plata. Daarnaast twee pagina's over buitenlanders die refugios beheren en een<br />

piepklein stukje over de "vlekkeloze" organisatie van onze bijeenkomst in Maas-<br />

tricht in september 199 1.<br />

In DE JACOBSSTAF nr. 12 (pag. 140) heeft u kunnen lezen over het beschrijven<br />

van een Jacobsweg door het Franstalige gedeelte van België. De heer Schijns<br />

heeft ons laten weten dat het traject Visé - Luik nu af is. Met twee leden van<br />

ons genootschap is hij bezig het resterende stukje Maastricht - Visé te bestu-<br />

deren en uit te zetten.<br />

Van het Frans genootschap vernemen wij dat men bezig is een zeilboottocht<br />

voor veertig passagiers van Bretagne naar <strong>Santiago</strong> te organiseren. Tevens<br />

houdt men, in verband met het heilig jaar 1993, dit jaar een collecte voor de<br />

restauratie van de "chapelle de la France" in de basiliek van <strong>Santiago</strong>.<br />

FC<br />

Vlaams Genootschap van <strong>Santiago</strong> de Compostela Sint Andriesabdij, Zevenker-<br />

ken B-8200 Brugge<br />

Association des Amis de St. Jacques de Compostelle, rue de Marbais, 7 B-1 495<br />

\/illers La Ville.<br />

Société des Amis de Saint Jacques de Compostelle 4, Square du Pont de<br />

Sèvres, F-921 00 Boulogne sur Seine<br />

Deutsche St. Jakobus-Gesellschaft e.v. WilhelmstraBe 50-52, D-5 100 Aachen<br />

Les Amis du Chemin de Saint Jacques, Association Helvétique, Av. du Gros<br />

Chêne 37. CH-1213 Onex<br />

The confraternity of Saint James, 57 Leopold Road, London N.2 8BG, England.


COMPOSTELANA'S<br />

Er zijn weer heel wat pelgrims op weg geweest richting <strong>Santiago</strong>. In 1991 zijn er<br />

105 pelgrimpassen uitgereikt. Van 40 personen weten we dat zij aangekomen<br />

zijn, zij stuurden ons een afschrift van hun Compostelana. Ongetwijfeld zijn er<br />

meer aangekomen, laat u ons dat nog weten? Hieronder in chronologische volg-<br />

orde de namen, er zijn er een aantal van oudere datum bij. Nico Zijp<br />

H. Romer, Den Helder: 15-6-78; J.J. Dekker, Heerlen:7-7-88;R. Harmsen, Beu-<br />

ningen: 7-1 1-88; 0. Vermeulen, Delft: 4-6-89; W.C.A. Vernooij en K. Verhage,<br />

Hazerswoude: 12-6-89; G. van Dongen: 21-8-89; M. Mannekens, Roosendaal:<br />

21-8-89; P.M. Vriens-van Swaaij, Eindhoven: 13-5-90; H.L.M.A. Dijckhoff,<br />

Overasselt: 28-5-90; A.E.A. Olling, Rosmalen: 31-5-90; A. Feijen en A.J. Feijen-<br />

Renders, Eindhoven: 8-6-90; W. Dodemont, Vlijmen: 16-6-90; M. van Soest,<br />

Den Haag: 21-6-90; A.M. Muller, Geldrop: 8-9-90; S.H. Cruijsberg, Maasstricht:<br />

19-9-90; T. Bussink, Herten: 26-9-90; H.M.J. de Haan, Eindhoven: 28-9-90;<br />

M.M.V. van Rooijen-Windhorst, Eindhoven: 28-9-90; L. Koper, Zierikzee: 21-4-<br />

9 1 ; W. d'Herripon, Tilburg: 13-5-9 1 ; C. Steen-Bommezij, Vlissingen: 15-5-9 1 ;<br />

A. Peters, Huizen: 20-5-9 1 ; P.B.M. Gielen, Nijmegen: 2 1-5-9 1 ; J. C. Orth-Gielen,<br />

Zwijndrecht: 21-5-91; W.A. Jas-Dijkstra, Hoorn: 24-5-91; R. Tulleken, Wasse-<br />

naar: 24-5-91 ; H. Gresnigt, Utrecht: 24-5-9 1 ; 0. Wildeman, Utrecht: 24-5-91 ;<br />

J.W. Radstaak, Amsterdam: 28-5-91; F. Frijns, Eindhoven: 2-6-91; G.J. van<br />

Lent, Grimbergen B.: 2-6-9 1 ; F.F.M. Kolder, Ulvenhout: 1 1-6-9 1 ; W. Dodemont,<br />

Vlijmen: 1 1-6-9 1 ; J.W.A. Wijnhof, Mierlo: 1 1-6-91 ; G. Dik, Alkmaar: 1 1-6-91 ;<br />

A. Dik-Waaijer, Alkmaar: 1 7-6-91 ; F. Plat, Oegstgeest: 1 2-6-9 1 ; F.S.A. Mous-<br />

sault en W.H. Moussault-v/d Velders, Tilburg: 14-6-9 1 ; A.A. Wouter-Mertens,<br />

