19.09.2013 Views

pdf versie van de wegwijzer deontologie - SIHO

pdf versie van de wegwijzer deontologie - SIHO

pdf versie van de wegwijzer deontologie - SIHO

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Wegwijzer<br />

Deontologie<br />

Augustus 2009<br />

1


Inleiding<br />

Deze <strong>wegwijzer</strong> is een geactualiseer<strong>de</strong> <strong>versie</strong> <strong>van</strong> het <strong>SIHO</strong>, gebaseerd op <strong>de</strong> <strong>wegwijzer</strong> ‘Deontologie’<br />

<strong>van</strong> het voormalige VEHHO.<br />

Het VEHHO selecteer<strong>de</strong>, op basis <strong>van</strong> wat in <strong>de</strong> instellingen voor hoger on<strong>de</strong>rwijs leef<strong>de</strong>, ie<strong>de</strong>r jaar<br />

een aantal thema’s die als probleemverkenning ver<strong>de</strong>r geanalyseerd wer<strong>de</strong>n. Bedoeling <strong>van</strong> die<br />

verkenningen was om per thema een aantal handvaten mee te geven aan. Per themaverkenning<br />

wer<strong>de</strong>n telkens me<strong>de</strong>werkers <strong>van</strong> <strong>de</strong> instellingen voor hoger on<strong>de</strong>rwijs uitgenodigd, die <strong>van</strong>uit hun<br />

eigen ervaringen <strong>de</strong> output <strong>van</strong> <strong>de</strong> probleemverkenning op hun rele<strong>van</strong>tie en werkbaarheid toetsten.<br />

Een thema dat meer<strong>de</strong>re keren aan bod kwam, is <strong>de</strong>ontologie. De on<strong>de</strong>rsteuning <strong>van</strong> stu<strong>de</strong>nten met<br />

een functiebeperking wordt georganiseerd bij <strong>de</strong> ontmoeting <strong>van</strong> twee verschillen<strong>de</strong>, doch<br />

complementaire werel<strong>de</strong>n. Zo is er <strong>de</strong> instelling voor hoger on<strong>de</strong>rwijs, die voornamelijk instaat voor <strong>de</strong><br />

organisatie <strong>van</strong> het on<strong>de</strong>rwijsproces en zijn er <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>ntenvoorzieningen, die voornamelijk instaan<br />

voor <strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong>nscheppen<strong>de</strong> aspecten bij het on<strong>de</strong>rwijsproces. In <strong>de</strong> praktijk is het heel moeilijk<br />

om die scheidingslijn strak te trekken en zijn bepaal<strong>de</strong> zaken in <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rsteuning <strong>van</strong> stu<strong>de</strong>nten met<br />

een functiebeperking niet eenduidig bij het ene of het an<strong>de</strong>re on<strong>de</strong>r te brengen. Dit geeft soms een<br />

spanningsveld in het a<strong>de</strong>quaat han<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker bij bijvoorbeeld het omgaan met<br />

vertrouwelijke gegevens.<br />

Voldoen<strong>de</strong> re<strong>de</strong>nen dus om even stil te blijven staan bij <strong>de</strong>ontologie en ‘stu<strong>de</strong>ren met extra<br />

on<strong>de</strong>rsteuning ’. Resultaat <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze themaverkenning is dan ook voorliggen<strong>de</strong> <strong>wegwijzer</strong> gewor<strong>de</strong>n,<br />

waarvoor <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> twee doelstellingen geformuleerd kunnen wor<strong>de</strong>n:<br />

Me<strong>de</strong>werkers die in aanraking komen met stu<strong>de</strong>nten, beschikken over een aantal begrippen,<br />

principes en procedurele elementen die richtinggevend kunnen zijn voor hun han<strong>de</strong>len.<br />

De instellingen voor hoger on<strong>de</strong>rwijs en <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>ntenvoorzieningen beschikken via <strong>de</strong>ze<br />

<strong>wegwijzer</strong> over materiaal dat kan bijdragen tot het opstarten of verdiepen <strong>van</strong> <strong>de</strong>ontologisch<br />

werken. De <strong>wegwijzer</strong> is geen <strong>de</strong>ontologische co<strong>de</strong>, doch kan er wel een aanzet toe zijn.<br />

Er zijn drie an<strong>de</strong>re belangrijke elementen voor <strong>de</strong>ze Wegwijzer Deontologie aan te stippen:<br />

<br />

De invalshoek voor <strong>de</strong> <strong>wegwijzer</strong> is niet beroeps- of functiegebon<strong>de</strong>n, doch wel thematisch<br />

gebon<strong>de</strong>n. De invalshoek is dus hier ‘stu<strong>de</strong>ren met extra on<strong>de</strong>rsteuning . De <strong>wegwijzer</strong> is als<br />

dusdanig opgevat dat ie<strong>de</strong>re me<strong>de</strong>werker aan een instelling voor hoger on<strong>de</strong>rwijs of aan een<br />

stu<strong>de</strong>ntenvoorziening die met stu<strong>de</strong>nten met functiebeperking in aanraking komt, er gebruik<br />

1


kan <strong>van</strong> maken. In <strong>de</strong> tekst zullen we dan ook systematisch het woord ‘me<strong>de</strong>werker’ als<br />

verzamelbegrip gebruiken.<br />

Deontologie wordt in het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze <strong>wegwijzer</strong> omschreven als <strong>de</strong> wetenschap <strong>van</strong> wat<br />

men behoort te doen in het licht <strong>van</strong> waar<strong>de</strong>n en normen en dit binnen het terrein <strong>van</strong> het<br />

beroep.<br />

De <strong>wegwijzer</strong> is tot stand gekomen op basis <strong>van</strong> reeds in bepaal<strong>de</strong> instellingen ontwikkel<strong>de</strong><br />

co<strong>de</strong>s, diverse beroepsco<strong>de</strong>s, cursusmateriaal, het wetgeven<strong>de</strong> ka<strong>de</strong>r, enkele publicaties en<br />

praktijkervaringen. De <strong>wegwijzer</strong> is zo praktijkgericht mogelijk opgevat en preten<strong>de</strong>ert<br />

geenszins wetenschappelijk te zijn. We hopen dat <strong>de</strong> <strong>wegwijzer</strong> voldoen<strong>de</strong> houvast kan<br />

creëren voor <strong>de</strong> context <strong>van</strong> hoger on<strong>de</strong>rwijs en stu<strong>de</strong>ren met extra on<strong>de</strong>rsteuning. De kans<br />

wordt alvast gebo<strong>de</strong>n om via het overzicht <strong>van</strong> <strong>de</strong> bronnen het voorliggen<strong>de</strong> materiaal ver<strong>de</strong>r<br />

te uit te diepen.<br />

In <strong>de</strong>ze <strong>wegwijzer</strong> wordt eerst ingegaan op <strong>de</strong> professionele relatie. Vervolgens wor<strong>de</strong>n het<br />

beroepsgeheim en <strong>de</strong> discretieplicht ruimer gesitueerd. Evenzeer wordt op enkele specifieke situaties<br />

ingegaan. Een belangrijke hefboom voor het zorgvuldig han<strong>de</strong>len is het beleid dat met betrekking tot<br />

stu<strong>de</strong>ren met extra on<strong>de</strong>rsteuning op instellingsniveau gevoerd wordt. Tot slot wordt alles<br />

samengebracht in een checklist, op basis waar<strong>van</strong> me<strong>de</strong>werkers <strong>van</strong> hogescholen en universiteiten<br />

en <strong>de</strong> daaraan verbon<strong>de</strong>n stu<strong>de</strong>ntenvoorzieningen hun eigen werking kunnen aftoetsen en prioriteiten<br />

kunnen bepalen om aan te werken. De Romeinse cijfers in <strong>de</strong>ze tekst wor<strong>de</strong>n gebruikt als verwijzing<br />

tussen het tekstge<strong>de</strong>elte en <strong>de</strong> checklist.<br />

