Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Element Six Abrasives. <strong>Umicore</strong> betwistte dat Element Six Abrasives verantwoordelijk kon<br />
gesteld worden voor pensioentekorten ontstaan in een onderneming waarin zij geen participatie<br />
aanhoudt. Zoals vermeld in toelichting 32 van het jaarsverslag 2004, werden deze kosten in 2004<br />
niet in de fi nanciële staten opgenomen.<br />
Bij de afwikkeling van dit geschil in <strong>2005</strong> werd inderdaad bevestigd dat Element Six Abrasives<br />
geen verantwoordelijkheid droeg voor deze pensioentekorten, maar daarbij werd wel<br />
vastgesteld dat in het bedrag van USD 29,5 miljoen dat ter discussie lag, voor USD 9,2 miljoen<br />
herstructureringskosten waren opgenomen die wel ten laste waren van Element Six Abrasives.<br />
De fi nanciële staten van Element Six Abrasives betreffende het boekjaar 2004 werden in die zin<br />
gecorrigeerd. Het aandeel van <strong>Umicore</strong> in deze lasten beloopt EUR 2 971 duizend. Deze correctie is<br />
weergegeven in de aangepaste fi nanciële staten van 2004 volgens de richtlijnen van IAS 8.<br />
3.3 IMPACT OP DE KASSTROMENTABEL<br />
Er is geen effect van de nieuwe IFRS-waarderingsregels op de presentatie van de kasstromentabel<br />
van 2004.<br />
4 Beheer van fi nanciële risico’s<br />
Alle activiteiten van de Groep zijn blootgesteld aan verschillende risico’s, waaronder metaalprijsschommelingen,<br />
de wisselkoersen, bepaalde marktgedefi nieerde commerciële voorwaarden, en<br />
rentevoeten alsook krediet- en liquiditeitrisico’s. Het globale risicobeheer van de Groep tracht de<br />
negatieve invloed op de fi nanciële resultaten van de Groep tot een minimum te beperken, door<br />
deze risico’s in te dekken met fi nanciële en verzekeringsinstrumenten.<br />
4.1 WISSELKOERSRISICO<br />
Het wisselkoersrisico waaraan <strong>Umicore</strong> blootgesteld is, kan opgesplitst worden in drie types:<br />
structurele, transactionele en omrekeningsrisico’s.<br />
4.1.1 Structureel risico<br />
De inkomsten van <strong>Umicore</strong> zijn gedeeltelijk in USD uitgedrukt, alhoewel vele activiteiten<br />
zich buiten de USD-zone bevinden (voornamelijk in Europa en Azië). Elke wijziging in de USD<br />
wisselkoers versus EUR of andere deviezen die niet aan de USD gekoppeld zijn, heeft daardoor<br />
een invloed op de resultaten van de onderneming. Het grootste deel van deze blootstelling<br />
aan de wisselkoers vloeit voort uit de in USD uitgedrukte metaalprijzen, die inwerken op de<br />
verwerkings- of raffi nagekosten en op de metaalbonussen die gehaald worden op de voor<br />
verwerking geleverde materialen.<br />
<strong>Umicore</strong> heeft een beleid om zich tegen haar structurele wisselkoersblootstelling op termijn in<br />
te dekken, zij het in combinatie met de indekking tegen de structurele metaalprijsblootstelling<br />
of geïsoleerd, wanneer de wisselkoersen of de in EUR uitgedrukte metaalprijzen boven het<br />
historische gemiddelde liggen en zich op een niveau bevinden waarbij aantrekkelijke marges<br />
verzekerd kunnen worden.<br />
Bij ontstentenis van enige indekking tegen de blootstelling aan het structurele USD-risico dat niet<br />
aan de metaalprijs is verbonden, en bij eind <strong>2005</strong> geldende wisselkoersen, zou een stijging van<br />
de USD met 1 cent aanleiding geven tot een stijging van de inkomsten en het bedrijfsresultaat<br />