Bilthoven: 16-6-91 ; M.J. Wienk-Sijbers, Zevenaar: 16-6-9 1 ; J.P. v/d Heuvel,<br />

Mariahout: 24-6-9 1 ; W.J. v/d Heuvel, Valkenswaard: 24-6-9 1 ; F.C. Klaassen,<br />

Nijmegen: 26-6-91; J. Meijssen, Amsterdam: 26-6-91; M.C. van Gils en A.C.<br />

van Gils-Graumans, Dongen: 7-7-91; E.P.C. Ruijs en W.A.L.T. Ruijs-van Everdin-<br />

gen, Woerden: 1 2-7-9 1 ; C. Hulsebosch, Amsterdam: 12-7-9 1 ; H. J.G. Hodes en<br />

C.P. Hodes-Heemskerk, Den Haag: 20-7-91; N. Brokamp, Alphen a/d Rijn: 21-7-<br />

9 1 ; J. Feenstra en E. Feenstra-Roos, Harderwijk: 23-7-9 1 ; J. van Gijn, Hilversum<br />

en H.H. Zomer, Zwolle: 23-7-91; J. v/d Heuvel, Gemert: 27-7-91; T. van Pinxte-<br />

ren, Waalre: 1-8-91; F.G. Willemsen, F.M.A.H. Willemsen en G.F.W. Willemsen-<br />

Wenmeckers, Vlissingen: 4-8-91; P.J.M. Utìien, Hoevelaken: 5-8-91; A. van<br />

Poppel en M.E. van Poppel-van Vorstenbosch, Vught: 10-8-91; H.A. Cooijmans,<br />

Den Dungen: 14-8-91; J. Claveaux, Tilburg: 14-8-91; M.A. de Visser en A. de<br />

Visser-de Bruijn, Lepelstraat: 15-8-9 1 ; A. v/d Hulst. Eindhoven: 17-8-9 1 ; A.<br />

Merckx: 17-8-91 ; J.W.H. Heykers-Verlinden: 20-8-9 1 ; M.Teuwen-Wetemans,<br />

Stramproy: 1-9-9 1 ; A. van Vroenhoven, Best: 3 1 - 10-9 1 ; W. Denekamp. Haren:<br />

31-10-91.<br />

Als u een pelgrimspaspoort wilt hebben voor uw tocht naar<br />

<strong>Santiago</strong> de Compostela, dan kunt u dat bestellen onder op-<br />

gave van uw paspoortnummer. Gegevens vindt u op pagina 40<br />

van deze JACOBSSTAF. Vraag deze zo TIJDIG MOGELIJK aan.


AGENDA<br />

Vermeld in deze agenda worden de volgende aktiviteiten: (diallezingen, film-,<br />

muziek-uitvoeringen, tentoonstellingen e.d. die door anderen georganiseerd wor-<br />

den en die 'iets' met de pelgrimage naar <strong>Santiago</strong> de Compostela te maken heb-<br />

ben, (regio)-bijeenkomsten van het Genootschap etc. Vergissingen en wijzigin-<br />

gen zijn altijd mogelijk, controleer daarom de gegevens voor u op pad gaat via<br />

het genoemde adres/telefoonnummer.<br />

7 maart Bijeenkomst regio Bollenstreek - Rijnland in het Broederhuis Nieuw<br />

Schoonoord, Leidsevaart 2, Voorhout.<br />

14 maart Voorjaarsbijeenkomst Vlaams Genootschap<br />

17 maart Regio bijeenkomst Midden-Nederland bij Ria Jansen, Noolseweg<br />

16, Laren<br />

21 maart Bijeenkomst regio Nijmegen, inlichtingen w 08897-71 183.<br />

27 maart Bijeenkomst regio Oost-Nederland, onderwerp 'Muziek rond de<br />

Camino' inlichtingen e 074-91 7879.<br />

29 maart Halle (Westfalen, bij Osnabruck): <strong>Santiago</strong> de Compostela: muziek<br />

en beeld b4 een pelgrimstocht, diaconcert Ensemble Peregrino en<br />

Conens & van Wiechen. Liederen uit o.a. Codex Calixtinus (12" E),<br />

Cantigas de Sta Maria (1 3" E). Inl. in Nederland: e 01 71 4-1 5386.<br />

31 maart Openbare bibliotheek Zuid-Scharwoude, 20.15 uur dialezing van<br />

Conens & van Wiechen over de pelgrimage naar <strong>Santiago</strong> de Com-<br />

postela. Inlichtingen 01 71 4-1 5386<br />

2 april Openbare Bibliotheek te Wognum, 20.30 uur, zie 31 maart.<br />

5 april Bijeenkomst regio 's Hertogenbosch - Oss, inlichtingen w 041 16-<br />

72793.<br />

t/m 6 april Tentoonstelling van foto's gemaakt door Jutka Rona langs de peg-<br />

rimsroute. De tentoonstelling wordt gehouden bij Capi-Lux Vak,<br />

Basisweg 42 te Amsterdam. Geopend op werkdagen van 8.30 tot<br />

17.30 uur.<br />

9 april Openbare bibliotheek Anna Paulowna, 20.00 uur, zie 31 maart.<br />

12 april Wandelmarkt in gebouw Marcanti, Jan van Galenstraat 10, Amster-<br />

dam georganiseerd door Op Lemen Voeten en Pied a Terre. Thema<br />

o.a. de weg naar <strong>Santiago</strong> de Compostela. Inl. e 020-6226990.<br />