Volgen<strong>de</strong> personen verleen<strong>de</strong>n toen hun gewaar<strong>de</strong>er<strong>de</strong> me<strong>de</strong>werking aan <strong>de</strong>ze probleemverkenning:<br />

Faes Luc Artevel<strong>de</strong>hogeschool<br />

Geenen Koen Katholieke Hogeschool Kempen<br />

Gillekens Marlyse Hogeschool voor Wetenschap & Kunst<br />

Goovaerts Christel Stu<strong>de</strong>ntenvoorzieningen Katholieke Hogeschool Mechelen<br />

Haenecaert Gaspar VEHHO (rapportage)<br />

Hutsebaut Frank Katholieke Universiteit Leuven<br />

Lieveyns Saskia Erasmushogeschool Brussel<br />

Van<strong>de</strong>ndriessche Els StudioO<br />

Van<strong>de</strong>rhaegen Leen VEHHO<br />

Vangronsveld Lambert Provinciale Hogeschool Limburg<br />

2


De professionele relatie<br />

1.1 Definiëring<br />

Er is <strong>van</strong> een professionele relatie sprake indien een me<strong>de</strong>werker <strong>van</strong> een on<strong>de</strong>rwijsinstelling of een<br />

stu<strong>de</strong>ntenvoorziening in hoof<strong>de</strong> <strong>van</strong> zijn beroepsuitoefening een stu<strong>de</strong>nt adviseert, of on<strong>de</strong>rsteunt.<br />

Dit kan slaan op:<br />

on<strong>de</strong>rwijskundige interventies, waarbij <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt bijvoorbeeld omwille <strong>van</strong> een<br />

functiebeperking beroep kan doen op bijkomen<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rsteuning in het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> het<br />

studietraject,<br />

interventies in het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> stu<strong>de</strong>ntenvoorzieningen, waarbij <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt beroep kan doen op<br />

<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijsvoorwaar<strong>de</strong>nscheppen<strong>de</strong> aspecten.<br />

Doel <strong>van</strong> <strong>de</strong> professionele relatie is het optimaal tot zijn recht laten komen <strong>van</strong> <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt in<br />

wisselwerking tot zijn omgeving.<br />

Een professionele relatie in hoof<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker vergt on<strong>de</strong>r meer volgen<strong>de</strong> aspecten:<br />

<br />

Een <strong>de</strong>skundige uitoefening <strong>van</strong> het beroep door <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker. Hiertoe dient <strong>de</strong><br />

me<strong>de</strong>werker <strong>de</strong> professionele relatie in stand te hou<strong>de</strong>n en te ontwikkelen, hierbij rekening<br />

hou<strong>de</strong>nd met <strong>de</strong> recente ontwikkelingen in het beroep (I).<br />

Een gelijke bereidheid tot het aangaan <strong>van</strong> een professionele relatie ten opzichte <strong>van</strong><br />

ie<strong>de</strong>reen (II).<br />

Vertrouwelijkheid. De me<strong>de</strong>werker is verplicht tot geheimhouding, tenzij an<strong>de</strong>rs gestipuleerd<br />

wordt (zie ver<strong>de</strong>r) (III).<br />

3


1.2 Uitgangspunten voor een professionele relatie<br />

De houding <strong>van</strong> <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker tegenover <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt is gebaseerd op:<br />

respect voor elke persoon (IV),<br />

<strong>de</strong> erkenning <strong>van</strong> <strong>de</strong> verantwoor<strong>de</strong>lijkheid die <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt heeft bij <strong>de</strong> keuze <strong>van</strong> han<strong>de</strong>len (V).<br />

Hiertoe dient <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker op actieve wijze <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt te informeren over hoe <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rsteuning<br />

georganiseerd is in <strong>de</strong> instelling voor hoger on<strong>de</strong>rwijs. Dit veron<strong>de</strong>rstelt dat <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker voldoen<strong>de</strong><br />

zicht heeft op<br />

<strong>de</strong> beleidsopties dienaangaan<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> instelling (IX),<br />

<strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n die <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijs- en examenreglementen bie<strong>de</strong>n (X),<br />

<strong>de</strong> diverse actoren op instellingsniveau die bij <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rsteuning <strong>van</strong> stu<strong>de</strong>nten betrokken<br />

kunnen wor<strong>de</strong>n (XI).<br />

Evenzeer dient <strong>de</strong> professionele relatie voldoen<strong>de</strong> hel<strong>de</strong>r voor <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt te zijn. Zo dienen <strong>de</strong><br />

stu<strong>de</strong>nten voldoen<strong>de</strong> zicht te hebben op<br />

<strong>de</strong> doelstellingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> professionele relatie (waartoe dient ze?) (XII),<br />

<strong>de</strong> aard <strong>van</strong> <strong>de</strong> professionele relatie (hoe wordt ze gerealiseerd?) (XIII),<br />

<strong>de</strong> erbij horen<strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong>n (wat zijn <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rzijdse rechten en plichten?) (XIV).<br />

Een belangrijk element in hoof<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker is dat die dient na te gaan in wat voor mate hij<br />

voldoen<strong>de</strong> <strong>de</strong>skundig is (I) om in te gaan op <strong>de</strong> vragen <strong>van</strong> <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt. Indien dit het geval niet is,<br />

dient dit bij voorkeur met <strong>de</strong> betrokken stu<strong>de</strong>nt doorgepraat te wor<strong>de</strong>n en dienen <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n tot<br />

doorverwijzing aangebo<strong>de</strong>n te wor<strong>de</strong>n.<br />

I<strong>de</strong>aliter wordt <strong>de</strong> vraag en niet <strong>de</strong> vrager doorverwezen (VI). Bepaal<strong>de</strong> zaken niet kennen of kunnen,<br />

kan net een aanzet zijn om <strong>de</strong> eigen <strong>de</strong>skundigheid te verhogen. Hiertoe zelf <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n<br />

verkennen, advies inwinnen en/of <strong>de</strong> nodige informatie verzamelen zijn daarbij interessante opties.<br />

4


Een an<strong>de</strong>r element hoe aan een professionele relatie vorm kan gegeven wor<strong>de</strong>n, is <strong>de</strong> samenspraak<br />

met <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt. Twee zaken zijn hierbij aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong>:<br />

1) De stu<strong>de</strong>nt weet in principe welke han<strong>de</strong>lingen <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker zal stellen (XV).<br />

Uitzon<strong>de</strong>ringen hierbij zijn dat<br />

a. <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt niet in staat is om <strong>de</strong> eigen wil te bepalen,<br />

b. levensbelangen <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren ernstig bedreigd wor<strong>de</strong>n.<br />

2) Het doorgeven <strong>van</strong> gegevens aan <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n, die buiten <strong>de</strong> relatie tussen <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt en <strong>de</strong><br />

me<strong>de</strong>werker staan, kan enkel mits toestemming <strong>van</strong> <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt (XVIII).<br />

1.3 Rapportage en dossiervorming<br />

De me<strong>de</strong>werker verzamelt in principe enkel gegevens die rele<strong>van</strong>t zijn voor het aangaan <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

professionele relatie (‘need to know’) (XIX). Best wordt er aangegeven welke informatie <strong>van</strong>uit <strong>de</strong><br />

professionele relatie bijgehou<strong>de</strong>n wordt en hoe die informatie bijgehou<strong>de</strong>n wordt (XVI). Een on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el<br />

<strong>van</strong> dit informatiebeheer is dat er kan afgesproken wor<strong>de</strong>n hoe <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt hier zelf toegang tot heeft<br />

