20.09.2013 Views

vonnts - ten Hoeve & van der Horst Incasso

vonnts - ten Hoeve & van der Horst Incasso

vonnts - ten Hoeve & van der Horst Incasso

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>vonnts</strong><br />

RECHTBANK-HERTOGENBOSCH<br />

Sector kanton, locatie Eindhoven<br />

Zaaknummer : 827883<br />

Rolnummer : 12-4582<br />

Uitspraak : 15 november 2012<br />

in de zaak <strong>van</strong>:<br />

voonis<br />

de vennootschap on<strong>der</strong> firma teo <strong>Hoeve</strong> & <strong>van</strong> <strong>der</strong> Hont v.o.f.,<br />

en h.o.d.n. <strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong> & <strong>van</strong> <strong>der</strong> <strong>Horst</strong> en<br />

Particulierelncasso.nl,<br />

gevestigd te Utrecht,<br />

eiseres,<br />

gemachtigde: A.L. <strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong>,<br />

tegen<br />

Internet-bikes<br />

de beslo<strong>ten</strong> veMootschap met beperkte aansprakelijkheid T.O.M. B.V., h.o.d.n. Tom Bikes<br />

B.V., GJGA-Bikes,lntemet-Bikes, lntemet-Toys en Tom Omnichannel Management B.V.,<br />

gevestigd te Bladel,<br />

gedaagde,<br />

proce<strong>der</strong>end in bij we ge <strong>van</strong> haar directeur/groot aandeelhou<strong>der</strong> T.J. te Riele.<br />

Partijen zullen hierna worden genoemd "<strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong>" en ''T.O.M.".<br />

I. Het verloop <strong>van</strong> <br />

1.1.De volgende stukken zijn ont<strong>van</strong>gen:<br />

a. de dagvaarding, met producties;<br />

b. de conclusie <strong>van</strong> antwoord in conventie, met producties, tevens inhoudende een<br />

tegenvor<strong>der</strong>ing (=eis in reconventie);<br />

c. de conclusie <strong>van</strong> repliek in conventie, tevens conclusie <strong>van</strong> antwoord in reconventie,<br />

tevens inhoudende een vermeer<strong>der</strong>ing <strong>van</strong> eis in conventie;<br />

d. een akte bewijsaanbod <strong>van</strong> <strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong>;<br />

e. de conclusie <strong>van</strong> dupliek in conventie, tevens conclusie <strong>van</strong> repliek in reconventie,<br />

tevens inhoudende een vermeer<strong>der</strong>ing <strong>van</strong> eis in reconventie;<br />

f. een na<strong>der</strong>e conclusie in conventie <strong>van</strong> <strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong>, met producties, tevens conclusie <strong>van</strong><br />

dupliek in reconventie;<br />

g. een akte uitla<strong>ten</strong> <strong>van</strong> T.O.M.<br />

1.2. De on<strong>der</strong> opgosomdo processtukken die door T.O.M. zijn ingediend, zijn door haar<br />

niet zodanig benoemd, zijn door ton <strong>Hoeve</strong> kennelijk wel zo begrepen, zodat do<br />

ook door de kantonrechter conform do <br />

zijn <br />

1.3. Wat betreft de bij de beoordeling te betrekken processtukken geldt dat de kantonrechter


Zaaknummer: 827883<br />

blad 2<br />

alleen de stukken betrekt die zijn venneld on<strong>der</strong> sub a tot en met e in on<strong>der</strong>deel l.I.<br />

Daarnaast wordt betrokken het processtuk dat is venneld on<strong>der</strong> sub f, maar slechts voor<br />

zover het ziet op de eis in reconventie. Dat de overige ingediende processtukken n i e tworden<br />

betrokken, volgt uit het feit dat tot en met het on<strong>der</strong> s.ub e genoemde p r o c e s s t u k<br />

partijen zich twee maal over de vor<strong>der</strong>ing in conventJe hebben mogen uatla<strong>ten</strong> en er geen<br />

rechtsgrond is om een na<strong>der</strong>e conclusie in conventie toe te la<strong>ten</strong>.<br />