18 april Purmerend, het Folkloristisch Danstheater met het programma: Van<br />

de Madonna tot Madonna.<br />

7-10 mei Kalamazoo Medieval Congress onder de titel: 'Pelgrimage and Art:<br />

How do we construe the Pilgrimage Routes now that we've thrown<br />

out Conant and Porter?'.<br />

14 mei Heerhugowaard, 19.30 uur, zie 31 maart.<br />

12-28 juli Culturele busreis naar Santiagc de Compostela verzorgd door Frans<br />

Waltmans, inlichtingen e 045-71 1529.<br />

16 juli Vanaf 16 juli organiseert de Jacobusvereniging van Navarra een<br />

internationale looptocht van Roncesvalles naar Astorga (487 km).<br />

De laatste etappe Astorga - <strong>Santiago</strong> de Compostela zal in 1993<br />

worden gelopen. Inlichtingen: Amigos del Camino de <strong>Santiago</strong> en<br />

Navarra, Sierra de Alaiz, no 3-1 O0 izda E-31006 Pamplona.<br />

31 december Begin Año Santo in <strong>Santiago</strong> de Compostela; opening: Puerta<br />

San ta .


ONS POSTORDERBEDRIJF<br />

Hieronder vindt u een lijst van de verkrijgbare artikelen, elk voorzien van een<br />

nummer en de prijs inclusief verzendkosten.<br />

U voldoet het totaalbedrag door middel van betaling op Postbank-nummer<br />

515.1 1.46 t.n.v. de Penningmeester Nederlands Genootschap van Sint-Jacob te<br />

Heerhugowaard onder vermelding van het (de) nummer(s) van de door u ge-<br />

wenste artikelen.<br />

Na ontvangst van het bedrag door de penningmeester en na controle of de aan-<br />

vrager wel lid is én zijn contributie heeft betaald, wordt het bestelde<br />

toegezonden aan het adres dat op het giro-formulier staat vermeld.<br />

Alleen bij bestelling van een pelqrims~as dient u uw paspoortnummer op te<br />

geven aan het hieronderstaande adres.<br />

Indien u niet per giro betaalt, maar per bank, dient u een lijst van de bestelde<br />

artikelen separaat toe te zenden aan:<br />

J.A.Gigengack, Opaal 15, 1703 CA Heerhugowaard.<br />

ARTIKEL<br />

Alfabetische ledenlijst<br />

Ledenlijst volgens postcode<br />

Gebed van pelgrim<br />

Stickers (20 stuks)<br />

Literatuurlijst<br />

Pelgrimspas<br />

Correspondentiekaart Rustende Pelgrims<br />

Lijst refugio's<br />

Tijdschrift DE PELGRIM nummer 10<br />

Tijdschrift DE PELGRIM nummer 11<br />

Tijdschrift DE PELGRIM nummer 12<br />

Tijdschrift DE PELGRIM nummer 13<br />

Tijdschrift DE PELGRIM nummer 14<br />

Tijdschrift DE PELGRIM nummer 15<br />

Tijdschrift DE JACOBSSTAF 1989 nummer 1<br />

Tijdschrift DE JACOBSSTAF 1989 nummer 2<br />

Tijdschrift DE JACOBSSTAF 1989 nummer 3<br />

Tijdschrift DE JACOBSSTAF 1989 nummer 4<br />

Tijdschrift DE JACOBSSTAF 1990 nummer 5<br />

Tijdschrift DE JACOBSSTAF 1990 nummer 6<br />

Tijdschrift DE JACOBSSTAF 1990 nummer 7<br />

Tijdschrift DE JACOBSSTAF 1990 nummer 8<br />

Tijdschrift DE JACOBSSTAF 199 1 nummer 9<br />

Tijdschrift DE JACOBSSTAF 199 1 nummer 10<br />

Tijdschrift DE JACOBSSTAF 1991 nummer 1 1<br />

Tijdschrift DE JACOBSSTAF 199 1 nummer 12<br />

Tijdschrift DE JACOBSSTAF 1992 nummer 13<br />

PRIJS<br />

f 3,00<br />

f 3,00<br />

f 2,00<br />

f 5,00<br />

f 2,00<br />

f 7,50<br />

uitverkocht<br />

f 2,00<br />

f 2,00<br />

f 2,00<br />

uitverkocht<br />

f 2,00<br />

f 2,00<br />

f 2,00<br />

uitverkocht<br />

uitverkocht<br />

f 6,00<br />

f 6,00<br />

uitverkocht<br />

f 6,00<br />

f 6,00<br />

f 6.00<br />

uitverkocht<br />

f 6,00<br />

f 6,00<br />

f 6,00<br />

f 6,00

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!