(XX). Enkel indien er een na<strong>de</strong>el voor <strong>de</strong> betrokkene of voor an<strong>de</strong>ren mogelijk is, kan hier <strong>van</strong><br />

afgeweken wor<strong>de</strong>n. Dit luik past <strong>van</strong>zelfsprekend in een ruimer geheel <strong>van</strong> regelingen op<br />

instellingsniveau.<br />

Bijzon<strong>de</strong>re aandacht dient uit te gaan naar het omgaan met (para-)medische gegevens en attesten.<br />

Zo wordt bijvoorbeeld in het ziekenhuiswezen gewerkt met het principe dat medische gegevens achter<br />

slot dienen te wor<strong>de</strong>n bewaard. Evenzeer wordt er in die sector gepleit dat die gegevens enkel<br />

behan<strong>de</strong>ld mogen wor<strong>de</strong>n door iemand met een (para-)medische scholing.<br />

Het lijkt ons alvast aangewezen dat er voor het behan<strong>de</strong>len <strong>van</strong> medische gegevens bepaal<strong>de</strong><br />

procedures uitgewerkt wor<strong>de</strong>n:<br />

<br />

wie heeft on<strong>de</strong>r welke omstandighe<strong>de</strong>n toegang tot <strong>de</strong> gegevens (bijvoorbeeld <strong>de</strong> scholing<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker),<br />

hoe en waar wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> gegevens bewaard (bijvoorbeeld achter slot),<br />

on<strong>de</strong>r welke vorm wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> gegevens ter beschikking gesteld <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren (bijvoorbeeld<br />

on<strong>de</strong>r gesloten omslag).<br />

5


De stu<strong>de</strong>nt is eigenaar <strong>van</strong> <strong>de</strong> medische gegevens. Bij uitschrijving wor<strong>de</strong>n die gegevens dus best<br />

opnieuw ter beschikking <strong>van</strong> <strong>de</strong> betrokken stu<strong>de</strong>nten gesteld (XXI).<br />

1.4 Tot slot<br />

Centrale vraag in het aangaan <strong>van</strong> een professionele relatie zijn <strong>de</strong> functie en <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

me<strong>de</strong>werkers die <strong>de</strong> relatie aangaan. De begrippen ‘aanspreekpunt’ en ‘zorgcoördinator /<br />

trajectbegelei<strong>de</strong>r’ zijn omschreven op basis <strong>van</strong> mogelijke taken en dienen dus per hogeschool en<br />

universiteit toegewezen te wor<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> daarvoor aangewezen personen en/of diensten. In <strong>de</strong><br />

praktijk blijken dit personen uit opleidingsteams, stu<strong>de</strong>ntenvoorzieningen, diensten studieadvies,<br />

centrale diensten of studietrajectbegelei<strong>de</strong>rs te zijn.<br />

Belangrijk is evenwel dat het voor <strong>de</strong> betrokken stu<strong>de</strong>nt dui<strong>de</strong>lijk dient te zijn<br />

bij wie hij voor wat terecht kan. Daartoe is omschreven<br />

<br />

welke persoon als aanspreekpunt en zorgcoördinator / trajectbegelei<strong>de</strong>r omschreven zijn (XI),<br />

wat hun taken zijn (XI),<br />

hoe met vertrouwelijke gegevens omgegaan wordt (XVIII en XVI).<br />

6


Beroepsgeheim, zorgvuldigheid en discretieplicht<br />

2.1 Inleiding<br />

Een <strong>van</strong> <strong>de</strong> grote uitdagingen waar me<strong>de</strong>werkers voor staan, is <strong>de</strong> zorg over wat men wel kan, mag of<br />

moet doorgeven of wanneer dit net niet mag doorgegeven wor<strong>de</strong>n. We pleiten ervoor dat dit zoveel<br />

mogelijk in samenspraak met <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nten bekeken wordt. In sommige situaties is dit niet altijd<br />

mogelijk. Vandaar dat we <strong>de</strong> begrippen beroepsgeheim en discretieplicht ver<strong>de</strong>r zullen ka<strong>de</strong>ren.<br />

Beroepsgeheim, zoals omschreven in Artikel 458 <strong>van</strong> het Strafwetboek, heeft in <strong>de</strong> eerste plaats<br />

betrekking op een specifiek omschreven groep <strong>van</strong> beroepen (zie bijlage 2). Naast <strong>de</strong>ze dui<strong>de</strong>lijk<br />

omschreven groep <strong>van</strong> beroepen zijn ook ‘an<strong>de</strong>re personen die uit hoof<strong>de</strong> <strong>van</strong> hun staat of beroep<br />

kennis dragen <strong>van</strong> geheimen die hun zijn toevertrouwd’ on<strong>de</strong>rhevig aan beroepsgeheim.<br />

Vraag is natuurlijk wie die an<strong>de</strong>re personen kunnen zijn. Ook al stelt men bijvoorbeeld in het<br />

on<strong>de</strong>rwijs- en examenreglement dat me<strong>de</strong>werkers beroepsgeheim hebben, dan nog zal dit geen<br />

garantie inhou<strong>de</strong>n dat bij geschillen dit beroepsgeheim erkend zal wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> rechtbank.<br />

Evenzeer dienen we vast te stellen dat <strong>de</strong> <strong>de</strong>creetgever binnen het hoger on<strong>de</strong>rwijs geen enkele basis<br />

verleent om het beroepsgeheim te laten gel<strong>de</strong>n.<br />

In het verleng<strong>de</strong> <strong>van</strong> het beroepsgeheim wor<strong>de</strong>n geregeld ook een viertal an<strong>de</strong>re begrippen gebruikt.<br />

Ook al beseffen we maar al te goed dat het omschrijven <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze begrippen een ernstige afbreuk aan<br />

<strong>de</strong> realiteit en <strong>de</strong> complexiteit er<strong>van</strong> doet, toch proberen we ze hier heel summier te omschrijven.<br />

<br />

Zwijgplicht is het wettelijk verbod om beroepsgeheimen aan an<strong>de</strong>ren mee te <strong>de</strong>len, ook al<br />

zou je dat willen.<br />

Zwijgrecht is het recht om niet te spreken, ook als je hiertoe uitdrukkelijk uitgenodigd wordt.<br />

Spreekplicht is <strong>de</strong> verplichting om mee te <strong>de</strong>len wat je weet, en dit in die situaties waar het<br />

wettelijk voorzien is.<br />

Spreekrecht is het recht om feiten te mel<strong>de</strong>n, wat ook <strong>de</strong> consequenties voor <strong>de</strong> betrokkenen<br />

mogen zijn.<br />

Indien we <strong>de</strong>ze zaken op een rijtje zetten, wordt het dus heel moeilijk om het beroepsgeheim in<br />

termen <strong>van</strong> juridische aansprakelijkheid te <strong>de</strong>finiëren. Blijft <strong>de</strong> vraag hoe het dan wel moet. Hiervoor<br />

wensen we twee begrippen aan te stippen: zorgvuldigheid en functionele discretieplicht.<br />

7


2.2 Zorgvuldigheid en functionele discretieplicht<br />

Het eerste begrip is zorgvuldigheid. Hierbij dient ie<strong>de</strong>re daad <strong>van</strong> <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker afgetoetst te<br />

wor<strong>de</strong>n of die daad in het belang is <strong>van</strong> <strong>de</strong> betrokken stu<strong>de</strong>nt (VII). Principe hierbij is dat <strong>de</strong> betrokken<br />

stu<strong>de</strong>nt met dui<strong>de</strong>lijk zicht heeft op <strong>de</strong> doelstellingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> daad en wat daar<strong>van</strong> <strong>de</strong> consequenties<br />

kunnen zijn (XV). Zo kan het nodig zijn dat voor stu<strong>de</strong>nten met bijvoorbeeld epilepsie of diabetes<br />

personeelsle<strong>de</strong>n (en eventueel zelfs me<strong>de</strong>stu<strong>de</strong>nten) via dui<strong>de</strong>lijke procedures zicht hebben op<br />

mogelijke risico’s en weten wat hen te doen staat in bepaal<strong>de</strong> (crisis)situaties.<br />