2. Het <br />

2.1. Ten <strong>Hoeve</strong> vor<strong>der</strong>t, deels verkort weergegeven, na venneer<strong>der</strong>ing <strong>van</strong> eis, dat:<br />

voor recht wordt verklaard dat T.O.M., primair, (opzettelijk) inbreuk heeft gemaakt op<br />

het subjectiefrecht ex artikel 7:46d BW <strong>van</strong> De Man de overeenkomst zon<strong>der</strong> opgave<br />

<strong>van</strong> te ontbinden, althans, subsidiair, heeft gehandeld in strijd met hetgeen<br />

volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt;<br />

voor recht wordt verklaard dat T.O.M. jegens De Man een onrechtmatige daad heeft<br />

gepleegd;<br />

voor recht wordt verklaard dat T.O.M. verplicht is de schade, die De Man heeft geleden<br />

en te vergoeden;<br />

T.O.M. wordt veroordeeld tot betaling <strong>van</strong> € 247,35, te venneer<strong>der</strong>en met wettelijke<br />

rente;<br />

T.O.M. wordt veroordeeld in de proceskos<strong>ten</strong> (met een gemachtigdensalaris <strong>van</strong><br />

€ 100,00 per punt).<br />

Ten <strong>Hoeve</strong> legt daaraan <strong>ten</strong> grondslag dat zij een vor<strong>der</strong>ing <strong>van</strong> mevrouw De Man (hierna:<br />

De Man) op T.O.M. heeft overgenomen door middel <strong>van</strong> cessie (hierna: overdracht <strong>van</strong> de<br />

vor<strong>der</strong>ing). De Man had op 6 maart 2012 via internet voor een bedrag <strong>van</strong> € 76,60 artikelen<br />

besteld bij een door T.O.M. gedreven on<strong>der</strong>neming. Dit betreft een op afstand geslo<strong>ten</strong><br />

overeenkomst tot consumen<strong>ten</strong>koop. De Man heeft vóór ont<strong>van</strong>gst <strong>van</strong> de artikelen de<br />

bestelling geannuleerd en de overeenkomst ontbonden, maar T.O.M. weigerde de annulering<br />

te aanvaarden met een beroep op haar algemene voorwaarden. T.O.M. heeft daannee het<br />

recht op annulering <strong>van</strong> een consument die koopt op afstand miskend. Pas na tussenkomst<br />

<strong>van</strong> de door De Man ingeschakelde <strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong> ging T.O.M. over tot het staken <strong>van</strong> de tegen<br />

De Man gerichte sommaties en tot creditering <strong>van</strong> de aan De Man gestuurde factuur. Aan De<br />

Man zijn door <strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong> kos<strong>ten</strong> in rekening gebracht voor de door <strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong> verrichte<br />

werkzaamheden. Dit betreft schade <strong>van</strong> De Man die op grond <strong>van</strong> artikel6:95 en 6:162 BW<br />

door T.O.M. vergoed moet worden, waarbij vergoeding <strong>van</strong>wege de overdracht <strong>van</strong> deze<br />

vor<strong>der</strong>ing moet plaatsvinden aan <strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong>.<br />

2.2. T.O.M. voert het volgende verweer. De Man heeft artikelen besteld, welke artikelen<br />

door T.O.M. zouden worden toegestuurd na betaling door De Man. De Man heeft niet<br />

betaald en heeft aangegeven de bestelling te willen annuleren, zodat T.O.M. de<br />

op 14 april2012 heeft ontbonden en de factuur heeft gecrediteerd. T.O.M.<br />

heeft niet gehandeld in strijd met do Wet Koop op afstand. De gevor<strong>der</strong>de kos<strong>ten</strong> zijn<br />

on.aegrond omdat T.O.M. niet onrechtmatig heeft gehandeld. Daarnaast dateert do eerste<br />

<strong>van</strong> <strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong> <strong>van</strong> 26 april 2012, torwül factuur al op 14 april 2012 is gecrediteerd.<br />

Eer<strong>der</strong>e heeft T.O.M. niet ont<strong>van</strong>gen.<br />

2.3. Als vor<strong>der</strong>t T.O.M., na <strong>van</strong> eis, dat <strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong> wordt<br />

veroordeeld tot <strong>van</strong> €276,00 wegensdoor T.O.M. gemaakte kos<strong>ten</strong> in de procedure