met € 1 miljoen op jaarbasis. Omgekeerd zou een daling van de USD met 1 cent aanleiding<br />
geven tot een daling van dezelfde grootteorde op jaarbasis.<br />
Deze gevoeligheden zijn als kortetermijnleidraad op te vatten en zijn enigszins theoretisch,<br />
aangezien het wisselkoersniveau vaak een zware invloed heeft op wijzigingen in commerciële<br />
voorwaarden die in USD worden onderhandeld en op elementen die <strong>Umicore</strong> niet zelf in handen<br />
heeft, zoals de invloed die de USD wisselkoers op in USD uitgedrukte metaalprijzen zou kunnen<br />
hebben. Deze bewegingen hebben een invloed op de resultaten van <strong>Umicore</strong> (zie metaalprijsrisico<br />
hieronder). Er is ook een gevoeligheid tegenover enkele andere deviezen zoals de Braziliaanse<br />
real, de Koreaanse won en de Zuid-Afrikaanse rand.<br />
Structurele wisselkoersindekking<br />
In de jaren 2000 tot 2004 heeft <strong>Umicore</strong> verscheiden indekkingoperaties opgezet met betrekking<br />
tot de jaren 2000 tot <strong>2005</strong>. Deze transacties hadden tot doel de rendabiliteit en de kasstromen<br />
van <strong>Umicore</strong> te beschermen. De reële wisselkoers van de Groep voor <strong>2005</strong> bedroeg ongeveer<br />
1,16 USD/EUR. Dit vloeide grotendeels voort uit het feit dat <strong>Umicore</strong> 50% van haar blootstelling<br />
aan de USD ingedekt had aan de koers van 1,08 USD/EUR (dit was hoofdzakelijk verbonden met<br />
de activiteiten van de business groups Nieuwe Materialen en Edelmetaaldiensten).<br />
Op het moment van redactie waren er geen structurele wisselkoersindekkingen voor 2006 of later,<br />
behalve degene die betrekking hebben op structurele metaalprijsrisico’s.<br />
4.1.2 Transactioneel risico<br />
Het bedrijf is ook onderhevig aan transactionele risico’s met betrekking tot deviezen, namelijk<br />
het risico dat wisselkoersen schommelen tussen het moment waarop de prijs met de klant of<br />
leverancier wordt bepaald en het moment waarop de transactie afgewikkeld wordt. <strong>Umicore</strong> dekt<br />
zich systematisch in tegen dergelijke transactionele risico’s, voornamelijk via termijncontracten.<br />
4.1.3 Omrekeningsrisico<br />
<strong>Umicore</strong> is een internationaal bedrijf met vestigingen die niet in EUR rapporteren. Wanneer<br />
dergelijke resultaten geconsolideerd worden in de rekeningen van de Groep, is het omgerekende<br />
bedrag blootgesteld aan waardeschommelingen van zulke lokale valuta’s ten opzichte van de EUR.<br />
<strong>Umicore</strong> dekt dit risico niet in (zie toelichting 1 en 2, Voorstellingsbasis en Waarderingsregels).<br />
4.2 METAALPRIJSRISICO<br />
4.2.1 Structureel risico<br />
<strong>Umicore</strong> is blootgesteld aan structurele metaalprijsrisico’s. Die risico’s vloeien voornamelijk<br />
voort uit de metaalprijzen die inwerken op de verwerkings- of raffi nagekosten en op de<br />
metaalbonussen die gehaald worden op de voor verwerking geleverde materialen. <strong>Umicore</strong><br />
houdt een beleid aan dergelijke blootstelling aan metaalprijzen op termijn in te dekken als<br />
de metaalprijzen uitgedrukt in EUR boven hun historisch gemiddelde liggen en zich op een<br />
niveau bevinden waarbij aantrekkelijke marges verzekerd kunnen worden. In welke mate het<br />
metaalprijsrisico op termijn ingedekt kan worden hangt af van de liquiditeit van de desbetreffende<br />
markten.<br />
Het metaalprijsrisico heeft voornamelijk betrekking op zink. In afwezigheid van enig<br />