Het twee<strong>de</strong> begrip is <strong>de</strong> functionele discretieplicht. Het spreekt voor zich dat <strong>de</strong> professionele<br />

relatie tussen <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker en <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt vorm gegeven wordt op basis <strong>van</strong> een vertrouwensrelatie.<br />

De relatie dient dus <strong>van</strong> die aard te zijn dat <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker verplicht is tot geheimhouding (III) en dat<br />

<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n hier dus geen informatie kunnen over krijgen.<br />

In <strong>de</strong> beroepsco<strong>de</strong> voor sovo-hulpverleners <strong>van</strong> StudioO 1 wor<strong>de</strong>n twee uitzon<strong>de</strong>ringen opgenomen<br />

waarbij <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker toch informatie kan doorgeven (XVII).<br />

1) De me<strong>de</strong>werker heeft het recht om, ook zon<strong>de</strong>r toestemming <strong>van</strong> <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt, informatie over<br />

hem met <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n te bespreken, mits <strong>de</strong>ze personen gebon<strong>de</strong>n zijn aan een co<strong>de</strong> en mits <strong>de</strong>ze<br />

informatieuitwisseling plaats vindt in het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> intake- of voortgangsbesprekingen of in<br />

supervisie, intervisie of consultatie. De hulpverlener is verantwoor<strong>de</strong>lijk voor <strong>de</strong><br />

geheimhouding <strong>van</strong> alle informatie die hij in dit ka<strong>de</strong>r in bespreking brengt.<br />

2) Bij het ontbreken <strong>van</strong> toestemming <strong>van</strong> <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt om informatie aan <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n te verstrekken<br />

zoals hier net aangegeven kan <strong>de</strong> hulpverlener pas dan zich ontheven achten <strong>van</strong> <strong>de</strong> plicht tot<br />

geheimhouding indien tenminste voldaan is aan al <strong>de</strong> vijf hieron<strong>de</strong>r genoem<strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong>n:<br />

alles is in het werk gesteld om toestemming <strong>van</strong> <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt te verkrijgen;<br />

<strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker moet in gewetensnood verkeren door het handhaven <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

geheimhouding;<br />

er is geen an<strong>de</strong>re weg dan doorbreking <strong>van</strong> het geheim om het probleem op te lossen;<br />

het is vrijwel zeker dat het niet-doorbreken <strong>van</strong> het geheim voor <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n aanwijsbare<br />

en ernstige scha<strong>de</strong> en/of gevaar op zal leveren (zie hiervoor artikel 422 bis uit het<br />

Strafwetboek met betrekking tot Schuldig verzuim, bijlage 2);<br />

<strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker moet er vrijwel zeker <strong>van</strong> zijn dat door <strong>de</strong> doorbreking <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

geheimhouding die scha<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re(n) kan wor<strong>de</strong>n voorkomen of beperkt.<br />

Indien aan die voorwaar<strong>de</strong>n voldaan is spreekt men <strong>van</strong> een noodtoestand.<br />

1 Van <strong>de</strong>n Driessche, Els. StudioO. Gent, 2000. Pagina’s 6 en 7.<br />

8


2.3 Tot slot<br />

Er wordt best niet te veel gefocust op <strong>de</strong> juridische afdwingbaarheid via het begrip beroepsgeheim. Er<br />

is in <strong>de</strong> wetgeving eer<strong>de</strong>r weinig beschikbaar en het blijft ultiem <strong>de</strong> appreciatie <strong>van</strong> een rechtbank of er<br />

in<strong>de</strong>rdaad een schending <strong>van</strong> het beroepsgeheim plaats gevon<strong>de</strong>n heeft of niet. De hierboven<br />

vermel<strong>de</strong> zaken bie<strong>de</strong>n een ruggesteun bij het professioneel han<strong>de</strong>len met als ultieme doelstelling om<br />

net op een verantwoor<strong>de</strong> wijze zaken mogelijk te maken. Het interpreteren <strong>van</strong> die zaken mag net niet<br />

als dwangbuis gebruikt wor<strong>de</strong>n waarbij <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker in een soort immobilisme strandt. Toetssteen<br />

<strong>van</strong> het professioneel han<strong>de</strong>len is en blijft het belang <strong>van</strong> <strong>de</strong> betrokken stu<strong>de</strong>nt (VII).<br />

Dui<strong>de</strong>lijke afspraken, hel<strong>de</strong>re informatie en het hanteren <strong>van</strong> principes zoals zorgvuldigheid en<br />

vertrouwelijkheid zijn betere invalshoeken om <strong>de</strong> relatie tussen <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker en <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt te<br />

regelen. Samenvattend kunnen volgen<strong>de</strong> principes benoemd wor<strong>de</strong>n.<br />

1) De eerste plicht is stu<strong>de</strong>nten on<strong>de</strong>rsteuning te geven (VIII).<br />

2) Informatie aan <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n doorgeven kan enkel mits<br />

a. toestemming <strong>van</strong> <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt (XVIII),<br />

b. dit in het belang <strong>van</strong> <strong>de</strong> betrokkene is (VII).<br />

3) Er kan in afwijking <strong>van</strong> principe 2 enkel informatie doorgegeven wor<strong>de</strong>n indien er een<br />

noodtoestand is (XVII).<br />

9


Bijzon<strong>de</strong>re situaties<br />

In uitzon<strong>de</strong>rlijke situaties (bijvoorbeeld het inschatten <strong>van</strong> een na<strong>de</strong>el of gevaar voor <strong>de</strong> betrokken<br />

stu<strong>de</strong>nt en/of voor an<strong>de</strong>ren, VII) is het heel moeilijk en heel belastend om zelf hierin een beslissing<br />

te nemen. Er wordt dan ook gesuggereerd dat overleg wenselijk, in bepaal<strong>de</strong> situaties zelfs eer<strong>de</strong>r<br />

noodzakelijk is (XXII). Dit overleg kan, afhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> situatie, zowel met personen <strong>van</strong> binnen<br />

als buiten <strong>de</strong> instelling voor hoger on<strong>de</strong>rwijs. Ook hier wordt best in <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijs- en<br />

examenregeling een procedure voorzien bij wie, wanneer en hoe bepaal<strong>de</strong> zaken besproken<br />

kunnen wor<strong>de</strong>n.<br />

Stu<strong>de</strong>nten met nood aan extra on<strong>de</strong>rsteuning kunnen zich kenbaar maken in hun instelling.<br />

Daarbij rijst <strong>de</strong> vraag of <strong>de</strong> instelling bepaal<strong>de</strong> zaken aan <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n mag doorgeven (XVIII). Hierbij<br />

wordt in <strong>de</strong> eerste plaats aan stageplaatsen gedacht. Het spreekt voor zich dat in die situaties<br />

dit eerst met <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt dient doorgepraat te wor<strong>de</strong>n,<br />

<strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt toestemming geeft om bepaal<strong>de</strong> informatie door te geven,<br />

<strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt dit bij voorkeur zelf bij <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n bespreekbaar stelt, al dan niet met<br />

on<strong>de</strong>rsteuning <strong>van</strong>uit <strong>de</strong> instelling.<br />