Zaaknummer: 827883 blad 3<br />

2.4. Ten <strong>Hoeve</strong> verweert zich tegen de tegenvor<strong>der</strong>ing door aan te voeren dat deze vor<strong>der</strong>ing<br />

samenvalt met een eventuele proceskos<strong>ten</strong>veroordeling en dat niets is aangevoerd waaruit de<br />

bijstand door een gemachtigdeenlof de gehoudenheid tot afwijking <strong>van</strong> de forfaitaire staffel<br />

zou blijken.<br />

3. De beoordeling<br />

in conventie en in reconvenrie (= <strong>ten</strong> aanzien <strong>van</strong>de v o r d e r i n g<strong>van</strong> <strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong> en <strong>van</strong> de<br />

t e g e n v o r d e r i n g<strong>van</strong> T.O.M.):<br />

3.1 . De kantonrechter stelt voorop dat zij uit het verweer <strong>van</strong> T.O.M. opmaakt dat T.O.M.<br />

niet (direct) heeft begrepen waarop <strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong> haar vor<strong>der</strong>ingen baseert en dat niet De Man,<br />

maar <strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong> de eisende partij in deze procedure is. On<strong>der</strong>scheid moet worden gemaakt<br />

tussen de oorspronkelijke koopovereenkomst tussen De Man en T.O.M. enerzijds en de aan<br />

de vor<strong>der</strong>ingen <strong>ten</strong> grondslag gelegde gestelde verbin<strong>ten</strong>is uit onrechtmatige daad <strong>van</strong><br />

T.O.M. tot vergoeding <strong>van</strong> schade aan De Man an<strong>der</strong>zijds. An<strong>der</strong>s dan T.O.M. kennelijk<br />

heeft begrepen (zie on<strong>der</strong>deel 8 <strong>van</strong> haar conclusie <strong>van</strong> dupliek in conventie) wordt door <strong>ten</strong><br />

<strong>Hoeve</strong> aan T.O.M. niet verwe<strong>ten</strong> dat zij de koopovereenkomst heeft ontbonden, maar juist<br />

dat zij De Man hield aan de geslo<strong>ten</strong> koopovereenkomst. De onrechtmatige daad <strong>van</strong> T.O.M.<br />

zou hebben bestaan uit het miskennen <strong>van</strong> het recht <strong>van</strong> De Man tot annuleringlontbinding<br />

<strong>van</strong> de koopovereenkomst.<br />

3.2. De vraag die voorligt. is ofT.O.M. onrechtmatig tegen De Man heeft gehandeld. Ten<br />

<strong>Hoeve</strong> overlegt en citeert ter on<strong>der</strong>bouwing uit een e-mailwisseling <strong>van</strong> 3 1maart 2012 tussen<br />

T.O.M. en De Man waarin T.O.M. met een beroep op haar algemene voorwaarden (herhaald)<br />

aangeeft dat annulering <strong>van</strong> de bestelling niet meer mogelijk is omdat zeven dagen na de<br />

bestelling zijn verstreken (productie 2 bij dagvaarding}. Zoals <strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong> terecht aanvoert, is<br />

dit standpunt <strong>van</strong> T.O.M. onjuist. Op grond <strong>van</strong> artikel 7:46d BW heeft de koper op afstand<br />

immers een bedenktijd <strong>van</strong> zeven dagen na ont<strong>van</strong>gst<strong>van</strong> de bestelde goe<strong>der</strong>en, <strong>van</strong> welk<br />

artikel ingevolge artikel 7:46j BW niet <strong>ten</strong> nadele <strong>van</strong> de koper kan worden afgeweken. Het<br />

beroep <strong>van</strong> T.O.M. op haar algemene voorwaarden kan er daarom niet toe leiden dat<br />

ontbinding niet meer mogelijk zou zijn. Vast staat dat de bestelde artikelen niet zijn geleverd,<br />

zodat de bedenktijd <strong>van</strong> zeven dagen geen aan<strong>van</strong>g heeft genomen en De Man de<br />

overeenkomst kon ontbinden.<br />

3.3. An<strong>der</strong>s dan <strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong> oordeelt de kantonrechter dat T.O.M. met het enkele innemen <strong>van</strong><br />

een onjuist standpunt niet onrechtmatig heeft gehandeld. Om te kunnen conclu<strong>der</strong>en tot<br />