indekkingsmechanisme heeft een verandering van de LME (London Metal Exchange)-zinkprijs met<br />
€ 100 per ton op korte termijn een impact van € 15 miljoen per jaar op de inkomsten en op het<br />
bedrijfsresultaat, dit gebaseerd op de geldende condities eind <strong>2005</strong>.<br />
De activiteiten van <strong>Umicore</strong> Yunnan Zinc Alloys - waarin begin 2006 een participatie van 60%<br />
verworven werd - genereren ook een gevoeligheid aan de zinkprijs. Op een 100% basis leidt<br />
een wijziging van de LME-zinkprijs met USD 100 per ton tot een kortetermijngevoeligheid op de<br />
inkomsten en het bedrijfsresultaat van <strong>Umicore</strong> Yunnan Zinc Alloys van ongeveer USD 1 miljoen<br />
per jaar, dit gebaseerd op de geldende LME-zinkprijs eind <strong>2005</strong>.<br />
De geassocieerde onderneming Padaeng Industries (Thailand), waarin <strong>Umicore</strong> een participatie<br />
heeft van 47%, is ook gevoelig aan de zinkprijs. Op een 100% basis leidt een wijziging van de<br />
LME-zinkprijs met USD 100 per ton tot een kortetermijngevoeligheid op het bedrijfsresultaat van<br />
Padaeng Industries van ongeveer USD 6-7 miljoen per jaar, dit gebaseerd op de geldende LMEzinkprijs<br />
eind <strong>2005</strong>.<br />
In de business group Edelmetaaldiensten, waarin de Groep voornamelijk platina, palladium,<br />
rhodium, goud en zilver produceert, is het moeilijk om de gevoeligheid op korte termijn aan<br />
edelmetaalprijzen te ramen, gezien de variabiliteit in het soort aangevoerde materialen in de loop<br />
der jaren, alhoewel hogere prijzen in het algemeen in een stijging van de inkomsten resulteren.<br />
Een prijsverandering voor de andere metalen heeft geen betekenisvolle invloed.<br />
Structurele metaalprijsindekking<br />
Voor zink heeft de Groep een ontvangen zinkprijs gehaald van € 974 per ton voor <strong>2005</strong> ten<br />
gevolge van vorige indekkingsoperaties. Op het moment van redactie was het merendeel van de<br />
zinkprijsblootstelling voor 2006 ingedekt aan de gemiddelde termijnprijs van € 1 125 per ton,<br />
70% van de zinkprijsblootstelling voor 2007 werd ingedekt aan de gemiddelde termijnprijs van<br />
€ 1 465 per ton en ongeveer 80% van zijn blootstelling gedurende de eerste drie maanden van<br />
2008 aan een gemiddelde termijnprijs van € 1 635 per ton.<br />
Op het moment van redactie, had Padaeng Industries ongeveer 50% van haar blootstelling aan de<br />
zinkprijs voor 2006 ingedekt aan een gemiddelde termijnprijs van USD 1 420 per ton en ongeveer<br />
30% van haar blootstelling voor 2007 aan een gemiddelde termijnprijs van USD 1 660 per ton.<br />
Voor recente details kunnen lezers www.padaeng.com raadplegen.<br />
Voor de edele metalen had <strong>Umicore</strong> eerder al een deel van haar blootstelling aan platinaen<br />
zilverprijzen ingedekt voor <strong>2005</strong> en 2006. In de loop van <strong>2005</strong> heeft <strong>Umicore</strong> dergelijke<br />
indekkingen uitgebreid naar andere metalen zoals goud en naar prijsrisico’s verbonden aan<br />
bepaalde aankoopovereenkomsten afgesloten voor 2007.<br />
4.2.2 Transactioneel risico<br />
De Groep wordt geconfronteerd met transactionele risico’s op aangekochte en verkochte metalen.<br />
De grondstoffen die <strong>Umicore</strong> gebruikt en de metalen of producten die <strong>Umicore</strong> produceert, worden<br />
over het algemeen volgens hetzelfde principe aangekocht en verkocht, bijvoorbeeld op basis<br />