Veel zaken in verband met het beroepsgeheim hangen direct samen met hoe en door wie <strong>de</strong><br />

informatie over <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt verkregen wordt (XVIII). Bij voorkeur wordt, een opsplitsing gemaakt<br />

tussen <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker die <strong>de</strong> gegevens inzamelt en <strong>de</strong> faciliteiten vaststelt en diegenen die<br />

bepaal<strong>de</strong> faciliteiten dienen te realiseren. Concreet betekent dit dat er een opsplitsing wordt<br />

gemaakt tussen het dossier, waar bijvoorbeeld medische attesten, gegevens over on<strong>de</strong>rzoeken<br />

(bijvoorbeeld ter vaststelling <strong>van</strong> dyslexie), gegevens over aanvraagprocedures,… inzitten (XVI)<br />

en het uitwerken <strong>van</strong> <strong>de</strong> faciliteiten op basis <strong>van</strong> die gegevens. Zowel <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker op<br />

instellingsniveau als <strong>de</strong> gel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> procedures dienen ervoor borg te staan, dat <strong>de</strong> toegeken<strong>de</strong><br />

faciliteiten op basis <strong>van</strong> on<strong>de</strong>rbouw<strong>de</strong> re<strong>de</strong>nen toegekend zijn en dit zon<strong>de</strong>r dat <strong>de</strong> achterliggen<strong>de</strong><br />

re<strong>de</strong>nen bekend gemaakt wor<strong>de</strong>n.<br />

10


In veel situaties wordt informatie aangeleverd op basis <strong>van</strong> attesten <strong>van</strong> huisartsen,<br />

multidisciplinaire teams, specialisten, … (XVI) Hoe <strong>de</strong> gegevens geïnterpreteerd wor<strong>de</strong>n, is <strong>de</strong><br />

volledige verantwoor<strong>de</strong>lijkheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> instelling. Zo kan <strong>de</strong> instelling bepalen aan welke<br />

voorwaar<strong>de</strong>n attesten dienen te voldoen of wie <strong>de</strong> attesten dient aan te leveren.<br />

Indien mogelijk wordt met een eigen netwerk gewerkt. De stu<strong>de</strong>nt dient wel op voorhand te weten,<br />

wat<br />

<strong>de</strong> verwachtingen zijn met betrekking tot <strong>de</strong> aangebo<strong>de</strong>n informatie en attesten,<br />

dat een toetsing <strong>van</strong> die gegevens uitgevoerd kan wor<strong>de</strong>n en indien dit gebeurt on<strong>de</strong>r<br />

welke voorwaar<strong>de</strong>n dit zal gebeuren.<br />

Ver<strong>de</strong>r gaand op het verkrijgen <strong>van</strong> die attesten kan evenzeer volgend element aangestipt<br />

wor<strong>de</strong>n. Normalerwijze mogen huisartsen, specialisten, teams, … geen gegevens aan <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n<br />

doorgeven. Uitzon<strong>de</strong>ring hierbij is natuurlijk dat <strong>de</strong> betrokken stu<strong>de</strong>nt hiervoor uitdrukkelijk<br />

toestemming gegeven heeft. Het is dus het meest aangewezen dat <strong>de</strong> betrokken stu<strong>de</strong>nt die<br />

informatie en attesten zelf aanlevert.<br />

Een boeien<strong>de</strong> vraagstelling is die wanneer <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt zijn eigen wil tij<strong>de</strong>lijk niet meer kan bepalen.<br />

Zeker bij stu<strong>de</strong>nten met geestelijke gezondheidsproblemen kan hier ondui<strong>de</strong>lijkheid over heersen.<br />

Mia Leijssen spreekt over ‘het begripsvermogen – kan <strong>de</strong> cliënt <strong>de</strong> informatie begrijpen – en het<br />

oor<strong>de</strong>elsvermogen – kan <strong>de</strong> cliënt een niet-onre<strong>de</strong>lijke keuze maken op basis <strong>van</strong> het afwegen<br />

<strong>van</strong> voor- en na<strong>de</strong>len’ 2 . Op sommige momenten zal <strong>de</strong> betrokken stu<strong>de</strong>nt keuzes kunnen maken<br />

en op an<strong>de</strong>re momenten zal dit niet meer tot <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n behoren. Het spreekt voor zich dat<br />

het vaststellen <strong>van</strong> een <strong>de</strong>rgelijke (on)bekwaamheid een specifieke interventie buiten <strong>de</strong> instelling<br />

voor hoger on<strong>de</strong>rwijs noodzakelijk maakt (XXII).<br />

Soms geven stu<strong>de</strong>nten aan een me<strong>de</strong>werker hun wil tot zelfdoding te kennen. Vraag is dan ook of<br />

<strong>de</strong> betrokken me<strong>de</strong>werker hier <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n kan over aanspreken. Dit lijkt zeker ver<strong>de</strong>digbaar<br />

aangezien er dui<strong>de</strong>lijk sprake is <strong>van</strong><br />

gevaar ten opzichte <strong>van</strong> zichzelf,<br />

er een dui<strong>de</strong>lijke situatie is <strong>van</strong> gewetensnood indien <strong>de</strong> geheimhouding gehandhaafd<br />

wordt (VII).<br />

2 Leijssen, Mia. Gids beroepsethiek. Waar<strong>de</strong>n, rechten en plichten in psychotherapie en hulpverlening. Acco, Leuven, 2005.<br />

Pagina 32.<br />

11


Bepaal<strong>de</strong> functiebeperkingen kunnen een zekere belasting voor <strong>de</strong> directe omgeving meebrengen<br />

(epileptische aanvallen, signalen <strong>van</strong> stu<strong>de</strong>nten met een psychische kwetsbaarheid,…). Suggestie<br />

is om dit situatie per situatie te bekijken, en proberen een creatieve oplossing hiervoor te<br />

be<strong>de</strong>nken, rekening hou<strong>de</strong>nd met<br />

het belang <strong>van</strong> <strong>de</strong> betrokken stu<strong>de</strong>nt zelf (bewijs je er <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt een dienst mee<br />

bepaal<strong>de</strong> situaties in stand te laten hou<strong>de</strong>n?) (VII),<br />

<strong>de</strong> inspanningen die geleverd wor<strong>de</strong>n om net bepaald gedrag te dui<strong>de</strong>n (informeren<br />

<strong>van</strong> bijvoorbeeld on<strong>de</strong>rwijzend personeel en me<strong>de</strong>stu<strong>de</strong>nten, afspreken <strong>van</strong> een<br />

bepaal<strong>de</strong> bena<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> gedrag, …) (XVIII).<br />

In sommige situaties is <strong>de</strong> functiebeperking niet zichtbaar (bijvoorbeeld bij chronische<br />

aandoeningen zoals diabetes of epilepsie). Toch kunnen zich acute problemen bij bijvoorbeeld<br />

een aanval stellen. Kan <strong>de</strong> informatie, wat toch medische gegevens bevat, ver<strong>de</strong>r verspreid<br />

wor<strong>de</strong>n? Ook hier dient een grondige afweging gemaakt te wor<strong>de</strong>n met aandacht voor :<br />

het belang <strong>van</strong> <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt zelf (hoe ga je als omgeving om met situaties waarbij er<br />

een tij<strong>de</strong>lijke uitval <strong>van</strong> bewustzijn is) (VII),<br />

het stimuleren <strong>van</strong> <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt om zelf over zijn situatie te communiceren (XVIII),<br />

het uitwerken <strong>van</strong> procedures, waarin aangegeven wordt hoe met die situaties<br />

omgegaan kan wor<strong>de</strong>n (X).<br />

Het blijft heel moeilijk om <strong>de</strong> begrippen ‘rele<strong>van</strong>t zijn’ en het ‘belang <strong>van</strong> <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt te dui<strong>de</strong>n<br />