onrechtrnatig handelen had <strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong> meer fei<strong>ten</strong> en omstandigheden moe<strong>ten</strong> aanvoeren<br />

zoals bijvoorbeeld dat T.O.M. de onjuistheid <strong>van</strong> haar standpunt kende en bepaalde<br />

omstandigheden heeft aangegrepen om haar standpunt 'door te drukken'. Fei<strong>ten</strong> en<br />

omstandigheden die het innemen <strong>van</strong> een onjuist standpunt onrechtmatig kunnen maken zijn<br />

echter gesteld noch gebleken. Het enkele feit dat het hier om regels gaat die zijn bedoeld om<br />

een consument te beschermen,maakt dit niet an<strong>der</strong>s.<br />

3.4. Nu geen sprake is <strong>van</strong> onrechtmatig handelen <strong>van</strong> T.O.M., worden de vor<strong>der</strong>ingen <strong>van</strong><br />

<strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong> afgewezen omdat al deze vor<strong>der</strong>ingen onrechtmatig handelen <strong>van</strong> T.O.M. tot<br />

uitgangspunt nemen.<br />

3.5. De tegenvor<strong>der</strong>ing <strong>van</strong> T.O.M. tot vergoeding <strong>van</strong> de door haar gemaakte kos<strong>ten</strong> in deze<br />

proccdure valt, zoals door <strong>ten</strong> Hocvo ia aangevoerd, samen met een eventuele


'.<br />

;<br />

''<br />

'<br />

.<br />

Zaaknummer: 827883 blad4<br />

proceskos<strong>ten</strong>veroordeling. Op grond <strong>van</strong> artikel 241 <strong>van</strong> het Wetboek <strong>van</strong> Burgerlijke<br />

Rechtsvor<strong>der</strong>ing (Rv) bestaat er geen aanleiding om naast de proceskos<strong>ten</strong>veroordeling een<br />

afzon<strong>der</strong>lijke vergoeding toe te kennen voor de <strong>ten</strong> behoeve <strong>van</strong> een procedure verrichte<br />

werkzaamheden. T.O.M. heeft ook geen an<strong>der</strong>e fei<strong>ten</strong> gesteld die tot een grondslag voor haar<br />

vor<strong>der</strong>ing kunnen leiden. Om deze redenen wordt de tegenvor<strong>der</strong>ing <strong>van</strong> T.O.M. afgewezen.<br />

3.6. Ten <strong>Hoeve</strong> wordt als de in het ongelijk gestelde partij in conventie veroordeeld in de<br />

kos<strong>ten</strong> <strong>van</strong> de procedure. Deze kos<strong>ten</strong> worden aan de zijde <strong>van</strong> T.O.M. vastgesteld op nihil,<br />

nu aan haar zijde geen sprake is <strong>van</strong> een gemachtigde in de zin <strong>van</strong> artikel238 Rv en geen<br />

zitting heeft plaatsgevonden die een vergoeding voor verletkos<strong>ten</strong> kan rechtvaardigen.<br />

3.7. T.O.M. wordt als de in het ongelijk gestelde partij in reconventie veroordeeld in de<br />

kos<strong>ten</strong> <strong>van</strong> de procedure. Nu <strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong> voor zichzelf als gemachtigde is opgetreden, is geen<br />

sprake <strong>van</strong> een gemachtigde in de zin <strong>van</strong> artikel238 Rv en wordt geen gemachtigdensalaris<br />

toegekend.<br />

4. De beslissing<br />

De kantonrechter:<br />

in convencie en In reconventie:<br />

wijst de vor<strong>der</strong>ingen af;<br />

veroordeelt <strong>ten</strong> H o e v ein de kos<strong>ten</strong> <strong>van</strong> de procedure in conventie, aan de zijde <strong>van</strong> T.O.M.<br />

vastgesteldop nihil;<br />

veroordeelt T . O . M .in de kos<strong>ten</strong> <strong>van</strong> de procedure in reconventie, aan de zijde <strong>van</strong> <strong>ten</strong> <strong>Hoeve</strong><br />

vastgesteld op nihil.<br />

Dit vonnis i sgewezen door mr. A.M. Koster-<strong>van</strong> <strong>der</strong> Linden, kantonrechter en in het<br />

openbaar uitgesprokenop 15november 2012. '<br />

' '<br />

' '<br />

.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!