van de desbetreffende London Metal Exchange-noteringen, waarbij het gebruik van bepaalde<br />
indekkingsinstrumenten mogelijk is. In dit opzicht voert de Groep het beleid om de transactionele<br />
risico’s maximaal in te dekken, voornamelijk door termijncontracten. Het transactioneel risico is<br />
het risico dat de metaalprijs schommelt tussen het moment waarop de prijs wordt bepaald met<br />
een klant of leverancier en het moment waarop de transactie afgewikkeld wordt.<br />
4.3 ANDERE COMMERCIELE RISICO’S<br />
<strong>Umicore</strong> is eveneens geconfronteerd met enkele structurele commerciële risico’s in sommige<br />
van haar activiteiten. Deze risico’s houden verband met de structuur van de aankoopketen of de<br />
productie van onvermijdelijke stromen van bijproducten uit de productieprocessen van <strong>Umicore</strong>.<br />
In het eerste geval komt de belangrijkste blootstelling voort uit de verwerking van zinkconcentraat<br />
bij <strong>Umicore</strong> Zinc Alloys. <strong>Umicore</strong> verwerkt meer dan 600 000 ton zinkconcentraat. Als de jaarlijks<br />
onderhandelde verwerkingslonen (de inkomsten die <strong>Umicore</strong> ontvangt voor de verwerking van<br />
zinkconcentraat) met USD 10 per ton wijzigen, resulteert dit in een impact van ongeveer<br />
USD 6 miljoen op de inkomsten en het bedrijfsresultaat. De gevoeligheid staat los van het<br />
effect op zinkverwerkingslonen die veranderingen in de zinkprijs met zich meebrengen.<br />
<strong>Umicore</strong> tracht de effecten van kortetermijnveranderingen in verwerkingskosten weg te werken<br />
door aankoopcontracten op langere termijn af te sluiten; de onderneming tracht ook haar<br />
blootstelling aan verwerkingslonen te verminderen door zoveel mogelijk gerecycleerd zink in haar<br />
verwerkingsprocessen in te zetten.<br />
Wat de bijproducten betreft, komt de belangrijkste blootstelling voor <strong>Umicore</strong> van haar<br />
zwavelzuurproductie. Zwavelzuur is een onvermijdelijk bijproduct van de zinkraffi nage- en<br />
edelmetalenvoorverwerking. <strong>Umicore</strong> produceert ongeveer 600 000 ton zwavelzuur per jaar. Een<br />
wijziging van de prijs van zwavelzuur op de Europese markt met EUR 10 per ton zou leiden tot<br />
een impact op de inkomsten en het bedrijfsresultaat van ongeveer EUR 6 miljoen.<br />
4.4 RENTERISICO<br />
De blootstelling van de Groep aan de rentevoetschommelingen houdt verband met de<br />
verplichtingen in het kader van de fi nanciële schulden van de Groep. Eind december <strong>2005</strong> bedroeg<br />
de netto fi nanciële schuld van de Groep € 515 miljoen. In het kader van het beheer van de<br />
globale fi nancieringskosten heeft de Groep een deel van zijn blootstelling aan het rentevoetrisico<br />
ingedekt via rente-swaps en dit voor een notioneel bedrag van gemiddeld € 92 miljoen voor<br />
2006, dat verhoogd wordt tot € 150 miljoen in 2007, met vervaldata tussen 1 en 3 jaar na de<br />
afsluiting van boekjaar <strong>2005</strong>. Als resultaat van de door <strong>Umicore</strong> gecontracteerde IRS-swaps,<br />
en rekening houdend met de schuldinstrumenten onderhevig aan vaste rentevoeten, zoals de<br />
obligatie op 8 jaar die <strong>Umicore</strong> in 2004 uitgeschreven heeft, komt het deel van de fi nanciële<br />
schulden die begin 2006 onderhevig is aan de variabele rentevoeten overeen met 49% van de<br />
totale netto fi nanciële schulden.<br />
78-79