(VII). Voor <strong>de</strong>rgelijke afwegingen zijn geen regels te geven. Het is net <strong>de</strong> interactie tussen <strong>de</strong><br />

individuele stu<strong>de</strong>nt en <strong>de</strong> context waarbinnen die stu<strong>de</strong>ert, die zal bepalen wat rele<strong>van</strong>t is of wat<br />

het belang <strong>van</strong> <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt juist inhoudt. Ook hier kan best <strong>de</strong> stelregel gehuldigd wor<strong>de</strong>n dat in<br />

overleg en dialoog naar <strong>de</strong>rgelijke zaken gekeken wordt (XXIII).<br />

Er is reeds aangestipt dat stu<strong>de</strong>nten een gevaar of voor zichzelf of voor an<strong>de</strong>ren kunnen<br />

betekenen. Het weigeren tot inschrijven is niet mogelijk, tenzij <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt niet voldoet aan <strong>de</strong><br />

vereiste toelatingsvoorwaar<strong>de</strong>n. Gangbaar is dat er een gesprek met <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt plaats vindt<br />

waarin <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n en moeilijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> het volgen <strong>van</strong> <strong>de</strong> opleiding besproken wor<strong>de</strong>n.<br />

Het weigeren <strong>van</strong> <strong>de</strong>elname aan een opleidingson<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el (uitzon<strong>de</strong>ringen zijn <strong>de</strong> tuchtprocedures<br />

die in <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijs- en examenreglementen opgenomen zijn) is evenmin mogelijk. Alle stu<strong>de</strong>nten<br />

moeten <strong>de</strong> kans krijgen om die opleidingson<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len, waarvoor ze ingeschreven zijn, ook effectief<br />

te volgen.<br />

12


Een bijzon<strong>de</strong>re situatie is <strong>de</strong> stage. De on<strong>de</strong>rwijsinstelling kan <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt niet weigeren om een<br />

stage te laten lopen. Vanzelfsprekend kan hier in die situatie informatie aan <strong>de</strong> stageplaats<br />

doorgegeven wor<strong>de</strong>n, die zelf al dan niet kan afzien <strong>van</strong> het aanbie<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> stage aan die<br />

betrokken stu<strong>de</strong>nt. In <strong>de</strong>rgelijke situatie zal <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijsinstelling een stage op een an<strong>de</strong>re plaats<br />

dienen aan te bie<strong>de</strong>n.<br />

Doorheen <strong>de</strong> besprekingen over het toepassingsgebied <strong>van</strong> het beroepsgeheim werd meer<strong>de</strong>re<br />

keren verwezen naar <strong>de</strong> wet op <strong>de</strong> privacy 3 . Kan men zo maar gegevens opvragen en zo ja, zijn<br />

er hier voorwaar<strong>de</strong>n toe? Persoonsgegevens mogen binnen dit wettelijk ka<strong>de</strong>r in<strong>de</strong>rdaad<br />

opgevraagd en verwerkt wor<strong>de</strong>n indien <strong>de</strong> doelstellingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> verwerking gekend zijn en indien<br />

<strong>de</strong> doelstellingen tot beheer <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoonsgegevens ka<strong>de</strong>ren in <strong>de</strong> opdracht <strong>van</strong> <strong>de</strong> hou<strong>de</strong>r <strong>van</strong><br />

het bestand (dus hier logischerwijze <strong>de</strong> hogeschool of universiteit). Hierop ver<strong>de</strong>rgaand betekent<br />

dit dat die gegevens enkel en alleen toegankelijk mogen zijn voor diegenen die net on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />

voornoem<strong>de</strong> doelstellingen vallen. Evenzeer betekent dit dat alle stu<strong>de</strong>nten inzage in die<br />

gegevens (die enkel betrekking op zichzelf hebben) kunnen hebben (XVI en XX).<br />

3 Wet tot bescherming <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoonlijke levensfeer ten opzichte <strong>van</strong> <strong>de</strong> verwerking <strong>van</strong> persoonsgegevens. 8 <strong>de</strong>cember<br />

1992.<br />

13


Een beleid op instellingsniveau<br />

Hoe sterker het beleid op instellingsniveau aangaan<strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nten met behoefte aan extra<br />

on<strong>de</strong>rsteuning uitgewerkt is, hoe meer voorwaar<strong>de</strong>n voor han<strong>de</strong>n zijn om als me<strong>de</strong>werker op een<br />

<strong>de</strong>ontologisch on<strong>de</strong>rbouw<strong>de</strong> manier te werk te gaan. Verschillen<strong>de</strong> basisvoorzieningen hebben een<br />

directe impact op het zorgvuldig han<strong>de</strong>len.<br />

. Er is een dui<strong>de</strong>lijke werkwijze in het omgaan met vertrouwelijke<br />

informatie.<br />

Afspraken zijn voldoen<strong>de</strong> concreet en toetsbaar in het dossier<br />

neergeschreven.<br />

Stu<strong>de</strong>nten hebben toegang tot hun dossiers.<br />

Stu<strong>de</strong>nten hebben dui<strong>de</strong>lijk zicht op hoe <strong>de</strong> dienstverlening op instellingsniveau georganiseerd<br />

is.<br />

Er is on<strong>de</strong>rsteuning <strong>van</strong> <strong>de</strong> personeelsle<strong>de</strong>n via gericht initiatief.<br />

De hierboven vermel<strong>de</strong> basisvoorzieningen hebben betrekking op <strong>de</strong> professionele relatie tussen <strong>de</strong><br />

me<strong>de</strong>werker en <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt en hoe met informatie kan omgegaan wor<strong>de</strong>n. Deze voorzieningen wor<strong>de</strong>n<br />

ver<strong>de</strong>r meegenomen in <strong>de</strong> checklist voor <strong>de</strong> praktijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker.<br />

Een an<strong>de</strong>re, doch voorwaar<strong>de</strong>nscheppen<strong>de</strong> basisvoorziening is het creëren <strong>van</strong>een ka<strong>de</strong>r op<br />

instellingsniveau waardoor <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werkers via on<strong>de</strong>rsteuning, vorming en opleiding hun<br />

<strong>de</strong>skundigheid kunnen verwerven of actualiseren.<br />

14


5. Checklist voor <strong>de</strong> praktijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker<br />

De me<strong>de</strong>werker stelt zich in <strong>de</strong> professionele relatie volgen<strong>de</strong> vragen<br />

ben ik als me<strong>de</strong>werker voldoen<strong>de</strong> <strong>de</strong>skundig om een professionele relatie aan te gaan met <strong>de</strong><br />

stu<strong>de</strong>nt (I),<br />

heb ik een gelijke bereidheid tot het aangaan <strong>van</strong> een professionele relatie ten opzichte <strong>van</strong><br />

ie<strong>de</strong>reen (II),<br />

ben ik bereid <strong>de</strong> geheimhouding te respecteren (III),<br />

ben ik bereid <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt als persoon te respecteren (IV),<br />

ben ik bereid <strong>de</strong> verantwoor<strong>de</strong>lijkheid die <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt bij <strong>de</strong> keuze <strong>van</strong> han<strong>de</strong>len heeft te<br />

erkennen (V),<br />

verwijs ik <strong>de</strong> vraag of <strong>de</strong> vrager (VI),<br />

han<strong>de</strong>l ik in het belang <strong>van</strong> <strong>de</strong> betrokken stu<strong>de</strong>nt (VII),<br />

aanvaard ik <strong>de</strong> plicht om stu<strong>de</strong>nten on<strong>de</strong>rsteuning te geven (VIII),<br />

De me<strong>de</strong>werker kent in <strong>de</strong> eigen instelling<br />

<br />

het globale beleid aangaan<strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nten (met behoefte aan extra on<strong>de</strong>rsteuning) (IX),<br />

<strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n die het on<strong>de</strong>rwijs- en examenreglement biedt ten aanzien <strong>van</strong> stu<strong>de</strong>nten<br />

(X),<br />

die actoren die bevoegd zijn voor het thema stu<strong>de</strong>ren met extra on<strong>de</strong>rsteuning en wat hun<br />

taken zijn (XI),<br />

De me<strong>de</strong>werker informeert <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt over<br />

<strong>de</strong> doelstellingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> professionele relatie (XII),<br />

<strong>de</strong> aard <strong>van</strong> <strong>de</strong> professionele relatie (XIII),<br />

<strong>de</strong> we<strong>de</strong>rzijdse rechten en plichten <strong>van</strong> <strong>de</strong> professionele relatie (XIV),<br />

welke han<strong>de</strong>lingen <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker zal stellen (XV),<br />

<strong>de</strong> wijze waarop gegevens behan<strong>de</strong>ld en bewaard wor<strong>de</strong>n (XVI),<br />

wat <strong>de</strong> mogelijke uitzon<strong>de</strong>ringen voor het doorgeven <strong>van</strong> informatie kunnen zijn (XVII),<br />

15


De me<strong>de</strong>werker stelt zich in het ka<strong>de</strong>r <strong>van</strong> het vertrouwelijkheid <strong>van</strong> informatie volgen<strong>de</strong> vragen<br />

<br />

maak ik afspraken (krijg ik toestemming) over wie welke gegevens aan <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n doorgeeft<br />

(XVIII),<br />

verzamel ik enkel die gegevens die nodig zijn voor <strong>de</strong> professionele relatie (XIV),<br />

heeft <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt toegang tot zijn dossier (XX),<br />

bezorg ik <strong>de</strong> medische gegevens terug indien <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt <strong>de</strong> instelling voor hoger on<strong>de</strong>rwijs<br />

verlaat (XXI).<br />

De me<strong>de</strong>werker treedt in overleg met <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n bij<br />

<br />

uitzon<strong>de</strong>rlijke situaties (na<strong>de</strong>el en/of gevaar voor <strong>de</strong> betrokkenen en/of voor an<strong>de</strong>ren) (XXII),<br />

het bepalen <strong>van</strong> het belang <strong>van</strong> <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt (XXIII).<br />

16


Bronnen<br />

Leijssen, Mia. Gids beroepsethiek. Waar<strong>de</strong>n, rechten en plichten in psychotherapie en hulpverlening.<br />

Acco, Leuven, 2005.<br />

Strafwetboek Artikel 422 bis. Schuldig verzuim.<br />

Strafwetboek Artikel 458. Beroepsgeheim.<br />

Van <strong>de</strong>n Driessche, Els. StudioO. Gent, 2000.<br />

Wet tot bescherming <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoonlijke levensfeer ten opzichte <strong>van</strong> <strong>de</strong> verwerking <strong>van</strong><br />

persoonsgegevens. 8 <strong>de</strong>cember 1992, zoals gewijzigd.<br />

17


Bijlage 1: Omschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> begrippen zorgcoördinator en<br />

aanspreekpunt<br />

Omschrijving <strong>van</strong> het begrip zorgcoördinator / trajectbegelei<strong>de</strong>r<br />

Volgen<strong>de</strong> taken kunnen tot die functie gerekend wor<strong>de</strong>n :<br />

voorbereiding <strong>van</strong> <strong>de</strong> studies via prospectie en analyse <strong>van</strong> het curriculum,<br />

perspectief op latere tewerkstelling <strong>van</strong>uit <strong>de</strong> gevolg<strong>de</strong> opleiding,<br />

het engageren <strong>van</strong> pedagogische assistentie,<br />

<strong>de</strong> opvolging <strong>van</strong> studie-oriëntering,<br />

het voorzien in persoonlijke on<strong>de</strong>rsteuning,<br />

het begelei<strong>de</strong>n <strong>van</strong> procedures met betrekking tot on<strong>de</strong>rwijsleermid<strong>de</strong>len,<br />

<strong>de</strong> organisatie <strong>van</strong> on<strong>de</strong>rwijsgebon<strong>de</strong>n mobiliteit,<br />

<strong>de</strong> organisatie <strong>van</strong> het verkrijgen <strong>van</strong> notities,<br />

vorming en sensibilisering in <strong>de</strong> instelling voor hoger on<strong>de</strong>rwijs.<br />

Een <strong>van</strong> <strong>de</strong> grote uitdagingen wordt het voorzien in on<strong>de</strong>rwijsaanpassingen, zeker indien men naar<br />

een inclusief hoger on<strong>de</strong>rwijs wil toewerken. Hoe toegankelijker <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijsomgeving, hoe min<strong>de</strong>r<br />

aanpassingen noodzakelijk zullen zijn. Vanuit dit concept kunnen volgen<strong>de</strong> taken evenzeer bij <strong>de</strong><br />

zorgcoördinatie gelegd wor<strong>de</strong>n :<br />

het begelei<strong>de</strong>n <strong>van</strong> die processen naar een inclusief on<strong>de</strong>rwijs,<br />

het werken aan mentaliteit (awareness raising),<br />

het informeren en vormen <strong>van</strong> alle personeelsgeledingen (met in het bijzon<strong>de</strong>r het<br />

on<strong>de</strong>rwijzend korps)<br />

het voorwaar<strong>de</strong>nscheppen<strong>de</strong> ka<strong>de</strong>r (het on<strong>de</strong>rwijs- en examenreglement).<br />

Omschrijving <strong>van</strong> het begrip aanspreekpunt.<br />

Het aanspreekpunt neemt een dubbele taak op.<br />

<br />

In <strong>de</strong> eerste plaats is het aanspreekpunt diegene tot wie stu<strong>de</strong>nten met extra nood aan<br />

on<strong>de</strong>rsteuning zich kunnen richten. Het aanspreekpunt fungeert dus als een soort<br />

toegangspoort, waarbij na een eerste kennismaking een ver<strong>de</strong>re oriëntering in <strong>de</strong> instelling<br />

kan gemaakt wor<strong>de</strong>n.<br />

Het aanspreekpunt zal<br />

18


in <strong>de</strong> eerste plaats <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt met extra behoefte aan on<strong>de</strong>rsteuning beluisteren,<br />

nagaan wat <strong>de</strong> vragen zijn,<br />

<strong>van</strong> daaruit informeren hoe <strong>de</strong> dienstverlening aan die instelling georganiseerd is,<br />

<strong>de</strong> stu<strong>de</strong>nt ver<strong>de</strong>r oriënteren in <strong>de</strong> instelling en waar nodig contacten met<br />

rele<strong>van</strong>te betrokkenen leggen.<br />

Een an<strong>de</strong>re taak is dat het aanspreekpunt als vaste contactpersoon voor het <strong>SIHO</strong> fungeert.<br />

Alle informatie zal sowieso tot <strong>de</strong> aanspreekpunten gericht wor<strong>de</strong>n, die op hun beurt <strong>de</strong><br />

rele<strong>van</strong>te betrokkenen in <strong>de</strong> hogeschool of universiteit op <strong>de</strong> hoogte brengen. Ver<strong>de</strong>r zullen<br />

concrete afspraken met betrekking tot probleemverkenningen, consultancy, <strong>de</strong> organisatie <strong>van</strong><br />

activiteiten, <strong>de</strong> verspreiding <strong>van</strong> <strong>de</strong> gids, … via hen verlopen.<br />

19


Bijlage 2: Wettelijke bepalingen<br />

Wet tot bescherming <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoonlijke levensfeer ten opzichte <strong>van</strong> <strong>de</strong> verwerking <strong>van</strong><br />

persoonsgegevens. 8 <strong>de</strong>cember 1992, zoals gewijzigd.<br />

Art. 4. § 1. Persoonsgegevens dienen :<br />

1° eerlijk en rechtmatig te wor<strong>de</strong>n verwerkt;<br />

2° voor welbepaal<strong>de</strong>, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardig<strong>de</strong> doelein<strong>de</strong>n te wor<strong>de</strong>n verkregen<br />

en niet ver<strong>de</strong>r te wor<strong>de</strong>n verwerkt op een wijze die, rekening hou<strong>de</strong>nd met alle rele<strong>van</strong>te factoren, met<br />

name met <strong>de</strong> re<strong>de</strong>lijke verwachtingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> betrokkene en met <strong>de</strong> toepasselijke wettelijke en<br />

reglementaire bepalingen, onverenigbaar is met die doelein<strong>de</strong>n. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong>n vastgesteld<br />

door <strong>de</strong> Koning na advies <strong>van</strong> <strong>de</strong> Commissie voor <strong>de</strong> bescherming <strong>van</strong> <strong>de</strong> persoonlijke levenssfeer,<br />

wordt ver<strong>de</strong>re verwerking <strong>van</strong> <strong>de</strong> gegevens voor historische, statistische of wetenschappelijke<br />

doelein<strong>de</strong>n niet als onverenigbaar beschouwd.<br />

Art. 10. § 1. De betrokkene die zijn i<strong>de</strong>ntiteit bewijst, heeft het recht om <strong>van</strong>wege <strong>de</strong> verantwoor<strong>de</strong>lijke<br />

voor <strong>de</strong> verwerking te verkrijgen :<br />

a) kennis <strong>van</strong> het al dan niet bestaan <strong>van</strong> verwerkingen <strong>van</strong> hem betreffen<strong>de</strong> gegevens alsme<strong>de</strong><br />

ten minste informatie over <strong>de</strong> doelein<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze verwerkingen, <strong>van</strong> <strong>de</strong> categorieën<br />

gegevens waarop <strong>de</strong>ze verwerkingen betrekking hebben en <strong>van</strong> <strong>de</strong> categorieën ont<strong>van</strong>gers<br />

aan wie <strong>de</strong> gegevens wor<strong>de</strong>n verstrekt;<br />

b) verstrekking in begrijpelijke vorm <strong>van</strong> <strong>de</strong> gegevens zelf die wor<strong>de</strong>n verwerkt, alsme<strong>de</strong> alle<br />

beschikbare informatie over <strong>de</strong> oorsprong <strong>van</strong> die gegevens;<br />

c) me<strong>de</strong><strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> logica die aan een geautomatiseer<strong>de</strong> verwerking <strong>van</strong> hem betreffen<strong>de</strong><br />

gegevens ten grondslag ligt in geval <strong>van</strong> geautomatiseer<strong>de</strong> besluitvorming in <strong>de</strong> zin <strong>van</strong> artikel<br />

12bis;<br />

d) kennis <strong>van</strong> <strong>de</strong> mogelijkheid om <strong>de</strong> in <strong>de</strong> artikelen 12 en 14 bedoel<strong>de</strong> beroepen in te stellen en<br />

eventueel inzage te nemen <strong>van</strong> het in artikel 18 bedoel<strong>de</strong> openbaar register.<br />

Daartoe richt <strong>de</strong> betrokkene een gedagtekend en on<strong>de</strong>rtekend verzoek aan <strong>de</strong> verantwoor<strong>de</strong>lijke voor<br />

<strong>de</strong> verwerking of aan ie<strong>de</strong>re an<strong>de</strong>re persoon die <strong>de</strong> Koning aanwijst. De inlichtingen wor<strong>de</strong>n onverwijld<br />

en ten laatste binnen vijfenveertig dagen na ont<strong>van</strong>gst <strong>van</strong> het verzoek meege<strong>de</strong>eld. De Koning kan<br />

na<strong>de</strong>re regelen voor <strong>de</strong> uitoefening <strong>van</strong> het in het eerste lid bedoel<strong>de</strong> recht bepalen.<br />

20


Strafwetboek Artikel 422 bis. Schuldig verzuim.<br />

Art. 422bis. Met ge<strong>van</strong>genisstraf <strong>van</strong> acht dagen tot (een jaar) en met geldboete <strong>van</strong> vijftig frank tot<br />

vijfhon<strong>de</strong>rd frank of met een <strong>van</strong> die straffen alleen wordt gestraft hij die verzuimt hulp te verlenen of te<br />

verschaffen aan iemand die in groot gevaar verkeert, hetzij hij zelf diens toestand heeft vastgesteld,<br />

hetzij die toestand hem is beschreven door <strong>de</strong>genen die zijn hulp inroepen.<br />

Voor het misdrijf is vereist dat <strong>de</strong> verzuimer kon helpen zon<strong>de</strong>r ernstig gevaar voor zichzelf of voor<br />

an<strong>de</strong>ren. Heeft <strong>de</strong> verzuimer niet persoonlijk het gevaar vastgesteld waarin <strong>de</strong> hulpbehoeven<strong>de</strong><br />

verkeer<strong>de</strong>, dan kan hij niet wor<strong>de</strong>n gestraft, indien hij op grond <strong>van</strong> <strong>de</strong> omstandighe<strong>de</strong>n waarin hij<br />

werd verzocht te helpen, kon geloven dat het verzoek niet ernstig was of dat er gevaar aan verbon<strong>de</strong>n<br />

was.<br />

De straf bedoeld in het eerste lid wordt op twee jaar gebracht indien <strong>de</strong> persoon die in groot gevaar<br />

verkeert, min<strong>de</strong>rjarig is.<br />

Strafwetboek Artikel 458. Beroepsgeheim.<br />

Art. 458. Geneesheren, heelkundigen, officieren <strong>van</strong> gezondheid, apothekers, vroedvrouwen en alle<br />

an<strong>de</strong>re personen die uit hoof<strong>de</strong> <strong>van</strong> hun staat of beroep kennis dragen <strong>van</strong> geheimen die hun zijn<br />

toevertrouwd, en <strong>de</strong>ze bekendmaken buiten het geval dat zij geroepen wor<strong>de</strong>n om in rechte (of voor<br />

een parlementaire on<strong>de</strong>rzoekscommissie) getuigenis af te leggen en buiten het geval dat <strong>de</strong> wet hen<br />

verplicht die geheimen bekend te maken, wor<strong>de</strong>n gestraft met ge<strong>van</strong>genisstraf <strong>van</strong> acht dagen tot zes<br />

maan<strong>de</strong>n en met geldboete <strong>van</strong> hon<strong>de</strong>rd frank tot vijfhon<strong>de</strong>rd frank.<br />

Art. 458bis. Eenie<strong>de</strong>r, die uit hoof<strong>de</strong> <strong>van</strong> zijn staat of beroep hou<strong>de</strong>r is <strong>van</strong> geheimen en die hierdoor<br />

kennis heeft <strong>van</strong> een misdrijf zoals omschreven in <strong>de</strong> artikelen 372 tot 377, 392 tot 394, 396 tot<br />

405ter, 409, 423, 425 en 426, gepleegd op een min<strong>de</strong>rjarige kan, onvermin<strong>de</strong>rd <strong>de</strong> verplichtingen hem<br />

opgelegd door artikel 422bis, het misdrijf ter kennis brengen <strong>van</strong> <strong>de</strong> procureur <strong>de</strong>s Konings, op<br />

voorwaar<strong>de</strong> dat hij het slachtoffer heeft on<strong>de</strong>rzocht of door het slachtoffer in vertrouwen werd<br />

genomen, er een ernstig en dreigend gevaar bestaat voor <strong>de</strong> psychische of fysieke integriteit <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

betrokkene en hij <strong>de</strong>ze integriteit zelf of met hulp <strong>van</strong> an<strong>de</strong>ren niet kan beschermen.<br />

21

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!